gepubliceerd op 04 november 2022
Ordonnantie houdende de aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022
6 JULI 2022. - Ordonnantie houdende de aanpassing van de Algemene Uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022
Het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen, hetgeen volgt : Hoofdstuk 1. - Algemene bepalingen Afdeling 1. - Inleidende bepalingen
Artikel 1.Deze ordonnantie regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 39 van de Grondwet.
Art. 2.Voor de toepassing van deze ordonnantie wordt verstaan onder : 1° Ordonnantie : de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle ;2° Begrotingsordonnantie 2022 : de ordonnantie van 24 december 2021 houdende de Algemene Uitgavenbegroting van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest voor het begrotingsjaar 2022.
Art. 3.In afwijking van het artikel 15 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 13 juli 2006 betreffende de begrotingscyclus, de structuur van de begrotingsordonnantie, de algemene toelichting bij de begroting en de verantwoordingen bij de begroting, is het beschikkende gedeelte van de algemene uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2022 onderverdeeld in vier hoofdstukken in plaats van vijf secties : 1° hoofdstuk 1 : algemene bepalingen ;2° hoofdstuk 2 : bijzondere bepalingen in verband met de diensten van de Regering met inbegrip van de bepalingen in verband met de organieke begrotingsfondsen ;3° hoofdstuk 3 : bijzondere bepalingen in verband met de autonome bestuursinstellingen ;4° hoofdstuk 4 : bijzondere bepalingen in verband met de andere verbintenissen van de gewestelijke entiteit.
Art. 4.De artikels 16 tot 18 en het artikel 20 van hetzelfde besluit blijven van toepassing voor het begrotingsjaar 2022 met dien verstande dat de benamingen sectie I, sectie II, sectie III en sectie V vervangen worden door respectievelijk hoofdstuk 1, hoofdstuk 2, hoofdstuk 3 en hoofdstuk 4.
Het artikel 19 van hetzelfde besluit is niet van toepassing voor het begrotingsjaar 2022.
Art. 5.In afwijking van het artikel 21, eerste lid, van hetzelfde besluit, bevat de begrotingstabel twee afzonderlijke afdelingen : de afdeling 1 die de uitgaven van de diensten van de Regering bevat en de afdeling 2 die de verschillende begrotingen van de autonome bestuursinstellingen van eerste categorie bevat.
Art. 6.In aanvulling op het artikel 1, 7°, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 december 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 16/12/2021 pub. 25/01/2022 numac 2021043536 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de begrotingscontrole, de begrotingsopmaak, de begrotingswijzigingen en de monitoring van de uitvoering van de begroting van de gewestelijke entiteit sluiten betreffende de begrotingscontrole, de begrotingsopmaak, de begrotingswijzigingen en de monitoring van de uitvoering van de begroting van de gewestelijke entiteit, wordt een tweede lid toegevoegd, luidend als volgt : " De subsidies toegekend in toepassing van beheersovereenkomsten afgesloten tussen de Regering en de betrokken gewestelijke instellingen waarvan het voorwerp, de toekenningsvoorwaarden en de berekeningswijze op strikte en definitieve wijze zijn vastgesteld door deze beheersovereenkomsten, worden eveneens beschouwd als subsidies van gereglementeerde niet-organieke aard. ». Afdeling 2. - Algemene bepalingen voor de diensten van de Regering
Art. 7.De ingeschreven kredieten in de Algemene Uitgavenbegroting voor het begrotingsjaar 2022 voor de diensten van de Regering worden als volgt aangepast :
In euro
Vastleggingskredieten Crédits d'engagement
Vereffeningskredieten Crédits de liquidation
En euros
Gesplitste kredieten
Crédits dissociés
Initieel
6.699.626.000
6.427.085.000
Initiaux
Bijkredieten
610.389.000
523.251.000
Crédits supplémentaires
Kredietverminderingen
-
Diminutions des crédits
Aangepast
7.310.015.000
6.950.336.000
Ajustés
Variabele gesplitste kredieten
Crédits dissociés variables
Initieel
341.744.000
327.123.000
Initiaux
Bijkredieten
3.016.000
Crédits supplémentaires
Kredietverminderingen
- 244.000
-
Diminutions des crédits
Aangepast
341.500.000
330.139.000
Ajustés
Algemene totalen
Totaux généraux
Initieel
7.041.370.000
6.754.208.000
Initiaux
Bijkredieten
610.145.000
526.267.000
Crédits supplémentaires
Kredietverminderingen
-
Diminutions des crédits
Aangepast
7.651.515.000
7.280.475.000
Ajustés
Deze kredieten worden opgesomd in de bij deze ordonnantie gevoegde begrotingstabellen, afdeling 1.
