Etaamb.openjustice.be
Wet van 20 december 2024
gepubliceerd op 30 december 2024

Wet betreffende de verplichte vaccinatie tegen blauwtong en EHD

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2024011946
pub.
30/12/2024
prom.
20/12/2024
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

20 DECEMBER 2024. - Wet betreffende de verplichte vaccinatie tegen blauwtong en EHD (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :

HOOFDSTUK I. - Doel, toepassingsgebied en definities

Artikel 1.Dit artikel regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.

Art. 2.Deze wet legt de bepalingen vast die van toepassing zijn in verband met de vaccinatie tegen de epizoötische hemorragische ziekte, ter aanvulling van de bepalingen van het koninklijk besluit van 18 april 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/04/2024 pub. 06/05/2024 numac 2024004073 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu en federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit betreffende de algemene regels voor de preventie en de bestrijding van bepaalde dierenziekten sluiten betreffende de algemene regels voor de preventie en de bestrijding van bepaalde dierenziekten.

Deze wet is van toepassing op alle inrichtingen waar dieren worden gehouden van de soorten die worden vermeld in de lijst betreffende epizoötische hemorragische ziekte, die deel uitmaakt van de bijlage bij uitvoeringsverordening (EU) 2018/1882 van de Commissie van 3 december 2018 betreffende de toepassing, op de categorieën in de lijst opgenomen ziekten, van bepaalde regels voor de preventie en bestrijding van ziekten en tot vaststelling van een lijst van soorten en groepen soorten die een aanzienlijk risico vormen in verband met de verspreiding van die ziekten.

Art. 3.§ 1. Voor de toepassing van deze wet gelden de definities vermeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 18 april 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/04/2024 pub. 06/05/2024 numac 2024004073 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu en federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit betreffende de algemene regels voor de preventie en de bestrijding van bepaalde dierenziekten sluiten betreffende de algemene regels voor de preventie en de bestrijding van bepaalde dierenziekten. § 2. Daarnaast gelden, voor de toepassing van deze wet, de volgende definities: 1° autovaccin: geïnactiveerd immunologisch diergeneesmiddel dat vervaardigd is uit pathogenen en antigenen van de ziekte, afkomstig van een dier of van dieren in een epidemiologische eenheid en die gebruikt worden voor de behandeling van dat dier of die dieren in diezelfde epidemiologische eenheid of voor de behandeling van een dier of dieren uit een eenheid met een bevestigd epidemiologisch verband;2° Sanitel: het geautomatiseerde gegevensbestand zoals bedoeld in artikel 2, § 2, 1°, van het koninklijk besluit van 20 mei 2022Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/05/2022 pub. 10/06/2022 numac 2022041385 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu en federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit betreffende de identificatie en de registratie van bepaalde hoefdieren, pluimvee, konijnen en bepaalde vogels sluiten betreffende de identificatie en de registratie van bepaalde hoefdieren, pluimvee, konijnen en bepaalde vogels;3° minister: de minister bevoegd voor de Veiligheid van de Voedselketen. HOOFDSTUK II. - Bepalingen betreffende de vaccinatie

Art. 4.Het is verboden om een levend vaccin met een verzwakte stam van het epizoötische hemorragische ziektevirus of een autovaccin toe te dienen.

Art. 5.§ 1. Als de epidemiologische situatie dit vereist, kan de Koning besluiten de vaccinatie tegen de ziekte te verplichten. § 2. Ingeval de Koning besluit de vaccinatie tegen de ziekte te verplichten, bepaalt hij de nadere toepassingsregels ter zake, alsook, naargelang van het geval: 1° de betrokken diersoorten;2° het geografische gebied waar de vaccinatieverplichting van toepassing is;3° de duur van de vaccinatiecampagne;4° de eventuele prioriteiten en andere nadere regels voor de vaccinatie.

