gepubliceerd op 01 juli 2024
Wet houdende maatregelen in de strijd tegen de overmatige schuldenlast en ter bescherming van ondernemingen in moeilijkheden
15 MEI 2024. - Wet houdende maatregelen in de strijd tegen de overmatige schuldenlast en ter bescherming van ondernemingen in moeilijkheden (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :
HOOFDSTUK 1 - Algemene bepalingen
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
HOOFDSTUK 2 - Wijziging van het oud burgerlijk wetboek
Art. 2.Artikel 2223 van het oud Burgerlijk Wetboek wordt aangevuld met een tweede lid, luidende: "In afwijking van het eerste lid mag de rechter het middel van verjaring ambtshalve toepassen in het kader van de rechtsplegingen met betrekking tot betaling van een geldschuld ingesteld door een onderneming als bedoeld in artikel I.1, eerste lid, 1°, van het Wetboek van economisch recht, tegen een consument als bedoeld in artikel I.1, eerste lid, 2°, van het Wetboek van economisch recht."
HOOFDSTUK 3 - Wijzigingen van het gerechtelijk wetboek
Art. 3.In artikel 32quater/2 van het Gerechtelijk Wetboek, ingevoegd bij de wet van 4 mei 2016Relevante gevonden documenten type wet prom. 04/05/2016 pub. 13/05/2016 numac 2016009201 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende internering en diverse bepalingen inzake Justitie type wet prom. 04/05/2016 pub. 27/06/2016 numac 2016000379 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet houdende diverse bepalingen inzake asiel en migratie en tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen en de wet van 12 januari 2007 betreffende de opvang van asielzoekers en van bepaalde andere categorieën van vreemdelingen sluiten en gewijzigd bij de wetten van 5 mei 2019 en 28 november 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 2, eerste lid, worden de woorden "verantwoordelijke voor de verwerking" vervangen door het woord "verwerkingsverantwoordelijke" en worden de woorden "1, § 4, van de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens" vervangen door de woorden "4, 7) van Verordening (EU) 2016/679 van het Europees Parlement en de Raad van 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG (algemene verordening gegevensbescherming)."; 2° paragraaf 3 wordt aangevuld met een tweede lid, luidende: "Alle personen waarover akten in het in paragraaf 1 bedoelde register werden opgenomen, hebben het recht om, hetzij op rechtstreekse wijze via een door de Koning bepaalde procedure waarbij informaticatechnieken worden gebruikt, hetzij met behulp van een gerechtsdeurwaarder, kennis te nemen van de eigen akten."; 3° in de paragrafen 1, 2 en 6, worden de woorden "na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer" en de woorden "na advies van de Gegevensbeschermingsautoriteit" telkens opgeheven;4° in paragraaf 7 worden de volgende wijzigingen aangebracht: a) in het tweede lid, punt 4, worden de woorden "Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer" vervangen door de woorden "Gegevensbeschermingsautoriteit";b) in het tweede lid, punt 5, en in het vierde lid worden de woorden "na advies van de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer" telkens opgeheven.
Art. 4.In artikel 519 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 7 januari 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/2014 pub. 22/01/2014 numac 2014009011 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het statuut van de gerechtsdeurwaarders sluiten en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 14 maart 2023, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, tweede lid, 7°, worden de woorden ", vaststelling van niet-bevinding, minnelijke schuldbemiddeling, mogelijk fictief adres, gerechtelijke reorganisatie, overdracht onder gerechtelijk gezag of faillissement" ingevoegd tussen de woorden "collectieve schuldenregeling" en de woorden "en protest";2° in paragraaf 1, tweede lid, 8°, worden de woorden ", vaststelling van niet-bevinding, controle van dreigende insolventie, minnelijke schuldbemiddeling, mogelijk fictief adres" ingevoegd tussen de woorden "collectieve schuldenregeling" en de woorden "en protest" en wordt de bepaling aangevuld met de woorden "en, in voorkomend geval, het informeren overeenkomstig artikel 1391bis";3° in paragraaf 3 wordt tussen het eerste en het tweede lid een lid ingevoegd, luidende: "Bovendien kan geen enkele gerechtelijke of buitengerechtelijke invorderingsprocedure worden aangevat zonder voorafgaande raadpleging door de gerechtsdeurwaarder van het bestand van berichten bedoeld in artikel 1389bis/1.Hij gaat hierbij eveneens na of er toepassing dient te worden gemaakt van artikel 1390octies, § 1, en 1391bis."; 4° paragraaf 4 wordt vervangen als volgt: "De gerechtsdeurwaarders trachten steeds tot een bemiddelende en faciliterende oplossing te komen in hun contact met de rechtszoekende. Zij streven daarnaast, in de mate van het mogelijke, de minnelijke oplossing van geschillen na onder meer door de rechtszoekende te wijzen op de mogelijkheid tot bemiddeling, verzoening en elke andere vorm van minnelijke oplossing van geschillen.
