Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 21 februari 2019
gepubliceerd op 15 maart 2019

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen

bron
brussels hoofdstedelijk gewest
numac
2019011009
pub.
15/03/2019
prom.
21/02/2019
ELI
eli/besluit/2019/02/21/2019011009/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 FEBRUARI 2019. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdragmet de interne markt verenigbaar worden verklaard;

Gelet op de bijzondere wet tot hervorming der instellingen van 8 augustus 1980 die toepasselijk verklaard is voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest door artikel 8 van de bijzondere wet van 12 januari 1989, artikel 20;

Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, artikel 8, lid 1;

Gelet op de wet van 16 mei 2003 tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden voor de begrotingen, de controle op de subsidies en voor de boekhouding van de gemeenschappen en de gewesten, alsook voor de organisatie van de controle door het Rekenhof;

Gelet op de ordonnantie van 26 juni 2003 houdende oprichting van het Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel, in het bijzonder artikel 4 § 2;

Gelet op de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, artikels 92 tot 95;

Gelet op de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen, de artikelen 6 lid 2 en 3; 8; 14 § 3, § 4, lid 1 en § 6 ; 16 § 4 lid 2 ; 17 § 4 lid 2 ; 19 § 4 lid 2 en § 8 ; 20 § 4 lid 2 et § 8 ; 22 § 8 : 23 § 7 ; 24 § 4 lid 2 en § 8 ; 30 § 4 lid 2 en § 8 en 36;

Gelet op de gendertest, opgesteld op 20 juni 2018 overeenkomstig artikel 3, 2°, van de ordonnantie van 29 maart 2012 houdende de integratie van de genderdimensie in de beleidslijnen van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Gelet op het advies van de Economische en Sociale Raad voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gegeven op 07 september 2018;

Gelet op het advies van de Raad voor het Wetenschapsbeleid van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gegeven op 02 oktober 2018;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 02 maart 2018;

Gelet op het akkoord van de minister van Begroting, gegeven op 25 april 2018 ;

Gelet op advies 64.694/1 van de Raad van State, gegeven op 14 januari 2019, in toepassing van artikel 84, lid 1, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (2014/C 198/01);

Op voorstel van de Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering bevoegd voor Wetenschappelijk Onderzoek, Na beraadslaging, Besluit : HOOFDSTUK 1. - Definities

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: a) "Innoviris": het Brussels Instituut ter Bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie, opgericht door de ordonnantie van 26 juni 2003 houdende oprichting van het Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijke Onderzoek en de Innovatie van Brussel zoals gewijzigd bij de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen, artikel 34;b) " Minister": het lid van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering dat bevoegd is voor Wetenschappelijk Onderzoek;c) "Leidende ambtenaren": de leidende ambtenaren van Innoviris, zoals bedoeld in artikel 8 van de ordonnantie van 26 juni 2003 houdende oprichting van het Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijke Onderzoek en de Innovatie van Brussel;d) "Ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit": de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met economische finaliteit ten voordele van ondernemingen en onderzoeksorganisaties gelijkgesteld met ondernemingen;e) "Ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met niet-economische finaliteit": de ordonnantie van 27 juli 2017 ter bevordering van onderzoek, ontwikkeling en innovatie door de toekenning van steun met niet-economische finaliteit ten voordele van non-profitorganisaties, onderzoeksorganisaties en ondernemingen;f) "Organieke ordonnantie van 23 februari 2006": de ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle;g) "Project": het door het Gewest gesteunde project op basis van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit;h) "Overeenkomst": de overeenkomst betreffende de toekenning van steun, gesloten door Innoviris en de begunstigde van deze steun, om hun wederzijdse rechten en verplichtingen vast te leggen;i) "Periode van ontwikkeling en uitvoering van het project": de in de overeenkomst vastgelegde periode voor de ontwikkeling en uitvoering van het project;j) "Resultaten van het Project": de materiële en/of immateriële resultaten, met name de technologieën, knowhow en informatie van technische of andere aard, gecreëerd, ontdekt of verkregen in het kader van de ontwikkeling en de uitvoering van het project;k) "Strategisch innovatieplan" (SIP): Programma met globaal karakter, besproken in hoofdstuk IV, afdeling 1, onder afdeling 11, dat op gedetailleerde wijze de visie en de strategie van de innovatieve starter op het vlak van innovatie, onderzoek en ontwikkeling uiteenzet (en dat in het bijzonder aandacht besteedt aan de aspecten onderzoek, ontwikkeling, bescherming van intellectuele eigendom en commerciële ontwikkeling);l) "Begeleidingscomité": groep belast met de evaluatie van de resultaten van het project en de perspectieven op valorisatie ervan;m) "Interface": bureau voor de overdracht van technologie of competenties van de onderzoeksorganisatie, dat deze laatste bijstaat in het kader van het opzetten van het project en de valorisatie van de resultaten;n) "Project outline": voorafgaande steunaanvraag met enkel een expression of interest en een samengevatte versie van het project;o) "Full proposal": steunaanvraag met het volledige en gedetailleerde project;p) "Gunstige afloop": situatie, omschreven in artikel 36, § 2, waarin de resultaten van het project overeenkomen met de technische en commerciële doelstellingen van het project, zoals vastgelegd in de overeenkomst;q) "Mislukking": situatie, omschreven in artikel 14 § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, waarin de resultaten van het project volstrekt niet overeenkomen met de technische en commerciële doelstellingen van het project, zoals vastgelegd in de overeenkomst;r) "Gedeeltelijk succes": situatie, omschreven in artikel 36, § 3 waarin de verwachte resultaten slechts gedeeltelijk overeenkomen met de technische en commerciële doelstellingen zoals vastgelegd in de overeenkomst;s) "Succes dat de gunstige afloop overstijgt": situatie, omschreven in artikel 36, § 4, waarin de resultaten van het project de technische en commerciële doelstellingen van het project, zoals vastgelegd in de overeenkomst, overstijgen; t) "State of the art": de stand van de kennis op het (wetenschappelijk, technisch, enz.) domein op een bepaald moment. HOOFDSTUK 2. - Algemene bepalingen

Art. 2.§ 1. Het beheer en het onderzoek van de aanvragen bedoeld in de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit worden toevertrouwd aan Innoviris. § 2. De beslissingen tot toekenning of weigering tot toekenning van de steun worden genomen door de regering, de minister of de leidende ambtenaren van Innoviris.

