gepubliceerd op 27 juli 2015
Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2007 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeurs, betreffende een aanpassing aan de professionele opleiding tot taxichauffeur
16 JULI 2015. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot wijziging van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/03/2007 pub. 03/05/2007 numac 2007031181 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur sluiten betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeurs, betreffende een aanpassing aan de professionele opleiding tot taxichauffeur
De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op de ordonnantie van 27 april 1995 betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur, de artikelen 6bis et 28 ;
Gelet op het advies nr. 57.688/4 van de Raad van State, gegeven op 6 juli 2015 overeenkomstig artikel 84 § 1er, lid 1, 2° van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 4 juni 2015;
Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting, gegeven op 11 juni 2015;
Overwegende de gendertest;
Overwegende het advies van het Regionaal Comité van Advies voor de taxi's en de verhuurde voertuigen met chauffeur van 2 juni 2015 ;
Op voorstel van de Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering belast met Vervoer, Na beraadslaging, Besluit :
Artikel 1.In artikel 10, § 3 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 29 maart 2007Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 29/03/2007 pub. 03/05/2007 numac 2007031181 bron ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur sluiten betreffende de taxidiensten en de diensten voor het verhuren van voertuigen met chauffeur, zoals gewijzigd door het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 27 maart 2014 worden de woorden "het voorlopige bekwaamheidscertificaat bedoeld in artikel 17, § 3" vervangen worden door de woorden "het voorlopige bekwaamheidscertificaat bedoeld in artikel 13, § 3".
Art. 2.Artikel 13 van datzelfde besluit van 29 maart 2007, zoals gewijzigd door het besluit van 27 maart 2014, wordt vervangen door : § 1. Om het bekwaamheidscertificaat te verkrijgen dat toegang verleent tot de uitoefening van het beroep van taxichauffeur, moet de kandidaat, alvorens het volgen van de verplichte opleidingscursussen bedoeld in artikel 17, § 1 of de opleiding bedoeld in artikel 17, § 2, met vrucht gedragstesten afleggen bij een door het Bestuur aangesteld organisme dat geschikt is om persoonlijkheidstesten af te nemen van chauffeurs van voertuigen die met het publiek in contact komen.
Kandidaten voor de gedragstest die in het bezit zijn van een attest van Actiris waaruit blijkt dat zij reeds over een concreet aanbod van een exploitant beschikken voor het volgen van de praktisch opleiding, krijgen voorrang op andere kandidaten voor het afleggen van de gedragstest. § 2. Alvorens de in paragraaf 1 bedoelde test af te leggen, dient de kandidaat het in artikel 12, 4° bedoelde uittreksel uit het strafregister bij het Bestuur voor te leggen. Enkel de kandidaten die, in België of in het buitenland, geen van de hiernavolgende in kracht van gewijsde gegane veroordelingen hebben opgelopen, bedoeld in artikel 10 § 2, in de periode die de aanvraag zoals bedoeld in die bepaling voorafgaat, mogen de in lid 1 bedoelde test afleggen. § 3. Op vertoon van het in artikel 12, 6° bedoelde getuigschrift waaruit blijkt dat de betrokkene geslaagd is voor de gedragstest, ontvangt de betrokkenen, onder de voorwaarden bedoeld in artikel 19, eerste lid betreffende de arbeidsovereenkomst of artikel 19, tweede lid betreffende de zelfstandige taxichauffeurs, een voorlopig bekwaamheidscertificaat dat de hem toelaat te werken als zelfstandige taxichauffeur of als taxichauffeur in dienst van deze exploitant op voorwaarde dat de exploitant instaat voor de praktische opleiding van de chauffeur betreffende de topografie van het Gewest (kennis van het snelste traject om van de ene plaats naar de andere te gaan en kennis van de locatie van de voornaamste openbare of voor het publiek toegankelijke plaatsen), het opstellen van het rittenblad en het gebruik van de taximeter. In het geval dat de betrokkene beoogt om zelfstandig taxichauffeur te zijn wordt zijn opleiding, bedoeld de vorige alinea, verzekerd door een exploitant die minimaal 5 jaar ervaring heeft in deze hoedanigheid en in het kader van een opleidingsovereenkomst waarvan de voorwaarden en een typemodel worden vastgelegd door de Minister.
In het geval dat de betrokkene beoogt om zelfstandig taxichauffeur te zijn wordt zijn opleiding, bedoeld de vorige alinea, verzekerd door een exploitant die minimaal 5 jaar ervaring heeft in deze hoedanigheid en in het kader van een opleidingsovereenkomst waarvan de voorwaarden en een typemodel worden vastgelegd door de Minister.