De gerechtsdeurwaarder zal hiertoe bij elk exploot van betekening van een dagvaarding tot betalen van een geldsom en bij elk exploot van betekening van een vonnis dat de betaling van een geldsom beveelt een informatieblad voegen over de gerechtelijke en buitengerechtelijke oplossingen die beschikbaar zijn voor schuldenaars om hen te helpen hun financiële toestand te herstellen of een regeling omtrent de wijze van betaling van zijn schuldenlast tot stand te brengen.
De Koning bepaalt het model van dit informatieblad. De Koning kan andere gevallen bepalen waarin de gerechtsdeurwaarder bij de betekening van een akte een informatieblad moet voegen om de persoon in te lichten over de gerechtelijke en buitengerechtelijke oplossingen waarop hij zich kan beroepen in de bedoelde situatie. In voorkomend geval bepaalt de Koning de modellen van deze informatiebladen.
Art. 5.In artikel 555/1, § 1, eerste lid, 5°, van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 7 januari 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 07/01/2014 pub. 22/01/2014 numac 2014009011 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het statuut van de gerechtsdeurwaarders sluiten, worden de woorden ". In het kader van deze permanente vorming volgen de kandidaat-gerechtsdeurwaarder en gerechtsdeurwaarder een door de Nationale Kamer georganiseerde of erkende praktische opleiding in communicatie- en faciliteringsvaardigheden conform haar toepasselijk reglement" ingevoegd tussen de woorden "te worden" en het ";".
Art. 6.Artikel 591, 25°, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 26 maart 2014Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/03/2014 pub. 31/03/2014 numac 2014000252 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken en federale overheidsdienst justitie Wet houdende optimalisatiemaatregelen voor de politiediensten type wet prom. 26/03/2014 pub. 28/03/2014 numac 2014009133 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 29 maart 2004 betreffende de samenwerking met het Internationaal Strafgerechtshof en de internationale straftribunalen type wet prom. 26/03/2014 pub. 22/05/2014 numac 2014009291 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van het Gerechtelijk Wetboek en de wet van 2 augustus 2002 betreffende de bestrijding van de betalingsachterstand bij handelstransacties met het oog op de toekenning van bevoegdheid aan de natuurlijke rechter in diverse materies sluiten en vervangen bij de wet van 18 maart 2018, wordt aangevuld met de woorden "en tot betaling voor diensten of leveringen van geneeskundige of parageneeskundige zorgverstrekkers en onderwijsinstellingen".
Art. 7.In artikel 1389bis/1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 29 mei 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/05/2000 pub. 09/08/2000 numac 2000009606 bron ministerie van justitie Wet houdende oprichting van een centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling, alsook tot wijziging van sommige bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek sluiten en gewijzigd bij de wet van 14 januari 2013, worden de woorden "waar de berichten van beslag, delegatie, overdracht, collectieve schuldenregeling en protest bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quinquies worden gecentraliseerd" vervangen door de woorden "waar de berichten van beslag, delegatie, overdracht, vaststelling van niet-bevinding, controle van dreigende insolventie, minnelijke schuldbemiddeling, mogelijk fictief adres, gerechtelijke reorganisatie, overdracht onder gerechtelijk gezag, faillissement, protest en collectieve schuldenregeling bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quinquies/1 en 1390octies worden gecentraliseerd".
Art. 8.Artikel 1390quinquies, tweede lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 5 juli 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/07/1998 pub. 31/07/1998 numac 1998011215 bron ministerie van economische zaken Wet betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen sluiten en vervangen bij de wet van 14 januari 2013, wordt aangevuld met de volgende zin: "In voorkomend geval wordt het deficitair karakter vermeld."