Art. 3.De steun bedoeld in de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit kan toegekend worden aan rechtspersonen of aan natuurlijke personen.

Art. 4.De cumulatie van steun toegekend op basis van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit met andere financieringsbronnen door eenzelfde project is slechts toegelaten als deze geen betrekking heeft op dezelfde in aanmerking komende kosten, overeenkomstig artikel 11 van de ordonnantie van 27 juli 2017 met economische finaliteit.

Art. 5.Geen enkele steun kan toegekend of gebruikt worden om personeelskosten te financieren die reeds gefinancierd worden door andere overheidsmiddelen.

Art. 6.Geen enkele steun kan toegekend worden aan een publiekrechtelijke rechtspersoon of een door de overheid gecontroleerde entiteit, of door deze gebruikt worden om de verwezenlijking te financieren van taken of opdrachten die reeds door andere overheidsmiddelen gefinancierd worden.

Art. 7.De begunstigden van de steun mogen een deel van de taken en opdrachten die verband houden met het project in onderaanneming geven, mits naleving van de volgende voorwaarden: a) de onderaanneming mag geen betrekking hebben op de essentiële aspecten van het project en de geest ervan geen geweld aandoen;b) de aanvrager geeft in zijn aanvraag aan welke delen van het project hij van plan is in onderaanneming te geven aan derden en welke onderaannemers hij voorstelt;c) het principe, de reikwijdte en de modaliteiten van de aanvaarde onderaanneming worden uitdrukkelijk bepaald door Innoviris of in de beslissing tot toekenning van de steun.d) de gesloten onderaannemingsovereenkomst garandeert de begunstigde van de steun een gepaste mate van controle en informatieverstrekking aangaande de uitvoering van in onderaanneming gegeven taken en opdrachten, evenals de toegang tot en de vrije beschikking over de resultaten voortvloeiend uit deze taken en opdrachten.e) de begunstigde blijft volledig, exclusief en ondeelbaar gehouden tot naleving van de verplichtingen voortvloeiend uit de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, uit dit besluit en uit de overeenkomst.Hij kan het feit dat hij een beroep deed op onderaanneming niet aanvoeren om tekortkomingen aan zijn verplichtingen te rechtvaardigen of om de toepassing van de in geval van tekortkoming aan deze verplichtingen vastgelegde sancties te vermijden.

Art. 8.§ 1. Innoviris waarborgt te allen tijde het respect voor de vertrouwelijkheid van alle aan haar meegedeelde informatie, met uitzondering van informatie die door de aanvrager uitdrukkelijk als niet-vertrouwelijk wordt gekwalificeerd. § 2. Innoviris mag echter wel informatie betreffende een gesteund project gebruiken, mits de toelating van de begunstigde, voor het uitvoeren van studies, evaluaties, statistieken, publicatie of mededelingen naar het publiek toe. HOOFDSTUK 3. - Procedures voor het onderzoek van de aanvragen Afdeling 1. - Basisprincipes

Art. 9.Om het indienen en het onderzoek van de aanvragen te vergemakkelijken, kan Innoviris handleidingen publiceren die de regels voortvloeiend uit de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit en uit dit besluit beknopt en didactisch voorstellen.

Deze documenten, zonder dwingend karakter, worden gepubliceerd op de website van Innoviris. Afdeling 2. - Indiening van de steunaanvragen

Art. 10.Steunaanvragen kunnen op elk moment van het jaar spontaan worden ingediend of naar aanleiding van een projectoproep overeenkomstig de ordonnantie van 27 juli 2017 met niet-economische finaliteit.

Art. 11.Projectoproepen kunnen in twee fasen georganiseerd worden, onder de vorm van een oproepfase met expression of interest (project outline), gevolgd door een fase projectoproepen (full proposal).

Als gebruik gemaakt wordt van de in het voorgaande lid beschreven mogelijkheid, zijn in het kader van de tweede fase enkel aanvragen ontvankelijk die betrekking hebben op projecten die door Innoviris werden geselecteerd in de eerste fase.

Art. 12.De aanvragen moeten, op straffe van onontvankelijkheid, ingediend worden via de door Innoviris opgestelde en op de website beschikbare formulieren.

Deze formulieren moeten, op straffe van onontvankelijkheid, correct en volledig ingevuld, gedateerd en ondertekend worden door personen die gemachtigd zijn om de aanvrager te verbinden, en vergezeld gaan van alle vereiste bijlagen en bewijsstukken.

Art. 13.Innoviris maakt binnen de vijf werkdagen na ontvangst van de aanvraag een ontvangstbewijs over aan de aanvrager, dat duidelijk de datum van de indiening van de steunaanvraag vastlegt. Afdeling 3. - Onderzoek van de ontvankelijkheid van steunaanvragen

Art. 14.Innoviris onderzoekt de ontvankelijkheid van aanvragen overeenkomstig de bepalingen van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit.

Art. 15.Innoviris kan de aanvrager vragen zijn aanvraagdossier aan te vullen en de informatie en documenten te verstrekken die nodig zijn voor het onderzoek van zijn aanvraag.

Als de aanvrager geen nuttig gevolg geeft aan een dergelijk verzoek binnen de opgelegde termijn, kan de aanvraag onontvankelijk verklaard worden.

Art. 16.Na onderzoek neemt Innoviris een beslissing over de ontvankelijkheid van elke aanvraag.

Elke beslissing die een aanvraag onontvankelijk verklaart, wordt onverwijld aan de aanvrager ter kennis gebracht.

