gepubliceerd op 24 januari 2002
Programmadecreet houdende verschillende maatregelen betreffende de begrotingsfondsen, de overgang naar de euro, het onderwijs en de schoolgebouwen
20 DECEMBER 2001. - Programmadecreet houdende verschillende maatregelen betreffende de begrotingsfondsen, de overgang naar de euro, het onderwijs en de schoolgebouwen (1)
De Raad van de Franse Gemeenschap heeft aangenomen en Wij, Regering, bekrachtigen wat volgt : HOOFDSTUK I. - Bepalingen aangaande de Begrotingsfondsen
Artikel 1.§ 1. Punt 19 van de tabel die als bijlage gaat bij het decreet van 27 oktober 1997 aangaande de begrotingsfondsen die vermeld staan op de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap wordt geschrapt. § 2. Er wordt een punt 57 toegevoegd aan de tabel die als bijlage gaat bij het decreet van 27 oktober 1997 aangaande de begrotingsfondsen die vermeld staan op de algemene uitgavenbegroting van de Franse Gemeenschap en dit volgens de tabel die als bijlage I bij dit decreet gaat. HOOFDSTUK II. - Bepalingen aangaande de overgang naar de euro
Art. 2.In artikel 5 van het decreet van 8 februari 1999 betreffende de euro wordt het tweede lid geschrapt.
Art. 3.Artikel 5 van het decreet van 8 februari 1999 betreffende de euro wordt aangevuld met de volgende leden : « De Regering kan daarenboven : 1° de geldende wetten, decreten en besluiten die bedragen in Belgische frank vermelden of die naar de Belgische frank verwijzen, aanpassen aan de euro;2° de geldende wetten, decreten en besluiten wijzigen door het gebruik van de frank te vervangen door de euro;3° de gepaste maatregelen treffen opdat de grenzen van twee opeenvolgende tarief- of loonschalen na omzetting van de bedragen elkaar logischerwijze opvolgen;4° de bedragen in euro aanpassen wanneer een geldende wet, geldend decreet of besluit verplicht is de som aan te passen aan een bedrag dichtbij de frank;5° de bedragen vermeld in de geldende wetten, decreten en besluiten in euro herverduidelijken om continuïteit, een betere hanteerbaarheid of een nauwere precisie te garanderen;6° het resultaat van de omzetting van veelvouden van 10 frank die voorkomen in de geldende wetten, decreten en besluiten vereenvoudigen. Deze bedragen kunnen op een duidelijke wijze aangepast worden binnen de volgende grenzen : a) veelvouden van 10 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 5 eurocent;b) veelvouden van 100 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 0,5 euro;c) veelvouden van 1 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 5 euro;d) veelvouden van 10 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 50 euro;e) veelvouden van 100 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 500 euro; f) veelvouden van 1 000 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 5.000 euro; g) veelvouden van 10 000 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 50.000 euro; h) veelvouden van 100 000 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 500.000 euro; i) veelvouden van 1 000 000 000 frank : aanpassing, voor de duidelijkheid, van maximum 5.000.000 euro. » De regering zal, vóór 30 juni 2002, een ontwerpdecreet voorleggen aan de Raad van de Franse Gemeenschap die de bepalingen bekrachtigt van de besluiten die tot stand komen voor de wetgevende en decretale aangelegenheden en genomen zijn krachtens het eerste en tweede lid.
De besluiten die vóór 31 december 2002 niet bekrachtigd zijn, hebben geen waarde.
De in het eerste, tweede en derde lid bedoelde machtiging van de regering van de Franse Gemeenschap begint te lopen vanaf de dag dat het decreet in het Belgisch Staatsblad verschijnt, voor de overgangsperiode, en, bij het verstrijken ervan, tot en met 30 juni 2002 voor de definitieve periode.
Art. 4.Er wordt in het decreet van 8 februari 1999 betreffende de euro een artikel 5bis ingevoegd, luidend als volgt : « De bedragen van de geldsommen waarop de opdecimes, bedoeld door de wet van 5 maart 1952 betreffende de opdecimes op de strafrechtelijke geldboeten, van toepassing zijn, worden geacht rechtstreeks in euro uitgedrukt zonder omzetting.
