Etaamb.openjustice.be
Vergunning
gepubliceerd op 18 april 2011

Sectoraal akkoord ter verhoging van het aandeel milieuvriendelijke detergenten Gelet op het proces van Marrakech voor Duurzame Productie- en Consumptiepatronen onder leiding van het UNEP ; Gelet op(...) Gelet op Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betr(...)

bron
federale overheidsdienst volksgezondheid, veiligheid van de voedselketen en leefmilieu
numac
2011024078
pub.
18/04/2011
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

Sectoraal akkoord ter verhoging van het aandeel milieuvriendelijke detergenten Gelet op het proces van Marrakech voor Duurzame Productie- en Consumptiepatronen onder leiding van het UNEP (Milieuprogramma van de Verenigde Naties);

Gelet op het Actieplan inzake Duurzame Productie- en Consumptiepatronen van de Europese Commissie van juli 2008;

Gelet op Verordening (EG) nr. 648/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 31 maart 2004 betreffende detergenten;

Gelet op Verordening (EG) nr. 66/2010 van het Europees Parlement en de Raad van 17 juli 2000 inzake een herzien communautair systeem voor de toekenning van milieukeuren;

Gelet op de beschikkingen van de Europese Commissie tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de communautaire milieukeur aan allesreinigers en sanitairreinigers, machinevaatafwasmiddelen, handafwasmiddelen en textielwasmiddelen;

Gelet op artikel 6 van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid;

Gelet op de kaderovereenkomst van 8 april 2009 om het aandeel milieuvriendelijke producten in de distributiesector te verhogen voor de periode 2009-2012;

Gelet op de kennisgeving van de onderhandelingen aan de betrokken representatieve organisaties van de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven op 31 augustus 2009;

Gelet op de publicatie (van de samenvatting) van het ontwerp van sectoraal akkoord in het Belgisch Staatsblad van 20 december 2010, bekendgemaakt in twee Franstalige dagbladen (Le Soir en La Dernière Heure ), twee Nederlandstalige dagbladen (De Standaard en Het Laatste Nieuws ), een Duitstalig dagblad (Grenz-Echo ) evenals op de website van het Directoraat-generaal Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;

Gelet op de bekendmaking (van de samenvatting) van het ontwerp van akkoord aan de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling, de Hoge Gezondheidsraad, de Raad voor het Verbruik en de Centrale Raad voor het Bedrijfsleven;

Gelet op de bekendmaking (van de samenvatting) van het ontwerp van sectoraal akkoord aan de Kamer van volksvertegenwoordigers evenals aan de Waalse Regering, de Vlaamse Regering en de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;

Gelet op de adviezen die uitgebracht werden door de Centrale Raad voor Bedrijfsleven, de Raad voor het Verbruik, de Federale Raad voor Duurzame Ontwikkeling en de Hoge Gezondheidsraad, opmerkingen en bezwaren die geformuleerd zijn ten aanzien van het ontwerp van sectoraal akkoord;

Gelet op het onderzoek van deze adviezen, opmerkingen en bezwaren en het doorgeven ervan aan de betrokken organisaties (Comeos, Detic, Unizo en UCM);

Gelet op de kennisgeving van het ontwerp van akkoord aan de Europese Commissie op 1 augustus 2010;

Gelet op de goedkeuring (met eenparigheid van stemmen) door de Raad van Bestuur van Detic van het huidig akkoord;

Gelet op de goedkeuring (met eenparigheid van de betrokken leden) door de Raad van Bestuur van 20 april 2010 van Comeos van het ontwerpakkoord van 16 april 2010;

Overwegende dat het nodig is om de productie- en consumptiepatronen te wijzigen teneinde hun impact op het milieu zoveel mogelijk te beperken;

Overwegende dat de kaderovereenkomst van 8 april 2009 tot doel heeft de volledige markt geleidelijk aan te doen overhellen naar milieuvriendelijkere producten;