Indien de onontvankelijkheid van de aanvraag te wijten zou zijn aan het feit dat de aanvrager niet in aanmerking komt voor steun toegekend krachtens de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit omdat hij niet voldoet aan de criteria vastgelegd in artikel 2, § 2 van deze ordonnantie, laat Innoviris hem gelijktijdig weten of zijn aanvraag eventueel in aanmerking komt voor de overeenstemmende steun beoogd in de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met niet-economische finaliteit. In dit geval behoudt de aanvrager het voordeel van de indieningsdatum van zijn aanvraag. Afdeling 4. - Beoordeling van de wenselijkheid steun toe te kennen en

het bedrag ervan

Art. 17.§ 1. Innoviris onderzoekt de wenselijkheid steun toe te kennen en het bedrag ervan, overeenkomstig de bepalingen van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit. § 2. De perspectieven op valorisatie van de resultaten van het project en de impact van deze valorisatie op het Gewest worden beoordeeld, rekening houden met onder meer de potentiële creatie van economische activiteit, het potentieel gebruik van onderzoeksresultaten ten dienste van de maatschappij of het potentieel om het Brusselse publiek te sensibiliseren voor wetenschap en innovatie.

De projecten die de grootste potentiële impact hebben voor het Gewest op het vlak van waardecreatie krijgen de voorkeur.

Art. 18.In het kader van projectoproepen kan Innoviris, zeker als een groot aantal aanvragen werden ingediend, overgaan tot een eerste beoordeling op basis van de evaluatiecriteria vastgelegd in de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, om een beperkter aantal projecten te selecteren.

Als gebruik gemaakt wordt van de in het voorgaande lid beschreven mogelijkheid, wordt in het kader van een tweede evaluatie enkel rekening gehouden met projecten die tijdens de eerste evaluatie geselecteerd werden.

Art. 19.Innoviris kan eisen de aanvrager of zijn vertegenwoordigers persoonlijk te horen.

Als de aanvrager geen nuttig gevolg geeft aan een dergelijk verzoek binnen de opgelegde termijn, kan de aanvraag onontvankelijk verklaard worden.

Art. 20.§ 1. Innoviris kan in het kader van de evaluatie van de projecten de medewerking vragen van externe en onafhankelijke deskundigen.

De deskundigen worden aangeduid in functie van hun bekwaamheid om de wetenschappelijke inhoud van de projecten en de mate dat ze afgestemd zijn op het specifiek karakter van het steunprogramma op relevante wijze te beoordelen, op basis van hun erkende ervaring en bevoegdheden. § 2. De deskundigen verbinden zich ertoe hun opdracht op loyale, onafhankelijk en onpartijdige wijze uit te voeren en waarborgen de vertrouwelijkheid van de informatie waarvan ze in het kader van deze opdracht kennis zouden krijgen. Hun verbintenis wordt voor het begin van de uitvoering van hun opdracht vastgelegd, middels de ondertekening van een door Innoviris opgesteld model van verklaring. § 3. De deskundigen kunnen een forfaitaire vergoeding krijgen per gewerkte halve dag.

De verplaatsings- en huisvestingskosten en de algemene kosten van deskundigen die in het buitenland verblijven, kunnen eveneens gedekt worden.

Innoviris bepaalt het bedrag en de voorwaarden betreffende de vergoeding van de deskundigen. Afdeling 5. - Toekenning van de steun, in aanmerking komende kosten,

opvolging en controle van het project

Art. 21.Na onderzoek door Innoviris wordt een beslissing genomen tot toekenning of weigering tot toekenning van de steun, overeenkomstig artikel 2, § 2.

Deze beslissing wordt onverwijld meegedeeld aan de aanvrager.

Art. 22.Onverminderd de bepalingen betreffende de steun vermeld in afdeling 2 van hoofdstuk IV worden de modaliteiten betreffende de toekenning van steun, de uitbetaling ervan, de rechtvaardiging van het gebruik en de ontwikkeling en uitvoering van het project vastgelegd in de overeenkomst.

De overeenkomst verduidelijkt in elk geval of de steun in de vorm van subsidies of terugbetaalbare voorschotten zal uitbetaald worden en desgevallend volgens welke modaliteiten.

De overeenkomst verduidelijkt in elk geval of de steun in de vorm van opeenvolgende schijven zal uitbetaald worden en desgevallend volgens welke modaliteiten.

Art. 23.Overeenkomstig artikel 11, lid 1 van de wet van 16 mei 2003 en artikel 92, lid 1 van de ordonnantie van 23 februari 2006 moet de steun door de begunstigde gebruikt worden voor de doelstellingen waarvoor hij werd toegekend, zoals beschreven in de overeenkomst.

Hij mag met name niet overgedragen of gebruikt worden om enige vorm van pand, waarborg of zekerheid te stellen.

Art. 24.De begunstigde van de steun dient voortdurend, tijdens de gehele periode van ontwikkeling en uitvoering van het project te voldoen aan de ontvankelijkheids- en toekenningsvoorwaarden van zijn aanvraag.

Art. 25.§ 1. Overeenkomstig de artikelen 11 lid 3 en 13 lid 2 van de wet van 16 mei 2003 en de artikelen 92 lid 3 en 94 lid 2 van de ordonnantie van 23 februari 2006 dient de begunstigde het gebruik van de ontvangen bedragen te rechtvaardigen. § 2. De gemaakte kosten worden gestaafd aan de hand van bewijsstukken die duidelijk, gespecifieerd en actueel zijn.

Blijft de begunstigde in gebreke inzake het verstrekken van bewijsstukken voor bepaalde uitgaven, dan moet hij het deel dat niet werd verantwoord terugbetalen. § 3. Enkel uitgaven gedaan tijdens de periode van ontwikkeling en uitvoering van het project komen in aanmerking.

