Etaamb.openjustice.be
Wet van 21 april 2007
gepubliceerd op 18 juni 2007

Wet tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen

bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
numac
2007022870
pub.
18/06/2007
prom.
21/04/2007
ELI
eli/wet/2007/04/21/2007022870/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

21 APRIL 2007. - Wet tot aanwijzing van de vertegenwoordigers van de thuisverpleegkundigen in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen-verzekeringsinstellingen (1)


ALBERT II, Roi des Belges, A tous, présents et à venir, Salut.

De Kamers hebben aangenomen en wij bekrachtigen hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene Bepaling

Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 78 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - De vertegenwoordiging van verpleegkundigen in de thuiszorg in de overeenkomstencommissie verpleegkundigen verzekeringsinstellingen

Art. 2.Van de acht mandaten van de vertegenwoordigers van de verpleegkundigen in de thuiszorg in de overeenkomstencommissie Verpleegkundigen - Verzekeringsinstellingen worden enerzijds 4 mandaten toegekend aan de diensten thuisverpleging, zoals bedoeld in artikel 34, eerste lid, 1, b), van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen gecoördineerd op 14 juli 1994, en anderzijds 4 mandaten aan de beroepsverenigingen van de zelfstandige verpleegkundigen. HOOFDSTUK III. - Aanwijzing van de vertegenwoordiging van de zelfstandige verpleegkundigen

Art. 3.Om de vier jaar worden overeenkomstig de door de Koning vast te stellen nadere regels tellingen georganiseerd op basis waarvan de vertegenwoordiging van de representatieve beroepsverenigingen van de zelfstandige verpleegkundigen in de thuiszorg wordt geregeld in de Overeenkomstencommissie Verpleegkundigen-Verzekeringsinstellingen.

Art. 4.§ 1. Voor de aanwijzing van de mandaten van de vertegenwoordigers van de zelfstandige verpleegkundigen, wordt een telling georganiseerd bij de representatieve beroepsverenigingen. § 2. Om als representatieve beroepsvereniging te worden erkend, moet de beroepsvereniging van zelfstandige verpleegkundigen aan de volgende voorwaarden voldoen : - rechtspersoonlijkheid hebben als vereniging zonder winstoogmerk overeenkomstig de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen en de VZW-wetgeving naleven; - statutair de verdediging van de beroepsbelangen van de zelfstandige verpleegkundigen tot doel hebben; - zich statutair richten tot verpleegkundigen van tenminste twee gewesten, bedoeld in artikel 3 van de Grondwet; - uitsluitend zelfstandige werkende leden in hoofdberoep tellen, die de titel van verpleegkundige dragen overeenkomstig de wet van 20 december 1974 betreffende de uitoefening van de verpleegkunde, die een RIZIV-nummer hebben en die in het tweede jaar dat aan het jaar van de controle voorafgaat verstrekkingen hebben verleend in het kader van artikel 8 van de nomenclatuur van de geneeskundige verstrekkingen zoals omschreven in artikel 35 van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994. Dit wordt gecontroleerd aan de hand van de gegevens verzameld in het kader van de profielen door de Dienst voor geneeskundige verzorging van het Rijksinstituut voor ziekte- en invaliditeitsverzekering; - de statutaire jaarbijdrage van de aangesloten verpleegkundigen innen. Deze bijdrage dient geïnd te zijn tijdens het jaar van de controle.

De beroepsvereniging bepaalt het bedrag van de bijdrage dat haar leden verschuldigd zijn binnen de door de Koning vastgelegde minimum- en maximumgrenzen;

De Koning bepaalt de voorwaarden waaraan de kartelvorming tussen de beroepsverenigingen moet voldoen. § 3. Elke beroepsvereniging van zelfstandige verpleegkundigen die beantwoordt aan de in § 2 vastgestelde voorwaarden en die wil erkend worden als representatieve beroepsvereniging, dient bij de minister bevoegd voor Sociale Zaken een aanvraag tot erkenning in, samen met de naam waaronder ze aan de tellingen wil deelnemen. § 4. De beroepsvereniging van zelfstandige verpleegkundigen die als representatief wil erkend worden, moet een alfabetische lijst van haar leden opstellen.

Deze lijst bevat naam en adres van elke verpleegkundige.

De Koning bepaalt de bijkomende inlichtingen die de lijst moet bevatten.

De lijst kan door de zelfstandige verpleegkundigen ingekeken worden.

Vanaf de datum waarop de lijst ingekeken kan worden, mag elke verpleegkundige die zich ten onrechte op deze lijst bevindt, een bezwaarschrift indienen bij de minister bevoegd voor Sociale Zaken.

Deze moet zich uitspreken binnen 15 dagen na indiening van het bezwaarschrift. § 5. De hoofdinspecteur van de Sociale Inspectie, bijgestaan door twee ambtenaren van verschillende taalrol, van zijn dienst, zal op de administratieve zetel van de beroepsvereniging die als representatief wil erkend worden, nagaan of de in § 2 bepaalde voorwaarden zijn vervuld.

