Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van 04 juli 2019
gepubliceerd op 08 augustus 2019

Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de administratiekosten van de kinderbijslagfondsen

bron
gemeenschappelijke gemeenschapscommissie van brussel-hoofdstad
numac
2019041740
pub.
08/08/2019
prom.
04/07/2019
ELI
eli/besluit/2019/07/04/2019041740/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD


4 JULI 2019. - Besluit van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie betreffende de administratiekosten van de kinderbijslagfondsen


Het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten type wet prom. 08/08/1980 pub. 11/12/2007 numac 2007000980 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, artikel 20;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989, artikel 69, tweede lid;

Gelet op de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag, artikel 16 tot 18;

Gelet op de Algemene Kinderbijslagwet, artikel 94, laatst gewijzigd bij de wet van 19 december 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 19/12/2014 pub. 15/01/2015 numac 2015003004 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende tweede aanpassing van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2014 type wet prom. 19/12/2014 pub. 15/01/2015 numac 2015003003 bron federale overheidsdienst budget en beheerscontrole Wet houdende de aanpassing van de Middelenbegroting voor het begrotingsjaar 2014 type wet prom. 19/12/2014 pub. 29/12/2014 numac 2014009676 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende diverse bepalingen betreffende Justitie sluiten;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 4 april 2019;

Gelet op het advies van de Beheerraad voor Gezinsbijslag, gegeven op 1 april 2019;

Gelet op het akkoord van de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor Financiën en Begroting, gegeven op 28 mei 2019;

Gelet op het advies 66.079/1 van de Raad van State, gegeven op 28 mei 2019 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op vordracht van de Leden van het Verenigd College bevoegd voor het Gezinsbeleid;

Na beraadslaging, Besluit :

Artikel 1.De globale jaarlijkse toelage om de administratiekosten van de kinderbijslagfondsen te dekken wordt enerzijds op kwantitatieve en anderzijds op kwalitatieve basis vastgesteld via het responsabiliserings-mechanisme bedoeld in artikel 4.

Art. 2.De in artikel 1 bedoelde globale jaarlijkse toelage wordt voor het jaar 2020 vastgesteld op 12.400.000 euro.

Voor de daaropvolgende jaren wordt het bedrag van de globale jaarlijkse toelage jaarlijks herzien rekening houdend met de ontwikkeling van het totale aantal dossiers dat door de gezinsbijslagregeling wordt betaald.

De globale jaarlijkse toelage wordt verdeeld over de kinderbijslagfondsen in verhouding tot het bedrag van de gezinsbijslag dat door elk van hen wordt betaald.

Art. 3.De federale kinderbijslagfondsen die in 2019 voor rekening van de GGC optreden, ontvangen een eenmalig, niet-geïndexeerd bedrag van 389.090 euro voor de aanpassing van hun beheer en betaling van de gezinsbijslag vanaf 2020.

Dat bedrag wordt over die federale fondsen verdeeld afhankelijk van de bedragen van de gezinsbijslag die in 2018 door hen werden betaald, en, eventueel, door de federale fondsen die aan hen een subportefeuille van dossiers hebben doorgegeven ten laste van de GGC op basis van het samenwerkingsakkoord van 6 september 2017Relevante gevonden documenten type samenwerkingsakkoord prom. 06/09/2017 pub. 26/01/2018 numac 2018010056 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de aanknopingsfactoren, het beheer van de lasten van het verleden, de gegevensuitwisseling inzake de gezinsbijslagen en de praktische regels betreffende de bevoegdheidsoverdracht tussen de kinderbijslagfondsen sluiten tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Gemeenschappelijke Gemeenschaps-commissie en de Duitstalige Gemeenschap betreffende de aanknopingsfactoren, het beheer van de lasten van het verleden, de gegevensuitwisseling inzake de gezinsbijslagen en de praktische regels betreffende de bevoegdheidsoverdracht tussen de kinderbijslag-fondsen.

Art. 4.Het gedeelte van de globale jaarlijkse toelage in verband met de kwaliteit van de prestaties van de kinderbijslagfondsen waarop zij ten hoogste aanspraak kunnen maken, wordt als volgt vastgesteld: 1° 5 % voor 2022;2° 7,5 % voor 2023;3° 10 % voor 2024;4° 15 % vanaf 2025.

Art. 5.Om de kwaliteit van de prestaties van de kinderbijslagfondsen te evalueren, wordt het technische, administratieve en financiële beheer van de kinderbijslagfondsen geëvalueerd op basis van de volgende criteria: 1° de naleving door de kinderbijslagfondsen van de wettelijke, regelgevende en administratieve bepalingen, zowel op technisch, financieel als op boekhoudkundig vlak en de snelheid waaraan ze de vastgestelde tekortkomingen verhelpen;2° de organisatorische, boekhoudkundige en financiële kwaliteit van de kinderbijslagfondsen.De mate waarin de tekortkomingen doeltreffend verholpen worden. Een doeltreffend beheer van de terugvordering van debetten en een verantwoord beheer van de aanrekening van de bedragen aan het reservefonds; 3° de naleving door de kinderbijslagfondsen van termijnen voor administratieve, boekhoudkundige, financiële en statistische documenten, de juistheid van die documenten en de correcte en tijdige bijwerking van de gegevens in de registers die door de Bicommunautaire Dienst voor Gezondheid, Bijstand aan Personen en Gezinsbijslag, hierna de 'Dienst' genoemd, worden beheerd;4° de initiatieven, en de kwaliteit ervan, die de kinderbijslagfondsen nemen om de gezinnen te informeren over de kinderbijslag-regelgeving in het algemeen en hun kinderbijslagdossier in het bijzonder, met inachtneming van de verplichtingen in de ordonnantie van 4 april 2019 tot vaststelling van het betaalcircuit voor de gezinsbijslag;5° de correcte integratie van de actoren van het recht op kinderbijslag in het repertorium van de personen bedoeld in artikel 6 van de wet van 15 januari 1990Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/01/1990 pub. 08/07/2010 numac 2010000396 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de sociale zekerheid (kadaster), en de correcte bijwerking van de gegevens in dat repertorium.

Art. 6.De in artikel 5 vermelde evaluatiecriteria krijgen de volgende wegingscoëfficiënten: 1° het criterium in 1° : 50 % 2° het criterium in 2° : 25 % 3° het criterium in 3° : 15 % 4° het criterium in 4° : 5 % 5° het criterium in 5° : 5 % Art.7. De Beheerraad voor Gezinsbijslag van de Dienst, hierna 'de Beheerraad' genoemd, bepaalt het gedeelte van de globale toelage in verband met de werklast dat aan ieder kinderbijslagfonds toekomt en beoordeelt de kwaliteit van hun prestaties.

De controle die voorafgaat aan die evaluatie, voor een jaar X, wordt uitgevoerd in het jaar X + 1 en de toelage wordt uiterlijk op 1 december van het jaar X + 2 bepaald. De Beheerraad beslist over de voorlopig te betalen bedragen voordat de toelage wordt toegekend. De eerste controle zal betrekking hebben op 2022.

Het gedeelte van de toelage dat aan elk kinderbijslagfonds is verschuldigd, wordt betaald door middel van maandelijkse voorschotten die zijn gebaseerd op de financiële rapportage die elke fonds uitvoert.

Art. 8.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2020, met uitzondering van artikel 3 dat in werking treedt de dag waarop het belsuit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Art. 9.De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Gezinsbeleid, zijn belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 4 juli 2019.

Voor het Verenigd College : De Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Gezinsbeleid, P. SMET

^