Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Regering Van De Franse Gemeenschap van 21 mei 1999
gepubliceerd op 02 september 1999

Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot uitvoering van het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie

bron
ministerie van de franse gemeenschap
numac
1999029451
pub.
02/09/1999
prom.
21/05/1999
ELI
eli/besluit/1999/05/21/1999029451/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 MEI 1999. - Besluit van de Regering van de Franse Gemeenschap tot uitvoering van het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie


De Regering van de Franse Gemeenschap, Gelet op het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie, inzonderheid op de artikelen 5, lid 1, 7, 9, lid 2 en 10;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 25 januari 1999;

Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 12 februari 1999;

Gelet op het protocol van 1 maart 1999 van het sectorcomité IX en van het comité van de provinciale en locale overheidsdiensten, afdeling II, die samen in zitting vergaderen;

Gelet op de beraadslaging van 8 maart 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap over het verzoek om advies dat de Raad van State binnen een maand moet uitbrengen;

Gelet op het advies van de Raad van State, gegeven op 3 mei 1999, in toepassing van artikel 84, lid 1, 2° van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Op de voordracht van de Minister tot wiens bevoegdheid het Onderwijs voor sociale promotie behoort;

Gelet op de beraadslaging van 21 mei 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° "het decreet" : het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie;2° "de inspectie" : de inspectie bedoeld bij artikel 24, § 2, lid 2, 3° van de wet van 29 mei 1959 houdende wijziging van sommige bepalingen van de onderwijswetgeving, zoals gewijzigd;3° "de Coördinatieraad" : de Raad bedoeld bij artikel 1 van het besluit van 26 september 1998 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende oprichting van de coördinatieraad en de zoneraden voor het onderwijs voor sociale promotie van de Franse Gemeenschap;4° "de Commissie" : de Commissie voor vorming tijdens de loopbaan, bedoeld bij artikel 10 van voormeld decreet van 30 juni 1998. HOOFDSTUK II. - De werking van de commissie

Art. 2.De leden van de Commissie bedoeld bij artikel 10 van het decreet worden acht dagen voor de vergadering op initiatief van de Voorzitter opgeroepen.

De mandaten van de leden van de Commissie worden gratis uitgeoefend.

De reiskosten van de leden van de Commissie en de werkingskosten ervan vallen ten laste van de begroting van de Algemene Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie.

Voor de terugbetaling van de reiskosten worden de in artikel 10, § 2, 1° en 2°van het decreet bedoelde leden gelijkgesteld met de rang die zij bekleden.De andere leden worden gelijkgesteld met de ambtenaren van rang 12.

Voor zover deze bepaling op hen kan toegepast worden, worden de leden van de Commissie beschouwd als zijnde in dienstactiviteit wanneer zij een zitting van de Commissie bijwonen.

Art. 3.De Commissie vergadert in de loop van januari om de lijst op te maken van de gemeenschappelijke algemene vormingsthema's bedoeld bij artikel 10, lid 1 van het decreet die handelen over de organisatie van de vorming tijdens de loopbaan van het volgende burgerlijk jaar.

Binnen de acht dagen die volgen op die vergadering, bezorgt de Voorzitter van de Commissie deze lijst aan de vakverenigingen die vertegenwoordigd zijn in sector IX en die veertien dagen tijd hebben, te rekenen vanaf de ontvangst van de lijst, om hun advies aan de Voorzitter van de Commissie over te maken.

Elke vakvereniging bedoeld bij lid 2 : 1° ofwel betuigt haar instemming met de lijst die door de Commissie wordt voorgelegd;2° ofwel stelt een andere, met redenen omklede lijst voor. De Commissie vergadert binnen de veertien dagen die volgen op de ontvangst van de adviezen van de vakverenigingen bedoeld bij lid 2, om de lijst van de gemeenschappelijke algemene thema's over de vorming definitief vast te stellen en deze lijst uiterlijk 15 maart aan de Regering ter goedkeuring voor te leggen, overeenkomstig artikel 10, lid 1 van het decreet.