Art. 6.§ 1. De bedrijfsdierenarts, of een erkende dierenarts naar keuze van de exploitant als de exploitant geen overeenkomst heeft met een bedrijfsdierenarts, voert de vaccinatie uit. § 2. De in paragraaf 1 bedoelde dierenarts stelt, voor elke in deze wet bedoelde toediening van vaccin, een afzonderlijk toedienings- en verschaffingsdocument op, zoals bedoeld in artikel 28 van het koninklijk besluit van 21 juli 2016Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 21/07/2016 pub. 29/07/2016 numac 2016024152 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu federaal agentschap voor geneesmiddelen en gezondheidsproducten Koninklijk besluit betreffende de voorwaarden voor het gebruik van geneesmiddelen door de dierenartsen en door de verantwoordelijken van de dieren sluiten betreffende de voorwaarden voor het gebruik van geneesmiddelen door de dierenartsen en door de verantwoordelijken van de dieren.

Art. 7.§ 1. In afwijking van artikel 6, § 1, mag de daar bedoelde dierenarts de uitvoering van de vaccinatie delegeren aan de exploitant die voor het beslag verantwoordelijk is, voor zover er overeenkomstig het koninklijk besluit van 10 april 2000Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 10/04/2000 pub. 02/08/2000 numac 2000016161 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van middenstand en landbouw Koninklijk besluit houdende bepalingen betreffende de diergeneeskundige bedrijfsbegeleiding sluiten houdende bepalingen betreffende de diergeneeskundige bedrijfsbegeleiding, per diersoort een overeenkomst van diergeneeskundige bedrijfsbegeleiding is afgesloten tussen de exploitant en de bedrijfsdierenarts. § 2. Ingeval paragraaf 1 van toepassing is, geeft de dierenarts schriftelijke instructies voor de bewaring, het gebruik en de toediening van het vaccin dat hij aan de exploitant heeft afgeleverd. § 3. De exploitant die zelf vaccineert: a) doet dit enkel met een vaccin dat door de dierenarts afgeleverd werd;b) voert het vaccinatieschema uit zoals opgesteld door de dierenarts;c) bewaart het vaccin en dient het toe volgens de instructies van de dierenarts.

Art. 8.§ 1. De dierenarts die zelf een vaccin toedient tegen het virus van epizoötische hemorragische ziekte registreert een vaccinatierapport in Sanitel binnen de 15 dagen na het uitvoeren van elke vaccinatie in het beslag.

Dat vaccinatierapport vermeldt het beslagnummer, de vaccinatiedatum, het aantal gevaccineerde dieren, de naam van het vaccin en het aldus tot stand gebrachte vaccinatiestadium. § 2. Wanneer hij met toepassing van artikel 7, § 1, de vaccinatie aan de exploitant delegeert, registreert de dierenarts het vaccinatieverslag in Sanitel binnen de 15 dagen die volgen op de aflevering van de vaccins.

Dat vaccinatieverslag omvat minstens het beslagnummer, de leveringsdatum, het aantal afgeleverde vaccindosissen en de naam van het vaccin.

HOOFDSTUK III. - Ambtshalve toe te passen maatregelen

Art. 9.Indien een exploitant een of meer maatregelen van deze wet niet toepast, doet het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen ze ambtshalve toepassen op kosten van de betrokken exploitant.

Art. 10.Inbreuken op de bepalingen van deze wet worden opgespoord, vastgesteld en vervolgd overeenkomstig het koninklijk besluit van 22 februari 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 22/02/2001 pub. 28/02/2001 numac 2001022136 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen en tot wijziging van diverse wettelijke bepalingen sluiten houdende organisatie van de controles die worden verricht door het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen, en gestraft overeenkomstig de hoofdstukken V en VI van de dierengezondheidswet van 24 maart 1987.

