Etaamb.openjustice.be
Besluit Van De Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 04 maart 1999
gepubliceerd op 04 augustus 1999

Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de planning van de verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen (PCT's)

bron
ministerie van het brussels hoofdstedelijk gewest
numac
1999031132
pub.
04/08/1999
prom.
04/03/1999
ELI
eli/besluit/1999/03/04/1999031132/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

4 MAART 1999. - Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de planning van de verwijdering van polychloorbifenylen (PCB's) en polychloorterfenylen (PCT's)


De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, Gelet op richtlijn 96/59/EG van de Raad van 16 september 1996 betreffende de verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 1986 tot reglementering van de stoffen en preparaten die polychloorbifenylen en polychloorterfenylen bevatten;

Gelet op de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende de preventie en het beheer van afvalstoffen;

Gelet op de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen;

Gelet op de beslissing van de Interministeriële Conferentie voor het Leefmilieu van 25 november 1997;

Gelet op het advies van de Raad voor het Leefmilieu voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gegeven op 1 september 1998;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat op 18 september 1998 aan de Raad van State een adviesaanvraag binnen een termijn van een maand werd gevraagd en dat de Raad van State hieraan tot op heden geen gevolg heeft gegeven;

Dat het uitblijven van de omzetting van richtlijn 96/59/EG betreffende de verwijdering van polychloorbifenylen en polychloorterfenylen die hieruit voortvloeit, onaanvaardbaar is;

Dat die omzetting hoogdringend is, aangezien de omzettingstermijn verstreken is;

Op voorstel van de Minister belast met Leefmilieu, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° ordonnantie : de ordonnantie van 7 maart 1991 betreffende de preventie en het beheer van afvalstoffen;2° PCB's : polychloorbifenylen, polychloorterfenylen, monomethyltetrachloordifenylmethaan, monomethyldichloor-difenylmethaan, monomethyldibroomdifenylmethaan of elk mengsel waarvan het totale gehalte aan bovengenoemde stoffen hoger is dan 0,005 gewichtsprocent;3° gebruikte PCB's : alle PCB's die krachtens de ordonnantie als afvalstoffen worden beschouwd;4° reiniging : het geheel van behandelingen waardoor met PCB's verontreinigde apparaten, voorwerpen, materialen of vloeistoffen opnieuw gebruikt, gerecycleerd of onder veilige omstandigheden verwijderd kunnen worden, en die ook vervanging kunnen omvatten, dat wil zeggen het geheel van werkzaamheden waarbij PCB's worden vervangen door een passende vloeistof die geen PCB's bevat;5° PCB's-bevattende apparaten: alle apparaten die PCB's bevatten of hebben bevat, zoals transformatoren, condensatoren, recipiënten die resthoeveelheden bevatten en niet zijn gereinigd.Tenzij redelijkerwijs het tegendeel kan worden aangenomen, worden apparaten die mogelijks PCB's bevatten als PCB's-bevattende apparaten beschouwd; 6° houder : de natuurlijke of rechtspersoon die PCB's, gebruikte PCB's of PCB's-bevattende apparaten in zijn bezit heeft;7° Instituut : het Brussels Instituut voor Milieubeheer;8° Minister : het Regeringslid dat belast is met leefmilieu.

Art. 2.§ 1. Binnen 3 maanden na de inwerkingtreding van dit besluit stelt de Minister een algemeen plan voor de verwijdering en de reiniging van PCB/PCT's op. Overeenkomstig dit plan worden alle PCB's en apparaten die méér dan 0,005 gewichtsprocent PCB's bevatten uiterlijk op 31 december 2005 buiten gebruik gesteld. § 2. De in § 1 gestelde termijn kan worden verminderd door de overheid die bevoegd is om milieuvergunningen af te geven of om bijkomende bijzondere exploitatievoorwaarden op te leggen aan de installaties die op basis van artikel 10, § 2, van dit besluit aan een aangifte onderworpen zijn.

Deze in § 1 van dit artikel bedoelde beslissing van afwijking van het algemeen plan voor de verwijdering en de reiniging van PCB/PCT's moet worden gemotiveerd op grond van de doelstellingen vastgesteld in artikel 2 van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen.

Art. 3.§ 1. De Minister kan, met inachtneming van eventuele beslissingen die op basis van artikel 2, § 2, van dit besluit genomen werden, voor specifieke toepassingen van PCB/PCT's afwijkingen toestaan tot 31 december 2010. Hij stelt de afwijkingscriteria binnen 3 maanden na de inwerkingtreding van dit besluit vast. § 2. Elke afwijkingsaanvraag moet per aangetekende brief gericht worden aan het Instituut, departement « Afvalbeheer ».

