Etaamb.openjustice.be
Verslag
gepubliceerd op 29 maart 2001

Rentenfonds Verslag over de operaties van het boekjaar 2000, bekendgemaakt overeenkomstig artikel 7 van de besluitwet van 18 mei 1945 houdende oprichting van een Rentenfonds Dit verslag bevat de jaarrekening van het Rentenfonds zoals zij voor Een jaarverslag, uitgegeven door het Rentenfonds en in normale omstandigheden beschikbaar omstreeks(...)

bron
ministerie van financien
numac
2001003143
pub.
29/03/2001
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

MINISTERIE VAN FINANCIEN


Rentenfonds Verslag over de operaties van het boekjaar 2000, bekendgemaakt overeenkomstig artikel 7 van de besluitwet van 18 mei 1945 houdende oprichting van een Rentenfonds Dit verslag bevat de jaarrekening van het Rentenfonds zoals zij voor controle aan het Rekenhof is voorgelegd, samen met toelichtingen bij het verloop tijdens het boekjaar van de belangrijkste elementen van de balans, van de portefeuille overheidsfondsen en van de resultaten.

Een jaarverslag, uitgegeven door het Rentenfonds en in normale omstandigheden beschikbaar omstreeks juni 2001, zal bovendien de algemene financiële ontwikkeling van het afgelopen jaar beschrijven.

Het zal een overzicht geven van de ontwikkelingen op de primaire en de secundaire markt van de overheidsfondsen. Tevens zullen de activiteiten worden beschreven die het Fonds, in het kader van zijn regelgevende en toezichthoudende bevoegdheden, heeft verricht. Het zal ook statistische en juridische bijlagen bevatten. 1. Verloop van de voornaamste balansposten van het Rentenfonds (zie ook tabel 1 en verklarende bijlage) De portefeuille overheidsfondsen is gegroeid ten opzichte van 1999.De stijging van de beurskoersen van het ene boekjaar tot het andere maakte een terugneming van de waardevermindering op de portefeuille mogelijk ten belope van 1,6 miljoen. De boekwaarde nam met 14,3 miljoen toe tot 202,9 miljoen. In daggemiddelden uitgedrukt was de verhoging evenwel sterker, namelijk 20,9 miljoen. De nominale waarde is met 16,2 miljoen gestegen tot 203,2 miljoen, terwijl de beurswaarde met 15 miljoen opliep tot 203,6 miljoen.

Door de gunstige ontwikkeling van de resultaten over het boekjaar stegen de voorschotten van de Belgische Staat minder snel dan de portefeuille overheidsfondsen : van eind 1999 tot eind 2000 namen ze toe van 74,4 miljoen tot 83,2 miljoen. In daggemiddelden uitgedrukt gaven de voorschotten echter een sterkere toename te zien dan per saldo, namelijk met 20,6 miljoen; de eigen middelen waarover het Rentenfonds beschikte, gingen licht omhoog. 2. Schommelingen van de portefeuille overheidsfondsen (zie tabel 2) De nominale waarde van de portefeuille overheidsfondsen is gestegen van 188,6 miljoen aan het einde van het vorige boekjaar tot 204,1 miljoen. In het kader van zijn regulerend optreden op de beursrentemarkt heeft het Fonds effecten verworven ten belope van een nettosaldo van 75,8 miljoen, dat is de helft meer dan het bedrag van 50,7 miljoen dat het Fonds in 1999 op die manier in portefeuille had genomen. Het groeiende belang van de staatsbons, waarvoor geen terugkopen door de Amortisatiekas zijn voorzien, heeft tot gevolg dat het Fonds grotere netto-aankopen dient te verrichten om het structurele aanbodoverschot op de markt weg te werken.

De inschrijvingen van het Rentenfonds op staatsbons bereikten 30,2 miljoen, of 3,7 miljoen minder dan verleden jaar. Het aandeel van de staatsbons in de portefeuille nam toe van 49 pct. in het voorgaande boekjaar tot 64 pct., een stijging met 39,3 miljoen, terwijl de klassieke leningen in de portefeuille terugliepen met 20,2 miljoen.