Deze controle-operatie wordt bijgewoond door een gerechtsdeurwaarder aangewezen door iedere beroepsvereniging die als representatief erkend wil worden. Het proces-verbaal van deze controle wordt opgesteld in beide landstalen door de hierboven bedoelde ambtenaar en wordt mee ondertekend door de aangewezen gerechtsdeurwaarders. Zij vermelden hierop hun eventuele opmerkingen.

Indien de zelfstandige verpleegkundige lid is van verschillende beroepsverenigingen en hiervoor zijn bijdrage betaald heeft in het jaar van de controle, wordt hij meegeteld in het totaal aantal leden van elke beroepsvereniging waarvan hij lid is.

De personen die deelnemen aan de controle- en tellingsoperatie mogen aan niemand de identiteit onthullen van de leden van de beroepsverenigingen.

De Minister bevoegd voor Sociale Zaken stelt voor elke beroepsvereniging vast of zij al dan niet aan de voorwaarden voldoet en geeft aan elke beroepsvereniging kennis van zijn beslissing inzake de erkenning.

Tegen deze beslissing kan beroep worden ingesteld bij de Minister bevoegd voor Sociale Zaken binnen een termijn van 15 dagen te rekenen vanaf de betekening ervan. § 6. Opdat de continuïteit van de Overeenkomstencommissie Verpleegkundigen - Verzekeringsinstelling wordt gewaarborgd behouden de op grond van een telling als representatief erkende beroepsverenigingen hun erkenning totdat de nieuwe mandaten op grond van de volgende telling worden toegekend. § 7. De praktische organisatie met betrekking tot de uitvoering van §§ 1 tot 5 wordt bepaald door de Minister bevoegd voor Sociale Zaken. § 8. De verdeling van de vier mandaten voor de vertegenwoordigers van de zelfstandige verpleegkundigen gebeurt volgens het aantal leden van iedere beroepsvereniging.

Het aantal leden wordt vastgesteld door middel van een ledentelling.

Voorafgaandelijk aan de toewijzing van de vier mandaten, wordt het totale aantal leden van alle als representatief erkende beroepsverenigingen gedeeld door het aantal te begeven mandaten.

Van de vier mandaten wordt het eerste toegewezen aan de beroepsvereniging die het grootst aantal leden telt.

Na toewijzing van een mandaat aan een beroepsvereniging wordt telkens het getal, bedoeld in het derde lid, afgetrokken van het ledentotaal van de beroepsvereniging die het mandaat toegewezen kreeg. De volgende mandaten worden telkens toegewezen aan de beroepsvereniging die het grootst aantal leden telt of de grootste overblijvende rest aan leden heeft.

Indien bij de toewijzing van het laatste mandaat de overblijvende rest van een beroepsvereniging gelijk is aan het ledentotaal of overblijvende rest van een andere beroepsvereniging wordt het mandaat toegewezen aan de representatieve organisatie die het kleinste aantal leden heeft. HOOFDSTUK IV. - De aanwijzing van de vertegenwoordigers van de Diensten Thuisverpleging

Art. 5.De vertegenwoordigers van de diensten thuisverpleging in de Overeenkomstencommissie Verpleegkundigen - Verzekeringsinstellingen worden paritair aangewezen door de Vlaamse Federatie van Diensten voor Thuisverpleging en de « Confédération des centres de coordination de soins et services à domicile ». De aangewezen vertegenwoordigers dragen de titel van verpleegkundige, overeenkomstig de wet van 20 december 1974 betreffende de uitoefening van de verpleegkunde. HOOFDSTUK V. - Inwerkingtreding

Art. 6.Uitgezonderd dit artikel treedt deze wet in werking op een door de Koning te bepalen datum en uiterlijk 12 maanden na haar bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 21 april 2007.

ALBERT Van Koningswege : De Minister van Volksgezondheid, R. DEMOTTE Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Zitting 2003-2004. Senaat : Parlementaire stukken. - Wetsvoorstel van Mevr. Van de Casteele c.s., nr. 3-326/1.

Zitting 2005-2006.

Parlementaire stukken. - Amendementen, nrs. 3-336/2 en 3. - Verslag, nr. 3-336/4. - Tekst aangenomen door de commissie, nr. 3-336/5. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering en overgezonden aan de Kamer van volksvertegenwoordigers, nr. 3-336/6.

Handelingen van de Senaat : 22 december 2005.

Zitting 2006-2007.

Parlementaire stukken. - Ontwerp geamendeerd door de Kamer van volksvertegenwoordigers en teruggezonden naar de Senaat, nr. 3-336/7. - Verslag namens de commissie, nr. 3-336/8. - Beslissing om in te stemmen met het door de Kamer van volksvertegenwoordigers geamendeerde ontwerp, nr. 3-336/8.

^