De aanvraag moet gemotiveerd zijn. § 3. Om ontvankelijk te zijn, moet de afwijkingsaanvraag uiterlijk op 30 september 2004 ingediend worden. § 4. Op basis van de in § 1 bedoelde criteria neemt het Instituut een beslissing over de afwijkingsaanvraag. De beslissing wordt binnen 3 maanden na ontvangst van de aanvraag per aangetekende brief meegedeeld. Na deze termijn wordt de afwijking geacht geweigerd te zijn.

Art. 4.§ 1. Elke houder van PCB's of PCB's-bevattende apparaten, uitgezonderd condensatoren, die meer dan één kubieke decimeter PCB's bevatten, moet binnen negen maanden na de inwerkingtreding van dit besluit per aangetekende brief de volgende informatie aan het Instituut verstrekken: 1° zijn naam, handelsnaam, rechtsvorm, het adres van zijn maatschappelijke zetel, evenals de naam en de functie van de verantwoordelijke persoon die de vergunningsaanvraag namens de houder ondertekent;2° het type apparaat en het adres waar het zich bevindt;3° het fabricage- en serienummer van het apparaat;4° het volume (in liter) of gewicht (in kilogram) van de vloeistof die PCB's/PCT's bevat, het totaalgewicht van het apparaat (in kilogram), evenals het vermogen ervan (in kVA);5° de hoeveelheid PCB's die het apparaat bevat (in gewichtsprocent);6° het fabricagejaar van het apparaat;7° de plaatsingswijze en de plaats van het apparaat;8° de data en aard van de geplande of uitgevoerde behandelingen of vervangingen;9° de datum waarop de informatie aan het Instituut is verstrekt. § 2. Voor sterkstroomcondensators moet de houder de in § 1 van dit artikel vereiste informatie enkel verstrekken als het volume dat overeenkomt met de som van de afzonderlijke onderdelen van een gecombineerd toestel de drempel van 5 dm3 overschrijdt. § 3. Op basis van de verkregen informatie stelt het Instituut een inventaris van de apparaten op. Het Instituut werkt de inventaris regelmatig bij. § 4. Na ontvangst van de in § 1 en 2 bedoelde informatie bezorgt het Instituut de houder een etiket naar het model in bijlage I. De houder brengt dat etiket zo vlug mogelijk aan op het apparaat waarop de verstrekte informatie betrekking heeft, evenals op de deuren van de lokalen waar het apparaat zich bevindt. § 5. Elke wijziging van de overeenkomstig § 1 en 2 van dit artikel verstrekte informatie moet binnen één maand per aangetekende brief aan het Instituut worden meegedeeld. § 6. Het verstekken van de door dit artikel vereiste informatie stelt de houders van milieuvergunningen niet vrij van de andere informatieverplichtingen die in deze vergunningen opgenomen zijn.

Art. 5.§ 1. Apparaten waarvan, overeenkomstig artikel 1, 5°, van dit besluit, redelijkerwijs mag worden aangenomen dat ze tussen 0,05 en 0,005 gewichtsprocent PCB's bevatten, mogen zonder de in artikel 4, § 1, 5° en 8°, vereiste informatie worden geïnventariseerd. Ze worden voorzien van het etiket: »verontreinigd met PCB's < 0,05 % / contamination par PCB < 0,05 % ». § 2. Wanneer transformatoren met minerale olie geen identificatieplaatje dragen, moet in de volgende gevallen het PCB-gehalte in de minerale olie worden gemeten: 1° als de transformator geopend wordt bij een incident;2° als er sprake is van menselijke interventie in de transformator;3° als het apparaat op een openbare plaats geëxploiteerd wordt;4° als het apparaat het einde van zijn gebruiksduur heeft bereikt. Elke transformator met minerale olie waarvan de inhoudsanalyse de aanwezigheid van PCBs aantoont, wordt beschouwd als een PCB's-bevattend apparaat in de zin van artikel 1, 5°. § 3. Wanneer de in § 2 vereiste analyse een PCB-gehalte van meer dan 0,05 gewichtsprocent aantoont, wordt de transformator buiten werking gesteld.