De inningen van terugbetaalbare effecten bedroegen 35,1 miljoen. In 1999 werd een iets kleiner bedrag terugbetaald, namelijk 33,2 miljoen.

De buitenbeurstransacties sloten met een nettoverkoop van 55,4 miljoen, dat is 22,3 miljoen meer dan tijdens het voorgaande jaar. Die stijging houdt verband met de toename van de netto-aankopen op de beurs. Wanneer het Fonds bij het regulerend optreden op de beurs geconfronteerd wordt met omvangrijke marktsaldo's, kan het er immers toe gebracht worden een tegenpartij buiten de beurs te zoeken. 3. Resultaten (zie tabel 3) 3.1 Financiële resultaten op de portefeuille Op de portefeuille overheidsfondsen werd over het boekjaar een positief financieel resultaat van 4,5 miljoen opgetekend. Het is voor 6,1 miljoen samengesteld uit lopende financiële resultaten en voor 1,6 miljoen uit transactieverliezen die niet recurrent zijn.

De lopende financiële resultaten op de portefeuille overheidsfondsen worden verkregen door de renteresultaten te verminderen met de interesten op de voorschotten van de Belgische Staat, die een gedeelte van de portefeuille financieren. Het met eigen middelen gefinancierde deel van de portefeuille heeft voor 5,7 miljoen bijgedragen tot de lopende financiële resultaten en het met vreemde middelen gefinancierde deel voor 0,4 miljoen. Het gemiddelde rendement van de portefeuille kwam immers boven de gemiddelde financieringsvoet uit, hoewel dit verschil in de tweede helft van het jaar is afgenomen.

De lopende financiële resultaten liepen met 0,4 miljoen terug ten opzichte van het vorige boekjaar, vooral doordat de groei van de financieringskosten hoger uitviel dan die van de renteresultaten. 3.1.1 Renteresultaten De renteresultaten bestaan uit, enerzijds, de verworven bruto-interesten en, anderzijds, het verschil tussen de boekwaarde van de effecten, die aan het einde van de periode op basis van hun gemiddelde actuariële rendement is herberekend, en hun vorige gemiddelde boekwaarde. De waarderingsverschillen die voortvloeien uit de herwaardering tegen de beurskoersen van de leningen met loten en met trekkingen ten opzichte van hun vorige inventariswaarde, worden aan het einde van het jaar ook in die resultaten opgenomen.

De renteresultaten van het boekjaar zijn tegenover het voorgaande jaar met 1,2 miljoen gestegen tot 9,2 miljoen, vooral ten gevolge van de aangroei van de portefeuille. Het rendement op de gemiddelde portefeuille is licht gestegen, namelijk van 4,63 pct. in 1999 tot 4,78 pct. 3.1.2 Interesten op voorschotten van de Belgische Staat De interesten op de voorschotten van de Belgische Staat namen fors toe van 1,5 miljoen in 1999 tot 3,1 miljoen dit jaar. De stijging van het gemiddelde opgenomen bedrag en een gemiddelde rente op die voorschotten die ten opzichte van 1999 met 1,45 pct. opliep tot 4,19 pct., of 4,25 pct. op jaarbasis, lagen ten grondslag aan de bovengenoemde toename. De rentevoet op de voorschotten van de Staat beweegt in verhouding tot de gewogen gemiddelde rente van de toewijzing van driemaands schatkistcertificaten. De interesten worden driemaandelijks afgerekend. 3.1.3 Transactieresultaten De transactieresultaten omvatten de verschillen tussen, enerzijds, de opbrengst uit de verkoop van effecten gedurende de periode en, anderzijds, de gemiddelde boekwaarde van die effecten.

