gepubliceerd op 06 juli 2007
Wet met betrekking tot de regeling van de geschillen in het kader van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg
15 MEI 2007. - Wet met betrekking tot de regeling van de geschillen in het kader van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamers hebben aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt : HOOFDSTUK I. - Algemene bepaling
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 77 van de Grondwet. HOOFDSTUK II. - Arbitrage
Art. 2.§ 1. In geval van onenigheid tussen het Fonds bedoeld in artikel 12 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg en de verzekeringsonderneming stellen het Fonds en de verzekeringsonderneming elk een arbiter aan die er in onderlinge overeenstemming een derde aanwijzen. Deze vormen samen een college. § 2. Dit college heeft als opdracht de standpunten van het Fonds en de verzekeringsonderneming te verzoenen en, in voorkomend geval, een beslissing te nemen die wordt beschouwd als de gemeenschappelijke beslissing van het Fonds en de verzekeringsonderneming.
Hiertoe beschikt het over een termijn van 80 dagen nadat de termijn vastgelegd in artikel 25 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg is verstreken, rekening houdend met periodes van opschorting. Het kan een tegenexpertise laten uitvoeren, waarvan de kost voor de helft door de betrokken verzekeringsonderneming en voor de helft door het Fonds gedekt wordt.
Het college hoort de verzoeker of zijn vertegenwoordiger alvorens zijn beslissing te nemen.
Het college deelt zijn beslissing mee binnen een termijn van 80 dagen bij ter post aangetekende brief aan het Fonds en aan de verzekeringsonderneming. § 3. De beslissing van het college wordt beschouwd als de gemeenschappelijke wil van het Fonds en de verzekeringsonderneming, die zich ernaar schikken.
De verzekeringsonderneming deelt de beslissing mee aan de verzoeker binnen de termijn vastgelegd in artikel 25 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg. HOOFDSTUK III
Art. 3.§ 1. De Arbeidsrechtbank is bevoegd om zich uit te spreken over beroepen van verzoekers tegen de beslissingen bedoeld in artikel 25, § 1, van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg en tegen de beslissingen van het Gemeenschappelijk Waarborgfonds bedoeld in artikel 28 van dezelfde wet.
Op straffe van verval wordt het beroep ingediend via een verzoekschrift dat binnen de negentig dagen volgend op de datum van ontvangst van deze beslissing wordt neergelegd ter Griffie van de Arbeidsrechtbank van de woonplaats van de verzoeker.
Hetzelfde beroep kan worden ingesteld door verzoekers van wie het verzoek geen aanleiding heeft gegeven tot een beslissing binnen de termijn bedoeld in artikel 25.
De Rechtbank doet in beroep uitspraak over de beslissingen van het Fonds en van de verzekeringsonderneming. Deze is bevoegd in volle rechtsmacht en past de criteria en de voorwaarden toe waarin de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van de schade als gevolg van gezondheidszorg voorziet. § 2. De verzekeringsonderneming of het Fonds dat de beslissing van het college van arbiters vermeld in artikel 2 betwist, dient, op straffe van verval, een beroep in tegen deze beslissing binnen een maand na de bekendmaking ervan.
In afwachting van de beslissing van de Arbeidsrechtbank, blijft de voorlopige beslissing bedoeld in artikel 24, § 4, van de wet van 15 mei 2007 betreffende de vergoeding van schade als gevolg van gezondheidszorg van toepassing en wordt de eiser op de hoogte gesteld van het beroep.
Het eventuele aan de eiser te betalen saldo in toepassing van de beslissing van de Rechtbank wordt hem betaald, samen met de intresten aan de wettelijke rentevoet, exclusief ten koste van de partij die het beroep heeft ingediend tegen de beslissing van het college van arbiters.
Art. 4.Er kan een beroep worden ingediend tegen de beslissingen bedoeld in artikel 30, § 4, tweede lid, van de wet van 15 mei 2007 betreffende schade als gevolg van gezondheidszorg; bij de Arbeidsrechtbank van het arrondissement waar het Gemeenschappelijk Waarborgfonds zijn zetel heeft, kan in hoger beroep worden gegaan tegen de beslissingen bedoeld in artikel 30, § 4, derde lid, van dezelfde wet, op de wijze en binnen de termijnen bepaald door de Koning. HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding
Art. 5.Deze wet treedt in werking op 1 januari 2008.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met 's Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 15 mei 2007.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, R. DEMOTTE De Minister van Economie, Energie, Buitenlandse Handel en Wetenschapsbeleid, M. VERWILGHEN De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Gewone zitting 2006-2007 Kamer van volksvertegenwoordigers : Parlementaire stukken.- Wetsontwerp nr. 51-3075/1. - Tekst aangenomen in plenaire vergaderingen overgezonden aan de Senaat.
Parlementaire Handelingen : vergadering van 12 april 2007.
Senaat : Parlementaire Stukken. - Ontwerpovergezonden door de Kamer van volksvertegenwoordigers nr. 3-2398/1. - Verslag nr. 3-2398/2. - Tekst verbeterd door de Commissie nr. 3-2398/3. - Tekst aangenomen in plenaire vergadering nr. 3-2398/4.
Parlementaire Handelingen : vergadering van 26 april 2007.