In afwijking van lid 1 kunnen bepaalde uitgaven die gedaan worden voor het begin van deze periode of na deze termijn aanvaard worden, op voorwaarde dat aangetoond wordt dat ze nuttig zijn voor de ontwikkeling of de uitvoering van het project en dat deze uitgaven voorafgaandelijk door Innoviris werden goedgekeurd. § 4. Aan de overeenkomst worden boekhoudkundige richtlijnen toegevoegd ter vastlegging van de voorwaarden betreffende de toelaatbare bewijsstukken en de financiële verslagen. Deze maken integraal deel uit van de overeenkomst.

Art. 26.§ 1. Innoviris is verantwoordelijk voor de opvolging en de controle van de goede uitvoering van het project en het gebruik van de steun. § 2. De begunstigde maakt regelmatig technische en financiële verslagen over aan Innoviris, overeenkomstig de in de overeenkomst vastgelegde modaliteiten. § 3. Overeenkomstig artikel 12, lid 1 van de wet van 16 mei 2003 en artikel 93 lid 1 van de ordonnantie van 23 februari 2006 mag Innoviris, om zich ervan te vergewissen dat de begunstigde zijn verplichtingen nakomt, deze onder meer uitnodigen op een controlegesprek, bezoeken ter plaatse uitvoeren of overgaan tot controles van stukken.

Innoviris kan eveneens van de begunstigde eisen dat hij de resultaten van het project demonstreert en de lopende werken, de gemaakte of geplande uitgaven of de maatregelen genomen voor de goede uitvoering van het project voorstelt. § 4. Innoviris kan samenwerken met een begeleidingscomité.

Dit comité kan naast de vertegenwoordigers van Innoviris onder meer bestaan uit leden van het team verantwoordelijk voor het project, leden van de betreffende interfaces, deskundigen, vertegenwoordigers van de betrokken sectoren en vertegenwoordigers van de openbare instellingen van het Gewest. Afdeling 6. - Vermindering van de steun, intrekking van de steun en

einde van de overeenkomst

Art. 27.Als er tegelijkertijd steun wordt toegekend voor economische en voor niet-economische activiteiten neemt Innoviris alle gepaste maatregelen om te controleren of de krachtens de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit toegelaten steunintensiteit niet overschreden wordt door een stijging van het aandeel economische activiteiten in verhouding tot de situatie op het ogenblik van de toekenning van de steun.

De modaliteiten van deze controle worden desgevallend gepreciseerd in de overeenkomst bedoeld in artikel 22.

Als de toegelaten intensiteit overschreven wordt, wordt de volledige of gedeeltelijke terugbetaling van de reeds betaalde bedragen vermeerderd met de rente geëist en worden de nog aan de begunstigde uit te betalen bedragen evenredig verminderd.

Art. 28.§ 1. De overeenkomst kan geschorst, verbroken of ontbonden worden en Innoviris zal de totale of gedeeltelijke terugbetaling eisen van de reeds betaalde steun in de volgende gevallen: 1° de begunstigde leeft de voorwaarden voor de toekenning van de subsidie niet na;2° de begunstigde gebruikt de subsidie niet voor de doeleinden waarvoor ze is toegekend;3° de begunstigde belemmert de controles bedoeld in artikel 26;4° de begunstigde ontvangt al een subsidie van een andere instelling voor hetzelfde voorwerp, op basis van dezelfde bewijsstukken; De overeenkomst kan geschorst of verbroken worden in het geval dat de begunstigde zich in een situatie van faillissement, gerechtelijke reorganisatie, vrijwillige of gerechtelijke vereffening of in een andere situatie bedoeld in artikel 1 van verordening 2015/848 van 20 mei 2015 betreffende insolventieprocedures bevindt. § 2. Als Innoviris tekortkomingen vaststelt, stuurt het, na de ernst ervan beoordeeld te hebben, een aangetekend schrijven naar de begunstigde met een beschrijving van de ten laste gelegde tekortkomingen en de eventuele sancties.

Dit aangetekend schrijven vermeldt ook de mogelijkheid die de begunstigde heeft om zijn opmerkingen te doen gelden, schriftelijk of tijdens een hoorzitting, binnen een termijn die niet korter mag zijn dan 7 dagen. § 3. De autoriteit die de steun overeenkomstig artikel 2, § 2 heeft toegekend, kan op basis van eventueel door de begunstigde opgeworpen elementen en met het oog op eventueel door hem genomen corrigerende maatregelen, beslissen een van de sancties waarvan sprake in § 1 van dit artikel op te leggen.

Deze beslissing kan onmiddellijk in werking treden of er kan de begunstigde een uitstel van maximaal vijftien dagen worden toegekend om hem in de mogelijkheid te stellen corrigerende maatregelen te nemen.

Deze beslissing wordt onverwijld meegedeeld aan de begunstigde per aangetekend schrijven. § 4. In geval van een beslissing die de terugbetaling van de steun gelast, moet de terugbetaling gebeuren binnen de 15 dagen..

De verschuldigde bedragen worden vermeerderd met moratoire interesten tegen de wettelijke interestvoet vanaf het verstrijken van deze termijn.

Art. 29.Overeenkomstig artikel 14 van de wet van 16 mei 2003 en artikel 95 van de ordonnantie van 23 februari 2006 en onverminderd artikel 28 van dit besluit, kan de uitkering van de steun worden opgeschort zolang de begunstigde voor soortgelijke steunen, die hij voordien heeft ontvangen, verzuimt de in artikel 25 bedoelde verantwoording te verstrekken of zich aan de in artikel 26 bepaalde controle te onderwerpen.

Wordt een steun in schijven uitgekeerd, dan wordt iedere schijf als een afzonderlijke steun beschouwd.