Art. 8.In toepassing van het artikel 14 van de ordonnantie, worden de uitgaven gemachtigd per programma waarvan de krediettotalen opgenomen zijn in de bij deze ordonnantie gevoegde begrotingstabellen, afdeling 1. Afdeling 3. - Algemene bepalingen voor de autonome
bestuursinstellingen
Art. 9.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, worden de kredieten van de aangepaste begrotingen (ontvangsten en uitgaven) van de autonome bestuursinstellingen van eerste categorie opgesomd in de bij deze ordonnantie gevoegde begrotingstabellen, afdeling 2.
De autonome bestuursinstellingen van eerste categorie die worden geconsolideerd in de begroting van de gewestelijke entiteit worden hieronder opgesomd : 1° Centrum voor informatica voor het Brusselse Gewest (CIBG) ;2° Leefmilieu Brussel (BIM) ;3° Net Brussel - Gewestelijk Agentschap voor Netheid (GAN) ;4° Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandweer en Dringende Medische Hulp (DBDMH) ;5° Brussels Gewestelijk Herfinancieringsfonds van de Gemeentelijke Thesaurieën (BGHFGT) ;6° Innoviris - Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel (IWOIB) ;7° Brussel - Preventie & Veiligheid (BPV) ;8° Perspective Brussels - Brussels Planningsbureau (BPB).
Art. 10.In toepassing van het artikel 86, § 3, van de ordonnantie, worden de kredieten van de aangepaste begrotingen (ontvangsten en uitgaven) van de autonome bestuursinstellingen van tweede categorie opgesomd in de bij deze ordonnantie gevoegde begrotingstabellen, bijlage 1.
De hieronder opgesomde bestuursinstellingen van tweede categorie die geconsolideerd worden (omdat ze vermeld staan onder sectorcode 13.12 in de « lijst van de publieke eenheden » van het INR of omdat ze een gedelegeerde opdracht vervullen voor rekening van de gewestelijke entiteit), zijn hetzij volledig, hetzij gedeeltelijk (voor de gedelegeerde opdrachten) opgenomen in de geconsolideerde begroting : 1° cvba Woningfonds van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (WFBHG) ;2° nv Brusselse Gewestelijke Huisvestingsmaatschappij (BGHM) ;3° Actiris ;4° Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel (MIVB) - inclusief nv Citeo ;5° De Haven van Brussel ;6° Brupartners ;7° nv Brusoc ;8° Brussels Waarborgfonds ;9° nv Brussel Ontmanteling ;10° vzw IRISteam ;11° Brussel Gas Elektriciteit (BRUGEL) ; 12° nv Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap - parking.brussels (GPA) ; 13° vzw visit.brussels ; 14° nv Brussels Agentschap voor de Ondersteuning van het Bedrijfsleven - hub.brussels (BAOB) ; 15° Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het BrusselsHoofdstedelijk Gewest - citydev.brussels (GOMB) (gedelegeerde opdrachten) ; 16° nv Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (MSI) (gedelegeerde opdrachten) ;17° nv St'art (gedelegeerde opdrachten) ; 18° finance&invest.brussels (GIMB) (gedelegeerde opdrachten).
Voor het punt 15° wordt de volledige begroting van de GOMB opgenomen in de bij deze ordonnantie gevoegde begrotingstabellen, bijlage 1 en niet enkel de gedelegeerde opdrachten. Afdeling 4. - Algemene bepalingen voor de gewestelijke entiteit
Art. 11.In afwijking van het artikel 2, 2°, van de ordonnantie, omvat de gewestelijke entiteit de diensten van de Regering en de autonome bestuursinstellingen opgesomd in de artikelen 9 en 10 van deze ordonnantie.