Art. 9.In deel V, titel I, hoofdstuk Ibis, afdeling III, van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 1390quinquies/1 ingevoegd, luidende: "Art. 1390quinquies/1. De ondernemingsrechtbanken bezorgen zo spoedig mogelijk aan het bestand van berichten via gepaste informaticatechnieken de volgende gegevens die overeenkomstig boek XX van het Wetboek van economisch recht in het Belgisch Staatsblad worden bekendgemaakt: 1° de datum van het vonnis dat de procedure van openbare gerechtelijke reorganisatie of van overdracht onder gerechtelijk gezag open verklaart; 2° de naam en voornamen van de gedelegeerd rechter en, in voorkomend geval, van de krachtens artikel XX.30 van het Wetboek van economisch recht aangestelde herstructureringsdeskundige of van de krachtens artikel XX.85 van het Wetboek van economisch recht aangestelde vereffeningsdeskundige; 3° de datum van de beslissing tot vervanging van de gedelegeerd rechter, van de aangestelde herstructureringsdeskundige of van de aangestelde vereffeningsdeskundige en de naam en voornamen van de gedelegeerd rechter, van de aangestelde herstructureringsdeskundige of de vereffeningsdeskundige die hem vervangt;4° de datum van de beslissing die of het vonnis dat oordeelt over de homologatie van openbare gerechtelijke reorganisatie door minnelijk of collectief akkoord; 5° de datum van het vonnis tot sluiting van de procedure van overdracht onder gerechtelijk gezag overeenkomstig artikel XX.93/1 van het Wetboek van economisch recht; 6° de datum van de voortijdige beëindiging en sluiting van de procedure van openbare gerechtelijke reorganisatie of van overdracht onder gerechtelijk gezag overeenkomstig artikel XX.63 van het Wetboek van economisch recht; 7° de datum van het vonnis van faillietverklaring;8° de naam en voornamen van de curator en de rechter-commissaris; 9° de datum van de beslissing tot vervanging van de curator of rechter-commissaris en de naam en voornamen van de vervangende curator of rechter-commissaris zoals bedoeld respectievelijk in artikel XX.20, § 6, en in artikel XX.129, derde lid, van het Wetboek van economisch recht; 10° de datum van de beslissing die de kwijtschelding geheel of gedeeltelijk weigert overeenkomstig artikel XX.173 van het Wetboek van economisch recht; 11° de datum van het vonnis tot sluiting van het faillissement overeenkomstig artikel XX.172 van het Wetboek van economisch recht; 12° de datum van het vonnis tot intrekking van het faillissement overeenkomstig artikel XX.242 van het Wetboek van economisch recht.
In afwijking van artikel 1390septies, vierde lid, worden de berichten bedoeld in het eerste lid automatisch geschrapt na 10 jaar."
Art. 10.In artikel 1390septies, eerste lid, van hetzelfde Wetboek, ingevoegd bij de wet van 29 mei 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/05/2000 pub. 09/08/2000 numac 2000009606 bron ministerie van justitie Wet houdende oprichting van een centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling, alsook tot wijziging van sommige bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek sluiten en gewijzigd bij de wet van 26 december 2022, worden de woorden "en in de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies" ingevoegd tussen de woorden "bedoeld in de artikelen 1390 tot 1390quater/2" en de woorden "worden in het bestand".
Art. 11.In deel V, titel I, hoofdstuk Ibis, afdeling III, van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 1390octies ingevoegd, luidende: "
Art. 1390octies.§ 1. Wanneer de gerechtsdeurwaarder bij de uitoefening van zijn ambt, rekening houdend met de inlichtingen en gegevens waarover hij beschikt, kennis krijgt van een situatie die erop wijst dat de continuïteit van de activiteiten van de schuldenaar onderneming op korte of middellange termijn zou bedreigd zijn, legt hij een bericht van controle van dreigende insolventie neer in het bestand van berichten en brengt hij de betrokkene hiervan schriftelijk in kennis.
Binnen 24 uur volgend op de neerlegging van het bericht bedoeld in het eerste lid, zendt het bestand van berichten dit bericht, via door de Koning bepaalde informaticatechnieken, naar de bevoegde kamer voor ondernemingen in moeilijkheden. § 2. Wanneer een gerechtsdeurwaarder tijdens de uitoefening van zijn ambt ter plaatse een situatie als bedoeld in artikel 1390, § 1, eerste lid, 7°, vaststelt, legt hij een bericht van vaststelling van niet-bevinding neer in het bestand van berichten. § 3. Wanneer de schuldbemiddelaar zoals bedoeld in artikel VII.115 van het Wetboek van economisch recht een minnelijke schuldbemiddeling opstart, laat deze hiervan door een door hem aangewezen gerechtsdeurwaarder een bericht van minnelijke schuldbemiddeling neerleggen in het bestand van berichten bedoeld in artikel 1389bis/1.
