18 JUNI 2020. - Besluit van de regering van de Franse Gemeenschap van bijzondere machten nr. 37 tot afwijking van artikel 8, lid 10, d), van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving met betrekking tot de keuze van de cursus godsdienst of niet-confessionele zedenleer of van de vrijstelling voor het schooljaar 2020-2021

De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 17 maart 2020Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/03/2020 pub. 20/03/2020 numac 2020040696 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot toekenning van bijzondere machten aan de Regering in het kader van de gezondheidscrisis in verband met het Covid-19 coronavirus type decreet prom. 17/03/2020 pub. 18/03/2020 numac 2020040687 bron waalse overheidsdienst Decreet tot toekenning van bijzondere machten aan de Waalse Regering in het kader van de gezondheidscrisis Covid-19 type decreet prom. 17/03/2020 pub. 18/03/2020 numac 2020040688 bron waalse overheidsdienst Decreet tot toekenning van de bijzondere machten aan de Waalse Regering in het kader van de gezondheidscrisis Covid-19 voor de aangelegenheden geregeld bij artikel 138 van de Grondwet sluiten tot toekenning van bijzondere machten aan de Regering in het kader van de gezondheidscrisis in verband met het COVID-19 coronavirus, artikel 1, § 1, c) en g) ;

Gelet op de Wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving;

Overwegende de « gendertest » van 5 juni 2020, uitgevoerd met toepassing van artikel 4, tweede lid, 1°, van het decreet van 7 januari 2016Relevante gevonden documenten type decreet prom. 07/01/2016 pub. 12/02/2016 numac 2016029074 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap sluiten houdende integratie van de genderdimensie in het geheel van de beleidslijnen van de Franse Gemeenschap;

Gelet op advies nr. 67.572/2 van de Raad van State, uitgebracht op 12 juni 2020, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gezien de hoogdringendheid gemotiveerd, na de beslissing van de Nationale Veiligheidsraad van 13 mei 2020 om de geleidelijke hervatting van de cursussen te organiseren, door de noodzaak om de nadere regels voor de keuze van de cursus godsdienst of niet-confessionele zedenleer of van de vrijstelling te wijzigen om een tweede uur filosofie en burgerschap de facto te verkrijgen vanwege de afwezigheid van veel leerlingen. In feite zullen sommige leerlingen op 1 juni nog steeds niet naar hun school zijn teruggekeerd vanwege deze geleidelijke hervatting, hoewel deze datum is vastgesteld als uiterste datum voor het indienen van keuzeformulieren;

Gezien de hoogdringendheid die ook wordt ingegeven door de noodzaak om de Franse Gemeenschap in staat te stellen vóór het einde van het schooljaar te reageren op de maatregelen die zijn genomen in het kader van de bestrijding van de COVID-19-pandemie, overeenkomstig artikel 1, § 1, g), van het decreet van 17 maart 2020Relevante gevonden documenten type decreet prom. 17/03/2020 pub. 20/03/2020 numac 2020040696 bron ministerie van de franse gemeenschap Decreet tot toekenning van bijzondere machten aan de Regering in het kader van de gezondheidscrisis in verband met het Covid-19 coronavirus type decreet prom. 17/03/2020 pub. 18/03/2020 numac 2020040687 bron waalse overheidsdienst Decreet tot toekenning van bijzondere machten aan de Waalse Regering in het kader van de gezondheidscrisis Covid-19 type decreet prom. 17/03/2020 pub. 18/03/2020 numac 2020040688 bron waalse overheidsdienst Decreet tot toekenning van de bijzondere machten aan de Waalse Regering in het kader van de gezondheidscrisis Covid-19 voor de aangelegenheden geregeld bij artikel 138 van de Grondwet sluiten tot toekenning van bijzondere machten aan de Regering in het kader van de gezondheidscrisis in verband met het COVID-19 coronavirus: - door een ernstig gevaar te vermijden door de betrokken leerlingen of hun ouders voor het schooljaar 2020-2021 te laten kiezen tussen de cursus godsdienst of niet-confessionele zedenleer of van de vrijstelling; - door alle leerlingen en hun ouders in staat stellen om zo snel mogelijk te weten te komen hoe ze deze cursussen kunnen kiezen voor het begin van het schooljaar 2020-2021;