De geconsolideerde uitgaven- en ontvangstenbegroting van de gewestelijke entiteit, berekend volgens de methode van het Instituut voor de Nationale Rekeningen, wordt goedgekeurd en staat opgenomen in de vorm van een tabel op het einde van het beschikkende gedeelte van deze ordonnantie.
Art. 12.Bijlage 2 bevat de tabel met de uitgaven voor rekening van derden (fiscaliteit).
Hoofdstuk 2. - Bijzondere bepalingen in verband met de diensten van de Regering, met inbegrip van de bepalingen in verband met de organieke begrotingsfondsen Afdeling 1. - Bepalingen van toepassing op alle diensten van de
Regering Onderafdeling 1. - Bepalingen in verband met uitstaande vastleggingen en diverse verrichtingen
Art. 13.De diensten van de Regering zijn gemachtigd om, in het kader van de afsluiting van de budgettaire en boekhoudkundige verrichtingen van het jaar 2022, de uitstaande vastlegging(en) op de oude niet meer te gebruiken en/of verkeerde basisallocaties over te dragen naar de voortaan aan te wenden (nieuwe) basisallocaties.
De diensten van de Regering zijn gemachtigd om tijdens het jaar de uitstaande vastlegging(en) op de oude niet meer te gebruiken en/of verkeerde basisallocaties over te dragen naar de voortaan aan te wenden (nieuwe) basisallocaties op voorwaarde dat er tijdens het lopende jaar nog geen vereffening op werd uitgevoerd.
De lijsten van de over te dragen visumnummers worden bezorgd aan de betrokken diensten van Brussel Financiën en Begroting.
Het Parlement en het Rekenhof worden hierover geïnformeerd.
Onderafdeling 2. - Bepalingen in verband met de organieke begrotingsfondsen
Art. 14.Het artikel 8, § 1, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « In afwijking van het artikel 4, § 3, kan een organieke ordonnantie begrotingsfondsen oprichten. Voor elk begrotingsfonds worden er een of meerdere specifieke ontvangsten van de middelenbegroting van de diensten van de Regering bepaald die in kastermen bestemd worden voor een of meerdere specifieke uitgaven van de algemene uitgavenbegroting van de diensten van de Regering.
Met dat doel worden er bij de gewestelijke kassier, per begrotingsfonds, een of meerdere ontvangstenrekeningen geopend waarop de toegewezen ontvangsten worden gestort.
De betalingen van de uitgaven ten laste van de kredieten die zijn verbonden aan de daartoe geopende basisallocaties in de algemene uitgavenbegroting van de diensten van de Regering worden verricht door de centraliserende rekenplichtige van de uitgaven vanaf de centrale uitgavenrekening.
De begrotingsfondsen kunnen niet worden gestijfd met kredieten van de algemene uitgavenbegroting.
Er mag geen vastlegging, noch vereffening worden verricht ten laste van respectievelijk de vastleggings- of vereffeningskredieten van een of meerdere uitgavenbasisallocaties boven de in het fonds beschikbare geïnde ontvangsten. ».
Art. 15.Het artikel 28 van het besluit van 19 oktober 2006 betreffende de financiële actoren, wordt als volgt vervangen : « Binnen de grenzen van de beschikbare liquiditeiten, en overeenkomstig de door de bevoegde ordonnateurs gegeven bevelen, is de centraliserende rekenplichtige van de uitgaven belast met het geven aan de gewestelijke kassier, ten laste van de centrale uitgavenrekening, van : 1° de betalingsbevelen, hetzij rechtstreeks ten gunste van de schuldeisers en andere crediteuren, hetzij ten gunste van de andere rekenplichtigen van de diensten van de Regering ;2° de bevelen tot interne overschrijving van gelden die nodig zijn voor het beheer van de globale thesauriestaat bij de gewestelijke kassier ;3° de bevelen tot externe overschrijving die voortvloeien uit begrotingsverrichtingen waarvoor bedragen tijdelijk op bij de gewestelijke kassier geopende rekeningen werden geplaatst ;4° de betalingsbevelen met betrekking tot aan begrotingsfondsen gekoppelde uitgaven rechtstreeks ten gunste van schuldeisers en andere crediteuren. Hij is ook belast met de termijnverrichtingen en beheert de rekeningen die nodig zijn voor de inschrijving van transacties in verband met de opbrengsten van leningen of van beleggingen van overschotten alsook de rekeningen geopend voor de boeking van de intresten. ». Afdeling 2. - Bepalingen in verband met het bestuur Brussel Financiën
en Begroting Onderafdeling 1. - Bepalingen in verband met het Financieel Coördinatiecentrum (FCCB)
Art. 16.Het artikel 26 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt vervangen door hetgeen volgt : « In afwijking van het artikel 68 van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 betreffende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, zullen het Brussels Waarborgfonds, Brusoc, Brussel Ontmanteling en Citeo niet in de centralisatie van de pararegionale thesaurieën geïntegreerd worden. ».