De schuldbemiddelaar die gerechtsdeurwaarder is, legt dit bericht zelf neer. Het bestand van berichten geeft de schuldbemiddelaar die het bericht heeft laten neerleggen daarvan een automatische melding via gepaste informaticatechnieken.
In afwijking van artikel 1390septies, vierde lid, wordt het bericht van minnelijke schuldbemiddeling geschrapt op vraag van de schuldbemiddelaar bij het einde van de schuldbemiddeling door een door hem aangewezen gerechtsdeurwaarder of automatisch na vijf jaar. De schuldbemiddelaar die gerechtsdeurwaarder is, schrapt dit bericht zelf.
Voor de neerlegging en de schrapping van dit bericht door de gerechtsdeurwaarder kunnen geen kosten worden aangerekend. § 4. De berichten bedoeld in de paragrafen 1 tot 3 vermelden: 1° de identiteit van de optredend gerechtsdeurwaarder;2° wanneer het een schuldenaar natuurlijk persoon betreft, de naam, de voornamen, de woonplaats of, in voorkomend geval, de verblijfplaats, de geboortedatum, en, in voorkomend geval, het ondernemingsnummer;3° wanneer het een schuldenaar rechtspersoon betreft, de benaming, de rechtsvorm, het adres van de zetel en het ondernemingsnummer. Het bericht bedoeld in paragraaf 3 vermeldt ook de naam en contactgegevens van de schuldbemiddelaar. § 5. De berichten bedoeld in de paragrafen 1 en 2 worden drie maanden na de neerlegging bij het bestand van berichten automatisch geschrapt."
Art. 12.In artikel 1391 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 29 mei 2000Relevante gevonden documenten type wet prom. 29/05/2000 pub. 09/08/2000 numac 2000009606 bron ministerie van justitie Wet houdende oprichting van een centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling, alsook tot wijziging van sommige bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek sluiten en laatstelijk gewijzigd bij de wet van 26 december 2022, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in paragraaf 1, eerste lid, worden de woorden "en in de artikelen 1390quater/2, 1390quinquies/1 en 1390octies, §§ 2 en 3" ingevoegd tussen de woorden "1390 tot 1390quater/1" en de ":";2° in paragraaf 1, tweede lid, worden de woorden "en in de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies, § 2," ingevoegd tussen de woorden "1390quater/1" en de woorden "en die opgemaakt zijn";3° in paragraaf 1, derde lid, worden de woorden "en in de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies, §§ 2 en 3," ingevoegd tussen de woorden "artikelen 1390 tot 1390quater/1" en de woorden "bedoelde berichten";4° in paragraaf 1, vierde lid worden de woorden "en de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies, §§ 2 en 3" ingevoegd tussen de woorden "artikelen 1390 tot 1390quater/1" en de woorden ", bedoelde berichten"; 5° paragraaf 1 wordt aangevuld met een lid, luidende: "Alle personen die zijn opgenomen in het bestand van berichten hebben het recht om, hetzij op rechtstreekse wijze via een procedure waarbij door de Koning bepaalde informaticatechnieken worden gebruikt, hetzij met behulp van een gerechtsdeurwaarder, kennis te nemen van de eigen berichten."; 6° in paragraaf 2 wordt het eerste lid vervangen als volgt: "Geen betekening van een vonnis dat een veroordeling tot betalen bevat, geen betekening van een bevel tot betalen, geen uitvoerend beslag, geen betekening van aanmaning tot betalen, geen dagvaarding tot betalen van een geldsom, geen procedure van verdeling kan plaatsvinden zonder voorafgaande raadpleging door de ministeriële ambtenaar van de berichten opgesteld met toepassing van de artikelen 1390 tot 1390quater en de artikelen 1390quater/2, 1390quinquies, 1390quinquies/1 en 1390octies, §§ 2 en 3."; 7° in paragraaf 2, derde lid, worden de woorden "artikel 1390quater/1" vervangen door de woorden "de artikelen 1390quater/1 en 1390quinquies/1";8° in paragraaf 3 worden de woorden "en in de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies" ingevoegd tussen de woorden "1390 tot 1390quater/2" en de woorden ", geschiedt op de wijze";9° In paragraaf 5 worden de woorden "en in de artikelen 1390quinquies/1 en 1390octies" ingevoegd tussen de woorden "1390 en 1390quater/2" en de woorden "bedoelde berichten is slechts".