Gezien het feit dat de Nationale Veiligheidsraad op zijn vergadering van 13 mei 2020 heeft besloten om de lessen voor sommige leerlingen in het basis- en voortgezet onderwijs geleidelijk te hervatten, onder strikte organisatorische voorwaarden;

Gelet op artikel 24, § 1 Belgische Grondwet ;

Overwegende dat de in artikel 8, lid 10, onder d), van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving met betrekking tot de keuze van de cursus godsdienst of niet-confessionele zedenleer of van de vrijstelling van deze cursussen voor de betrokken leerlingen, niet kon worden gerespecteerd gezien de afwezigheid van veel leerlingen in de scholen als gevolg van de geleidelijke terugkeer die vanaf 18 mei jl. werd georganiseerd;

Overwegende dat niet alle leerlingen op 1 juni 2020 naar school zijn teruggekeerd en het niet mogelijk is geweest om het formulier via de schoolagenda's te verspreiden, zoals gebruikelijk is;

Overwegende dat het belangrijk is dat de inrichtende machten en de schooldirecteurs de keuze van de ouders te kennen om de opdrachten van de personeelsleden en de uurroosters voor het schooljaar 2020-2021 zo goed mogelijk voor te bereiden;

Overwegende dat met de bijzondere omstandigheden aan het einde van het schooljaar en de noodzaak om zich onder de best mogelijke omstandigheden voor te bereiden op het begin van het schooljaar 2020-2021, is het noodzakelijk om de administratieve en onderwijsteams niet te zwaar te belasten;

Overwegende dat oplossing die in dit verband is gevonden, is de automatische verlenging, voor het schooljaar 2020-2021, van de keuze die de leerling, als hij meerderjarig is, of zijn ouders, of de persoon met het ouderlijk gezag, als hij minderjarig is, vorig jaar voor het schooljaar 2019-2020 heeft gemaakt;

Overwegende dat het echter noodzakelijk blijft dat leerlingen, als ze volwassen zijn, of hun ouders, of de persoon die geïnvesteerd is met het ouderlijk gezag, als ze minderjarig zijn, hun recht kunnen blijven uitoefenen, afhankelijk van de gekozen school, om hun keuze te wijzigen met betrekking tot het schooljaar 2019-2020.

Op de voordracht van de Minister van Onderwijs;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.§ 1. In afwijking van artikel 8, lid 10, d), van de wet van 29 mei 1959 tot wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, wordt de keuze die voor het schooljaar 2019-2020 wordt gemaakt tussen de cursus godsdienst of niet-confessionele zedenleer of van de vrijstelling, automatisch verlengd voor het schooljaar 2020-2021. De leerling, indien hij meerderjarig is, of zijn ouders, of de persoon met het ouderlijk gezag, indien hij minderjarig is, is/zijn daarom niet verplicht het in hetzelfde artikel bedoelde formulier door middel van een ondertekende verklaring in te vullen.

Indien de meerderjarige leerling of, indien hij minderjarig is, de ouders of de persoon met het ouderlijk gezag hun keuze willen wijzigen ten opzichte van de keuze voor het schooljaar 2019-2020, stellen zij de schooldirecteur daarvan in kennis, die hen het in artikel 8 van de wet van 29 mei 1959 bedoelde formulier overhandigt, en sturen zij de schooldirecteur uiterlijk op 26 juni 2020 het hierboven bedoelde formulier terug, dat naar behoren is ingevuld. § 2 Uiterlijk op 15 juni 2020 stellen de schooldirecteurs de leerlingen, indien zij volwassen zijn, of de wettelijke voogd, indien zij minderjarig zijn, op de hoogte van de in het eerste lid van dit artikel bedoelde regelingen.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking op 1 juni 2020.

Art. 3.De minister bevoegd voor het Onderwijs wordt belast voor de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 18 juni 2020.

De Minister-President, P.-Y. JEHOLET De Minister van Onderwijs, C. DESIR