Overwegende dat het in het kader daarvan nodig is om onder andere producenten en distributeurs van detergenten bewust te maken van hun verantwoordelijkheden, gezien de impact van deze producten op het milieu, en de productie en de distributie aan te moedigen van detergenten die de criteria van het Europese milieukeurmerk in acht nemen;

Overwegende dat de partijen de milieuprestaties van de op de markt gebrachte producten, in het bijzonder detergenten, willen verbeteren, en daarbij rekening houden met de inspanningen van producenten en distributeurs, en het aandeel milieuvriendelijkere detergenten willen verhogen en diversifiëren;

Overwegende dat er openbare initiatieven en privé-initiatieven bestaan die beogen de productie- en consumptiepatronen meer verantwoordelijk te maken uit milieuoogpunt, met name het Charter voor duurzaam schoonmaken van de internationale federatie voor zeep, was- en reinigingsmiddelen en onderhoudsproducten in Europa;

Overwegende dat er overheidsinitiatieven en privé-initiatieven bestaan die beogen de consumptie- en productiepatronen meer verantwoordelijk te maken vanuit het oogpunt van het leefmilieu, met name het Charter voor Duurzaam Schoonmaken van de AISE;

Overwegende dat de partijen de consument willen sensibiliseren en verantwoordelijk stellen voor milieuvriendelijkere detergenten;

De volgende partijen : 1° de federale Staat, vertegenwoordigd door de heer Paul Magnette, Minister van Klimaat en Energie, hierna de federale Staat genoemd;2° de VZW Belgische federatie voor handel en diensten, vertegenwoordigd door de heer Dominique Michel, hierna « Comeos » genoemd;3° de VZW Belgisch-Luxemburgse vereniging van de producenten en verdelers van zepen, cosmetica, wasmiddelen, onderhoudsproducten, hygiëne- en toiletartikelen, kleefstoffen, aanverwante producten en uitrusting, vertegenwoordigd door de heer Patrick Verhelle en Mevr. Françoise Van Tiggelen, hierna « Detic » genoemd; 4° Unie van Middenstanden, vertegenwoordigd door de hee Christophe Wambersie, hierna « UCM » genoemd;5° Unie van Zelfstandige Ondernemers, vertegenwoordigd door de heer Karel Van Eetvelt, hierna « Unizo » genoemd. Komen hetgeen volgt overeen : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Afdeling 1. - Voorwerp van het sectoraal akkoord

Artikel 1.§ 1. De artikelen 2, 3, 4, 5, 15, 16, 17 en 19 tot 27 van onderhavig akkoord worden uitgevoerd krachtens artikel 6 (betreffende de sectorale akkoorden) van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid. § 2. Dit akkoord heeft tot doel de verbintenissen van de verschillende partijen te bepalen teneinde : - het aandeel milieuvriendelijkere detergenten te verhogen en te diversifiëren; - de gewoonten van de verbruikers te wijzigen, steunend op de technologische evoluties, met het oog op het betekenisvol verminderen van de gemiddelde wastemperatuur; - de fabrikanten aan te moedigen over te schakelen naar meer milieuverantwoorde productieprocessen; - de consument te sensibiliseren voor milieuvriendelijkere detergenten. Afdeling 2. - Begripsomschrijvingen

Art. 2.Voor de toepassing van dit akkoord wordt verstaan onder : 1° detergenten : detergenten in de zin van artikel 2, 1) van Verordening nr.648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen alle stoffen en preparaten die zepen en/of andere oppervlakteactieve stoffen bevatten en die bedoeld zijn voor was- en reinigingsprocédés, waarbij detergenten elke vorm kunnen hebben (vloeistof, poeder, pasta, staaf, brood, gestempeld stuk, fantasievorm, enz.) en in de handel kunnen worden gebracht of gebruikt voor huishoudelijke doeleinden.