Wanneer de Commissie een lijst vaststelt die verschillend is van deze die bedoeld is in lid 3, 2° motiveert zij haar keuze bij de regering en bij de betrokken vakorganisatie.

Art. 4.De Regering : 1° indien zij de bij artikel 3 bedoelde lijst goedkeurt, geeft de Algemene Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie, voor het kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor het afstandsonderwijs, opdracht die lijst aan de Commissie, aan de Algemene Dienst voor pedagogische Zaken, voor onderzoek inzake pedagogie en voor besturing van het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap, aan de Coördinatieraad en aan de vertegenwoordigings- en de coördinatie-organen van de inrichtende machten bedoeld bij artikel 15, lid 2 van het decreet te bezorgen;2° indien zij de lijst niet goedkeurt, verzoekt zij de Commissie die lijst te wijzigen binnen de veertien dagen.Na die termijn wijzigt de Regering die lijst en geeft zij de Algemene Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie, voor het kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor het afstandsonderwijs opdracht die lijst aan de Commissie, aan de Algemene Dienst voor Pedagogische Zaken, voor onderzoek inzake pedagogie en voor besturing van het onderwijs georganiseerd door de Franse Gemeenschap, aan de Coördinatieraad en aan de vertegenwoordigings- en de coördinatie-organen van de inrichtende machten te bezorgen. HOOFDSTUK III. - De organisatie van de vormingen

Art. 5.De wedden of de weddetoelagen en andere kosten voortvloeiend uit de organisatie van de vormingen worden aangerekend op de begrotingskredieten toegewezen aan de vormingen tijdens de loopbaan.

Het volume van de opdracht toegewezen aan de opleiders bedoeld bij artikel 4, 1° van het decreet mag niet hoger zijn dan een vijfde van hun prestaties in het onderwijs wanneer deze overeenstemmen met een voltijdse opdracht.

Overeenkomstig artikel 9, lid 2, 2° en lid 3 worden de opleidingen die in de lijn van het decreet liggen, georganiseerd op basis van een overeenkomst opgesteld volgens het model als bijlage I van dit besluit.

Een exemplaar van de bij lid 3 bedoelde overeenkomst moet voor de aanvang van de opleiding toekomen bij : 1° de Algemene Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie, voor het kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor het afstandsonderwijs;2° de Voorzitter van de Commissie;3° de Inspectiedienst.

Art. 6.Wat de vormingsactiviteiten betreft georganiseerd in toepassing van artikel 9, lid 2, 1° en 2° van het decreet, moet het verslag van de Inspectie naar de Algemene Dienst voor het onderwijs voor sociale promotie, voor het kunstonderwijs met beperkt leerplan en voor het afstandsonderwijs opgezonden worden uiterlijk in de loop van de maand die volgt op het einde van de betrokken opleiding tijdens de loopbaan.

Bij ontstentenis van het in lid 1 bedoeld verslag of ingeval de voorziene termijn overschreden werd, wordt het advies van de Inspectie als gunstig beschouwd.

Art. 7.Onverminderd de reglementsbepalingen inzake bekrachtiging van de studies, wordt het attest bedoeld bij artikel 7 uitgereikt volgens het model als bijlage II bij dit besluit. HOOFDSTUK IV. - Slotbepalingen

Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.De Minister tot wiens bevoegdheid het onderwijs voor sociale promotie behoort, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 mei 1999.

Vanwege de Regering van de Franse Gemeenschap : De Minister van Begroting, Financiën en Ambtenarenzaken, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE

Bijlage I Overeenkomst opgesteld in het kader van het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie Tussen, enerzijds : En anderzijds : Wordt overeengekomen :

Artikel 1.Deze overeenkomst heeft tot doel de nadere regels te bepalen voor de organisatie en werking van de vorming gegeven in het kader van de vorming tijdens de loopbaan van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie.

Art. 2.Vorming.