Art. 13.In deel V, titel I, hoofdstuk Ibis, afdeling III, van hetzelfde Wetboek wordt een artikel 1391bis ingevoegd, luidende: "
Art. 1391bis.§ 1. Wanneer de gerechtsdeurwaarder vaststelt dat de schuldenaar het voorwerp is van een bericht van collectieve schuldenregeling overeenkomstig artikel 1390quater of van een bericht van minnelijke schuldbemiddeling overeenkomstig artikel 1390octies, § 3, informeert de gerechtsdeurwaarder de schuldbemiddelaar of de dienst voor schuldbemiddeling die de neerlegging van dit bericht heeft gevraagd of die hiertoe is aangewezen, van zijn opdracht en van het bedrag van de vordering, via gepaste informaticatechnieken of op enige andere wijze.
De minnelijke schuldbemiddelaar of de dienst voor schuldbemiddeling antwoordt de gerechtsdeurwaarder binnen een maand te rekenen vanaf de contactopname. § 2. De Koning kan de informaticatechnieken bedoeld in dit artikel nader bepalen."
Art. 14.Artikel 1496 van hetzelfde Wetboek, opgeheven bij de wet van 6 juli 2017Relevante gevonden documenten type wet prom. 06/07/2017 pub. 24/07/2017 numac 2017030652 bron federale overheidsdienst justitie Wet houdende vereenvoudiging, harmonisering, informatisering en modernisering van bepalingen van burgerlijke recht en van burgerlijk procesrecht alsook van het notariaat, en houdende diverse bepalingen inzake justitie sluiten, wordt hersteld als volgt: "
Art. 1496.Voor zover het wordt nageleefd, zal elk afbetalingsplan dat door tussenkomst van een gerechtsdeurwaarder in het kader van de invordering van een geldsom tot stand komt, de schorsing van de middelen van tenuitvoerlegging die strekken tot de betaling van deze geldsom tot gevolg hebben.
Als de schuldenaar om een afbetalingsregeling verzoekt dan wordt, na akkoord van de schuldeiser, door de gerechtsdeurwaarder via gewone brief of via elektronische weg bevestigd dat de schuldeiser en de schuldenaar betalingsfaciliteiten zijn overeengekomen en dewelke dat zijn, met uitdrukkelijk vermelding van de bedragen en termijnen.
Bij niet-naleving van het afbetalingsplan, vraagt de gerechtsdeurwaarder per herinneringsbrief of met alle passende communicatiemiddelen om binnen acht kalenderdagen te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van de herinnering de betaling van de overeenkomstig het afbetalingsplan vervallen bedragen of van een met de gerechtsdeurwaarder overeen te komen bedrag te verrichten, met vermelding dat wanneer hieraan niet voldaan wordt, de uitvoering onmiddellijk wordt voortgezet. Wanneer de herinnering langs elektronische weg wordt verzonden, vangt de termijn van acht kalenderdagen aan op de kalenderdag die volgt op de dag waarop de herinnering werd verzonden aan de schuldenaar."
Art. 15.In artikel 1521 van hetzelfde Wetboek wordt het woord "vier" vervangen door het woord "tien".
Art. 16.Artikel 1524 van hetzelfde Wetboek, vervangen bij de wet van 27 maart 2003Relevante gevonden documenten type wet prom. 27/03/2003 pub. 28/05/2003 numac 2003009292 bron federale overheidsdienst justitie Wet tot wijziging van de wet van 29 mei 2000 houdende oprichting van een centraal bestand van berichten van beslag, delegatie, overdracht en collectieve schuldenregeling, alsook tot wijziging van sommige bepalingen van het Gerechtelijk Wetboek type wet prom. 27/03/2003 pub. 30/04/2003 numac 2003007119 bron ministerie van landsverdediging Wet betreffende de werving van de militairen en het statuut van de militaire muzikanten en tot wijziging van verschillende wetten van toepassing op het personeel van Landsverdediging sluiten en gewijzigd bij de wet van 14 januari 2013, wordt vervangen als volgt: "
Art. 1524.§ 1. Indien uit de raadpleging van het bestand van berichten overeenkomstig artikel 1391, § 2, blijkt dat ten aanzien van de schuldenaar ten minste één uitvoerend roerend beslag is gelegd, gaat elke schuldeiser die in het bezit is van een uitvoerbare titel, krachtens dewelke bevel tot betalen is betekend, te werk overeenkomstig dit artikel, bij gebreke waarvan artikel 866 kan worden ingeroepen.