Art. 11.In hoofdstuk X van het koninklijk besluit van 7 mei 2008Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/05/2008 pub. 09/05/2008 numac 2008024203 bron federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu en federaal agentschap voor de veiligheid van de voedselketen Koninklijk besluit betreffende de bestrijding en uitroeiing van blauwtong sluiten betreffende de bestrijding en uitroeiing van blauwtong worden de artikelen 23/2 en 23/3 ingevoegd, luidende: "

Art. 23/2.Ten laste van en binnen de grenzen van de beschikbare kredieten van de begrotingspost 255.402.344.101: 1° wordt voor elk beslag van runderen aan de in Sanitel geregistreerde verantwoordelijke van het beslag een eenmalige forfaitaire subsidie van 23,50 euro per rund toegekend, met uitzondering van mestkalveren, op voorwaarde dat het rund voor 1 juni 2025 werd gevaccineerd in overeenstemming met de door de Koning uitgevaardigde bepalingen;dit forfaitaire bedrag wordt als prefinanciering van de in dit 1° bedoelde ondersteuning ten gunste van de verantwoordelijke van het beslag aan de dierenarts betaald; de dierenarts trekt dit bedrag af van de honoraria die aan de verantwoordelijke van het beslag worden gefactureerd voor de uitvoering van de in dit 1° bedoelde vaccinaties; de dierenarts is verplicht een document aan de verantwoordelijke van het beslag af te leveren waarin de aftrek van de subsidie op de gefactureerde honoraria wordt vermeld; 2° wordt voor elk beslag van schapen aan de in Sanitel geregistreerde verantwoordelijke van het beslag een eenmalige forfaitaire subsidie van 7 euro per schaap toegekend, op voorwaarde dat het schaap voor 1 juni 2025 werd gevaccineerd in overeenstemming met de door de Koning uitgevaardigde bepalingen;de dierenarts trekt het verschuldigde forfaitaire bedrag, berekend op basis van het aantal gevaccineerde dieren, af van de honoraria die aan de verantwoordelijke van het beslag worden gefactureerd voor de uitvoering van de in 1° bedoelde vaccinaties; dit bedrag geldt als een voorschot dat kan worden teruggevorderd bij de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu; de terugbetaling gebeurt op basis van het aantal gevaccineerde dieren zoals opgenomen in het vaccinatieverslag van de dierenarts; de dierenarts is verplicht een document aan de verantwoordelijke van het beslag te verstrekken waarin de aftrek van de subsidie op de gefactureerde honoraria wordt vermeld; 3° wordt aan de erkende dierenartsen een eenmalige forfaitaire subsidie van 75 euro per runderbeslag toegekend als subsidie voor de begeleiding van de vaccinaties gefinancierd door begrotingspost 255.402.344.101 als bedoeld in het bepaalde onder 1° ; 4° wordt aan de erkende dierenartsen een eenmalige forfaitaire subsidie van 50 euro per schapenbeslag toegekend als subsidie voor de begeleiding van de vaccinaties gefinancierd door begrotingspost 255.402.344.101 als bedoeld in het bepaalde onder 2° ;

De Koning kan bijkomende nadere regels uitvaardigen inzake de aanvraag en de uitbetaling van de steun vermeld in het eerste lid, 1° en 2°, alsook van de eenmalige forfaitaire bedragen vermeld in het eerste lid, 3° en 4°.

Art. 23/3.De in artikel 23/2 bedoelde tegemoetkomingen ten laste van begrotingspost 255.402.344.101 worden toegekend met inachtneming van de bepalingen van hoofdstukken I en II en artikel 26 van Verordening (EU) 2022/2472 van de Commissie van 14 december 2022 betreffende de verklaring dat bepaalde categorieën steun in de landbouw- en bosbouwsectoren en in plattelandsgebieden verenigbaar zijn met de interne markt overeenkomstig de artikelen 107 en 108 van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie.

De Koning bepaalt de feiten die in aanmerking kunnen worden genomen voor de tegemoetkoming ten laste van deze begrotingspost.".

Art. 12.De minister bevoegd voor de Veiligheid van de Voedselketen is belast met de uitvoering van deze wet.

Art. 13.De Koning kan de in artikel 11 bedoelde bepalingen wijzigen, aanvullen, vervangen of opheffen.

Art. 14.Deze wet treedt in werking op 1 januari 2025.

Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.

Gegeven te Brussel, 20 december 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Landbouw, D. CLARINVAL Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers: (www.dekamer.be) Stukken : 56K0587 Integraal verslag: 19 december 2024


^