Die overeenkomst heeft betrekking op het volgend vormingsprojekt : Type van voorgestelde vorming : algemeen gemeenschappelijk thema (1) specifiek thema (1) Als het over een algemeen gemeenschappelijk thema gaat, nadere omschrijving geven van de overeenstemming met een van de algemene gemeenschappelijke thema's over vorming goedgekeurd door de Regering van de Franse Gemeenschap.

Betiteling van de vorming / van de vormingseenheid (1) : Doelstellingen van de opleiding / finaliteiten van de vormingseenheid (1) : Inhoud van de vorming/ eindcapaciteiten van de vormingseenheid (2) : Art.3. Opleider(s) (2) De bij artikel 2 bedoelde vorming wordt door de volgende opleider(s) gegeven (Naam, personalia, kwalificaties en nr. bankrekening) :

Art. 4.Publiek.

Beschrijving van het betrokken publiek : Verwacht aantal deelnemers :

Art. 5.Tijdschema van de vorming.

Voorziene duur van de vorming : van.... tot.....

Tijdschema van de vorming : zie bijlage.

Plaats (en) :

Art. 6.Kosten van de vorming.

Beheers- en secretariaatskosten (3) (Voorbeeld : telefoon, papier, postzegels, fotocopieën, klein materieel, informatiebrochures,...) Opleider(s) : Bezoldigingen : Reiskosten (4) Onderdak (5) Didactisch materieel : Aankoop of huur van didactisch materieel (boeken, publicaties, tijdschriften, video, projectie, informatica,...) uitsluitend ten behoeve van de vorming : Onthaal : Kosten voor de opvang en de maaltijden van de gevormde ambtenaren en de opleiders : Lokalen : Huur van de zaal : Onderdak (6) Mededeling van de informatie : Met uitsluiting van elke publicatie bestemd voor de verkoop, en met een maximum van 5.000 BF. Totaal :

Art. 7.Slotbepaling.

Deze overeenkomst treedt in werking op....... en eindigt op......

Handtekeningen : Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van 21 mei 1999 van de Regering van de Franse gemeenschap houdende uitvoering van het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie. _______ Nota (1) Doorhalen wat niet past.(2) Indien de opleider een lesgever is, is het voldoende de voornaam, de naam en het registratienummer op te geven.(3) Die kosten mogen niet hoger oplopen dan 10% van de toegekende begrotingen. (4) Voor de opleider(s) die zijn (hun) persoonlijke wagen gebruikt(en) : toepassing van het tarief van de N.M.B.S., volgens het boek van de wettelijke afstanden. (5) Enkel voor buitenlandse opleiders of voor stages met verblijf.(6) Enkel voor de stages met verblijf. Bijlage II Attest uitgereikt in het kader van de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie (decreet van 30 juni 1998).

Wij bevestigen dat Mej, Mevr., M.(1) . . . . . wonende te : (P.N. . . . . . (plaats) . . . . . ( . . . . . straat) (nr.) . . . . . bekleed met het ambt van : . . . . . ; in de volgende inrichtinhg : . . . . . (benaming) . . . . . (straat, nr.) . . . . . (P.N. plaats) deel heeft genomen aan de vorming tijdens de loopbaan waarvan de kenmerken hierna worden vermeld, als : - deelnemer (deelneemster) (1) - opleider (opleidster) (1) Thema : . . . . .

Discipline(s) : . . . . . ;

Dag(en) vorming - stage met verblijf (1) Datum (data) : . . . . .

Plaats(en) : . . . . .

Gedaan te . . . . . , . . . . .

De Inspecteur(-trice) inrichter(-ster) (1) De verantwoordelijke voor de Vorming, De Opleider(-ster) (1).

Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van 21 mei 1999 van de Regering van de Franse Gemeenschap houdende uitvoering van het decreet van 30 juni 1998 betreffende de vorming tijdens de loopbaan van de leden van het bestuurs- en onderwijzend personeel en van het opvoedend hulppersoneel in het onderwijs voor sociale promotie. _______ Nota (1) Doorhalen wat niet past.

^