Art. 30.Begunstigden die tegelijkertijd economische en niet-economische activiteiten uitoefenen moeten een boekhouding bijhouden die toelaat de kosten, inkomsten en financieringen van deze twee soorten activiteiten duidelijk te onderscheiden, overeenkomstig punt 18 van de Kaderregeling betreffende staatssteun voor onderzoek, ontwikkeling en innovatie (2014/C 198/01). HOOFDSTUK 4. - Categorieën van door de regering toegekende steun Afdeling 1. - Steun toegekend overeenkomstig de AGVV

Onderafdeling 1. - Steun ten gunste van het industrieel onderzoek

Art. 31.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 13 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun ten gunste van het industrieel onderzoek minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een businessplan; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 32.§ 1. Als het project verwezenlijkt wordt in daadwerkelijke samenwerking, kunnen ondernemingen en/of onderzoekorganisaties met minstens een exploitatiezetel op het grondgebied van het Gewest, die samenwerken met de aanvrager, een steunaanvraag indienen voor hun eigen in aanmerking komende kosten voor het project, overeenkomstig artikel 13 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit en artikel 12 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met niet-economische finaliteit. § 2. Innoviris onderzoekt of de voorwaarden voor daadwerkelijke samenwerking vervuld werden.

Hiertoe maken de partners aan Innoviris de overeenkomst bedoeld in artikel 13, § 1, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit over, van zodra deze overeenkomst werd gesloten en ten laatste voor het begin van de uitvoering van het project.

Onderafdeling 2. - Steun ten gunste van de experimentele ontwikkeling

Art. 33.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 14 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om een steun ten gunste van de experimentele ontwikkeling minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een businessplan; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 34.§ 1. Als het project verwezenlijkt wordt in daadwerkelijke samenwerking, kunnen ondernemingen en/of onderzoeksorganisaties met minstens een exploitatiezetel op het grondgebied van het Gewest, die samenwerken met de aanvrager, een steunaanvraag indienen voor hun eigen in aanmerking komende kosten voor het project, overeenkomstig artikel 14 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit en artikel 13 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met niet-economische finaliteit. § 2. Innoviris onderzoekt of de voorwaarden voor daadwerkelijke samenwerking vervuld werden.

Hiertoe maken de partners aan Innoviris de overeenkomst bedoeld in artikel 13, § 1, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit over, van zodra deze overeenkomst werd gesloten en ten laatste voor het begin van de uitvoering van het project.

Art. 35.Overeenkomstig artikel 14, § 3, van de ordonnantie van 27 juli 2017 met economische finaliteit kan steun in elk geval toegekend worden in de vorm van een subsidie of van een terugbetaalbaar voorschot.

Art. 36.§ 1. Als de steun toegekend wordt in de vorm van een terugbetaalbaar voorschot, wordt de terugbetaling van het ontvangen voorschot vermeerderd met een rente aan een rentevoet die tenminste gelijk is aan het toepasbaar percentage dat voortvloeit uit de toepassing van de geldende mededeling van de Europese Commissie betreffende de methode van vaststelling van de referentie-en disconteringspercentages. § 2. De overeenkomst bedoeld in artikel 14, § 4, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit legt een voorlopig terugbetalingsschema vast, waarin de technische en commerciële doelstellingen worden geïdentificeerd die zullen toelaten de gunstige afloop van het project te beoordelen. § 3. In geval van gedeeltelijk succes wordt het terug te betalen bedrag bepaald door de volgende bedragen op te tellen: 1° een bedrag ten belope van 50 % van het reeds betaalde voorschot;2° een bedrag ten belope van 0 % tot 50 % van het reeds betaalde voorschot, in functie van de mate waarin de commerciële doelstellingen van het project bereikt werden, zoals beoordeeld door Innoviris. Deze bedragen worden vermeerderd met de rentes bedoeld in artikel 14, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, in verhouding tot het succes dat het project behaald heeft. § 4. In geval van succes dat de gunstige afloop overstijgt, is het terug te betalen bedrag gelijk aan het bedrag dat bij wijze van voorschot ontvangen werd, vermeerderd met de rentes bedoeld in artikel 14, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit en een bonificatie die in verhouding staat tot de overstijging van de gunstige afloop. Het totale terug te betalen bedrag mag niet meer dan het dubbele bedragen van het bedrag ontvangen als terugbetaalbaar voorschot.

Onderafdeling 3. - Steun voor proces- en organisatie-innovatie

Art. 37.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 15 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor proces- en organisatie-innovatie minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een businessplan; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Onderafdeling 4. - Steun ten gunste van haalbaarheidsstudies

Art. 38.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 16 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun ten gunste van haalbaarheidsstudies minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager (met inbegrip van eventuele onderaannemers); - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een businessplan; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 39.Overeenkomstig artikel 16, § 4, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, zijn de in aanmerking komende kosten degene vermeld in artikel 13, § 4, 1° tot 5° van dezelfde ordonnantie en die overeenstemmen met de kosten van de studie.

Onderafdeling 5. - Investeringssteun voor onderzoeksinfrastructuur

Art. 40.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 17 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag voor investeringssteun voor onderzoeksinfrastructuur minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een planning voor de bouw of het upgraden van de infrastructuur; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met de planning van het project; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de planning van het beoogde gebruik van de uitrusting per gebruiker en per soort activiteit; - een document waarin de modaliteiten voor de terbeschikkingstelling van de uitrusting aan derden opgesomd worden; - een business plan dat toelaat de duurzaamheid van de investering na de eventuele toekenning van steun te waarborgen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van de infrastructuur in het Gewest.

Art. 41.Overeenkomstig artikel 17, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit zijn de in aanmerking komende kosten: - de redelijke kosten voor verplaatsing naar een fabrikant, een handelaar of leverancier, om de onderzoeksinfrastructuur te kiezen; - de investeringskosten, waaronder met name de kosten voor de aanschaf van de uitrusting, de afschrijvingskost van een gebouw, de aanschaf van wetenschappelijke en informatica-uitrusting en de aanschaf van onderzoeksmateriaal; - de installatiekosten, waaronder met name de kosten voor de aanschaf van klein wetenschappelijk en technisch materiaal en de kosten voor de basisopleiding van de voornaamste gebruiker(s) van de onderzoeksinfrastructuur; - de onderaannemingskosten, waaronder met name de kosten voor het professioneel en technisch personeel, de consultants en de aannemers die rechtstreeks deelnemen aan de fasen van het ontwerp, de opzet, de vervaardiging, de installatie, het upgraden of de bouw van de infrastructuur; - de andere kosten van de investeringen in immateriële en materiële activa.