Onderafdeling 2. - Bepalingen in verband met de boekhouding
Art. 17.Het artikel 37, laatste lid, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « De Regering is gemachtigd om de nadere regels voor de vaststelling van de rechten te bepalen. ».
Art. 18.Het artikel 40, laatste lid, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « De Regering is gemachtigd om de voorwaarden vast te leggen waaraan de verantwoordingsstukken moeten voldoen, evenals de voorwaarden betreffende hun bewaring en beschikbaarstelling voor interne en externe controle. ».
Art. 19.Het artikel 41, laatste lid, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « De Regering is gemachtigd om er de nadere regels van te bepalen. ».
Art. 20.Het artikel 61, laatste lid, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « De Regering is gemachtigd om de vorm en de inhoud van die bijlage te bepalen. ».
Art. 21.Het artikel 69 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt vervangen door hetgeen volgt : « In afwijking van de artikelen 59 en 90 van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 betreffende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, worden de rekeningen van de Maatschappij voor Stedelijke Inrichting (gedelegeerde opdrachten), Brussel Ontmanteling, van de Gewestelijke Investeringsmaatschappij voor Brussel (gedelegeerde opdrachten), van de NV St'art (gedelegeerde opdrachten) en van de Gewestelijke Ontwikkelingsmaatschappij voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (zowel voor de volledige begroting als enkel de gedelegeerde opdrachten) evenwel niet geconsolideerd in de algemene rekening van de gewestelijke entiteit en certificeert het Rekenhof deze rekeningen niet. ».
Onderafdeling 3. - Bepalingen in verband met de thesaurie
Art. 22.Het artikel 69, § 7, van de ordonnantie wordt aangevuld als volgt : « Indien de laatste driemaandelijkse beheersrekening niet binnen de gestelde termijn werd overgelegd, is het toezichtsorgaan gemachtigd de toekenning van nieuwe voorschotten aan de beheerders van voorschotten op te schorten. ». Afdeling 2. - Bepalingen in verband met het bestuur Brussel
Huisvesting
Art. 23.Het artikel 36 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt aangevuld met een tweede lid, luidend als volgt : De middelen van het « Gewestelijk Begrotingsfonds voor Solidariteit- BFB14 » worden tevens toegewezen voor de uitgaven in verband met oplossingen voor de tijdelijke herhuisvesting van huurders aan wier woning een huurverbod werd opgelegd. ».
Art. 24.Het artikel 37 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt vervangen door hetgeen volgt : « In afwijking van het artikel 8 van de organieke ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, en van artikel 2, 6°, van hoofdstuk II van de ordonnantie van 12 december 1991 houdende oprichting van begrotingsfondsen, worden de middelen van het « Fonds voor investeringen en aflossing van de schuldenlast in de sector van de sociale woningbouw - BFB 06 » eveneens toegewezen aan de verhuistoelagen en de toelagen voor het gedeeltelijk dekken van de huur verschuldigd door uit krotwoningen geëvacueerde personen, alsmede van de kosten verbonden met de installatie in een nieuwe woning (basisallocaties 25.008.31.05.34.32, 25.008.31.08.3432 en 25.008.31.09.3432). ». Afdeling 3. - Bepalingen in verband met het bestuur Brussel
Plaatselijke Besturen
Art. 25.In het artikel 40 van de begrotingsordonnantie 2022, wordt de basisallocatie « 10.005.27.26.43.22 » ingevoegd tussen de basisallocatie « 10.005.27.25.43.22 » en de basisallocatie « 10.005.28.04.63.21 ». Afdeling 4. - Bepalingen in verband met het bestuur Brussel Synergie
Onderafdeling 1. - Bepalingen in verband met Facilities
Art. 26.Het artikel 105, laatste lid, van de ordonnantie wordt als volgt vervangen : « De Regering is gemachtigd om de vorm en de inhoud van deze inventaris te bepalen. ».