Worden ook beschouwd als detergenten, overeenkomstig artikel 2, 1) van Verordening nr. 648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten : - hulppreparaten voor het wassen, bedoeld voor het weken (voorwassen), spoelen of bleken van kleding, huishoudlinnen, enz., - wasverzachters, bedoeld om weefsels anders te doen aanvoelen tijdens procédés die een aanvulling vormen op het wassen van weefsels, - reinigingspreparaten, bedoeld voor allesreinigers voor huishoudelijk gebruik en/of andere oppervlaktereiniging (bijvoorbeeld : materialen, producten, machines, mechanische toepassingen, vervoermiddelen en bijbehorende apparatuur, instrumenten, apparaten enz.), - overige reinigings- en waspreparaten, bedoeld voor alle overige was- en reinigingsprocédés; 2° wassen : wassen in de zin van artikel 2, 2) van Verordening nr. 648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen het reinigen van wasgoed, weefsels, de vaat en andere harde oppervlakken; 3° reinigen : reinigen in de zin van artikel 2, 3) van Verordening nr. 648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen als gedefinieerd in EN ISO 862; 4° stoffen : stoffen in de zin van artikel 2, 4) van Verordening nr. 648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen chemische elementen en verbindingen ervan, zoals zij voorkomen in natuurlijke toestand of bij de productie ontstaan, met inbegrip van alle additieven die nodig zijn voor het behoud van de stabiliteit van het product en alle onzuiverheden ten gevolge van het productieprocédé, doch met uitzondering van elk oplosmiddel dat kan worden afgescheiden zonder dat de stabiliteit van de stof wordt aangetast of de samenstelling ervan wordt gewijzigd; 5° preparaten : preparaten in de zin van artikel 2, 5) van Verordening nr.648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen mengsels of oplossingen die bestaan uit twee of meer stoffen; 6° oppervlakteactieve stoffen : oppervlakteactieve stoffen in de zin van artikel 2, 6) van Verordening nr.648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, dit wil zeggen organische stoffen en/of preparaten die in detergenten worden gebruikt en oppervlakteactieve eigenschappen hebben, en die bestaan uit één of meer hydrofiele en één of meer hydrofobe groepen die zodanig van aard en van omvang zijn dat ze zorgen voor een vermindering van de oppervlaktespanning van het water, de vorming van een uitvloeiings- of adsorptielaagje op het grensvlak tussen water en lucht, de vorming van een emulsie en/of micro-emulsie, de vorming van micellen en adsorptie op het grensvlak water/vaste stof; 7° Charter voor Duurzaam Schoonmaken : het Charter voor Duurzaam Schoonmaken van de Internationale Associatie voor Zepen, Detergenten en Onderhoudsproducten in Europa, als bijlage bij dit akkoord gevoegd, zoals eventueel gewijzigd;8° milieukeur : de toegekende milieukeur overeenkomstig Verordening nr.66/2010 van 25 november 2009 inzake een herzien communautair systeem voor de toekenning van milieukeuren, zoals eventueel gewijzigd; 9° milieukeurcriteria : de voorwaarden voor de toekenning van de milieukeur, omschreven overeenkomstig Verordening nr.1980/2000 van 25 november 2009 inzake een herzien communautair systeem voor de toekenning van milieukeuren, zoals eventueel gewijzigd; 10° categorieën detergenten : de categorieën detergenten zoals omschreven door de Europese Commissie in haar verschillende beschikkingen tot vaststelling van de milieucriteria voor de toekenning van de milieukeur, zoals eventueel gewijzigd, dit wil zeggen op de datum van inwerkingtreding van dit akkoord : - allesreinigers en sanitairreinigers, zoals omschreven in het eerste artikel van Beschikking 2005/344 van 23 maart 2005; - machineafwasmiddelen, zoals omschreven in het eerste artikel van Beschikking 1999/427 van 28 mei 1999; - handafwasmiddelen, zoals omschreven in het eerste artikel van Beschikking 2005/432 van 23 maart 2005; - wasmiddelen, zoals omschreven in artikel 2 van Beschikking 2003/200 van 14 februari 2003; 11° geconcentreerd klassiek textieldetergent : wasmiddel waarvan de aanbevolen wasdosis voor een standaardwasmachinelading van « normaal bevuild » wasgoed voor een gemiddelde bevuiling en een gemiddelde hardheid lager of gelijk is aan 85 g, voor de poeders, en lager of gelijk is aan 75 ml, voor de vloeibare wasmiddelen (vloeistof of gel);12° wassen (textiel) « lage temperatuur » : wassen aan een temperatuur die lager ligt dan of gelijk is aan 30 °C 13° Dosis per wasbeurt : op basis van Verordening nr.648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten, de hoeveelheid van textieldetergent, uitgedrukt in milliliters of grammen, die een standaardwasmachinelading van « normaal bevuild » wasgoed wast (voor wasmiddelen voor witte was) of die een standaardwasmachinelading van « licht bevuild » wasgoed wast (voor wasmiddelen voor fijne was) door water van gemiddelde hardheid, overeenkomend met 2,5 millimoles CaCO3/l te gebruiken; 14° Standaardwasmachinelading : lading zoals omschreven in bijlage VII, punt B, van Verordening nr.648/2004 van 31 maart 2004 betreffende detergenten. 15° verkoopeenheid (VE) : eenheidsverpakking van een product voor verkoop aan de consument geïdentificeerd door een specifieke barcode (EAN 8 of EAN 13);16° hoofdverkoopeenheid (HVE) : basisverpakking zoals die voorgesteld wordt aan de consument, met uitzondering van promotionele varianten;17° aankoper : personeel van de distributieondernemingen dat belast is met de aankoop van de detergenten die te koop worden aangeboden zowel voor de HVE van eigen merken als voor de HVE van andere producten; 18° tekoopaanbieding : de tekoopaanbieding in de zin van artikel 1.5 van de wet van 14 juli 1991Relevante gevonden documenten type wet prom. 14/07/1991 pub. 14/01/2008 numac 2007001065 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen type wet prom. 14/07/1991 pub. 28/11/2007 numac 2007000956 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument. - Duitse vertaling van wijzigingsbepalingen sluiten betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument; 19° distributeur : Comeos-lid dat detergenten in de betekenis van onderhavig akkoord te koop aanbiedt;20° opvolgingscomité : gemengd opvolgingscomité (publiek/privé) paritair samengesteld uit vier leden van de overheid waaronder een vertegenwoordiger van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu en een vertegenwoordiger van de FOD Economie en vertegenwoordigers van de andere ondertekenende partijen, namelijk : een vertegenwoordiger van Comeos, een vertegenwoordiger van Detic, een vertegenwoordiger van Unizo en een vertegenwoordiger van UCM;21° Directoraat-generaal Leefmilieu : Directoraat-generaal Leefmilieu van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu;22° Geaccrediteerde instelling : Geaccrediteerde certificerende instelling in België voor certificering van ISO 9001 :2008 of ISO 14001 :2004;23° AISE : International Association for Soaps, Detergents and Maintenance Products. HOOFDSTUK II. - Verbintenissen betreffende de verhoging van het aanbod van milieuvriendelijker detergenten of detergenten afkomstig van meer milieuverantwoorde productieprocessen