Art. 42.Innoviris controleert jaarlijks de naleving van het plan voor het gebruik van de infrastructuur per soort activiteit en soort gebruikers en de modaliteiten van de terbeschikkingstelling van de uitrustingen aan derden, om zich ervan te vergewissen dat de infrastructuur gebruikt wordt overeenkomstig de bestemming en de modaliteiten bedoeld in artikel 17, § 8 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit.

Onderafdeling 6. - Steun voor innovatieclusters

Art. 43.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 18 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor innovatieclusters minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een meerjarig beheerprogramma van het cluster met de nodige middelen en de investeringsbehoeften; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het meerjarenprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een ontwerp van het gebruiksplan van het cluster per soort activiteit en soort gebruiker en de modaliteiten voor de terbeschikkingstelling van de uitrustingen; - een document waarin het businessmodel uitgelegd wordt dat toelaat het beheer van de aan het cluster betaalde vergoedingen en de leefbaarheid ervan na de subsidiëringsperiode te verzekeren; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 44.De duur van de projecten kan geregeld worden, met naleving van de maximumduur vastgelegd in artikel 18, § 8 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, door bijvoorbeeld in een hernieuwing te voorzien.

Art. 45.Innoviris controleert jaarlijks de naleving van het plan voor het gebruik van de panden en faciliteiten per soort activiteit en soort gebruikers en de modaliteiten van de terbeschikkingstelling van de uitrustingen aan derden, om zich ervan te vergewissen dat deze gebruikt worden overeenkomstig de bestemming en de modaliteiten bedoeld in artikel 18, § 9 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit.

Onderafdeling 7. - Steun voor het verkrijgen, valideren en verdedigen van octrooien

Art. 46.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 19, § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor het verkrijgen, valideren en verdedigen van octrooien minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam (met inbegrip van eventuele onderaannemers); - de beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de uitvinding; - het bewijs dat de aanvrager eigenaar of mede-eigenaar is van de uitvinding; - het beoogde soort octrooiprocedure; - een gedetailleerde jaarbegroting die overeenstemt met de beoogde procedure; - een beschrijving van het belang van het octrooi voor de ontwikkelings- en innovatiestrategie van de aanvrager; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 47.Overeenkomstig artikel 19, § 8 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit hebben gefinancierde projecten een looptijd van maximaal 6 jaar.

De duur van de projecten kan geregeld worden, met naleving van de maximumduur vastgelegd in het voorgaande lid, door bijvoorbeeld in hernieuwingen te voorzien.

Art. 48.§ 1 De aanvrager moet titularis zijn van: - hetzij de octrooiaanvraag die het voorwerp van de steunaanvraag uitmaakt voor het verkrijgen of het valideren van een octrooi; - hetzij het octrooi dat het voorwerp van de steunaanvraag uitmaakt voor de verdediging van een octrooi.

Indien er meerdere titularissen zijn, dekt de steun, onverminderd de mogelijkheid voor meerdere titularissen om elk een steunaanvraag in te dienen overeenkomstig artikel 19 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, enkel het financieel deel waarvoor de aanvrager verantwoordelijk is, in verhouding tot zijn aandeel in de mede-eigendom van de octrooiaanvraag of het octrooi. § 2. De aanvrager vrijwaart Innoviris voor alle aanspraken betreffende de eigendom van de octrooiaanvraag of het octrooi dat het voorwerp van de aanvraag uitmaakt.

De aanvrager garandeert in het bijzonder dat hij beschikt over alle rechten betreffende de octrooiaanvraag of het octrooi dat het voorwerp van de aanvraag uitmaakt en dat de octrooiaanvraag of het octrooi voor zover hij weet geen rechten van derden schendt.

Art. 49.Overeenkomstig artikel 19, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit zijn de in aanmerking komende kosten, die overeenkomen met de kosten verbonden aan de verkrijging, validering en verdediging van octrooien, de volgende: - de kosten voor het personeel toegewezen aan de procedure voor de verkrijging, validering en verdediging van het octrooi; - de registratiekosten van de octrooiaanvraag; - de kosten betreffende de procedure voor de indiening van het octrooi (erelonen, kosten voor de certificatie van officiële documenten, vertalingen, beheerskosten, taksen, ...):; - de kosten van de aanvraag van een officieel nieuwheidsonderzoek (inclusief de kosten die gemaakt zouden zijn voor de ontwikkeling en de uitvoering van het project overeenkomstig artikel 25, § 3, lid 2); - de annuïteiten voor de verstrekking van het octrooi; - de kosten voor de verdediging van het octrooi (representatiekosten en verplaatsingskosten van de gevolmachtigde) indien deze nodig blijken tijdens de periode van ontwikkeling en uitvoering van het project.

Onderafdeling 8. - Steun voor de detachering van hooggekwalificeerd personeel van een onderzoeksorganisatie of een grote onderneming naar een kleine of middelgrote onderneming

Art. 50.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 20 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor de detachering van hooggekwalificeerd personeel van een onderzoeksorganisatie of een grote onderneming naar een kleine of middelgrote onderneming minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - het curriculum vitae van het gedetacheerde personeelslid (inclusief het bewijs dat hij houder is van een universitair masterdiploma (of gelijkwaardig), dat hij beschikt over minstens vijf jaar ervaring in onderzoek, ingenieurswetenschappen of het ontwerpen van producten, diensten of procedés en minstens 2 jaar anciënniteit heeft in de instelling van herkomst); - de beschrijving van de aanvrager, de context en de redenen van de aanvraag, en van de doelstellingen van het detacheringsproject; - een intentieverklaring van de instelling waarvan het gedetacheerd personeel afkomstig is; - een beschrijving van de functie en de taken van het gedetacheerd personeel (inclusief het belang van deze functie voor de ontwikkeling en de innovatiestrategie van de aanvrager); - een beschrijving van de omkadering van het hooggekwalificeerd personeel in de kandiderende onderneming; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met de detacheringsproject; - een loonfiche of elk ander document dat het loon aantoont dat het gedetacheerd personeel in de instelling van herkomst ontvangt; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het detacheringsproject in het Gewest.

