gepubliceerd op 20 maart 2024
Wet tot motivering van ontslag en kennelijk onredelijk ontslag van contractuele werknemers in de overheidssector
13 MAART 2024. - Wet tot motivering van ontslag en kennelijk onredelijk ontslag van contractuele werknemers in de overheidssector (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
De Kamer van volksvertegenwoordigers heeft aangenomen en Wij bekrachtigen, hetgeen volgt :
Artikel 1.Deze wet regelt een aangelegenheid als bedoeld in artikel 74 van de Grondwet.
Art. 2.§ 1. Deze wet is van toepassing op werknemers met een arbeidsovereenkomst wier werkgever niet binnen het toepassingsgebied van de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités valt. § 2. Deze wet is evenwel niet van toepassing wanneer de betrokken werknemers worden ontslagen: 1° tijdens de eerste zes maanden van de tewerkstelling, met dien verstande dat voor de berekening van de eerste zes maanden van de tewerkstelling rekening wordt gehouden met opeenvolgende eerdere arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd of voor uitzendarbeid voor eenzelfde functie bij dezelfde werkgever;2° tijdens een arbeidsovereenkomst voor uitzendarbeid;3° tijdens een overeenkomst voor tewerkstelling van studenten;4° om aan de voor onbepaalde tijd gesloten arbeidsovereenkomst een einde te maken vanaf de eerste dag van de maand volgend op de maand waarin de werknemer de wettelijke pensioenleeftijd bereikt. Deze wet is niet van toepassing wanneer de betrokken werknemers om dringende redenen worden ontslagen.
Deze wet is niet van toepassing op de betrokken werknemers die het voorwerp uitmaken van een ontslag waarvoor de werkgever een bijzondere ontslagprocedure vastgelegd door of krachtens een wettelijke norm moet naleven.
Art. 3.De werkgever die van plan is een werknemer te ontslaan om redenen die verband houden met zijn persoon of zijn gedrag, nodigt deze laatste uit om vooraf gehoord te worden en verzamelt zijn uitleg over de feiten en redenen voor de overwogen beslissing, die voorafgaandelijk aan de werknemer zijn meegedeeld met voldoende tijd om zijn hoorgesprek voor te bereiden of zijn opmerkingen schriftelijk te formuleren.
Indien de werkgever beslist om de werknemer na het voorafgaande hoorgesprek te ontslaan, geschiedt de kennisgeving van het ontslag schriftelijk en vermeldt deze kennisgeving de concrete redenen voor het ontslag.
Deze schriftelijke kennisgeving bevat de elementen die de werknemer in staat stellen de concrete redenen te kennen die tot zijn ontslag hebben geleid.
Indien de werkgever nalaat de werknemer voorafgaandelijk te horen of de concrete redenen mee te delen die tot het ontslag van de werknemer hebben geleid, is hij die werknemer een vergoeding verschuldigd die overeenkomt met twee weken loon. In dat geval blijft de kennisgeving van de opzegging geldig.
Art. 4.Een kennelijk onredelijk ontslag is een ontslag van een werknemer die in dienst is genomen voor onbepaalde tijd, dat gebaseerd is op redenen die geen verband houden met de geschiktheid of het gedrag van de werknemer of die niet berusten op de noodwendigheden inzake de werking van de onderneming, de instelling of de dienst en waartoe nooit beslist zou zijn door een normale en redelijke werkgever.
In geval van kennelijk onredelijk ontslag is de werkgever de werknemer een schadevergoeding verschuldigd.
Deze schadevergoeding stemt overeen met minimaal drie en maximaal zeventien weken loon. Zij is niet cumuleerbaar met andere vergoedingen waarin is voorzien in het kader van een bijzondere ontslagprocedure, met uitzondering van de vergoeding bepaald in artikel 3 van deze wet.
De schadevergoeding is niet cumuleerbaar met enige andere vergoeding die verschuldigd is door de werkgever naar aanleiding van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst, met uitzondering van een opzeggingsvergoeding, een niet-concurrentievergoeding, een uitwinningsvergoeding of een aanvullende vergoeding die boven op de sociale uitkeringen wordt betaald.
De bewijslast wordt beheerst door het gemene bewijsrecht, zoals bepaald in artikel 870 van het Gerechtelijk Wetboek, tenzij de werkgever naliet de concrete redenen die tot het ontslag hebben geleid mee te delen. Desgevallend behoort het aan de werkgever om het bewijs aan te voeren dat het ontslag niet kennelijk onredelijk is.
Art. 5.Deze wet treedt in werking op de eerste dag van de tweede maand waarin ze is bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad.
Kondigen deze wet af, bevelen dat zij met `s Lands zegel zal worden bekleed en door het Belgisch Staatsblad zal worden bekendgemaakt.
Gegeven te Brussel, 13 maart 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Ambtenarenzaken, P. DE SUTTER Met 's Lands zegel gezegeld : De Minister van Justitie, P. VAN TIGCHELT _______ Nota (1) Kamer van volksvertegenwoordigers (www.dekamer.be) Stukken. - 55K3754 Integraal Verslag : 29/02/2024