De transactieresultaten over het jaar sloten met een negatieve uitkomst van 1,6 miljoen, nadat in 1999 een batig saldo van 0,8 miljoen was opgetekend. De stijging van de rendementen op middellange termijn op de secundaire markt gedurende het grootste deel van het jaar had immers een negatieve invloed op de verkoopprijs van de effecten met die looptijd, die een groot deel van de portefeuille uitmaken. Die effecten werden immers hoofdzakelijk verworven bij de uitgifte of aangekocht op de secundaire markt tegen hogere prijzen. 3.2 Opbrengsten uit aandelen Het Rentenfonds reguleert onder meer de preferente aandelen van de Nationale Maatschappij der Belgische Spoorwegen (N.M.B.S.) op de beurs. Daartoe houdt het Fonds die aandelen aan in portefeuille, samen met genotsaandelen van de N.M.B.S. De terugbetaling van de preferente aandelen via trekking gaat immers gepaard met de afgifte van genotsaandelen. Voor het eerst sinds 1937 gaven beide categorieën effecten recht op een dividend dat ten belope van 0,2 miljoen bijdroeg tot het resultaat. 3.3 Terugneming van waardeverminderingen op de portefeuille overheidsfondsen Het Comité van het Rentenfonds heeft besloten de berekeningswijze van de op de portefeuille overheidsfondsen geboekte waardevermindering vanaf het boekjaar 2000 te verfijnen. Wanneer voorheen de boekwaarde van de portefeuille in zijn geheel hoger uitviel dan de beurswaarde ervan, werd een waardevermindering geboekt om de boekwaarde in overeenstemming te brengen met de beurswaarde. Voortaan geschiedt de berekening voor elke lening apart. Indien de boekwaarde van een lening in portefeuille boven haar beurswaarde uitkomt, wordt het verschil geboekt als waardevermindering. Wanneer deze waardeverminderingen afnemen of verdwijnen in het volgende boekjaar, vindt net als vroeger een terugneming van de provisie plaats. Indien de boekwaarde van de lening lager uitvalt dan haar beurswaarde, dan wordt volgens het voorzichtigheidsbeginsel geen meerwaarde geregistreerd in de resultatenrekening.

Overeenkomstig die methodologie maakte de stijging van de beurskoersen bij het afsluiten van het beschouwde boekjaar een terugneming van waardevermindering mogelijk van 1,6 miljoen op de in 1999 geboekte waardevermindering van 2,2 miljoen. Zonder die wijziging in de valorisatiewijze van de portefeuille zou de terugneming van de waardevermindering 0,4 miljoen hoger geweest zijn. 3.4 Algemene administratieve kosten De algemene administratieve kosten bestaan uit bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen, en andere administratieve kosten.

Het Rentenfonds verleent, overeenkomstig artikel 2, 2° van zijn organieke wet, technische bijstand in het vlak van het benodigde menselijke potentieel voor de activiteiten van het in oktober 1998 in de Administratie der Thesaurie opgerichte Agentschap van de Schuld. De daarmee samenhangende bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen bedroegen 1,2 miljoen, een daling met 0,2 miljoen ten opzichte van 1999.

De andere administratieve kosten, goed voor 0,4 miljoen, omvatten in hoofdzaak de kosten verbonden aan het toezicht op de secundaire buitenbeursmarkt van de lineaire obligaties, de gesplitste effecten en de schatkistcertificaten, en in tweede instantie de beurskosten, de makelaarslonen, alsook de aan BXS-Clearing overgemaakte commissies op cessies-retrocessies. 3.5 Nettowinst van het boekjaar Het boekjaar werd afgesloten met een te bestemmen nettowinst van 4,7 miljoen. Zij is de resultante van de financiële resultaten op de portefeuille ten belope van 4,5 miljoen, van opbrengsten uit aandelen voor 0,2 miljoen, van een terugneming van de waardevermindering op de portefeuille overheidsfondsen van 1,6 miljoen en van diverse lasten ten bedrage van 1,6 miljoen.

Volgens de in artikel 6 van de statuten van het Rentenfonds opgenomen verdelingsregels voor het nettoresultaat, werd 2,1 miljoen bij de reserve gevoegd en zal het saldo, namelijk 2,6 miljoen, op 31 maart 2001 aan de Schatkist worden uitgekeerd.

Verklarende bijlage BALANS Activa Portefeuille overheidsfondsen De portefeuille overheidsfondsen bestaat hoofdzakelijk uit de staatsleningen die door het Rentenfonds worden gereguleerd op het fixingsegment van de beursmarkt, voornamelijk ten gunste van de particuliere beleggers.