Art. 3.Het aantal HVE van door de distributeurs te koop aangeboden detergenten die voldoen aan de milieukeurcriteria worden in de volgende verhoudingen en binnen de volgende termijnen verhoogd, en dit rekening houdend met de herzieningen van de milieukeurcriteria en het niveau van het aanbod van de producenten van detergenten en mits het vrijwaren van de keuzevrijheid voor de distributeurs : 1) Tegen 31 december 2013 : minstens 1,3 x A van de te koop aangeboden detergenten moeten voldoen aan de op die datum geldende milieukeurcriteria.2) Tegen 31 december 2016 : minstens 2,6 x A van de te koop aangeboden detergenten moeten voldoen aan de op die datum geldende milieukeurcriteria.3) Tegen 31 december 2019 : minstens 5,2 x A van de te koop aangeboden detergenten moeten voldoen aan de op die datum geldende milieukeurcriteria. Onder A wordt begrepen, het percentage, op 1 juli 2008, HVE van door de distributeurs te koop aangeboden detergenten is ten opzichte van het totale aantal HVE van door de distributeurs te koop aangeboden detergenten die voldoen aan de milieukeurcriteria, berekend op basis van de gegevens bedoeld in artikel 16.

Art. 4.Het aantal HVE van door de distributeurs te koop aangeboden geconcentreerde wasmiddelen wordt in de volgende verhoudingen en binnen de volgende termijnen verhoogd : 1. Tegen 31 december 2013 : minstens 2 x B van de te koop aangeboden klassieke wasmiddelen moeten geconcentreerde wasmiddelen zijn.2. Tegen 31 december 2016 : minstens 5 x B van de te koop aangeboden klassieke wasmiddelen moeten geconcentreerde wasmiddelen zijn.3. Tegen 31 december 2019 : minstens 6 x B van de te koop aangeboden klassieke wasmiddelen moeten geconcentreerde wasmiddelen zijn. Onder B wordt begrepen het percentage, op 1 juli 2008, HVE van door de distributeurs te koop aangeboden geconcentreerde klassieke wasmiddelen ten opzichte van het totale aantal HVE van door de distributeurs te koop aangeboden detergenten berekend op basis van de gegevens bedoeld in artikel 16.

Art. 5.Detic brengt de federale Staat op de hoogte van elke herziening van het charter voor duurzaam schoonmaken en verduidelijkt de aard van de wijzigingen die hieraan worden aangebracht.

Op basis van een evaluatie, verbinden de partijen zich ertoe in 2012 groeidoelstellingen te bepalen voor de detergenten die beantwoorden aan de criteria van het Charter voor Duurzaam Schoonmaken zodra dit milieucriteria voor de producten vastlegt. HOOFDSTUK III. - Verbintenissen betreffende de te voeren acties met het oog op het wijzigen van de gewoonten van de verbruikers met betrekking tot de wastemperaturen

Art. 6.De partijen verbinden zich ertoe om communicatie- en sensibilisatieacties te voeren ten aanzien van de verbruikers of om elke andere actie te ondernemen die noodzakelijk is rekening houdende met de marktevolutie en dit met het oog op het verlagen van de gemiddelde wastemperatuur met 5 °C in 2015 ten opzichte van de gemiddelde wastemperatuur van 2008.

Art. 7.In 2008 bedroeg de gemiddelde wastemperatuur, vastgesteld door een studie die door de A.I.S.E werd gefinancierd, 43 °C. Om de daling van de gemiddelde wastemperatuur na te gaan, zullen de federale Staat en DETIC in 2015 tot een gezamenlijke evaluatie overgaan, en wel volgens een methode die het mogelijk maakt een vergelijking te verrichten met de resultaten die in 2008 werden verkregen. Deze onderzoeksmethode zal nog kunnen worden verfijnd om duidelijkere resultaten te verkrijgen en die verband houden met de doelstellingen van onderhavig akkoord.

Art. 8.Op basis van de resultaten van deze evaluatie en van de technologische context, zal een nieuwe doelstelling inzake vermindering van de gemiddelde wastemperatuur ten opzichte van 2008 tegen 2019 worden vastgesteld en gecontroleerd in 2019 volgens de bepalingen die in artikel 18 zijn voorzien. HOOFDSTUK IV. - Verbintenissen tussen de partijen inzake communicatie en opleiding

Art. 9.De partijen leven de inhoud en de geest van onderhavig akkoord na tijdens elke communicatie naar het publiek toe.

Art. 10.De partijen verbinden zich ertoe hun leden voor te lichten en te sensibiliseren om de doelstellingen van onderhavig akkoord te behalen.