Het voorlopige bekwaamheidscertificaat wordt afgeleverd voor een eenmalige periode van één jaar. Dit vermeldt de naam van de werkgever of zijn opleider naargelang het geval, zijn DIMONA-nummer, het arbeidsstelsel en het RSZ-inschrijvingsnummer.
De gegevens vermeld op het voorlopige bekwaamheidscertificaat worden gewijzigd en bijgewerkt telkens er een verandering optreedt in de inlichtingen van de houder ervan en onder meer ingeval de opleider, de werkgever of het precieze uurrooster van de tewerkstelling verandert.
Te dien einde zijn de chauffeurs ertoe gehouden zich te melden bij het Bestuur binnen de tien dagen na de feiten die de wijziging of de bijwerking rechtvaardigen.
Iedere chauffeur die niet meer effectief werkt met een arbeidsovereenkomst of met een opleidingsovereenkomst of na vervallen van zijn voorlopig bekwaamheidscertificaat, is ertoe gehouden het voorlopige bekwaamheidscertificaat bij het Bestuur in te leveren binnen de tien werkdagen te rekenen vanaf het stopzetten van zijn activiteit van taxichauffeur of van het vervallen van zijn voorlopig bekwaamheidscertificaat. Indien het bekwaamheidscertificaat niet vrijwillig wordt ingeleverd, kunnen de in artikel 37 van de ordonnantie bedoelde ambtenaren en beambten o.m. belast worden met het recupereren van dit document.
Een nieuw voorlopig bekwaamheidscertificaat kan enkel aangevraagd worden minstens één jaar na het vervallen van het vorige voorlopige certificaat en mits het voorleggen van een uittreksel uit het strafregister dat niet ouder is dan drie maanden. Eenzelfde persoon kan niet meer dan drie voorlopige bekwaamheidscertificaten ontvangen.
Het voorlopige bekwaamheidscertificaat kan tijdelijk opgeschort of definitief ingetrokken worden, overeenkomstig de artikelen 73 tot 76.
Art. 3.Paragraaf 3 van artikel 17 van datzelfde besluit van 29 maart 2007 zoals gewijzigd door het besluit van 27 maart 2014, wordt opgeheven.
Art. 4.Het eerste lid van Paragraaf 4 van artikel 17 van datzelfde besluit van 29 maart 2007 zoals gewijzigd door het besluit van 27 maart 2014, wordt vervangen door: "Na een werkperiode van minstens vier maanden onder dekking van een voorlopig bekwaamheidsattest zoals bedoeld in paragraaf 3 van artikel 13, mag de betrokkene de in artikel 12, 8° bedoelde cursus ecologisch rijden volgen."
Art. 5.Paragraaf 6 van artikel 17 van datzelfde besluit van 29 maart 2007 zoals gewijzigd door het besluit van 27 maart 2014, wordt vervangen door: "Op vertoon van het slaagattest voor het theoretische examen, bedoeld in § 1, of op vertoon van het getuigschrift betreffende de opleiding bedoeld in § 2, alsook op vertoon van de getuigschriften respectievelijk bedoeld in § 3, lid 3 en in § 4, lid 4, alsook op vertoon van de ingevulde rittenbladen door de betrokkene tijdens zijn drie laatste werkmaanden en van zijn loonfiches met betrekking tot de volledige periode van zijn praktische opleiding bedoeld in § 5, lid 1, alsook eventueel na onderzoek van getuigschriften betreffende de manier van rijden en het zich gedragen, overgemaakt aan de kandidaat of het Bestuur door iedere andere tussenkomende persoon zoals collega's of klanten, bezorgt het Bestuur hem, indien deze oordeelt dat alle elementen aantonen dat de kandidaat voldoet aan alle voorwaarden om het beroep van taxichauffeur uit te oefenen, een getuigschrift waaruit blijkt dat de betrokkene de voorwaarden vervult om het bekwaamheidscertificaat van taxichauffeur te ontvangen overeenkomstig artikel 19. Indien alle voorwaarden bedoeld in die bepaling op het moment van de aanvraag vervuld zijn, wordt rechtstreeks aan de betrokkene een bekwaamheidscertificaat van taxichauffeur bezorgd."
Art. 6.In artikel 19 van datzelfde besluit van 29 maart 2007, zoals gewijzigd door het besluit van 27 maart 2014, worden de woorden "alle in artikel 17 bedoelde voorwaarden", vervangen door "alle in artikelen 13 en 17 bedoelde voorwaarden".
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2015.
Art. 8.De minister bevoegd voor taxi-diensten is belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 16 juli 2015.
Voor de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Plaatselijke Besturen, Territoriale Ontwikkeling, Stedelijk Beleid, Monumenten en Landschappen, Studentenaangelegenheden, Toerisme, Openbaar Ambt, Wetenschappelijk Onderzoek en Openbare Netheid, Rudy VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit en Openbare Werken, Pascal SMET