De bedragen van de boetes waarop de opdecimes, bedoeld door de wet van 5 maart 1952 betreffende de opdecimes op de strafrechtelijke geldboeten, niet van toepassing zijn, worden gelezen als bedragen in euro, na hun deling door een coëfficiënt van 40. » HOOFDSTUK III. - Bepalingen aangaande het onderwijs
Art. 5.In artikel 6 van het koninklijk besluit nr. 413 van 29 april 1986 inzake de bepalingen met betrekking tot de werkingstoelagen toegekend aan het Rijskonderwijs en de werkingstoelagen toegekend aan het gesubsideerd onderwijs, gewijzigd door de decreten van 9 november 1990, 20 december 1995, 25 juli 1996, 27 oktober 1997, 17 juli 1998, 23 december 1999 en 12 december 2000, worden de woorden "met uitzondering van artikel 1, dat in werking treedt op 1 januari 2002" vervangen door de woorden "met uitzondering van artikel 1, dat in werking treedt op 1 januari 2003".
Art. 6.Artikel 21, tweede lid, van het decreet van 12 juli 2001 waarbij de materiële omstandigheden van de inrichtingen van het basis- en secundair onderwijs worden verbeterd, treedt in werking op 1 januari 2002.
Art. 7.Het eerste lid van artikel 21 van het decreet van 3 juli 1991 tot regeling van het secundair onderwijs met beperkt leerplan, gewijzigd door het decreet van 19 juli 2001, wordt vervangen door de volgende bepaling : « Behalve de opdrachten van coördinator en van begeleider wordt deze van een leraar die lesgeeft aan klassen uit het secundair alternerend onderwijs bezoldigd aan dezelfde loonschaal en op basis van hetzelfde lestijdenvolume dan diegene die hem zouden worden toegekend in het secundair onderwijs met volledig leerplan. » HOOFDSTUK IV. - Bepaling aangaande de schoolgebouwen
Art. 8.In artikel 7 van het decreet van 24 juni 1996 betreffende het spoedprogramma voor de schoolgebouwen van het basisonderwijs en het secundair onderwijs ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap, worden de woorden « en 2001. » vervangen door de woorden "2001 en 2002".
Art. 9.In artikel 8, eerste lid, 3°, van het decreet van 14 juni 2001 betreffende het programma voor dringende werken aan de schoolgebouwen van het basis- en secundair onderwijs dat wordt ingericht of gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap worden de woorden "en diens plaatsvervanger" gevoegd tussen de woorden "onderwijs," en "aangeduid". HOOFDSTUK V. - Slotbepaling
Art. 10.Artikelen 1, 5, 6, 7, 8, 9 en 10 treden in werking op 1 januari 2002. Artikelen 2, 3 en 4 worden van kracht op 16 juli 1999.
Bijlage I ONTWERP VAN PROGRAMMADECREET HOUDENDE VERSCHILLENDE MAATREGELEN BETREFFENDE DE BEGROTINGSFONDSEN, DE OVERGANG NAAR DE EURO, HET ONDERWIJS EN DE SCHOOLGEBOUWEN Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Verkondigen dit decreet, bevelen dat het in het Belgisch Staatsblad moet verschijnen.
Brussel, op 20 december 2001.
De Minister-President, belast met Internationale Betrekkingen, H. HASQUIN De Minister van Cultuur, Begroting, Openbaar Ambt, Jeugdzaken en Sport, R. DEMOTTE De Minister van Kinderwelzijn, belast met het Basisonderwijs, de Opvang en de opdrachten toegewezen aan de `ONE', J.-M. NOLLET De Minister van Secundair en Buitengewoon Onderwijs, P. HAZETTE De Minister van Hoger Onderwijs, Onderwijs voor sociale promotie en Wetenschappelijk Onderzoek, Mevr. F. DUPUIS De Minister van Kunsten en Letteren en van de Audiovisuele Sector, R. MILLER De Minister van Jeugdbijstand en Gezondheidszorg, Mevr. N. MARECHAL _______ Nota (1) Zitting 2001-2002 Documenten van de Raad - Ontwerpdecreet, nr.214-1 - Amendementen van de commissie, nr. 214-2 - Advies van de commissie, nr. 214-3 - Verslag, nr. 214-4 Integrale verslagen - Bespreking. Zittingen van 11 en 17 december 2001. - Aanneming.Zitting van 18 december 2001.