gepubliceerd op 23 oktober 2002
Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Overheid en de Gewesten betreffende de vertegenwoordiging van het Koninkrijk België binnen het Coördinatiecomité ingesteld door artikel 14 van het Akkoord van 9 februari 1994 betreffende de heffing van rechten op het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens
18 JULI 2002. -Samenwerkingsakkoord tussen de Federale Overheid en de Gewesten betreffende de vertegenwoordiging van het Koninkrijk België binnen het Coördinatiecomité ingesteld door artikel 14 van het Akkoord van 9 februari 1994 betreffende de heffing van rechten op het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens (Eurovignet)
Gelet op de artikelen 1, 2, 3, 33, 34, 35, 39, 167 en 168 van de Grondwet;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 92bis , § 1, ingevoegd bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de wet van 16 juli 1993;
Gelet op de bijzondere wet van 12 januari 1989 met betrekking tot de Brusselse Instellingen, inzonderheid op de artikelen 4, 42, 60;
Gelet op de bijzondere wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten, gewijzigd door de bijzondere wet van 13 juli 2001, inzonderheid artikel 3, § 1, 2°, artikel 4, § 4, en artikel 5, § 2, 12°, en § 3;
Gelet op de beslissing van het Overlegcomité Federale Regering - Gemeenschaps- en Gewestregeringen van 19 maart 2002;
Overwegende dat, in het kader van de Europese Unie, de Federale Staat en de Gewesten volgens hun respectievelijke bevoegdheden samenwerken om de Belgische belangen te vertegenwoordigen en de opbouw van Europa voort te zetten;
Overwegende dat het nodig is regels te bepalen in de interne rechtsorde die het Koninkrijk België, als lid van de Europese Unie, in staat stellen op geldige wijze deel te nemen aan de werkzaamheden van het Coördinatiecomité voor het Eurovignet;
Overwegende dat de federale overheid (overeenkomstig artikel 5, § 3, van de bijzonder wet van 16 januari 1989 betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten) ten minste tot 31 december 2004 inbegrepen, zorgt voor de dienst van het Eurovignet, en bijgevolg de federale overheid ten minste tot 31 december 2004 inbegrepen bevoegd is om de regels van deze inning te bepalen;
De Federale Staat, vertegenwoordigd door de Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer en de Minister van Financiën, Het Vlaams Gewest, vertegenwoordigd door de Vlaamse regering in de persoon van haar Minister-President, de Minister Vice-President en Vlaams Minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie en Vlaams Minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening, Het Waals Gewest, vertegenwoordigd door de Waalse Regering in de persoon haar Minister-President, de Vice-President en Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie en de Vice-President en Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, en Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de Brusselse Hoofdstedelijke Regering in de persoon van haar Minister-Voorzitter en Minister van Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, de Minister van Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp en de Minister van Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, Kwamen het volgende overeen :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit samenwerkingsakkoord verstaat men onder : Eurovignet : heffing die wordt geheven als recht voor het gebruik van het wegennet zoals gedefinieerd door de wet van 27 december 1994 tot goedkeuring van het Verdrag inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens (ondertekend te Brussel op 9 februari 1994 door de Regeringen van het Koninkrijk België, het Koninkrijk Denemarken, de Bondsrepubliek Duitsland, het Groothertogdom Luxemburg en het Koninkrijk der Nederlanden, en tot invoering van een Eurovignet overeenkomstig richtlijn 93/89/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 25 oktober 1993), gewijzigd door de wet van 10 april 1995, de wet van 13 maart 2001 en de wet van 10 juni 2001).
Coördinatiecomité voor het Eurovignet : comité opgericht door artikel 14 van het Verdrag inzake de heffing van rechten voor het gebruik van bepaalde wegen door zware vrachtwagens.
Art. 2.Het standpunt van België in het coördinatiecomité voor het eurovignet zal in overleg met de federale overheid door de Gewesten worden voorbereid. Het zal worden geformaliseerd door een beslissing van een interministeriële conferentie waaraan zowel de Ministers van Financiën als de Ministers van Mobiliteit zullen deelnemen, en worden verdedigd door de zittende federale Minister.
Indien de Gewesten niet tot een akkoord kunnen komen, kan de federale overheid slechts een standpunt verdedigen voor zover de materie exclusief tot de federale bevoegdheden behoort.
Elk Gewest zal een vertegenwoordiger afvaardigen die de vergaderingen van het coördinatiecomité voor het eurovignet als waarnemer zal bijwonen.
Art. 3.Dit samenwerkingsakkoord wordt afgesloten voor onbepaalde duur en loopt ten einde op de dag waarop een Gewest de bevoegdheid tot inning uitoefent zoals bedoeld in artikel 5, § 3, van de bijzondere wet van 16 januari 1989.
Brussel, 18 juli 2002, in 11 originelen.
Voor de Federale Staat : De Vice-Eerste Minister en Minister van Mobiliteit en Vervoer, Mevr. I. DURANT De Minister van Financiën;
D. REYNDERS Voor het Vlaamse Gewest : De Minister-President van de Vlaamse regering, P. DEWAEL De Minister Vice-President en Vlaams Minister van Mobiliteit, Openbare Werken en Energie, S. STEVAERT De Vlaamse Minister van Financiën en Begroting, Innovatie, Media en Ruimtelijke Ordening, D. VAN MECHELEN Voor het Waalse Gewest : De Minister-President van de Waalse Regering, J.-Cl. VAN CAUWENBERGHE De Vice-President en Minister van Vervoer, Mobiliteit en Energie, J. DARAS De Vice-President en Minister van Begroting, Huisvesting, Uitrusting en Openbare Werken, M. DAERDEN Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-Voorzitter van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering en Minister van Plaatselijke Besturen, Ruimtelijke Ordening, Monumenten en Landschappen, Stadsvernieuwing en Wetenschappelijk Onderzoek, F.-X. DE DONNEA De Minister van Openbare Werken, Vervoer, Brandbestrijding en Dringende Medische Hulp, J. CHABERT De Minister van Financiën, Begroting, Openbaar Ambt en Externe Betrekkingen, G. VANHENGEL