Art. 51.Overeenkomstig artikel 20, § 8 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit hebben gefinancierde projecten een looptijd van 6 tot 24 maanden.

Art. 52.Overeenkomstig artikel 20, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit zijn de in aanmerking komende kosten voor de detachering : - de personeelskosten met betrekking tot het loon van het hooggekwalificeerd gedetacheerd personeel; - de algemene kosten van de detacherende entiteit, beperkt tot maximaal 10 % van de loonkosten van het gedetacheerd personeel; - de werkingskosten die rechtstreeks verband houden met het gedetacheerd personeel; - de bijkomende algemene kosten van de aanvrager.

Onderafdeling 9. - Steun ten gunste van Living labs- projecten

Art. 53.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 21 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun ten gunste van Living labs-projecten minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - de beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een businessplan; - een beschrijving van het potentieel en de strategie tot valorisatie van de resultaten van het project in het Gewest.

Art. 54.De jury belast met de beoordeling van de steunaanvragen kan met name bestaan uit deskundigen met specifieke competenties op het vlak van living labs (open innovation; collectieve intelligentie,...), evenals uit personen die rechtstreeks betrokken zijn bij de projecten en hun uitvoering.

Onderafdeling 10. - Steun voor de valorisatie van industrieel onderzoek via het oprichten van ondernemingen

Art. 55.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 22 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor de valorisatie van industrieel onderzoek via het oprichten van ondernemingen minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art, de wetenschappelijke verworvenheden en de doelstellingen van het project; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting van het project; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - de verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager aan te tonen; - een businessplan; - een beschrijving van het potentieel en de strategie tot valorisatie van de resultaten van het project in het Gewest en de schikkingen die getroffen zijn inzake intellectuele eigendom.

Art. 56.Overeenkomstig artikel 22, § 8 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit mogen gefinancierde projecten een looptijd van maximaal 3 jaar hebben.

Onderafdeling 11. - Steun aan innovatieve starters

Art. 57.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 23 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun aan innovatieve starters minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - het bewijs dat de aanvrager een innovatieve starter is; - de beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - de beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag; - een strategisch innovatieplan, dat betrekking kan hebben op meerdere producten of diensten; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het strategisch innovatieplan; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het strategisch innovatieplan kan leveren; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het strategisch innovatieplan van de aanvrager in het Gewest.

Art. 58.Overeenkomstig artikel 23, § 7 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit hebben strategische innovatieplannen een looptijd van maximaal 3 jaar.

Art. 59.Innoviris bepaalt de vorm van elke toegekende steun, die een van de vormen moet zijn vastgelegd in artikel 23, § 3 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit.

Art. 60.De in aanmerking komende kosten zijn de uitgaven van alle aard die verband houden met de uitvoering van het strategisch innovatieplan.

Onderafdeling 12. - Financiering van innovatieadviesdiensten en innovatieondersteuningsdiensten

Art. 61.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 24 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag voor de financiering van innovatieadviesdiensten en innovatieondersteuningsdiensten minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van het projectteam, van de aanvrager en van de eventuele dienstverlener; - de beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag, de state of the art en de doelstellingen van het project en de diensten; - een werkprogramma dat overeenstemt met de begroting; - een gedetailleerde begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van de diensten kan leveren; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 62.Overeenkomstig artikel 24, § 4 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, zijn de in aanmerking komende kosten degene vermeld in artikel 13, § 4, 1° tot 5° van dezelfde ordonnantie, die betrekking hebben op innovatieadviesdiensten en innovatieondersteuningsdiensten.

Art. 63.Gefinancierde projecten hebben een looptijd van maximaal 3 jaar.

Onderafdeling 13. - Steun ten gunste van projecten ingediend in het kader van bepaalde Europese programma's

Art. 64.Als steun wordt toegekend overeenkomstig artikel 25 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, wordt het interventiepercentage evenredig verminderd in geval van Europese cofinanciering, om te garanderen dat de cumulatie van de toegekende steun niet leidt tot de overschrijding van de intensiteitsplafonds vastgelegd in dezelfde ordonnantie.

Onverminderd de regels betreffende het Europees project in kwestie, zijn de regels vastgelegd in en krachtens de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit van toepassing op de steun toegekend overeenkomstig artikel 25 van dezelfde ordonnantie.

Onderafdeling 14. - Steun ten gunste van projecten ingediend in het kader van programma's ingericht door het Waalse Gewest en het Vlaamse Gewest

Art. 65.Onverminderd de regels betreffende het door het Waalse Gewest en het Vlaamse Gewest georganiseerde programma, zijn de regels vastgelegd in en krachtens de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit van toepassing op de steun toegekend overeenkomstig artikel 26 van dezelfde ordonnantie. Afdeling 2. - Steun toegekend overeenkomstig de de-minimisverordening

Onderafdeling 1. - Steun voor het opzetten van internationale projecten

Art. 66.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 28 § 1 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor het opzetten van internationale projecten minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - de beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een werkprogramma; - een begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het opzetten van het project kan leveren; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - de verklaring die toelaat aan te tonen dat de voorwaarden opgelegd door de de-minimisverordening werden nageleefd; - de verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 67.Voor de toepassing van artikel 28, § 6, 2° van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit kan de aanvrager niet beschouwd worden als projectdrager als hij aan dit project verbonden is als onderaannemer.

Art. 68.De steunaanvraag moet ten laatste een maand voor de sluiting van de internationale projectoproep ingediend worden.