Art. 11.De partijen organiseren gezamenlijk een regelmatige communicatie met het oog op de voorlichting en de sensibilisatie, doorheen hun kanalen, van de verbruikers over de milieuvriendelijkere detergenten en hun duurzame aanwending en dit gedurende de hele geldigheidsduur van onderhavig akkoord. De partijen zullen eveneens ten minste twee gezamenlijke communicatie- en sensibilisatiecampagnes organiseren ten aanzien van de verbruikers en die de periodes 2011-2015 en 2016-2019 zullen omvatten met als doel de gewoontes inzake wassen van de verbruikers te wijzigen ten voordele van het aanwenden van wasprogramma's tegen lage temperaturen. De ontwikkeling van deze communicatieacties, met inbegrip van de bepaling van de beleidslijnen van de communicatieplannen zullen besproken worden in het opvolgingscomité dat, voor dit aspect, kan worden uitgebreid tot de vertegenwoordigers van de verbruikers, de milieuorganisaties en de gewesten. Dit comité bepaalt de middelen en het meest aangewezen communicatieplan.

Art. 12.De partijen zullen samen, in de loop van elke periode van drie jaar, informatiemodules voorbereiden voor de aankopers teneinde de goede uitvoering van dit akkoord te verzekeren. Daartoe biedt de federale Staat technische ondersteuning. Deze opleiding zal binnen het opvolgingscomité worden voorbereid dat, voor dit aspect, uitgebreid kan worden tot de vertegenwoordigers van de Gewesten.

Art. 13.Detic en het DG Leefmilieu implementeren maatregelen inzake voorlichting, opleiding en sensibilisatie voor de ondernemingen en de werknemers met het oog op het waarborgen van een geleidelijke toename van het aantal producenten die instappen in een systeem van meer milieuverantwoorde productie zoals het systeem van het Charter voor Duurzaam Schoonmaken, de certificatie ISO 14 000, de certificatie EMAS of die producten op de markt brengen die beantwoorden aan de milieukeurcriteria.

Art. 14.De federale Staat publiceert op de website van het Directoraat-generaal Leefmilieu de tekst van dit akkoord, op de datum van de inwerkingtreding ervan, evenals de resultaten van de uitvoering ervan, op het einde van elke periode van drie jaar. HOOFDSTUK V. - Modaliteiten inzake controle en rapportering

Art. 15.De uitvoering van deze overeenkomst wordt opgevolgd en jaarlijks geëvalueerd binnen het opvolgingscomité. De partijen verbinden zich ertoe om de informatie en de geconsolideerde cijfers mee te delen waarover zij beschikken, die nodig zijn om de verbintenissen met betrekking tot deze overeenkomst te verifiëren. Afdeling 3. - Controle op het te koop aanbieden

Art. 16.Comeos verzamelt voor elk jaar, evenals voor het referentiejaar 2008, bij elk van de distributeurs, de volgende gegevens : - het totale aantal HVE van detergenten die het afgelopen jaar te koop zijn aangeboden; - het aantal HVE van detergenten die het afgelopen jaar te koop zijn aangeboden en voldoen aan de milieukeurcriteria; - overeenkomstig artikel 5, na 2011, het aantal HVE van detergenten die het afgelopen jaar te koop zijn aangeboden door ondernemingen die lid zijn van het Charter voor Duurzaam Schoonmaken. evenals... : - het totale aantal HVE van klassieke textielwasmiddelen die het afgelopen jaar te koop zijn aangeboden; - het aantal HVE van geconcentreerde klassieke textielwasmiddelen die het afgelopen jaar te koop zijn aangeboden.

Art. 17.Comeos bezorgt op 1 april van elk jaar, en dit vanaf 2012, het Directoraat-generaal Leefmilieu een verslag dat de gegevens beoogd in artikel 17 consolideert. De gegevens betreffende het jaar 2008 zullen worden medegedeeld tijdens het overhandigen van het eerste verslag.

Het Directoraat-generaal Leefmilieu laat door een geaccrediteerde instelling de gegevens valideren die door Comeos betreffende de jaren 2008, 2013, 2016 en 2019 worden medegedeeld, waarbij de vertrouwelijkheid van de individueel gemelde gegevens gewaarborgd wordt, en controleert op basis daarvan de uitvoering van de in de artikelen 3 en 4 voorziene verbintenissen.