De portefeuille wordt gewaardeerd volgens de principes van een beleggingsportefeuille van kredietinstellingen. Bij aankoop worden de effecten geboekt tegen de aanschaffingsprijs. Naderhand worden zij geëvalueerd op basis van hun gemiddelde actuariële rendement bij aankoop. Indien echter de boekwaarde van een lening hoger is dan haar beurswaarde, wordt een waardevermindering geboekt teneinde die boekwaarde in overeenstemming te brengen met de beurswaarde volgens het boekhoudkundige voorzichtigheidsbeginsel.

Overige activa Deze post omvat hoofdzakelijk de tijdens het beschouwde boekjaar getrokken loten die pas het volgende jaar worden uitbetaald.

Overlopende rekeningen Deze post omvat de verlopen maar niet-geïnde interesten. Dat zijn de interesten die aan het beschouwde boekjaar zijn aangerekend, maar pas in de loop van het volgende boekjaar daadwerkelijk zullen worden geïnd.

Passiva Voorschotten van de Belgische Staat De voorschotten van de Belgische Staat vormen de voornaamste externe financieringsbron van de portefeuille overheidsfondsen. De rentevoet op die voorschotten beweegt in verhouding tot de gewogen gemiddelde rente van de toewijzing van driemaands schatkistcertificaten. De interesten worden driemaandelijks afgerekend en betaald op de eerste bankwerkdag die volgt op het betrokken kwartaal.

Cessies-retrocessies Deze post omvat de tegenwaarde van de effecten die het Rentenfonds ter beschikking stelt van BXS-Clearing in het kader van de cessies-retrocessies van effecten. Dit mechanisme is ingevoerd om, bij een te late levering van op het fixingsegment van de beursmarkt verkochte effecten, BXS-Clearing in staat te stellen de transactie op de geplande datum af te wikkelen.

Deel van de winst te storten aan de Belgische Staat Het deel van de winst dat aan de Staat toekomt is de op de balans vastgestelde nettowinst verminderd met het bedrag dat statutair bij de reserve moet worden gevoegd. Het wordt op 31 maart van het jaar dat volgt op het beschouwde boekjaar aan de Schatkist uitgekeerd.

Overige passiva In deze post worden de verlopen maar nog niet betaalde interesten opgenomen op de voorschotten van de Belgische Staat van het laatste kwartaal alsook de bezoldigingen en sociale lasten betreffende het beschouwde boekjaar die pas gedurende het volgende jaar zullen worden betaald.

Voorziening voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen Deze voorziening dekt de contractuele verplichtingen met betrekking tot het personeel, die in de loop van een jaar zijn ontstaan maar pas in een volgend boekjaar zullen worden uitgekeerd.

Dotatie van de Schatkist Deze post bevat het bedrag dat door de Schatkist krachtens artikel 9 van de wet van 19 juni 1959 aan het Rentenfonds is toegekend.

Reserve Krachtens artikel 6 van de statuten van het Rentenfonds wordt ieder jaar normaliter een bedrag ten belope van 3 pct. van de dotatie, hetzij ongeveer 2 miljoen, bij de reserve gevoegd.

POSTEN BUITEN BALANSTELLING Te liquideren contantverrichtingen op effecten De gesloten contantaankopen en -verkopen van effecten waarvan de afwikkelingstermijn nog niet is verstreken worden opgenomen tegen boekwaarde.

Gegeven waarborgen De post « activa bezwaard met zakelijke zekerheden voor eigen rekening » bevat de nominale waarde van de effecten die ter beschikking zijn gesteld van BXS-Clearing in het kader van de in de passiefrekeningen van de balans beschreven cessies-retrocessies.

Waarden van derden in bewaarneming De post « op termijn te leveren EUR » bevat de tegenwaarde van de terug te storten contanten aan BXS-Clearing bij de afwikkeling van de met deze laatste gesloten cessies-retrocessies.

COMPTES ANNUELS BILAN AU 31 DECEMBRE 2000 Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld

^