Onverminderd de bevoegdheid van de beslagrechter ziet de Nationale Kamer toe op de controle van dit artikel door middel van het register bedoeld in artikel 32quater/2. § 2. De door de schuldeiser aangezochte gerechtsdeurwaarder bevraagt de gerechtsdeurwaarder die de vorige inbeslagname heeft uitgevoerd en vraagt, in voorkomend geval, het uittreksel van het voorafgaand uitvoerend roerend beslag.
Dit uittreksel wordt binnen vijf werkdagen na ontvangst van het verzoek langs elektronische weg afgegeven door de gerechtsdeurwaarder die het beslag heeft uitgevoerd.
Het afgeleverde uittreksel bevat de volgende vermeldingen: 1° de datum waarop het uittreksel werd opgemaakt;2° de naam en voornamen van de gerechtsdeurwaarder die het beslag gelegd heeft, en het adres van zijn kantoor;3° de datum waarop het beslag is gelegd;4° de plaats waar het beslag gelegd werd;5° een gedetailleerde en volledige lijst van in beslag genomen goederen;6° de verwijzingen naar de uitvoerbare titel waarvoor het uittreksel afgeleverd is;7° de handtekening van de gerechtsdeurwaarder die het uittreksel aflevert. De gerechtsdeurwaarders die beslag hebben gelegd zijn verplicht een register met volgnummer aan te leggen waarin de uittreksels worden opgetekend die zij overeenkomstig het eerste lid afgeven.
Bij elk uitvoerend roerend beslag voegt de gerechtsdeurwaarder een informatieblad waarvan het model door de Koning wordt bepaald. Het informatieblad vermeldt de omstandigheden waarin het beslag is gelegd en geeft toelichting bij de aard en omvang van de in beslag genomen goederen. Deze informatie wordt enkel tussen de instrumenterende gerechtsdeurwaarders uitgewisseld.
De gerechtsdeurwaarder voegt bij het uittreksel het informatieblad bedoeld in het vijfde lid.
De in dit paragraaf bedoelde communicatie wordt vergemakkelijkt via een door de Nationale Kamer gecreëerd en beheerd beveiligd kanaal. § 3. Met het uittreksel overeenkomstig paragraaf 2, en behoudens de toepassing van paragraaf 4 gaat de gerechtsdeurwaarder over tot de uitvoering van de titel door betekening van een nieuwe verkoopdag in de vorm van een exploot van gemeengemaakt beslag.
Het gemeengemaakt beslag wordt betekend op basis van een uittreksel van een beslag dat niet ouder mag zijn dan drie jaar, dat niet opgeheven of in rechte aangevochten mag zijn en in het kader waarvan geen beroep mag gedaan zijn op het kantonnement in de zin van artikel 1404. Het uittreksel kan slechts aangewend worden ter uitvoering van de titel waarvoor het is aangevraagd. Alle voorwaarden bedoeld in het tweede lid moeten vervuld zijn op het moment van aflevering van het uittreksel. In de akte van gemeengemaakt beslag wordt op straffe van nietigheid opgenomen dat de verkoopdag wordt gesteld op basis van een uittreksel van een eerder gelegd beslag, met vermelding van de voorwaarden bedoeld in het tweede lid.
De gerechtsdeurwaarder is ertoe gehouden het uittreksel op straffe van nietigheid mee te betekenen. Tussen het betekenen van het gemeengemaakt beslag en de datum van verkoop dient een termijn van minstens één maand te verlopen.