Om zijn werk correct te kunnen verwezenlijken, zal aan de geaccrediteerde instelling op doorzichtige wijze toegang worden verleend tot het geheel van de gegevens die door de distributeurs aan Comeos worden medegedeeld. De instelling zal zich desgevallend tot de verschillende distributeurs richten om toegang te verkrijgen tot hun individuele gegevens. Afdeling 4. - Controle van de gemiddelde wastemperatuur

Art. 18.In 2015 en 2019 zullen er enquêtes worden uitgevoerd bij de verbruikers om de bepalingen die voorzien zijn bij artikel 8 te evalueren. Deze enquêtes zullen worden gefinancierd volgens de modaliteiten te bepalen binnen het opvolgingscomité. Afdeling 5. - Correctieve maatregelen

Art. 19.Indien de doelstellingen die bepaald zijn bij artikelen 3, 4 en 5 niet zouden worden bereikt, en dit door de federale Staat wordt vastgesteld, gevolgd door een kennisgeving via aangetekend schrijven naar Comeos en Detic, dan dienen deze laatste samen een plan met verbetertraject in bij het Directoraat-generaal Leefmilieu binnen een termijn van twee maanden na de betekening van de vaststelling dat de doelstellingen niet werden bereikt.

Art. 20.Indien het Directoraat-generaal Leefmilieu dit plan weigert, roept zij Comeos en Detic samen via aangetekend schrijven, met vermelding van de redenen van weigering om een consensus over een verbetertraject te verkrijgen. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen Afdeling 6. - Wijzigingen

Art. 21.Dit akkoord kan gewijzigd worden met de instemming van alle partijen en met inachtneming van artikel 6 van de wet van 21 december 1998Relevante gevonden documenten type wet prom. 21/12/1998 pub. 11/02/1999 numac 1998022861 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Wet betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid sluiten betreffende de productnormen ter bevordering van duurzame productie- en consumptiepatronen en ter bescherming van het leefmilieu en de volksgezondheid.

Art. 22.Elke wijziging van de Europese regelgeving waarnaar wordt verwezen in dit akkoord evenals elke wijziging van het Charter voor Duurzaam Schoonmaken worden geacht dit akkoord automatisch te wijzigen.

Art. 23.Elke partij kan evenwel, als ze van oordeel is dat een dergelijke wijziging beoogd in artikel 22 een wijziging van de in dit akkoord voorziene verbintenissen met zich meebrengt die strijdig is met de belangen die ze nastreeft, de andere partijen verzoeken om tot een gezamenlijke evaluatie over te gaan van de gevolgen van de voornoemde wijziging en van de noodzaak om dit akkoord te wijzigen. Afdeling 7. - Opzegging

Art. 24.Dit akkoord kan door een van de partijen opgezegd worden mits een opzegtermijn van zes maanden. De opzegging wordt op straffe van nietigheid bij ter post aangetekend schrijven meegedeeld aan alle ondertekenaars van het akkoord. De opzegtermijn gaat in op de eerste dag van de maand na de betekening. Afdeling 8. - Bevoegdheidsclausule

Art. 25.Elk geschil betreffende de interpretatie, de geldigheid, de uitvoering of de verbreking van onderhavig akkoord zal onder de uitsluitende bevoegdheid vallen van de rechtbanken van Brussel. Afdeling 9. - Inwerkingtreding en einde van het sectoraal akkoord

Art. 26.Dit akkoord treedt in werking de dag van zijn publicatie in het Belgisch Staatsblad en eindigt op 30 juni 2020. Afdeling 10. - Slotbepaling

Art. 27.Het akkoord is op 6 april 2011 te Brussel gesloten en ondertekend door de vertegenwoordigers van elke partij. Elke partij bericht ontvangst van één exemplaar van het akkoord.

D. MICHEL, Gedelegeerd Bestuurder van Comeos P. VERHELLE, Voorzitter van Detic F. VAN TIGGELEN, Secretaris-generaal K. VAN EETVELT, Gedelegeerd Bestuurder van Unizo i/o C. WAMBERSIE, Secretaris-Generaal van UCM C. RAMAKERS, Adviseur UCM P. MAGNETTE, Minister van Klimaat en Energie

^