Art. 6.PCB's-bevattende apparaten die overeenkomstig de artikelen 4 en 5 niet hoeven te worden geïnventariseerd en die onderdeel uitmaken van een ander apparaat, worden verwijderd en afzonderlijk ingezameld wanneer het apparaat buiten gebruik wordt gesteld, gerecycleerd of verwijderd wordt.

Art. 7.De transformatoren die meer dan 0,05 gewichtsprocent PCB's bevatten, kunnen onder de volgende voorwaarden gereinigd worden : 1° de reiniging moet tot doel hebben het PCB-gehalte terug te brengen tot minder dan 0,05 gewichtsprocent en, zo mogelijk, tot 0,005 gewichtsprocent;2° de vervangende vloeistof mag geen PCB's bevatten en moet duidelijk minder risico's inhouden;3° de vervanging van de vloeistof mag de latere verwijdering van de PCB's niet in het gedrang brengen;4° de etikettering van de transformator moet na reiniging worden vervangen door de etikettering zoals aangegeven in bijlage II. Het verstrekken van de krachtens dit artikel vereiste gegevens stelt de houders van milieuvergunningen niet vrij van de andere informatieverplichtingen die in deze vergunningen opgenomen zijn.

Art. 8.In afwijking van artikel 2 kunnen de in artikel 5 bedoelde apparaten aan het einde van hun gebruiksduur verwijderd worden of gereinigd worden onder de volgende voorwaarden: 1° de vervangende vloeistof mag geen PCB's bevatten en moet duidelijk minder risico's inhouden;2° de vervanging van de vloeistof mag de latere verwijdering van de PCB's niet in het gedrang brengen.

Art. 9.Het is verboden : 1° de PCB's van andere stoffen te scheiden met het oog op hergebruik van de PCB's;2° apparaten bij te vullen met PCB's;3° PCB's-bevattende apparaten te onderhouden, behalve indien het doel daarvan is ervoor te zorgen dat de PCB's die deze apparaten bevatten voldoen aan de technische normen of specificaties inzake diëlektrische kwaliteit en in afwachting van hun reiniging overeenkomstig dit besluit.De apparaten moeten in goede staat zijn en mogen geen lekken vertonen; 4° PCB's of gebruikte PCB's te verbranden op schepen.

Art. 10.§ 1. Er wordt een nieuwe rubriek, die het nummer 171 draagt, ingesteld in de lijst der ingedeelde inrichtingen gevoegd bij de ordonnantie van 30 juli 1992 betreffende de milieuvergunning zoals ingevoegd door artikel 37 van de ordonnantie van 23 november 1993 : « Materiaal, PCB/PCT's bevattende apparaten of apparaten met PCB-houdende minerale olie die een PCB-gehalte van meer dan 0,005 gewichtsprocent hebben en die niet in een andere rubriek zijn opgenomen ».

De inrichtingen in deze rubriek zijn ingedeeld in klasse 3, ingesteld door de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de milieuvergunningen. § 2. Rubriek 161 van de bij de voornoemde ordonnantie van 30 juli 1992 gevoegde lijst wordt als volgt gewijzigd: « Statische transformatoren met een nominaal vermogen: a) van 250 kVA tot 1.000 kVA klasse 3; b) van meer dan 1.000 kVA tot 5.000 kVA klasse 2; c) van meer dan 5.000 kVA klasse 1B. »

Art. 11.§ 2 van artikel 2 en artikel 4 van het koninklijk besluit van 9 juli 1986 tot reglementering van de stoffen en preparaten die polychloorbifenylen en polychloorterfenylen bevatten, worden opgeheven.

Art. 12.De Minister van leefmilieu is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 4 maart 1999.

Namens de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter, Ch. PICQUE De Minister belast met Leefmilieu, D. GOSUIN

Bijlage I Etikettering van de met PCB's verontreinigde apparaten Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 betreffende de planning van de verwijdering van polychloorbifenylen (PCB's) en polychloorterfenylen (PCT's).

Brussel, 4 maart 1999.

Namens de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter, Ch. PICQUE De Minister belast met Leefmilieu, D. GOSUIN

Bijlage II Etikettering van gereinigde PCB-apparaten Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 4 maart 1999 betreffende de planning van de verwijdering van polychloorbifenylen (PCB's) en polychloorterfenylen (PCT's).

Brussel, 4 maart 1999.

Namens de Brusselse Hoofdstedelijke Regering : De Minister-Voorzitter, Ch. PICQUE De Minister belast met Leefmilieu, D. GOSUIN

^