Binnen drie werkdagen na de betekening van het gemeengemaakt beslag zendt de gerechtsdeurwaarder op eigen verantwoordelijkheid een bericht van gemeengemaakt beslag aan het bestand van berichten. § 4. Met het uittreksel overeenkomstig paragraaf 2, en mits een gegronde reden die blijkt uit het informatieblad bedoeld in paragraaf 2 of uit nieuwe gegevens waarover de gerechtsdeurwaarder beschikt en die hij op zijn beurt in een informatieblad zoals bedoeld in paragraaf 2, vijfde lid, vermeldt, kan de gerechtsdeurwaarder overgaan tot de uitvoering van de titel door de betekening van een beslag bij vergelijking en uitbreiding.
Het beslag bij vergelijking en uitbreiding wordt betekend op basis van een uittreksel van een beslag dat niet opgeheven of in rechte aangevochten mag zijn. De gerechtsdeurwaarder vergelijkt de roerende goederen die getroffen werden door het voorafgaand beslag en breidt het beslag uit met goederen die er niet door getroffen werden.
Alle voorwaarden bedoeld in paragraaf 3, tweede lid, moeten vervuld zijn op het moment van de aflevering van het uittreksel. Tussen het betekenen van het beslag bij vergelijking en uitbreiding en de datum van verkoop dient een termijn van minstens één maand te verlopen.
Binnen drie werkdagen na de betekening van het beslag bij vergelijking en uitbreiding, zendt de gerechtsdeurwaarder, op eigen verantwoordelijkheid, een bericht van beslag bedoeld in artikel 1390, § 1, aan het bestand van berichten. § 5. Het bericht van gemeengemaakt beslag en het bericht van beslag bij vergelijking en uitbreiding heeft gevolg tot op het ogenblik waarop het geschrapt wordt overeenkomstig de bepalingen van artikel 1390septies, vierde en vijfde lid, met dien verstande dat de rechter zo nodig de betwistingen beslecht."
Art. 17.Artikel 1527 van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met twee leden, luidende: "De gerechtsdeurwaarder die oordeelt dat de verkoopwaarde van de in beslag genomen goederen kennelijk niet voldoende zou zijn om de kosten van de verkoop te voldoen, weigert de verkoop ervan, tenzij er gegronde redenen zijn die rechtvaardigen dat de verkoop plaatsvindt.
Die redenen worden vermeld in het proces-verbaal van de verkoop bedoeld in artikel 1525.
Bij toepassing van het tweede lid legt de gerechtsdeurwaarder een bericht van vaststelling van niet-bevinding als bedoeld in artikel 1390octies, § 2, neer in het bestand van berichten."
HOOFDSTUK 4 - Overgangsbepaling
Art. 18.§ 1. Elke gerechtsdeurwaarder is verplicht de in artikel 5 bedoelde opleiding te volgen en het bijhorende certificaat te behalen tijdens de eerstvolgende tweejarige periode van permanente vorming als bedoeld in het Koninklijk besluit van 20 januari 2015Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/01/2015 pub. 24/02/2015 numac 2015009089 bron federale overheidsdienst justitie Koninklijk besluit tot bepaling van het aantal uren permanente vorming relevant voor de uitoefening van het beroep van gerechtsdeurwaarder, bedoeld in de artikelen 511, § 4, eerste lid, en 555/1, eerste lid, 5°, van het Gerechtelijk Wetboek sluiten tot bepaling van het aantal uren permanente vorming relevant voor de uitoefening van het beroep van gerechtsdeurwaarder, bedoeld in de artikelen 511, § 4, eerste lid, en 555/1, eerste lid, 5°, van het Gerechtelijk Wetboek, die volgt op de inwerkingtreding van voormeld artikel 5 of die volgt op zijn benoeming als titularis of kandidaat-gerechtsdeurwaarder. § 2. Artikel 16 is niet van toepassing op inbeslagnemingen die vóór de inwerkingtreding van deze wet zijn verricht en die lopende zijn op het moment van die inwerkingtreding.
HOOFDSTUK 5 - Inwerkingstreding
Art. 19.§ 1. De artikelen 3, 2°, 4, 1° en 2°, en 7 tot 13 treden in werking één jaar na de dag waarin deze wet is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
De Koning kan een datum van inwerkingtreding bepalen voorafgaand aan de datum bedoeld in het eerste lid. § 2. De artikelen 2, 4, 3° en 4°, 6 en 14 tot 16 treden in werking op de eerste dag van de derde maand na die waarin deze wet is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad. § 3. Artikel 5 treedt in werking op 1 januari 2025.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 15 mei 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Justitie, Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken : 55 3883 Integraal verslag : 8 mei 2024