Art. 69.De controle van de goede uitvoering van het opzetten van het project bestaat onder meer uit het bewijs van het indienen van het project bij de internationale instelling of organisatie die de oproep organiseerde.

Art. 70.In afwijking van artikel 22 kan de steun toegekend worden zonder dat een toekenningsovereenkomst gesloten wordt.

Onderafdeling 2. - Steun voor het opzetten van co-creatieprojecten

Art. 71.Enkel op voorhand geselecteerde project outlines voor een project zoals bedoeld in artikel 21, § 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit kunnen de steun genieten waarvan sprake in artikel 29 van dezelfde ordonnantie.

Art. 72.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 29 § 1er van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor het opzetten van co-creatieprojecten minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - de beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een werkprogramma; - een begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - als de steunaanvraag niet alle kosten voor het opzetten van het project dekt, het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor het opzetten van het project kan leveren; - de verklaring die toelaat aan te tonen dat de voorwaarden opgelegd door de de-minimisverordening werden nageleefd; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - de verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van het project in het Gewest.

Art. 73.Voor de toepassing van artikel 29, § 1, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit kan de aanvrager niet beschouwd worden als coördinator of projectdrager als hij aan dit project verbonden is als onderaannemer.

Art. 74.De controle van de goede uitvoering van het opzetten van het project bestaat uit het bewijs van het indienen van het project bij Innoviris.

Art. 75.In afwijking van artikel 22 kan de steun toegekend worden zonder dat een toekenningsovereenkomst gesloten wordt.

Onderafdeling 3. - Innovatiecheques

Art. 76.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 30 § 1er van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun voor innovatiecheques minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - een beschrijving van de onderneming die het project draagt en van het (de) dienstverlenende centrum (centra); - de beschrijving van de context en de redenen van de aanvraag en de doelstellingen ervan; - een werkprogramma; - een begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van de prestatie kan leveren; - de verklaring die toelaat aan te tonen dat de voorwaarden opgelegd door de de-minimisverordening werden nageleefd; - een verklaring die toelaat de grootte van de aanvrager te bepalen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager aan te tonen; - een beschrijving van de perspectieven op valorisatie van de resultaten van het project in het Gewest.

Art. 77.Gefinancierde projecten hebben een looptijd van maximaal 15 maanden.

Art. 78.In afwijking van artikel 22 kan de steun toegekend worden zonder dat een toekenningsovereenkomst gesloten wordt.

Art. 79.Overeenkomstig artikel 30, § 4, lid 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, zijn de in aanmerking komende kosten degene vermeld in artikel 13, § 4, 1°, 2°, 4 en 5° van dezelfde ordonnantie en die overeenstemmen met de kosten van de studie.

Onderafdeling 4. - Steun ten gunste van projecten die de sensibilisering voor wetenschappen en innovatie en de promotie hiervan beogen

Art. 80.Overeenkomstig artikel 6, lid 3 en artikel 31 § 1er van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, moeten in het kader van een aanvraag om steun ten gunste van projecten die de sensibilisering voor wetenschappen en innovatie en de promotie hiervan beogen minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt worden: - de beschrijving van het projectteam en van de aanvrager; - een werkprogramma; - een begroting die overeenstemt met het werkprogramma; - een kopie van de bankgegevens van de aanvrager; - als de steunaanvraag niet alle in aanmerking komende kosten dekt, het bewijs dat de aanvrager zijn financiële bijdrage voor de verwezenlijking van het project kan leveren; - de verklaring die toelaat aan te tonen dat de voorwaarden opgelegd door de de-minimisverordening werden nageleefd; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de aanvrager te beoordelen; - de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de aanvrager in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - een beschrijving van de economische en/of maatschappelijke impact van het project op het Gewest.

Art. 81.De steun kan de vorm aannemen van wetenschapscheques.

Art. 82.In afwijking van artikel 22 kan de steun toegekend worden zonder dat een toekenningsovereenkomst gesloten wordt.

Onderafdeling 5. - Prijzen toegekend ter ondersteuning van de sensibilisering voor wetenschappen en innovatie en de promotie hiervan

Art. 83.Om te voldoen aan artikel 6, derde lid, van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit worden met betrekking tot een prijs als vermeld in artikel 32 van dezelfde ordonnantie minstens de volgende documenten en inlichtingen verstrekt: - het formulier van kandidaatstelling, naar behoren ingevuld en ondertekend; - een kopie van de bankgegevens van de kandidaat; - de verklaring die toelaat aan te tonen dat de voorwaarden opgelegd door de de-minimisverordening werden nageleefd; - desgevallend de verklaring die toelaat de hoedanigheid van de onderneming of onderzoeksorganisatie van de kandidaat in de zin van artikels 2, § 1 of 2 van de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit aan te tonen; - de informatie die toelaat de financiële gezondheid van de kandidaat aan te tonen.

Art. 84.In afwijking van artikel 22 kan de steun toegekend worden zonder dat een toekenningsovereenkomst gesloten wordt. Afdeling 3. - Overgangs-, opheffings- en slotbepalingen

Art. 85.§ 1. Treden in werking de dag van de publicatie van het huidige besluit in het Belgisch Staatsblad: - dit besluit; - de ordonnantie van 27 juli 2017 tot toekenning van steun met economische finaliteit, overeenkomstig haar artikel 36; § 2. Blijven echter beheerst door de bepalingen die van toepassing waren vóór de datum van inwerkingtreding van het huidige besluit: a) de steunaanvragen ingediend vóór deze datum;b) de steunaanvragen ingediend vanaf deze datum in het kader van een projectoproep gepubliceerd vóór deze datum.

Art. 86.De minister bevoegd voor Wetenschappelijk Onderzoek wordt belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 21 februari 2019.

Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering: De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Wetenschappelijk Onderzoek, Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenzaken, Toerisme en de Haven van Brussel, R. VERVOORT

^