Onderafdeling 2. - Bepalingen in verband met de interne audit
Art. 27.Het artikel 77 van de ordonnantie wordt opgeheven.
Art. 28.Het artikel 80 van de ordonnantie wordt vervangen door wat volgt : « De Regering organiseert een interne audit. De interne audit betreft een onafhankelijke en objectieve, waarborgende en adviserende activiteit waarbij de opdracht erin bestaat voor toegevoegde waarde te zorgen en de werking van de organisatie te verbeteren.
De functie van de interne audit bestaat hoofdzakelijk in het onderzoeken en evalueren van de werking, de doeltreffendheid en de doelmatigheid van de interne controle, het risicobeheer en het goede bestuur.
De interne audit heeft ook tot doel het principe van goed financieel beheer te waarborgen door het uitvoeren van performantieaudits, waarbij wordt nagegaan of de doelstellingen op zuinige, doeltreffende en doelmatige wijze worden bereikt en of de begrotingskredieten alleen voor de beoogde doeleinden en binnen de goedgekeurde grenzen zijn besteed. Dit omvat ook de controle op de aanwending van de toegekende gelden zoals voorzien in artikel 93, tweede lid, van deze ordonnantie.
De Regering is gemachtigd om de modaliteiten van organisatie en tussenkomst van de interne audit en het Auditcomité, evenals deze betreffende het meedelen van de vaststellingen en aanbevelingen te bepalen. ».
Art. 29.De titel van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 18 oktober 2007 met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden interne controle, de boekhoudkundige controle en de controle van het goede financiële beheer wordt vervangen door wat volgt : « Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering met betrekking tot de interne controle, en inzonderheid de vakgebonden interne controle en de boekhoudkundige controle ».
Art. 30.Het artikel 3, § 2, eerste lid, van hetzelfde besluit wordt vervangen door wat volgt : « Elk jaar maakt de verantwoordelijke voor de vakgebonden interne controle, voor de controle van de vastleggingen en de vereffeningen en voor de boekhoudkundige controle, een rapport op betreffende de werking van de controle waarvoor hij verantwoordelijk is. ».
Art. 31.Titel IV van hetzelfde besluit wordt opgeheven.
Art. 32.De artikelen 12 tot en met 16 van hetzelfde besluit worden opgeheven.
Art. 33.Het artikel 10 van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 14 juli 2016 tot invoering van een methode om de genderdimensie te integreren in de begrotingscyclus wordt opgeheven.
Art. 34.Het artikel 11 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt opgeheven.
Art. 35.Het artikel 12 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt opgeheven. Afdeling 5. - Bepalingen in verband met het bestuur Brussel Economie
en Werk
Art. 36.In afwijking van de bepalingen van het artikel 19 van de begrotingsordonnantie 2022, maken de facultatieve subsidies toegekend op de basisallocaties 12.023.36.01.8200 en 12.023.40.01.8112 noch het voorwerp uit van een besluit, noch van een overeenkomst.
In afwijking van het artikel 55 van deze ordonnantie treedt dit artikel in werking op 1 mei 2022.
Art. 37.In afwijking van het artikel 2, 6°, van de ordonnantie van 3 mei 2018 betreffende de steun voor de economische ontwikkeling van ondernemingen, kent de bevoegde Minister steun toe aan de creatieve en culturele instellingen zonder winstoogmerk die getroffen zijn door de noodmaatregelen die werden genomen om de verdere verspreiding van het COVID-19-virus in te dijken. Afdeling 6. - Bepalingen in verband met de GOB Brussel Stedenbouw en
Erfgoed (urban.brussels)
Art. 38.In het artikel 50 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt de basisallocatie « 03.006.32.01.5310 » ingevoegd vóór de basisallocatie « 33.004.32.01.5310 ».
Hoofdstuk 3. - Bijzondere bepalingen in verband met de autonome bestuursinstellingen Afdeling 1. - Bepalingen van toepassing op alle autonome
bestuursinstellingen
Art. 39.De autonome bestuursinstellingen zijn gemachtigd om, in het kader van de afsluiting van de budgettaire en boekhoudkundige verrichtingen van het jaar 2022, de uitstaande vastlegging(en) op de oude niet meer te gebruiken en/of verkeerde basisallocaties over te dragen naar de voortaan aan te wenden (nieuwe) basisallocaties.
De autonome bestuursinstellingen zijn gemachtigd om tijdens het jaar de uitstaande vastlegging(en) op de oude niet meer te gebruiken en/of verkeerde basisallocaties over te dragen naar de voortaan aan te wenden (nieuwe) basisallocaties op voorwaarde dat er tijdens het lopende jaar nog geen vereffening op werd uitgevoerd.
De lijsten van de over te dragen visumnummers worden bezorgd aan de betrokken diensten van Brussel Financiën en Begroting voor wat de instellingen betreft die opgenomen zijn in het SAP-Platform en aan de betrokken diensten van de instellingen zelf voor wat de instellingen betreft die niet opgenomen zijn in het SAP-Platform.
Het Parlement en het Rekenhof worden hierover geïnformeerd. Afdeling 2. - Bepalingen in verband met het CIBG
Art. 40.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van het Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 84.512.000 euro voor de ontvangsten, 86.244.000 euro voor de vastleggingskredieten en 84.935.000 euro voor de vereffeningskredieten overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 3. - Bepalingen in verband met Leefmilieu Brussel (BIM)
Art. 41.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van Leefmilieu Brussel goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 219.818.000 euro voor de ontvangsten, 250.739.000 euro voor de vastleggingskredieten en 219.054.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 4. - Bepalingen in verband met Net Brussel (GAN)
Art. 42.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van het Gewestelijk Agentschap voor Netheid - Net Brussel goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 295.265.000 euro voor de ontvangsten, 319.312.000 euro voor de vastleggingskredieten en 304.203.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 5. - Bepalingen in verband met het DBDMH
Art. 43.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulpverlening goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 162.292.000 euro voor de ontvangsten, 183.420.000 euro voor de vastleggingskredieten en 156.461.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 6. - Bepalingen in verband met het BGHFGT
Art. 44.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van het Brussels Gewestelijk Herfinancieringsfonds van de Gemeentelijke Thesaurieën goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 1.600.627.000 euro voor de ontvangsten, 1.600.627.000 euro voor de vastleggingskredieten en 1.600.627.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 7. - Bepalingen in verband met Innoviris
Art. 45.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van Innoviris/het Instituut ter bevordering van het Wetenschappelijk Onderzoek en de Innovatie van Brussel goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 68.237.000 euro voor de ontvangsten, 66.447.000 euro voor de vastleggingskredieten en 68.109.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 8. - Bepalingen in verband met BPV
Art. 46.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van Brussel - Preventie & Veiligheid goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 137.955.000 euro voor de ontvangsten, 100.252.000 euro voor de vastleggingskredieten en 137.955.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel. Afdeling 9. - Bepalingen in verband met het BPB
Art. 47.In toepassing van het artikel 86, § 2, van de ordonnantie, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van perspective.brussels, het Brussels Planningsbureau, goedgekeurd.
Deze begroting bedraagt 38.609.000 euro voor de ontvangsten, 33.946.000 euro voor de vastleggingskredieten en 38.609.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig afdeling 2 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel.
Art. 48.In afwijking van het artikel 14, § 1, tweede lid, van de ordonnantie van 16 mei 2019 in verband met het Schoolcontract, mogen de investeringoperaties en de operaties met de bedoeling van de herkwalificatie van de publieke ruimte verlengd worden tot 2025. Afdeling 10. - Bepalingen in verband met het WFBHG
Art. 49.Het artikel 125 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt vervangen door wat volgt : « De Brusselse Hoofdstedelijke Regering wordt gemachtigd om de gewestwaarborg te verlenen voor de leningen aangegaan door het Woningfonds van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest in 2022 voor een initieel nominaal kapitaalbedrag dat de 210.000.000 euro niet overschrijdt.
Deze waarborg omvat het kapitaalbedrag, de intresten en alle andere bijkomende kosten met betrekking tot deze leningen, zoals verder gespecificeerd in de waarborg. ». Afdeling 11. - Bepalingen in verband met BRUGEL
Art. 50.In toepassing van het artikel 30bis, § 1, van de ordonnantie betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, wordt de aanpassing van de begroting voor het jaar 2022 van BRUGEL vastgesteld.
Deze begroting bedraagt 6.030.000 euro voor de ontvangsten, 6.008.000 euro voor de vastleggingskredieten en 6.030.000 euro voor de vereffeningskredieten, overeenkomstig bijlage 1 van de bij deze ordonnantie gevoegde tabel.
Art. 51.De artikels 14, 19, 24, 27 § 4, 29 § 3, 31, 36 en 79, § 1, tweede lid, van het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 december 2021Relevante gevonden documenten type besluit van de brusselse hoofdstedelijke regering prom. 16/12/2021 pub. 25/01/2022 numac 2021043536 bron brussels hoofdstedelijk gewest Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering betreffende de begrotingscontrole, de begrotingsopmaak, de begrotingswijzigingen en de monitoring van de uitvoering van de begroting van de gewestelijke entiteit sluiten betreffende de begrotingscontrole, de begrotingsopmaak, de begrotingswijzigingen en de monitoring van de uitvoering van de begroting van de gewestelijke entiteit, zijn niet van toepassing op BRUGEL. Afdeling 12. - Bepalingen in verband met finance&invest.brussels
Art. 52.Het artikel 65 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt vervangen door wat volgt : « In afwijking van het artikel 3 van de ordonnantie van 23 februari 2006 houdende de bepalingen zijn die van toepassing zijn op de begroting, de boekhouding en de controle, is deze niet van toepassing op finance&invest.brussels en zijn geconsolideerde filialen, met uitzondering van BRUSOC. ».
Art. 53.Het artikel 132 van de begrotingsordonnantie 2022 wordt opgeheven.
Hoofdstuk 4. - Bijzondere bepalingen in verband met de andere verbintenissen van de gewestelijke entiteit
Art. 54.In afwijking van het artikel 96 van de ordonnantie, is de Brusselse Hoofdstedelijke Dienst voor Brandbestrijding en Dringende Medische Hulpverlening gemachtigd om gratis materiaal te doneren aan Congo-Kinshasa en Oekraïne.
In afwijking van het artikel 55 van deze ordonnantie treedt dit artikel in werking op 1 april 2022.
Hoofdstuk 5. - Slotbepaling
Art. 55.Deze ordonnantie treedt in werking op de dag van de stemming door het Parlement.
Kondigen deze ordonnantie af, bevelen dat ze in het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Brussel, 6 juli 2022.
De Minister-President van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Territoriale Ontwikkeling en Stadsvernieuwing, Toerisme, de promotie van het Imago van Brussel en Biculturele zaken van gewestelijk belang, R. VERVOORT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Mobiliteit, Openbare Werken en Verkeersveiligheid, E. VAN DEN BRANDT De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Klimaattransitie, Leefmilieu, Energie en Participatieve Democratie, A. MARON De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Financiën, Begroting, Openbaar Ambt, de Promotie van Meertaligheid en van het Imago van Brussel, S. GATZ De Minister van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, belast met Werk en Beroepsopleiding, Digitalisering en de Plaatselijke Besturen, B. CLERFAYT _______ Nota Documenten van het Parlement : Gewone zitting 2021-2022 A-558/1 Ontwerp van ordonnantie A-558/2 Verslag Integraal verslag : Bespreking en aanneming : vergadering van vrijdag 1 juli 2022
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld