gepubliceerd op 14 juni 2019
Milieuovereenkomst betreffende afgedankte batterijen en accu's in het Brrussels Hoofdstedelijk Gewest Gelet op Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 06 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batter Gelet op de Verordening (EG) 493/2012 van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekenin(...)
Milieuovereenkomst betreffende afgedankte batterijen en accu's in het Brrussels Hoofdstedelijk Gewest Gelet op Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 06 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's;
Gelet op de Verordening (EG) 493/2012 van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekening van de recyclingrendementen van de recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu's overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en Raad;
Gelet op de Verordening (EU) 461/2010 van 27 mei 2010 betreffende de toepassing van artikel 101, lid 3, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op groepen verticale overeenkomsten en onderling afgestemde feitelijke gedragingen in de motorvoertuigensector;
Gelet op de Ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen;
Gelet op de Ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 29 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten;
Gelet op het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 december 2016 betreffende het beheer van afvalstoffen;
Gelet op de milieuovereenkomst van 28 mei 2004 betreffende de uitvoering van de terugnameplicht inzake gebruikte batterijen;
Gelet op de milieuovereenkomst van 12 december 2002 betreffende de invoering van de terugnameplicht inzake afgedankte loodstartbatterijen;
Gelet op het verbintenisprotocol betreffende de selectieve inzameling en de verwerking van gebruikte batterijen van 17 juni 1997, verlengd tot 31 december 2002 d.m.v. een aanhangsel;
Gelet op het feit dat het ontwerp van milieuovereenkomst betreffende de uitvoering van de terugnameplicht inzake gebruikte batterijen en accu's het voorwerp heeft uitgemaakt van een openbare raadpleging en een publicatie in het Belgisch Staatsblad op datum van 10 augustus 2018, in overeenstemming met de Ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 29 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten;
Gelet op de beslissing van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 5 juli 2018 houdende goedkeuring van de huidige milieuovereenkomst;
Overwegende dat het aangewezen is om enerzijds de sectoren die aan de oorsprong liggen van het op de markt brengen van batterijen en accu's te responsabiliseren, en anderzijds de recycling van afgedankte batterijen en accu's te bevorderen om een hoog niveau van bescherming van het leefmilieu te bereiken;
Overwegende dat het aangewezen is om de eenheid van de Belgische markt van batterijen en accu's te behouden;
Overwegende dat het praktisch niet mogelijk is om fysiek een onderscheid te maken, noch tussen de huishoudelijke en professionele afgedankte batterijen en accu's, noch tussen de draagbare en industriële afgedankte batterijen en accu's;
Overwegende dat herstel en onderhoud van batterijen en accu's in de fase voorafgaand aan de terugname in alle gevallen vrij kan worden uitgevoerd door alle marktspelers die beschikken over de vereiste technische uitrusting en over hiertoe opgeleid personeel;
Overwegende dat een industriële batterij of accu van een hybride of elektrisch voertuig niet altijd als afval kan worden beschouwd indien deze niet beantwoordt aan de definitie zoals opgenomen in artikel 3.1 1° van de Ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen; Overwegende dat de ondertekening van deze milieubeleidsovereenkomst door FEBIAC vzw en TRAXIO vzw, geen afbreuk doet aan de ondertekening van een andere milieubeleidsovereenkomst door deze organisaties voor dezelfde categorie(ën) van batterijen en accu's, zodat hun leden zich kunnen aansluiten bij het collectieve of hybride systeem van hun keuze om aan de terugnameplicht te voldoen voor de batterijen voor de aandrijving van hybride en elektrische voertuigen, en dit ongeacht de financiering die de milieubeleidsovereenkomsten bepalen (bijvoorbeeld wanneer ze opgehaald worden en/of wanneer ze op de markt worden gebracht) om de totale kost te dekken van alle verplichtingen die voortvloeien uit deze terugnameplicht. komen de volgende partijen: 1° het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, vertegenwoordigd door de heer R.VERVOORT, Minister-president, en door Mevrouw C. FREMAULT, Minister van Leefmilieu, Energie en Waterbeleid, hierna het 'Gewest' genoemd; 2° de volgende representatieve bedrijfsorganisaties: - FEE vzw, Federatie van de Elektriciteit en de Elektronica, gevestigd Plaskysquare 92-94, Brussel, Excelsiorlaan 91, 1930 Zaventem, vertegenwoordigd door dhr.Alexander Dewulf, voorzitter en dhr. Wim Wilems; - TRAXIO vzw gevestigd Jules Bordetlaan 164, 1140 Brussel, vertegenwoordigd door dhr. Didier Perwez; - BEBAT vzw, gevestigd Walstraat 5, 3300 Tienen, vertegenwoordigd door dhr. Yves Van Doren, voorzitter, en dhr. Peter Coonen, gedelegeerd bestuurder; - FEBIAC vzw, Federatie van de Belgische auto- en rijwielindustrie, gevestigd Woluwedal 46, bus 6, 1200 Brussel, vertegenwoordigd door dhr. Philippe Dehennin voorzitter; hierna de 'Organisaties' genoemd; het volgende overeen: HOOFDSTUK 1. - Algemene bepalingen Voorwerp van de overeenkomst
Artikel 1.§ 1. Deze milieuovereenkomst heeft tot doel om de toepassingsregels vast te leggen van de algemene en specifieke bepalingen op het vlak van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor afgedankte batterijen en accu's die beoogd wordt door het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 december 2016 betreffende het beheer van afvalstoffen.
Ze wordt gesloten overeenkomstig artikel 26 van de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen en de ordonnantie van 29 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten. § 2. De huidige milieuovereenkomst heeft tot doel om enerzijds preventieve acties te stimuleren en anderzijds de inzameling, de recyclage en de verwerking van afgedankte batterijen en accu's te maximaliseren. § 3. Verder is voorliggende milieuovereenkomst ook gericht op het bewerkstelligen van een geharmoniseerde aanpak van het beheer van afgedankte batterijen en accu's tussen de drie Gewesten.
Concepten en definities
Art. 2.§ 1. De concepten en definities vermeld in de ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen en het Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 december 2016 betreffende het beheer van afvalstoffen zijn van toepassing op deze overeenkomst, rekening houdend met onderstaand toepassingsgebied en de hierna volgende definities. § 2. Voor de toepassing van de huidige overeenkomst wordt verder verstaan onder: 1° Ordonnantie: Ordonnantie van de Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen;2° Besluit: Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 1 december 2016 betreffende het beheer van afvalstoffen;3° Minister: het lid van de Brusselse Regering bevoegd voor het leefmilieu;4° Leefmilieu Brussel: het Brussels Instituut voor Milieubeheer, opgericht bij het koninklijk besluit van 8 maart 1989 tot oprichting van het Brussels Instituut voor Milieubeheer, bekrachtigd door artikel 41 van de wet van 16 juni 1989 houdende diverse institutionele hervormingen.5° Beheersorganisme: vereniging zonder winstoogmerk, opgericht door een of meerdere organisaties en/of Leden van de Organisaties in uitvoering van het Besluit met als doel de realisatie van de doelstellingen van onderhavige milieuovereenkomst en de uitvoering van de met de Deelnemers gesloten toetredingsovereenkomst;6° Publiekrechtelijke rechtspersoon: publiekrechtelijke rechtspersoon die territoriaal verantwoordelijk is voor het beheer van het huishoudelijke afval in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;7° Batterij of accu: iedere bron van door rechtstreekse omzetting van chemische energie verkregen elektrische energie, bestaande uit een of meer primaire (niet-oplaadbare) batterijcellen of uit een of meer secundaire (oplaadbare) elementen;8° Autobatterij of -accu: batterij of accu die gebruikt wordt voor het starten, voor de verlichting of voor het ontstekingsvermogen van een voertuig;9° Industriële batterij of accu: batterij of accu die uitsluitend voor gebruik voor industriële of professionele doeleinden is ontworpen of in elk type van elektrisch voertuig wordt gebruikt;10° Draagbare batterij of accu: iedere batterij, knoopcel, batterijpak of accu waarvoor tegelijk geldt dat ze: a) afgedicht zijn;en b) met de hand kunnen worden gedragen;en c) geen industriële batterij of accu, noch een autobatterij of -accu zijn; 11 Batterijpak: iedere set batterijen of accu's die onderling verbonden en/of voorzien zijn van een buitenverpakking, die één complete eenheid vormt en die niet is bedoeld om door de eindgebruiker te worden opgedeeld of geopend; 12° Knoopcel: kleine ronde draagbare batterij of accu met een diameter die groter is dan de hoogte en die wordt gebruikt voor speciale doeleinden, zoals gehoorapparaten, horloges, kleine draagbare apparatuur en als back-up stroomvoorziening;13° Producent: onder de producenten van producten in de zin van artikel 3, 13° van de ordonnantie afval, iedere natuurlijke of rechtspersoon die, ongeacht de gebruikte verkooptechniek, inclusief de verkoop op afstand: a) in België gevestigd is en onder zijn eigen naam of merknaam producten vervaardigt, of producten laat ontwerpen of vervaardigen en ze onder zijn eigen naam of merknaam op de markt brengt op het Belgisch grondgebied;b) in België gevestigd is en in België onder zijn eigen naam of handelsmerk apparatuur wederverkoopt die door andere leveranciers is geproduceerd;hierbij wordt de wederverkoper niet als producent aangemerkt wanneer het merkteken zoals bepaald in punt a) op de apparatuur zichtbaar is; c) in België gevestigd is en die beroepsmatig producten uit een derde land of een andere Lidstaat van de Europese Unie op het Belgische grondgebied in de handel brengt;d) in België gevestigd is en een product vervaardigt of invoert en het beroepsmatig voor eigen gebruik toewijst. Diegene die uitsluitend voorziet in financiering op grond van of in het kader van een financieringsovereenkomst wordt niet als "producent" aangemerkt, tenzij hij tevens optreedt als producent in de zin van het bepaalde onder de punten a) tot en met d); 14° In de handel brengen: het voor het eerst beroepsmatig op de markt aanbieden van een product op het Belgisch grondgebied;15° Lid: de natuurlijke of rechtspersoon die lid is van een ondertekenende organisatie en die een mandaat heeft gegeven aan deze organisatie met het oog op de uitvoering van zijn uitgebreide producentenverantwoordelijkheid;16° Deelnemer: de natuurlijke of rechtspersoon die aangesloten is bij het collectieve systeem dat ingevoerd werd overeenkomstig de huidige overeenkomst met het oog op de uitvoering van zijn uitgebreide producentenverantwoordelijkheid;17° Afgedankte batterij of accu: elke batterij of accu waarvan de houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen;18° Recyclage van batterijen en accu's: het in een productieproces opnieuw verwerken van afvalmaterialen, hetzij voor het oorspronkelijke doel, hetzij voor een ander doel, maar met uitzondering van de energetische valorisatie;19° Verwerking van batterijen en accu's: iedere activiteit die afgedankte batterijen en accu's ondergaan, nadat ze zijn overgedragen aan een faciliteit voor sortering, voorbereiding op recyclage of voorbereiding op verwijdering;20° Verwijdering: iedere handeling die geen nuttige toepassing is, zelfs indien de handeling er in tweede instantie toe leidt dat stoffen of energie worden teruggewonnen;21° Administratieve bijdrage: door de Producent verschuldigde bijdrage voor het in de handel brengen van een batterij of accu, met het oog op de financiering van diverse opdrachten van het beheersorganisme, waaronder de preventie, de sensibilisering, de communicatie, de verwerking van gegevens, de rapportering van de in de handel gebrachte, ingezamelde en verwerkte hoeveelheden, de opstelling van rapporten en de werking van het beheersorganisme, met uitzondering echter van de kosten die verband houden met de inzameling en de verwerking;22° Milieubijdrage: door de Producent verschuldigde bijdrage voor het in de handel brengen van een batterij of accu, die alle kosten dekt die verband houden met het beheer van batterijen en accu's, inclusief de verschillende opdrachten die in het kader van de administratieve bijdrage vermeld worden, bovenop de kosten die verband houden met de inzameling en de verwerking;23° Inzamelpunt: elke plaats waar de eindgebruiker zijn afgedankte batterijen en accu's kan binnenbrengen;24° Productcategorie: categorie van batterijen en accu's die tot dezelfde chemische familie en dezelfde gewichtsklasse behoren, zoals bepaald door het beheersorganisme. Toepassingsgebied
Art. 3.§ 1. Deze milieuovereenkomst is van toepassing op: - alle batterijen en alle accu's die door de Leden van de Organisaties en de Deelnemers van het beheersorganisme in de handel gebracht werden, verdeeld over de categorieën "draagbare batterijen of accu's", "industriële batterijen of accu's" en "autobatterijen of -accu's"; en - alle afgedankte batterijen en accu's, ingedeeld over de categorieën "afgedankte draagbare batterijen of accu's", "afgedankte industriële batterijen of accu's" en "afgedankte autobatterijen of -accu's", afkomstig van door de Leden van de Organisaties en de Deelnemers van het beheersorganisme in de handel gebrachte batterijen en accu's.
Het toepassingsgebied omvat zowel de batterijen en accu's die los verkocht worden, als de batterijen en accu's die ingebouwd werden in of geleverd worden bij een apparaat of een voertuig, en zowel complete batterijen en accu's als de stacks, de modules en de cellen die in de handel gebracht worden, alsook hun afval.
Sommige bepalingen zijn uitsluitend van toepassing op een of meerdere voormelde en als dusdanig aangehaalde categorieën van batterijen en accu's.
Voorliggende milieuovereenkomst is niet van toepassing op de batterijen en accu's die we aantreffen in apparaten bestemd om in de ruimte gelanceerd te worden, noch op de batterijen en accu's die zich in apparatuur bevinden die gebruikt wordt in de uitrustingen ter bescherming van de essentiële veiligheidsbelangen van de Lidstaten, wapens, munitie en oorlogsmateriaal, met uitzondering van de producten die niet specifiek bestemd zijn voor militaire doeleinden. § 2. De in de handel gebrachte batterijen of accu's zijn ingedeeld in de categorieën "draagbare batterijen of accu's", "industriële batterijen of accu's" en "autobatterijen of -accu's" op basis van een door het beheersorganisme opgestelde en door Leefmilieu Brussel goedgekeurde beslissingsboom. § 3. Met uitzondering van de afgedankte loodbatterijen en accu's worden de afgedankte batterijen of accu's die niet ingedeeld kunnen worden in de categorieën "draagbaar", "industrieel" of "auto" op grond van een louter visuele controle, toch ingedeeld door toepassing van een verdeelsleutel die bepaald werd op grond van de beschikbare gegevens aangaande het in de handel brengen van respectievelijk draagbare batterijen en accu's, industriële batterijen en accu's en autobatterijen en -accu's die aan een milieubijdrage onderworpen zijn, overeenkomstig de bepalingen van voorgaande paragraaf.
De afgedankte loodbatterijen en accu's die overeenkomstig de bepalingen van artikel 9 ingezameld worden, worden ingedeeld in de categorieën "afgedankte draagbare batterijen of accu's" en "afgedankte industriële of autobatterijen of -accu's" op basis van een representatief staal.
De afgedankte loodbatterijen en accu's die overeenkomstig de bepalingen van artikel 11 ingezameld worden, worden ingedeeld in de categorieën "afgedankte draagbare batterijen of accu's" en "afgedankte industriële of autobatterijen of -accu's" op basis van de gegevens verstrekt door de betroffen operatoren.
Als het beheersorganisme kan aantonen aan de hand van een representatief staal dat voor de andere afgedankte batterijen en accu's dan de volgens de bepalingen van artikel 9 ingezamelde afgedankte loodbatterijen en accu's de ingezamelde stroom afwijkt van de op het gewicht van de in de handel gebrachte batterijen en accu's gebaseerde verhouding, dan kan de indeling gebeuren op basis van het representatieve staal.
De methode die gehanteerd wordt voor de indeling van de afgedankte batterijen en accu's kan door het beheersorganisme gewijzigd wordt, mits goedkeuring door Leefmilieu Brussel.
Leden en Deelnemers
Art. 4.§ 1. Voorliggende overeenkomst bindt de ondertekenende partijen evenals de Leden van de Organisaties die hun organisatie hiertoe een volmacht gaven, in deze overeenkomst aangeduid als de 'Leden', en de 'Deelnemers' die het beheersorganisme hiertoe volmacht verleenden, en dat voor de batterijen en accu's waarvoor de Leden en de Deelnemers aangesloten zijn bij het beheersorganisme.
De Leden en de Deelnemers moeten zich aansluiten bij het beheersorganisme voor alle batterijen en accu's die ze in de handel brengen, met uitzondering van die welke tot een productcategorie behoren, die door het beheersorganisme aan een administratieve bijdrage onderworpen worden en waarvoor ze kunnen aantonen dat: - ze over een "goedgekeurd individueel plan voor afvalpreventie en -beheer" beschikken of - ze hun verplichtingen nakomen via een andere van kracht zijnde milieuovereenkomst. § 2. De lijsten van de Leden van de Organisaties en van de Deelnemers van het beheersorganisme die volmacht hebben verleend, worden door de Organisaties ingediend bij Leefmilieu Brussel of online geplaatst door het beheersorganisme.
De Organisaties verbinden zich ertoe om deze lijst regelmatig bij te werken.
De Organisaties verbinden zich ertoe om hun Leden en de Deelnemers te informeren over de verplichtingen die uit de huidige overeenkomst voortvloeien. HOOFDSTUK 2. - Preventie en sensibilisering Preventie
Art. 5.§ 1. De Producenten van batterijen en accu's treffen de nodige kwalitatieve en kwantitatieve preventiemaatregelen, waaronder - een duidelijke en actieve communicatie naar eindgebruikers en fabrikanten van apparaten toe in verband met de types van batterijen en accu's die binnen hun gamma het meest geschikt lijken voor bepaalde toepassingen, rekening houdend met de technische karakteristieken van de batterijen en accu's en de apparaten; - een sensibilisering omtrent het gepaste gebruik van de batterijen en accu's; - een verhoging van de gemiddelde kwaliteit van de in de handel gebrachte, niet-oplaadbare batterijen en accu's die gemeten wordt in functie van hun bewaartermijn. § 2. Verder neemt het beheersorganisme eveneens maatregelen op het vlak van kwalitatieve en kwantitatieve preventie, waaronder: - de deelname aan acties georganiseerd door het Gewest of derden om de uitwisseling van kennis tussen de ontwikkelaars van de technologieën, de ontwerpers van de producten, de Producenten en de verwerkingsbedrijven te stimuleren; - een sensibilisering omtrent het gepaste gebruik van de batterijen en accu's; - de inaanmerkingneming van de basisprincipes van het eco-ontwerp van de inzamelrecipiënten, zonder inbreuk te plegen op de veiligheidsvoorschriften met betrekking tot de opslag en het vervoer van gevaarlijke goederen; - de terbeschikkingstelling van de eigen expertise voor gewestelijke studies. § 3. Het beheersorganisme werkt samen met de Organisaties in de loop van de zes maanden die volgen op de inwerkingtreding van deze milieuovereenkomst, een preventieplan uit voor de duur van de milieuovereenkomst. Dit preventieplan maakt deel uit van het beheersplan en omvat minstens: - een overzicht van de geplande acties door het beheersorganisme om de kwalitatieve en kwantitatieve preventie te bevorderen; - een overzicht van de bij § 1 vermelde en individueel door de Producenten voorziene acties, die zich aansloten bij het beheersorganisme en die erover communiceerden, om de kwalitatieve en kwantitatieve preventie te stimuleren. § 4. Het beheersorganisme stelt elk jaar rapporten op, waarin op gedetailleerde wijze het volgende wordt besproken en beoordeeld: - de ondernomen acties op het vlak van preventie door het beheersorganisme, de beoogde doelgroepen en de hulpmiddelen; - de ondernomen acties op het vlak van preventie door de individuele Producenten die zich aansloten bij het beheersorganisme en die het organisme erover informeerden.
Het preventieplan wordt elk jaar geëvalueerd en aangepast in het kader van de jaarlijkse actualisering van het beheersplan.
Sensibilisering
Art. 6.§ 1. Teneinde de doelstellingen van de huidige overeenkomst te verwezenlijken, organiseert het beheersorganisme informatie- en sensibiliseringscampagnes ter attentie van de gebruikers van batterijen en accu's. De intensiteit, de vorm en de inhoud van de informatie- en sensibiliseringscampagnes worden aangepast in functie van de doelgroep, de categorieën van afgedankte batterijen en accu's en de bereikte resultaten.
Deze campagnes zijn gericht op: - het sensibiliseren omtrent een gepast en verstandig gebruik van batterijen en accu's, rekening houdend met de globale milieu-impact van oplaadbare en primaire batterijen en accu's op de mogelijke gevolgen van de in de batterijen en accu's gebruikte stoffen voor het leefmilieu en de menselijke gezondheid; - het informeren van de eindgebruikers over de bestaande types van batterijen, de betekenis van de wettelijke symbolen (het symbool van de vuilnisbak op wielen met een kruis erover en de chemische symbolen Hg, Cd en Pb) en het al bestaande inzamelnetwerk; - het sensibiliseren van de eindgebruikers opdat ze hun afgedankte batterijen en accu's van het restafval zouden scheiden en opdat ze deze niet bij het niet-gesorteerde restafval zouden gooien; - het aanzetten van de eindgebruikers tot het brengen van hun afgedankte batterijen en accu's naar een inzamelpunt; - het informeren van de eindgebruikers over hun rol bij de recyclage van afgedankte batterijen en accu's.
De ontwikkelde communicatie- en sensibiliseringsmethoden moeten in het bijzonder rekening houden met de verschillende sociale groepen die er op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bestaan. Hun doeltreffendheid wordt bij deze groepen gemeten vóór en na de campagnes en dat minstens op jaarbasis. § 2. Het beheersorganisme werkt in de loop van de zes maanden die volgen op de inwerkingtreding van deze milieuovereenkomst, een communicatieplan uit voor de duur van de milieuovereenkomst. Dit communicatieplan maakt deel uit van het beheersplan en omvat minstens de strategische doelstellingen en de algemene richtlijnen.
Het plan vermeldt, voor een standaardjaar, het aantal en de reikwijdte van de campagnes, de doelgroepen die een aparte aanpak rechtvaardigen, de voorgestelde communicatiemethodes en de evaluatiemethodes van de campagnes. § 3. Het beheersorganisme legt het Gewest elk jaar een voorlopig plan voor, alsook een rapport over de gevoerde informatie- en sensibiliseringscampagnes en de bereikte resultaten. De rapportering over de behaalde resultaten omvat een indicatie van de ondernomen acties, de beoogde doelgroepen, de beschikbare hulpmiddelen en een evaluatie van de relevantie van de ondernomen acties. Het communicatieplan wordt elk jaar beoordeeld door het beheersorganisme en aangepast in het kader van de jaarlijkse actualisering van het beheersplan, met name op basis van de aanbevelingen van Leefmilieu Brussel. HOOFDSTUK 3. - Inzameling Inleiding
Art. 7.§ 1. De uitvoering van de huidige overeenkomst heeft tot doel om zoveel mogelijk afgedankte batterijen en accu's in te zamelen van de batterijen en accu's die op het grondgebied in de handel gebracht werden door de Leden van de Organisaties en de Deelnemers van het beheersorganisme of die geïmporteerd werden voor eigen gebruik in hun vestiging teneinde minstens de doelstellingen van het Besluit te halen conform de volgende modaliteiten. Hiertoe beschikt het beheersorganisme over een inzamelnetwerk met een voldoende geografische dekking over het ganse grondgebied van het Gewest. § 2. Het beheersorganisme voert binnen 36 maanden na de publicatie van de milieuovereenkomst een studie uit naar de verbeteringsmogelijkheden met betrekking tot de sensibilisering en de inzameling van de afgedankte draagbare batterijen of accu's in grote steden waar er minder ingezameld wordt en verbindt zich ertoe om de nodige ad-hoc acties te ondernemen ter verbetering van de inzamelprestaties.
Verplichtingen van de kleinhandelaars
Art. 8.§ 1. De kleinhandelaars in draagbare en industriële batterijen en accu's verbinden zich ertoe om alle afgedankte batterijen en accu's die door de eindgebruiker binnengebracht worden, gratis in ontvangst te nemen.
De garagehouders en alle overige kleinhandelaars die autobatterijen en -accu's onderhouden, repareren en vervangen, verbinden er zich toe om alle afgedankte autobatterijen en -accu's die door de eindgebruiker binnengebracht worden, gratis in ontvangst te nemen.
Door het beheersorganisme georganiseerde inzameling
Art. 9.§ 1. Het beheersorganisme zorgt voor een gratis inzameling op inzamelpunten van alle afgedankte batterijen en accu's die tot een aan een milieubijdrage onderworpen productcategorie behoren en die overeenkomstig het huidige artikel ingezameld werden.
Het beheersorganisme verbindt er zich toe om ook gratis en regelmatig alle afgedankte batterijen en accu's in te zamelen of te laten inzamelen, die tot een aan een milieubijdrage onderworpen productcategorie behoren die zich bevinden in het Gewest in inrichtingen vergund voor de ontmanteling en de depollutie van afgedankte elektrische en elektronische apparaten of afgedankte voertuigen. Het beheersorganisme verbindt er zich toe om de inrichtingen voor de ontmanteling of depollutie van de AEEA te informeren over de noodzaak om de batterijen en accu's van de AEEA met het oog op een optimale recyclage en om veiligheidsredenen handmatig te demonteren.
De algemene strategie met betrekking tot de inzameling van deze afgedankte batterijen en accu's en het logistieke plan maken integraal deel uit van het beheersplan en worden ter goedkeuring voorgelegd aan Leefmilieu Brussel.
De organisatie van de inzameling berust op een netwerk van inzamelpunten bestaande uit kleinhandelaars, scholen, administraties, fabrikanten van batterijen en accu's, fabrikanten van elektrische en elektronische apparatuur, inrichtingen voor de ontmanteling of depollutie van afgedankte elektrische of elektronische apparatuur of afgedankte voertuigen, professionele gebruikers, openbare containerparken en andere inzamelpunten voor zover de veiligheidsadviezen werden gecommuniceerd.
Het beheersorganisme ziet erop toe dat er voldoende inzamelpunten zijn. Voormelde actoren kunnen zich spontaan aanmelden als inzamelpunt, als ze minstens een keer om de twee jaar een gevulde standaard inzamelrecipiënt kunnen aanbieden, zoals bezorgd door het beheersorganisme, en conform de ADR-wetgeving. Op dit ogenblik bedraagt het volume van deze standaard inzamelrecipiënt 52 liter.
Voormelde actoren die niet de minimale hoeveelheid bereiken, moeten uitdrukkelijk aan het beheersorganisme vragen om de afgedankte batterijen en accu's te komen ophalen. Het beheersorganisme bezorgt hen op hun verzoek een kleinere recipiënt.
Voor wat de inzamelprojecten in scholen, administraties en andere soortgelijke plaatsen betreft en rekening houdend met het feit dat diezelfde plaatsen eveneens gevraagd worden om als inzamelpunten te fungeren voor andere afvalstromen, met name via het mechanisme van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, verbindt het beheersorganisme zich ertoe om bij te dragen aan een werkgroep die door Leefmilieu Brussel werd opgericht en die is samengesteld uit het beheersorganisme en andere beheersorganismen, met het oog op de optimalisering van de inzameling op deze locaties zonder afbreuk te doen aan de reeds door het beheersorganisme ondernomen acties, voor zover de veiligheidsadviezen werden gecommuniceerd. § 2. Het beheersorganisme legt Leefmilieu Brussel jaarlijks de bijgewerkte lijsten van de bij § 1 vermelde inzamelpunten voor afgedankte batterijen en accu's voor, die geregistreerd en aanvaard werden als inzamelpunt.
Elke weigering moet gemotiveerd worden.
De lijst van de redenen voor weigering tot registratie moet vooraf goedgekeurd worden door Leefmilieu Brussel.
De lijst van geweigerde inzamelpunten wordt elk jaar aan Leefmilieu Brussel meegedeeld. Het beheersorganisme kan deze lijst ook online ter beschikking stellen. § 3. Het beheersorganisme stelt Leefmilieu Brussel via een elektronische link de gegevens van het afvalregister van alle inzamelpunten ter beschikking, die bij § 1 vermeld worden aangaande de afgedankte batterijen en accu's die bij § 1 beoogd en bij deze inzamelpunten ingezameld worden.
Inzameling in de containerparken en andere centralisatiepunten van de publiekrechtelijke rechtspersonen
Art. 10.§ 1. Het beheersorganisme moet een overeenkomst sluiten met de publiekrechtelijke rechtspersonen betreffende de afgedankte batterijen en accu's die tot een aan een milieubijdrage onderworpen productcategorie behoren die ingezameld worden in de containerparken en andere centralisatiepunten van de publiekrechtelijke rechtspersonen door of voor rekening van het beheersorganisme, op basis van een typecontract dat door het beheersorganisme werd opgesteld en ter goedkeuring werd voorgelegd aan Leefmilieu Brussel.
De overeenkomst stelt minstens het volgende vast: - de modaliteiten voor de gratis toegang en afgifte van afgedankte batterijen en accu's; - de toegang tot de inzamelpunten; - een regeling van de kosten van de inzamelpunten, met inbegrip van de dekking van de infrastructuur- en werkingskosten van de containerparken; - de terbeschikkingstelling door het beheersorganisme van de nodige inzamelrecipiënten voor de tijdelijk opslag van de ingezamelde afgedankte batterijen en accu's; - de transparantie van het inzamelsysteem op het vlak van de statistische opvolging van de stromen; - de opslag van de afgedankte batterijen en accu's met oog voor het milieu, waarbij alle wettelijke verplichtingen nageleefd moeten worden.
Als het beheersorganisme een beroep wil of moet doen op publiekrechtelijke rechtspersonen voor de inzameling van de afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, moet er dienaangaande een specifieke overeenkomst met de publiekrechtelijke rechtspersonen gesloten worden.
Afgedankte batterijen en accu's van meer dan 20 kg voor de aandrijving van hybride en elektrische voertuigen zijn geen huishoudelijke afvalstoffen en mogen aldus niet afgeleverd worden op de containerparken.
Inzameling op verzoek van de houders van afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie
Art. 11.§ 1. In afwijking van de bepalingen van artikel 9 gebeurt de inzameling en verwerking van afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie door de overdracht ervan door de houders naar hun keuze aan erkende ophalers, handelaars of makelaars van afval, aan vergunde verwerkingsbedrijven of aan de Producent van de respectieve batterijen en accu's. § 2. De Producenten van industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, kunnen in geen geval weigeren om deze afgedankte batterijen en accu's gratis in ontvangst te nemen, ongeacht hun chemische samenstelling en oorsprong.
De Producenten van industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, voorzien een voldoende dicht netwerk van inzamelpunten waar de houders deze afgedankte batterijen en accu's gratis kunnen afgeven. Deze inzamelpunten beschikken over de nodige milieuvergunningen, technische uitrusting en personeel dat de vereiste opleiding heeft genoten om met deze accu's om te gaan. De Producenten informeren hun klanten over de manier waarop de Producent tegemoetkomt aan zijn terugnameplicht en hoe de klant zich van afgedankte batterijen en accu's kan ontdoen. De Producenten maken hun inzamelpunten bekend op de website van het beheersorganisme voor de types van batterijen en accu's die door het bij artikel 27 beoogde Overlegcomité aangeduid werden. Dit geldt minstens voor de batterijen en accu's die bestemd zijn voor de tractie van hybride en elektrische voertuigen.
De Producenten van industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie zijn er op hun kosten toe gehouden om op regelmatige wijze alle afgedankte batterijen en accu's bij de kleinhandelaars en de distributeurs in te zamelen, alsook bij de vergunde inrichtingen voor de ontmanteling of depollutie van afgedankte elektrische of elektronische apparatuur en afgedankte voertuigen.
Binnen het inzamelnetwerk dat gecreëerd werd door de Producenten voor de inzameling van batterijen en accu's bestemd voor de tractie van hybride en elektrische voertuigen, mogen deze batterijen en accu's uitsluitend gedemonteerd worden uit voertuigen door vergunde inrichtingen. Deze zijn hiertoe technisch uitgerust en beschikken over gekwalificeerd personeel voor deze taak. De Producenten informeren deze inrichtingen over doeltreffende en zekere methoden in verband met de demontage van de batterij of accu. § 3. De distributeurs van autobatterijen en -accu's, of desgevallend de Producenten zijn ertoe gehouden, om, op hun kosten, op regelmatige basis en ter plaatse, bij de garagehouders en kleinhandelaars die bij artikel 8 beoogd worden en op hun verzoek alle afgedankte autobatterijen en -accu's in ontvangst te nemen, die hen aangeboden worden door de eindgebruiker, alsook alle afgedankte autobatterijen of -accu's die afkomstig zijn van de onderhoudsactiviteiten aan voertuigen die door garagehouders uitgevoerd worden, en om deze aan de Producent te bezorgen.
De Producenten van autobatterijen en -accu's of de door hen hiertoe aangewezen personen zijn er, op hun kosten, toe gehouden om regelmatig alle afgedankte autobatterijen en -accu's in te zamelen, die in ontvangst genomen werden bij de distributeurs of anders bij voormelde garagehouders en kleinhandelaars alsook bij de inrichtingen voor de ontmanteling of depollutie van afgedankte voertuigen, op hun verzoek, teneinde deze te laten verwerken in een hiertoe vergunde onderneming.
Via voormelde distributeurs, garagehouders en kleinhandelaars zetten de Producenten een inzamelnetwerk op voor afgedankte autobatterijen en -accu's ter verzekering van een voldoende geografische dekking. § 4. De professionele houder of de Producent kan een beroep doen op het beheersorganisme voor de inzameling en/of verwerking van de afgedankte industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie of waarvoor er een goedgekeurd individueel plan voor afvalpreventie en -beheer werd ingediend of waarvoor de Producent bij een ander beheersorganisme is aangesloten. In dat geval moet er vooraf in dit opzicht een overeenkomst gesloten worden tussen het beheersorganisme en de partij die er een beroep op doet, waarbij de dekking van de reële en volledige kostprijs van de door het beheersorganisme verstrekte diensten wordt vastgelegd. Voor de verwerking doet het organisme een beroep op vergunde verwerkingsbedrijven. Bij de toewijzing van de contracten door het beheersorganisme aan verwerkingsbedrijven gelden de bepalingen van artikelen 23 en 24 niet. § 5. Het beheersorganisme voert een systeem in voor de registratie van haar inzamelrecipiënten waarmee deze getraceerd kunnen worden en waarmee bepaald kan worden van welk inzamelpunt ze afkomstig zijn. Als het recipiënt batterijen en accu's, stacks, modules en cellen bevat, die niet bestemd zijn voor dit inzamelkanaal of dit inzamelrecipiënt, informeert het beheersorganisme het inzamelpunt over de bestaande kanalen voor deze afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen. § 6. Als de afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen afkomstig van industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, in het inzamelnetwerk van het beheersorganisme belanden en als ze geïdentificeerd kunnen worden, brengt het organisme de betroffen producent hiervan zo snel mogelijk op de hoogte. De producent ontfermt zich op eigen kosten over de ophaling en de verwerking van deze afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen vanaf de door het beheersorganisme aangegeven locatie. De producent betaalt het beheersorganisme alle kosten terug in verband met de inzameling, het beheer en de opslag die door het beheersorganisme gemaakt werden, voorafgaand aan hun terugname door de producent. § 7. Als de afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen afkomstig van industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, in een inzamelnetwerk belanden dat werd opgezet in uitvoering van een andere milieuovereenkomst of een goedgekeurd individueel plan voor afvalpreventie en -beheer en als deze afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen geïdentificeerd kunnen worden, ontfermt de producent zich op eigen kosten over de inzameling en de verwerking of recyclage van deze afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen. De producent betaalt de uitbater van het inzamelnetwerk alle kosten terug in verband met de inzameling, het beheer en de opslag die door het beheersorganisme gemaakt werden, voorafgaand aan hun terugname door de producent.
Deze bepaling geldt alleen, als de milieuovereenkomst of het goedgekeurde individuele plan voor afvalpreventie en -beheer krachtens hetwelk het respectieve inzamelnetwerk gecreëerd werd, een minstens gelijkwaardige bepaling bevat voor de afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen afkomstig van afgedankte industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie en die in het inzamelnetwerk van het beheersorganisme beland zijn. § 8. Voor de afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen afkomstig van afgedankte industriële batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, die in het inzamelnetwerk van het beheersorganisme beland zijn en die niet duidelijk geïdentificeerd kunnen worden, sluit het beheersorganisme een akkoord met het/de andere beheersorganisme(n) die eveneens tegemoetkomen aan de terugnameplicht voor industriële batterijen, alsook de producenten die over een goedgekeurd individueel plan voor afvalpreventie en -beheer voor dit type van batterijen beschikken.
Alle kosten verbonden aan de inzameling, het beheer, de opslag, het vervoer en de verwerking van deze afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen worden evenredig verdeeld over de beheersorganismen en de producenten die over een individueel plan voor afvalpreventie en -beheer beschikken, volgens een verdeelsleutel die wordt vastgelegd in gemeenschappelijk overleg en wordt goedgekeurd door Brussel Leefmilieu.
Het beheersorganisme stort hiervoor een bijdrage per kg en type in de handel gebrachte industriële batterij en accu die deel uitmaakt van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, op een speciaal hiervoor bestemde rekening. De middelen op deze rekening kunnen uitsluitend aangewend worden voor de financiering van de bovenvermelde kosten. De bedrijfsrevisor van het beheersorganisme controleert of het beheersorganisme de bepalingen van deze paragraaf heeft nagekomen en maakt hiervoor een attest op. De hoogte van de bijdrage wordt bepaald door Brussel Leefmilieu op voorstel van de beheersorganismen en de producenten die beschikken over een goedgekeurd individueel plan voor afvalpreventie-en beheer voor deze afgedankte batterijen.
De bepalingen van deze paragraaf gelden uitsluitend indien de andere milieuovereenkomsten en de goedgekeurde individuele plannen voor afvalpreventie en -beheer inzake industriële batterijen en accu's minstens gelijkwaardige bepalingen bevat die voorzien in: - een registratiesysteem dat toelaat om te bepalen in welk inzamelpunt deze niet identificeerbare afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen werden ingezameld - een rekening waarop steeds een bedrag staat gelijk aan de bijdrage per in de handel gebrachte industriële batterij en dit voor de financiering van alle kosten verbonden aan de inzameling, beheer, opslag, transport en verwerking en/of recycling van deze niet identificeerbare afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen - een attest van een bedrijfsrevisor waaruit blijkt dat andere beheersorganismen of producenten met een individueel plan voor afvalpreventie-of beheerplan dit engagement hebben gerespecteerd.
De kosten verbonden aan deze wettelijke verplichting kunnen door het beheersorganisme doorgerekend worden aan de aangesloten producenten van batterijen en accu's die behoren tot dezelfde productcategorie via de administratieve bijdrage. § 9. Indien zou blijken dat de geldende marktvoorwaarden onvoldoende zijn om de inzameling, de verwerking en de recycling van afgedankte batterijen en -accu's die die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, zal het beheersorganisme een operationeel systeem voor inzameling, verwerking en recycling opzetten met het oog op het behalen van die doelstellingen, gefinancierd door een milieubijdrage. § 10. Om een oplossing te vinden voor het probleem van het beheer van afgedankte batterijen en accu's, stacks, modules en cellen afkomstig van batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie en waarvan de Producent niet meer bestaat, betalen de beheersorganismen belast met de terugname van afgedankte industriële batterijen en accu's van hybride en elektrische voertuigen voor een gelijk deel, een studie die toelaat de kosten voor het beheer van batterijen en accu's, met inbegrip van de kosten verbonden aan de inzameling, de sortering, het transport, de verwerking en/of recyclage alsook de risico's, in het jaar dat volgt op het in werking treden van de milieovereenkomst(en).
Het Gewest bepaalt de modaliteiten voor de uitvoering van deze studie.
De bepalingen van deze paragraaf gelden uitsluitend indien andere milieuovereenkomsten inzake industriële batterijen en accu's minstens gelijkwaardige bepalingen bevatten.
Nieuwe methode voor de berekening van de inzameldoelstelling voor de draagbare batterijen en accu's
Art. 12.§ 1. Het beheersorganisme gaat na of de methode voor de berekening van de bestaande inzameldoelstelling voor afgedankte draagbare batterijen en accu's, op basis van de in de handel gebrachte hoeveelheden batterijen, nog beantwoordt aan de realiteit van de evolutie van de markt en de levensduur.
Algemene bepalingen
Art. 13.§ 1. Onverminderd de opdrachten van de publiekrechtelijke rechtspersonen kan het beheersorganisme proefprojecten van beperkte duur opzetten om alternatieve inzamelscenario's te onderzoeken, die een verdere verbetering van de inzamelresultaten voor batterijen en accu's beogen. Dergelijke proefprojecten worden voorafgaandelijk ter goedkeuring aan Leefmilieu Brussel voorgelegd. Op het einde van de periode die door het proefproject wordt bestreken, wordt er een evaluatieverslag opgemaakt. Op basis van dit verslag kan het beheersorganisme het proefproject eventueel uitbreiden, na goedkeuring door Leefmilieu Brussel. § 2. De onttrekking van vloeistoffen en zuren aan de afgedankte batterijen en accu's gebeurt uitsluitend in vergunde verwerkingsinrichtingen. HOOFDSTUK 4. - Behandeling Sortering en hergebruik
Art. 14.Teneinde het rendement van de recyclage te maximaliseren, verbindt het beheersorganisme er zich toe om de door het organisme ingezamelde afgedankte batterijen te sorteren of te laten sorteren, al naargelang het recyclageproces, alvorens ze aan de verwerkingsbedrijven te overhandigen. De batterijen worden handmatig, mechanisch en/of elektronisch in verschillende fracties gesorteerd.
Daarbij worden de beste beschikbare technieken gebruikt, zonder buitensporige kosten. Het gehele sorteerproces moet onderworpen worden aan een statische controle om de kwaliteit van de sortering te meten.
Het beheersorganisme onderzoekt de opportuniteiten en de beperking in verband met het hergebruik. In de eerste plaats gaat het om herlaadbare lithiumbatterijen en -accu's. Er wordt onder meer rekening gehouden met de technische en operationele aspecten, de juridische aansprakelijkheid, de financiële impact en de aspecten verbonden aan de vraag van deze batterijen en accu's voor hergebruik. Leefmilieu Brussel wordt actief betrokken bij dit onderzoek.
Na technische diagnose om de restcapaciteit te bepalen van een accu of van haar onderdelen, kunnen bepaalde industriële accu's of onderdelen opnieuw worden gebruikt (ofwel in dezelfde toepassing ofwel in een andere toepassing).
Verwerking en recyclage
Art. 15.§ 1. De afgedankte batterijen en accu's die zowel in het kader van de door het beheersorganisme als door andere economische actoren georganiseerde inzameling werden ingezameld, moeten verwerkt en gerecycleerd worden overeenkomstig de bepalingen van de wetgeving die van kracht is op het moment van de verwerking en de toelatingen van de operatoren, rekening houdend met de beste beschikbare technieken zonder buitensporige kosten. Het beheersorganisme ziet tevens toe op de naleving van het bestek door de operatoren die het heeft aangeduid. § 2. De recyclagerendementen worden berekend overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EU) nr. 493/2012 van de Commissie van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekening van de recyclingrendementen van de recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu's, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad. § 3. Het beheersorganisme kan proefprojecten van beperkte duur opzetten om alternatieven verwerkings- en recyclagescenario's te onderzoeken. Dergelijke proefprojecten worden voorafgaandelijk ter goedkeuring aan Leefmilieu Brussel voorgelegd. Op het einde van de periode die door het proefproject wordt bestreken, wordt er een evaluatieverslag opgemaakt. Op basis van dit verslag kan het beheersorganisme het proefproject eventueel uitbreiden, na goedkeuring door Leefmilieu Brussel. § 4. De recyclagedoelstellingen kunnen geëvalueerd worden binnen het Overlegcomité bedoeld in artikel 27. Deze evaluatie kan als basis dienen voor het formuleren van de aan de Brusselse Minister over te maken voorstellen teneinde de recyclagedoelstelling aan te passen, rekening houdend met de beste beschikbare technologie en zonder enige buitensporige kost met zich mee te brengen. De eventuele wijzigingen die er aan de wetgeving aangebracht zouden worden tijdens de hele duur van de milieuovereenkomst, zijn alleen op deze laatste van toepassing op voorwaarde dat alle ondertekenende partijen van de milieuovereenkomst zich hiermee akkoord verklaarden. § 5. Het beheersorganisme verbindt er zich toe om alle inzamelmiddelen die ter beschikking van consumenten gesteld worden, in te zamelen en te verwerken met de beste beschikbare technieken, zodra zij zich hiervan ontdoen. § 6. De afgedankte batterijen en accu's die ingezameld en/of in ontvangst genomen werden overeenkomstig de bepalingen van artikel 11, moeten verwerkt worden door verwerkingsbedrijven die de doelstellingen halen met betrekking tot de recyclage van afgedankte batterijen en accu's die bij artikel 2.4.8 van het Afvalbeheerbesluit alsook in de Europese Richtlijn 2006/66/EG vastgelegd werden.
Leefmilieu Brussel stelt een lijst van bedrijven op, die aan deze eisen voldoen.
Als een Producent voor dergelijke batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, een beroep doet op een verwerkingsbedrijf dat niet is opgenomen in de lijst van de verwerkingsbedrijven die de recyclagedoelstellingen halen en door Leefmilieu Brussel goedgekeurd werden, brengt het beheersorganisme Leefmilieu Brussel hiervan op de hoogte. In dat geval zijn de risico's en de gevolgen van het niet bereiken van de bij artikel 2.4.8 van het Afvalbeheerbesluit alsook in Europese Richtlijn 2006/66/EG vastgelegde recyclagedoelstellingen, geheel ten laste van de Producent.
De Producenten van batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie en die afgedankte batterijen en accu's inzamelden en/of in ontvangst namen, overhandigen aan het beheersorganisme de nodige informatie over de inzameling en de verwerking, opdat het beheersorganisme voor de rapportering zou kunnen zorgen overeenkomstig artikel 25, § 2. Deze bepaling is niet van toepassing, als de verwerkingsbedrijven deze informatie aan het beheersorganisme bezorgen. § 7. In afwijking van de bepalingen van § 6 zijn de goedkeuringsprocedure en de verklaringen van nuttige toepassing zoals voorzien in Verordening (EG) nr. 1013/2006 van 14 juni 2006 betreffende de overbrenging van afvalstoffen van toepassing op de afgedankte batterijen en accu's die conform deze Verordening aan een kennisgeving onderworpen zijn. HOOFDSTUK 5. - Taken van het beheersorganisme en van de Organisaties Het beheersorganisme
Art. 16.De Leden van de Organisaties richten een of meerdere beheersorganismen op onder de vorm van een vereniging zonder winstoogmerk overeenkomstig de bepalingen van de wet van 27 juni 1921 betreffende de verenigingen zonder winstoogmerk, de internationale verenigingen zonder winstoogmerk en de stichtingen.
Voor de federaties die de distributiesector vertegenwoordigen, is er minstens een mandaat als waarnemer in de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering van het beheersorganisme voorzien.
Leefmilieu Brussel wordt uitgenodigd in de hoedanigheid van waarnemer van het Brussels Gewest op alle bijeenkomsten van de Raad van Bestuur en de Algemene Vergadering van de beheersorganismen, overeenkomstig de statutaire bepalingen die op de gewone Leden van het beheersorgaan van toepassing zijn. Leefmilieu Brussel ontvangt hiertoe de respectieve uitnodigingen minstens vijf dagen voor de vergadering alsook nadien de verslagen van de vergaderingen.
De beheerstaken
Art. 17.§ 1. Het beheersorganisme neemt alle beheerstaken op zich, overeenkomstig de bepalingen van de huidige milieuovereenkomst.
De Organisaties en hun Leden doen samen het nodige om de werking van het beheersorganisme te garanderen teneinde alle akkoorden na te leven, die er in het kader van de milieuovereenkomst gesloten werden. § 2. Het beheersorganisme verbindt er zich toe om de doelstellingen in alle transparantie te bereiken, met name ten overstaan van Leefmilieu Brussel en de Brusselse Minister, terwijl tegelijkertijd de vertrouwelijkheid van de gegevens van de individuele bedrijven gerespecteerd wordt. § 3. Het beheersorganisme beschikt over een systeem voor het beheer van de gegevens in verband met de Leden en de Deelnemers, de in de handel gebrachte batterijen en accu's en de ingezamelde afgedankte batterijen en accu's.
Dit systeem herneemt de nodige informatie om Leefmilieu Brussel toe te laten, correcte rapporten aan de Europese Commissie over te maken, overeenkomstig de bepalingen van Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad van 6 september 2006 inzake batterijen en accu's, alsook afgedankte batterijen en accu's en tot intrekking van Richtlijn 91/157/EEG, waaronder de gegevens die de Leden en Deelnemers moeten verstrekken voor hun registratie als Producent.
Het beheersorganisme of een door het beheersorganisme aangeduide derde controleert de gegevens in verband met de Leden en de Deelnemers alsook met de in de handel gebrachte batterijen en accu's. § 4. Het beheersorganisme is verantwoordelijk voor de archivering van het hele systeem voor de registratie van de operationele informatie gedurende een minimale periode van zeven jaar. § 5. Leefmilieu Brussel kan zich gemakkelijk en bij voorkeur online toegang verschaffen tot de gegevens die het/hij nodig heeft om zijn opdracht uit te voeren en waarover het beheersorganisme beschikt. Het beheersorganisme sluit hiertoe de nodige akkoorden met Leefmilieu Brussel en met de andere bevoegde gewestelijke besturen om tot een automatische verstrekking van bepaalde gegevens en rapporten te komen, die het nodig heeft. De vertrouwelijkheid van de gegevens moet gewaarborgd blijven. § 6. Alle betroffen partijen kunnen hun advies geven in verband met de werkingsmodaliteiten van het beheersorganisme. Het beheersorganisme werkt onder andere modaliteiten uit voor de controle en de vereenvoudigde aangifte voor de Producenten die beperkte volumes aan batterijen en accu's in de handel brengen en die voor advies aan Leefmilieu Brussel voorgelegd worden.
Het beheersorganisme bestudeert de impact van de verkoop op afstand op de markt van de batterijen en accu's en zijn werking met het oog op het optimaliseren van de aangiftemodaliteiten in functie van deze verkopen op afstand, binnen de 24 maanden die volgen op de publicatie van de huidige milieuovereenkomst. Het beheersorganisme raadpleegt Comeos in het kader van deze analyse. § 7. Op basis van de eerdere analyses over huishoudelijk afval gaat het beheersorganisme in samenwerking met het Gewestelijk Agentschap voor Netheid elke drie jaar over tot een statistische representatieve analyse van het gemengd huishoudelijk afval waarvan de methode en de resultaten voorgesteld worden aan Leefmilieu Brussel. Als vastgesteld wordt dat de hoeveelheden afgedankte draagbare batterijen en accu's in het ongesorteerd huishoudelijk afval (witte zak, containers van gebouwen, enz.) toenemen, onderneemt het beheersorganisme de nodige acties om deze stijging een halt toe te roepen. Deze acties worden voor advies voorgelegd aan Leefmilieu Brussel. Om deze analyse te kunnen verrichten, neemt het beheersorganisme contact op met het Gewestelijk Agentschap voor Netheid. § 8. Het beheersorganismen stelt zijn expertise ter beschikking in het kader van een informatieuitwisselingsplatform teneinde de circulaire economie te stimuleren.
Het beheersplan
Art. 18.Het beheersorganisme legt Leefmilieu Brussel uiterlijk 6 maanden na de publicatie van de huidige milieuovereenkomst een beheersplan voor de hele duur van de overeenkomst ter goedkeuring voor. Daarin wordt gepreciseerd, hoe het organisme de bepalingen zal toepassen. Het beheersplan omvat: - het preventieplan (artikel 5, § 3 en 4); - het communicatieplan (artikel 6, § 2 en 3); - de inzamelstrategie en het logistieke plan (artikel 9); - het financieel plan (artikel 21, § 2).
Elk jaar legt het beheersorganisme ter goedkeuring een update van het beheersplan voor het volgende kalenderjaar voor, dat uitvoeringsplan genoemd wordt. Deze update gebeurt overeenkomstig de conclusies van het bij artikel 25 beoogde jaarverslag.
Toetredingsovereenkomst
Art. 19.§ 1. Tussen de Leden en de Deelnemers enerzijds en het beheersorganisme anderzijds moet er een toetredingsovereenkomst gesloten worden met het oog op de uitvoering van de milieuovereenkomst.
Het model van toetredingsovereenkomst garandeert de uitsluiting van elke discriminatie of verstoring van de vrije mededinging tussen de Leden en de Deelnemers.
In dit kader wordt zoveel mogelijk een maximale administratieve vereenvoudiging nagestreefd.
Binnen een termijn van drie maanden volgend op de inwerkingtreding van de huidige milieuovereenkomst gaat het beheersorganisme na of de bestaande toetredingsovereenkomst in overeenstemming is met de bepalingen van voorliggende milieuovereenkomst. Bij wijziging van de toetredingsovereenkomst wordt het model twee maanden vóór de ondertekening van de eerste gewijzigde toetredingsovereenkomst voor advies voorgelegd aan Leefmilieu Brussel. § 2. Het beheersorganisme kan de toetreding van een onderneming die onderworpen is aan de in deze milieuovereenkomst beoogde uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, niet weigeren. Het beheersorganisme kan echter wel afwijken van deze verplichting omwille van ernstige redenen die voorafgaand door Leefmilieu Brussel goedgekeurd moeten worden. Elke geweigerde toetreding moet gemotiveerd worden.
De lijst van geweigerde ondernemingen wordt elk jaar aan Leefmilieu Brussel meegedeeld. Het beheersorganisme kan deze lijst ook online ter beschikking stellen. HOOFDSTUK 6. - Financiering Financieel plan
Art. 20.§ 1. Uiterlijk 6 maanden na de ondertekening van de milieuovereenkomst legt het beheersorganisme een financieel plan voor de hele duur van de milieuovereenkomst voor advies voor aan Leefmilieu Brussel. § 2. Het financieel plan moet de volgende principes respecteren: - Het beheersorganisme moet over financiële reserves beschikken, waarmee het 6 maanden lang zonder inkomsten kan werken. - De milieubijdragen worden vastgelegd per type van batterijen en accu's door de kosten per chemische familie toe te wijzen, terwijl tegelijkertijd rekening gehouden wordt met de respectieve beperkingen inzake milieu en goed beheer alsook met de benodigde administratieve vereenvoudiging voor de bedrijven. - De reserves mogen niet meer bedragen dan wat nodig is om 18 maanden lang de werkingskosten te dekken voor de uitvoering van de huidige overeenkomst berekend op basis van het gemiddelde van de 3 voorgaande jaren; mochten de reserves twee jaar op rij meer bedragen dan voorgeschreven door deze regel, zal het beheersorganisme een aanpassingsplan voor de reserves ter goedkeuring voorleggen aan Leefmilieu Brussel. De Minister belast met Leefmilieu kan een overeenkomst sluiten in verband met de forfaitaire bijdrage van het beheersorganisme met als doel het verminderen van de reserves, terwijl er tegelijkertijd geherinvesteerd wordt in het beheer van de stroom.
Het beheersorganisme beschikt over provisies voor het financieren van de kosten van het beheer van de door zijn Deelnemers in de handel gebrachte batterijen en accu's, in toepassing van Europese Richtlijn 2006/66/EG. § 3. Het financieel plan bevat minstens de volgende informatie: - een begroting voor de duur van de milieuovereenkomst met inbegrip van de kosten in verband met: o de werking van het organisme; o het preventieplan; o de communicatie en de sensibilisering; o de inzameling; o de verwerking; - waarbij per type van batterijen en per chemische familie de beheerskosten, de investeringen en hun verdeling over de bijdragen uitgesplitst worden; - de berekening van de milieu- en de administratieve bijdragen en hun aanpassingsmodaliteiten; - de invorderingswijze; - het beleid op het vlak reserves, - de financiering van de eventuele verliezen; - het financieel investeringsbeleid.
Daarnaast kan Leefmilieu Brussel het beheersorganisme om bijkomende informatie verzoeken. § 4. Elk jaar legt het beheersorganisme voor advieseen update van het plan voor het volgende kalenderjaar voor.
Zekerheid
Art. 21.Overeenkomstig het Besluit stelt het beheersorganisme een zekerheid gelijk aan de geraamde kosten voor de overname van de inzameling, de sortering en de verwerking van de afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een milieubijdrage onderworpen productcategorie, voor een periode van zes maanden, met betrekking tot de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid door de publiekrechtelijke rechtspersonen. Het bedrag van deze zekerheid wordt berekend op basis van de gegevens van het beheersorganisme van het jaar dat aan de inwerkingtreding van de milieuovereenkomst voorafging.
Bijdragen
Art. 22.§ 1. In hun hoedanigheid van Producent betalen de Leden en de Deelnemers het beheersorganisme een milieu- of administratieve bijdrage voor elke batterij of accu die in de handel gebracht wordt om de activiteiten van het organisme te financieren. Deze milieu- en administratieve bijdragen worden vastgelegd per Productcategorie.
Het beheersorganisme bepaalt de Productcategorieën die aan een milieubijdrage en aan een administratieve bijdrage onderworpen zijn in functie van de voor de verschillende categorieën voorgestelde diensten.
Het bedrag van deze bijdragen wordt vastgelegd door het beheersorganisme, door rekening te houden met de kosten van de aangeboden diensten.
Voor de batterijen en accu's onderworpen aan een milieubijdrage, omvat de bijdrage de volledige kost van het beheer van deze afgedankte batterijen en accu's waaronder de preventie, de sensibilisering, de communicatie, de verwerking van gegevens, de rapportering van de in de handel gebrachte, ingezamelde en verwerkte hoeveelheden, de opstelling van rapporten en de werking van het beheersorganisme, de kosten die verband houden met de inzameling en de verwerking.
Voor de batterijen en accu's onderworpen aan een administratieve bijdrage, omvat de bijdrage de reële en volledige kost van het overnemen door het beheersorganisme van het beheer van deze batterijen en accu's, waaronder de preventie, de sensibilisering, de communicatie, de verwerking van gegevens, de rapportering van de in de handel gebrachte, ingezamelde en verwerkte hoeveelheden, de opstelling van rapporten en de werking van het beheersorganisme met uitzondering van de kosten die verband houden met de inzameling en de verwerking.
Dit bedrag is daarentegen niet verschuldigd voor de batterijen en accu's die in de handel gebracht worden, waarvoor de Leden of de Deelnemers kunnen aantonen dat er een bijdrage betaald werd aan een ander collectief systeem dat in het kader van een milieuovereenkomst werd opgezet of dat ze over een goedgekeurd individueel plan beschikken. § 2. Het bedrag van de milieu- en de administratieve bijdragen wordt vastgelegd in het kader van het financieel plan. De criteria voor de verdeling van de batterijen en accu's waarvoor een milieubijdrage of een administratieve bijdrage van toepassing is en de elementen die aan de basis van de vastlegging en de herziening van de milieubijdrage liggen, worden ter goedkeuring voorgelegd aan Leefmilieu Brussel. § 3. Het bedrag van deze bijdragen kan elk jaar herzien worden.
De herziene bedragen treden voor de Deelnemers bij voorkeur in werking op 1 januari en, uitzonderlijk, op 1 juli. De herziene bijdragen worden 4 maanden vóór hun inwerkingtreding bekendgemaakt aan de distributiesector. § 4. Op facturen tussen professionelen worden bij de verkoop van batterijen en accu's altijd de milieubijdragen aangegeven, met vermelding van de respectieve bedragen. Voor de administratieve bijdragen zijn de Producenten vrij om deze bijdrage al dan niet op de factuur te vermelden. § 5. De Leden van de Organisaties en de Deelnemers verbinden er zich toe om geen batterijen en accu's te verkopen, waarvoor geen enkele bijdrage betaald werd, noch enige gesloten terugnamesysteem werd aangetoond. § 6. Het beheersorganisme beheert zijn financiële middelen als een goede huisvader. Bij de berekening van de bijdragen zorgt het ervoor dat het geen overbodige reserves aanlegt of aanhoudt.
Op basis van de jaarrekening 2015 van het beheersorganisme moeten de reserves verminderd worden. Het beheersorganisme deelt onmiddellijk maatregelen mee, die een vermindering van deze reserves voorzien.
De reserves mogen uitsluitend door het beheersorganisme gebruikt worden om de kosten te financieren, die met het beheer van de batterijen en accu's verband houden, en dat meer specifiek voor de productcategorieën waarvan de bijdragen tot de aanleg ervan hebben bijgedragen. HOOFDSTUK 7. - Toewijzing van de overeenkomsten Algemeen
Art. 23.§ 1. De opdrachten van inzameling en sortering van afgedankte batterijen en accu's enerzijds en van hun verwerking anderzijds maken het voorwerp uit van afzonderlijke bestekken en contracten. § 2. Indien de milieuovereenkomst invloed heeft op de uitvoering van bestaande contracten met de operatoren, verbindt het beheersorganisme er zich toe te goeder trouw de vereiste wijzigingen aan het contract te zullen bespreken met de respectieve operatoren en het contract dienovereenkomstig aan te passen.
Procedure
Art. 24.§ 1. De toewijzing van de contracten in verband met de inzameling, de sortering en de verwerking van de afgedankte batterijen en accu's gebeurt op basis van lastenboeken en toewijzingsprocedures die vooraf ter goedkeuring aan Leefmilieu Brussel voorgelegd worden.
De twee documenten worden opgesteld door het beheersorganisme en ter goedkeuring voorgelegd aan Leefmilieu Brussel.
Het lastenboek voorziet minstens de volgende toewijzingscriteria: de prijs, de kwaliteit van de offerte en de dienstverleningsprestaties gemeten aan de hand van de kwaliteitsnormen (bv. ISO 14001, het kwaliteitsgarantiesysteem, OHSAS 18001), de financiële draagkracht, de innovatie, de expertise en de milieuprestatie. De lastenboeken betreffende de verwerking moeten eveneens criteria bevatten met betrekking tot de milieuprestatie waaronder de recyclage-efficiëntie, de hiërarchie tussen de preventie, het hergebruik, de recyclage en de nuttige toepassing, de minimalisering van de te verwijderen resterende afvalstoffen en de impact van het vervoer. Het lastenboek moet het gewicht van de selectiecriteria voorzien. In het lastenboek betreffende de verwerking zullen de criteria die verband houden met de milieuprestaties een gewicht van minstens 30% toegewezen krijgen.
De procedure voor de toewijzing van de overeenkomsten omvat de minimale selectiecriteria, de termijnen waarbinnen de kandidaturen en de offertes ingediend moeten worden, de modaliteiten op het vlak van publiciteit, de uitsluitingsredenen, de vereiste attesten of documenten, alsook alle overige informatie die als relevant wordt beschouwd door het beheersorganisme.
De procedure voor de toewijzing van de overeenkomsten garandeert de gelijkheid van behandeling, de transparantie, de naleving van de mededingingsregels en de reglementering.
De aankondiging van de opdracht en het bestek stipuleren uitdrukkelijk dat de overeenkomsten alleen toegekend worden aan de kandidaten die over alle nodige administratieve toelatingen beschikken om de respectieve diensten te leveren, geheel in overeenstemming met de milieureglementering.
Het beheersorganisme eist dat de operatoren van de inzameling en de verwerking de regels respecteren, die van toepassing zijn inzake arbeidsrecht, bescherming van de gezondheid en veiligheid. § 2. In dit kader past het beheersorganisme bovendien de volgende principes toe: 1. Het beheersorganisme zorgt voor een toereikende bekendmaking van zijn offerteaanvragen of oproepen tot kandidaatstelling door ze op zijn website te publiceren en door ze o.a. door te sturen naar de meest representatieve federaties van actieve ondernemingen in de desbetreffende sectoren. 2. De bekendmaking via de website vermeldt minstens een beschrijving van de opdracht, de vereiste minimale technische bekwaamheid, de benodigde documenten en gegevens om deze minimale technische bekwaamheid aan te tonen, de na te leven termijnen voor het indienen van de kandidaturen en een korte beschrijving van de toewijzingsprocedure.3. Alle kandidaten worden op dezelfde manier behandeld.4. Het beheersorganisme bezorgt Leefmilieu Brussel een lijst van kandidaten.5. Het beheersorganisme stuurt een kopie van het lastenboek en van de procedure voor de toewijzing van de overeenkomsten naar alle kandidaten.Als er een enkele kandidaat zich aanbiedt en een kopie van het lastenboek vraagt, worden er tussen hem en het beheersorganisme onderhandelingen over een overeenkomst aangeknoopt. Als er geen akkoord bereikt kan worden, kan het beheersorganisme een overeenkomst sluiten met andere ondernemingen die over de benodigde technische bekwaamheid beschikken. 6. Het beheersorganisme ziet erop toe dat elke kandidaat van dezelfde, identieke en nuttige informatie kan genieten om zijn kandidatuur in te dienen of zijn offerte op te stellen.Alle bijkomende informatie die naar een kandidaat verstuurd wordt na de bezorging van het bestek, wordt eveneens meegedeeld aan de andere kandidaten, als ze van een essentieel belang is voor het opmaken van de offerte of het interpreteren van de inhoud van het bestek. 7. De kandidaten moeten hun offerte indienen binnen de termijnen vastgelegd in de procedure voor de toewijzing van de overeenkomsten.8. Het beheersorganisme bezorgt Leefmilieu Brussel een kopie van de milieuvergunning en de vereiste gegevens voor het berekenen van het recyclagerendement van elke kandidaat die een offerte indiende. Leefmilieu Brussel deelt vervolgens mee, welke bijkomende informatie het instituut ter zake graag nog zou ontvangen. 9. Het beheersorganisme kan voorzien dat de kandidaten de mogelijkheid geboden wordt om hun offerte nog aan te passen in functie van de voorlopige evaluaties die door het organisme verricht werden.10. De overeenkomst wordt toegewezen op basis van de criteria en modaliteiten vastgelegd in het lastenboek.Als er maar een kandidaat een geldige offerte indiende, die aan de in het bestek vermelde toewijzingscriteria voldoet, worden er onderhandelingen over een overeenkomst aangeknoopt tussen de kandidaat in kwestie en het beheersorganisme. Als er geen akkoord bereikt kan worden, kan het beheersorganisme een overeenkomst sluiten met andere ondernemingen die over de benodigde technische bekwaamheid beschikken. 11. De overeenkomst wordt toegewezen aan de kandidaat die de beste evaluatie behaalde in functie van de voorziene toewijzingscriteria.12. De gemotiveerde keuze van de operatoren wordt voor advies voorgelegd aan Leefmilieu Brussel, vergezeld van een motiveringsrapport dat minstens de volgende gegevens herneemt in verband met de geselecteerde operator: beschrijving van het verwerkingsproces en de berekening van het recyclagerendement.Het beheersorganisme deelt de eventuele informatieverzoeken van Leefmilieu Brussel mee aan de operatoren. In het kader van deze evaluatie houdt Leefmilieu Brussel uitsluitend rekening met de bepalingen van de huidige milieuovereenkomst en de andere wettelijke voorschriften inzake milieurecht. 13. Er wordt een Commissie voor de toewijzing van de markten opgericht.. Deze is samengesteld uit vertegenwoordigers van het Gewest en het beheersorganisme. De commissie komt samen op verzoek van het beheersorganisme en dat uiterlijk een maand na de opstelling van het motiveringsrapport en neemt kennis van de rapporten die door het beheersorganisme opgemaakt werden na elke belangrijke stap in het toewijzingsproces en meer specifiek na de kennisneming van de kandidaturen en offertes, na de evaluatie van deze laatste en na de toewijzing van de overeenkomsten. Deze rapporten worden overgemaakt aan de leden van de Commissie voor de toewijzing van de markten en dat uiterlijk twee weken vóór hun bijeenkomst. Voorafgaand aan elke definitieve toewijzing van een overeenkomst bezorgt de Commissie voor de toewijzing van de markten een unaniem advies aan de besluitvormingsorganen van het beheersorganisme in verband met de naleving van de toewijzingsprocedure. Bij ontstentenis van unanimiteit kan elk lid van de Commissie voor de toewijzing van de markten zijn opmerkingen kenbaar maken, die bij het advies gevoegd worden. Dat advies wordt bezorgd binnen de twee weken die volgen op de deze vergadering van de Commissie voor de toewijzing van de markten. Als er binnen deze termijn geen advies is, wordt het geacht gunstig te zijn. 14. Alle kandidaten hebben het recht kennis te nemen van een evaluatieverslag betreffende hun offerte. § 3. Het beheersorganisme maakt uitsluitend gebruik van de informatie die in het kader van de kandidatuur en de offerteaanvraag werd bezorgd, voor de doeleinden waarvoor ze meegedeeld werden. § 4. Het beheersorganisme mag zelf maar een inzamel-, sorteer-, transport- of verwerkingsactiviteit met betrekking tot de afgedankte batterijen en accu's uitoefenen, voor zover het daarbij geen misbruik maakt van zijn dominante positie inzake de coördinatie van het beheer van de afgedankte batterijen en accu's. Hiertoe motiveert het beheersorganisme zijn beslissing na verrichting van een marktonderzoek. In voorkomend geval geldt het beheersorganisme in dit opzicht als een aparte juridische entiteit. § 5. De tussen het beheersorganisme en de operatoren gesloten overeenkomsten worden toegewezen voor een maximale duur van vijf jaar, zoals vermeld in het lastenboek. Wanneer de uitvoering van een overeenkomst investeringen inhoudt die tot het ontstaan van een nieuwe markt of een verbetering van de verwerkingstechnieken leiden, kan de duur van de overeenkomst overeenstemmen met de afschrijvingsperiode, middels een gemotiveerd document dat de omvang van de investeringen en de benodigde afschrijvingsperiode ter goedkeuring voor Leefmilieu Brussel uiteenzet. § 6. Er kunnen alleen wijzigingen aangebracht worden aan de samenwerkingsmodaliteiten na de toewijzing van de overeenkomst, op voorwaarde dat het beheersorganisme en de kandidaat aan wie de overeenkomst toegewezen werd, zich hiermee akkoord verklaarden. Elke wijziging die in het kader van een verwerkingsproces wordt aangebracht na de toewijzing van de overeenkomsten, moet voorafgaandelijk aan Leefmilieu Brussel meegedeeld worden. Als deze wijziging de recyclageresultaten kan beïnvloeden, wordt de voorgestelde wijziging voor advies aan Leefmilieu Brussel voorgelegd.
Het beheersorganisme deelt de operatoren de eventuele verzoeken om informatie van Leefmilieu Brussel mee, die ertoe gehouden zijn om binnen een termijn van 15 dagen te antwoorden.
Bij het evalueren van de wijziging houdt Leefmilieu Brussel uitsluitend rekening met de bepalingen van de huidige milieuovereenkomst en de andere wettelijke voorschriften. Op basis van de naleving van de huidige milieuovereenkomst of de reglementaire bepalingen van het milieurecht geldt het advies van Leefmilieu Brussel als zijnde bindend. § 7. Het beheersorganisme stelt een beleid op met betrekking tot het het beheer van potentiële belangenconflicten. Dit beleid wordt opgesteld binnen de 6 maanden na de inwerkingtreding van de overeenkomst en wordt bij het beheersplan gevoegd.
Meer in het bijzonder bij een belangenconflict in hoofde van een persoon die deelneemt aan de evaluatie, de opvolging van de toewijzingsprocedure en/of de beslissing tot toewijzing van een overeenkomst door het beheersorganisme, dient deze zich te onthouden van elke tussenkomst in de evaluatie en/of de besluitvorming. § 8. De bepalingen van § 1 tot en met § 6 gelden niet voor de toewijzing van overeenkomsten ten belope van minder dan EUR 85.000 (excl. btw) voor de toewijzingsperiode of omwille van door het beheersorganisme gemotiveerde technische redenen, zoals de instabiele of gevoelige aard van een type batterij. De gemotiveerde technische redenen worden voor advies voorgelegd aan Brussel Leefmilieu.
Voor de toewijzing van een contract voor de verwerking van afgedankte batterijen en accu's worden de gemotiveerde keuze van de operatoren en de duur van de overeenkomst voor advies voorgelegd aan Leefmilieu Brussel, vergezeld van een motiveringsrapport dat minstens de volgende gegevens herneemt in verband met de geselecteerde operator: beschrijving van het verwerkingsproces en de berekening van het recyclagerendement. Het beheersorganisme deelt de eventuele informatieverzoeken van Leefmilieu Brussel mee aan de verwerkingsoperator. In het kader van deze evaluatie houdt Leefmilieu Brussel uitsluitend rekening met de bepalingen van de huidige milieuovereenkomst en de andere wettelijke voorschriften inzake milieurecht. § 9. Het beheersorganisme past dit artikel te goeder trouw toe, wat onder meer betekent dat de opdrachten niet ongerechtvaardigd opgesplitst moeten worden om een goedkeuring overeenkomstig § 1 en 2 te ontwijken. HOOFDSTUK 8. - Rapport en validatie Jaarverslag
Art. 25.§ 1. Het beheersorganisme dient elk jaar, vóór 31 mei, een rapport in bij Leefmilieu Brussel over: 1° de uitvoering van het preventieplan;2° de informatie betreffende de in de handel gebrachte batterijen en accu's: de totale hoeveelheid, uitgedrukt in kilogram en in aantal en verdeeld in categorieën (draagbare, industriële en autobatterijen) en chemische families, door de Leden en Deelnemers in de handel gebrachte batterijen en accu's;3° de informatie over de inzameling en de verwerking: - de totale hoeveelheid afgedankte batterijen en accu's, uitgedrukt in kilogram, die door het organisme werd ingezameld in het kader van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid, per inzamelkanaal en per categorie; - het ingezamelde percentage draagbare batterijen en accu's, met vermelding van de berekeningswijze en de manier waarop de voor de berekening van dit inzamelpercentage vereiste gegevens verzameld werden; - de totale hoeveelheid batterijen en accu's die er door het organisme ingezameld en aan elk vergund verwerkingscentrum aangeboden werd, per soort van verwerking en per categorie; - de inrichtingen waar de ingezamelde batterijen en accu's voorbereid werden op een tweede gebruik als zodanig of voor een nieuwe toepassing; - het bereikte recyclageniveau voor de loodzuur-, de nikkelcadmium- en andere afgedankte batterijen en -accu's: hoeveelheid aan recyclage onderworpen ingezamelde batterijen; - een beschrijving van de recyclageprocessen en de vermelding of de recyclagedoelstellingen al dan niet bereikt werden; - de lijst van de ophalers, handelaars of makelaars en verwerkingsbedrijven van afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een milieubijdrage onderworpen productcategorie. 4° een lijst van de gecontroleerde Leden en Deelnemers, alsook een rapport over de algemene resultaten van de uitgevoerde controles;5° de financiële rekeningen, overeenkomstig de bepalingen van Boek III "Vrijheid van vestiging, dienstverlening en algemene verplichtingen van de ondernemingen" van het Wetboek van economisch recht;6° alle andere maatregelen die uit het beheersplan voortvloeien, zoals voorzien bij artikel 18, inclusief een evaluatie van het communicatieplan zoals voorzien bij artikel 6, §§ 2 en 3. Dit rapport heeft de vorm van een jaarverslag. Bij de opstelling ervan stelt het beheersorganisme zich garant voor de vertrouwelijkheid van de gegevens van de betrokken individuele ondernemingen.
Een evaluatie van dit jaarverslag wordt uiterlijk twee maanden na de indiening ervan door Leefmilieu Brussel aan het beheersorganisme bezorgd. De elementen van het jaarverslag opgenomen bij artikel 2.2.12 van het Afvalbeheerbesluit worden ter goedkeuring voorgelegd aan Leefmilieu Brussel.
Afgezien van het Jaarverslag bezorgt het beheersorganisme elk jaar vóór 1 juli ook een rapport over de berekening van het recyclagerendement aan Leefmilieu Brussel. Dit rapport moet opgesteld zijn overeenkomstig de bepalingen van Verordening (EU) nr. 493/2012 van de Commissie van 11 juni 2012 houdende nadere bepalingen voor de berekening van de recyclingrendementen van de recyclingprocessen van afgedankte batterijen en accu's, overeenkomstig Richtlijn 2006/66/EG van het Europees Parlement en de Raad. Het omvat bovendien de lijst van de inrichtingen waar de afgedankte batterijen en accu's ingezameld en verwerkt werden, en op welke manier, alsook een kwalitatieve en kwantitatieve beschrijving van de activiteiten, en een beschrijving van de te elimineren stromen en het eindverwerkingscentrum.
De rapporten over de recyclagerendementen omvatten erg vertrouwelijke gegevens van individuele bedrijven. Leefmilieu Brussel waarborgt dat ze met alle vereiste vertrouwelijkheid verwerkt worden. Hiertoe verbindt Leefmilieu Brussel zich ertoe om geen vertrouwelijke informatie uit deze verwerkingsrapporten aan derden door te spelen. De gegevens in kwestie worden uitsluitend gebruikt door de personeelsleden die de informatie echt nodig hebben en die gehouden zijn tot een schriftelijke verbintenis die betrekking heeft op het gebruik en de vertrouwelijkheid van deze informatie. § 2. De becijferde gegevens die door het beheersorganisme aan Leefmilieu Brussel doorgespeeld werden in het kader van deze § 1 2°, 3° en 5° worden gevalideerd door onafhankelijk controle-organismes die ter zake over een zekere expertise kunnen bogen.Het rapport wordt overgemaakt aan Leefmilieu Brussel.
Het beheersorganisme organiseert elk jaar een vergadering met het controleorganisme en/of de bedrijfsrevisor en Brussel Leefmilieu om het geheel van de gegevens te presenteren.
Brussel Leefmilieu kan op haar kosten vergezeld worden door een externe expert en voor zover deze expert geen belangenconflict heeft met betrekking tot de activiteiten van het beheersorganisme. Deze expert is onderworpen aan dezelfde confidentialiteitsclausule dan een agent van Brussel Leefmilieu.
Als gevolg van deze vergadering kan Brussel Leefmilieu suggesties ter verbetering formuleren die in beschouwing kunnen worden genomen bij de actualisatie van het beheersplan. § 3. Rapportering van de afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, zoals vermeld bij artikel 11.
Het beheersorganisme verzamelt de gegevens in verband met de inzameling en het recyclagerendement betreffende de afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie, en bezorgt deze gegevens aan Leefmilieu Brussel. De gegevens in verband met de inzameling en de verwerking worden overgemaakt aan Leefmilieu Brussel. De informatie over de inzameling en de verwerking omvat: - de benodigde gegevens overeenkomstig artikel 2.4.9 van het Afvalbeheerbesluit; - een kwalitatieve en kwantitatieve beschrijving van het recyclageproces; - een beschrijving van het te elimineren afval (bv. Hg) en de locatie van de uiteindelijke verwerking; - de naam en de plaats van de inrichtingen alsook de wijze waarop de ingezamelde afgedankte batterijen en accu's voorbereid zouden zijn op hun hergebruik voor eenzelfde gebruik of voor een andere toepassing in vergunde centra; § 4. Voor afgedankte batterijen en accu's die deel uitmaken van een aan een administratieve bijdrage onderworpen productcategorie die tevens onderworpen zijn aan een kennisgeving in het kader van Verordening (EG) nr. 1013/2006, gebeurt de rapportering over de inzameling en de verwerking door het organisme op basis van de informatie van de Belgische verwerkingsondernemingen en de aan de Gewesten bezorgde informatie in het kader van een kennisgevingsprocedure.
Informatie ten overstaan van Leefmilieu Brussel
Art. 26.§ 1. Het beheersorganisme treft alle nodige maatregelen om te voldoen aan de informatieverplichtingen ten overstaan van Leefmilieu Brussel, zoals voorzien in de huidige milieuovereenkomst. § 2. Het beheersorganisme bezorgt Leefmilieu Brussel alle andere informatie die, volgens beide partijen, nuttig zouden zijn voor de evaluatie van de te bereiken doelstellingen in deze milieuovereenkomst en de controle van de uitvoering van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid. § 3. Leefmilieu Brussel kan zich gemakkelijk en bij voorkeur online toegang verschaffen tot de gegevens die het/hij nodig heeft om zijn opdracht uit te voeren en waarover het beheersorganisme beschikt. Het beheersorganisme sluit hiertoe de nodige akkoorden met Leefmilieu Brussel en de andere bevoegde gewestelijke besturen voor de automatische verstrekking van bepaalde gegevens en rapporten die het nodig heeft. De vertrouwelijkheid van de gegevens moet gewaarborgd blijven.
Overlegcomité
Art. 27.Er wordt een Overlegcomité opgericht.
Dit Comité is minstens samengesteld uit: - een vertegenwoordiger van de Minister van het Milieu; - een vertegenwoordiger van Leefmilieu Brussel; - een vertegenwoordiger van TRAXIO; - een vertegenwoordiger van FEE; - een vertegenwoordiger van BEBAT. Elke vertegenwoordiger kan zich laten vervangen door een plaatsvervanger.
Af en toe kunnen er in functie van de agenda ook experts uitgenodigd worden.
Het Overlegcomité neemt zijn beslissingen bij consensus.
Het Overlegcomité komt minstens twee keer per jaar samen minstens voor de presentatie van het jaarverslag en het beheersplan. Alle andere keren komt het samen op verzoek van de vertegenwoordigers van het Comité.
Minstens de volgende onderwerpen worden voorgelegd aan het Overlegcomité: - het meerjarenplan voor preventie en beheer; - de jaarlijkse bijwerking van het preventie- en beheersplan; - het financieel plan; - de jaarlijkse bijwerking van het financieel plan; - de constitutieve elementen van de milieu- en de administratieve bijdrage; - het strategisch communicatieplan; - de wijzigingen met betrekking tot de modaliteiten van de vereenvoudigde aangiften voor de Producenten die beperkte volumes aan batterijen en accu's in de handel brengen; - het jaarverslag.
Het beheersorganisme kan het Overlegcomité alle elementen voorleggen die onderworpen zijn aan de goedkeuring of het advies van Leefmilieu Brussel krachtens voorliggende milieuovereenkomst.
Dicussieforum
Art. 28.§ 1. Teneinde zich van de goede uitvoering van de milieuovereenkomst te vergewissen, wordt er een Discussieforum opgericht. Dit is onder meer samengesteld uit vertegenwoordigers van de operatoren voor de inzameling, de ophaling en de verwerking van de batterijen en accu's, vertegenwoordigers van de distributiesector, kleinhandelaars, vertegenwoordigers van het beheersorganisme, van het Gewest van consumentenverenigingen en van milieuverenigingen. Minstens twee vergaderingen worden belegd gedurende de duur van de milieuovereenkomst. § 2. Het beheersorganisme stelt er de bereikte operationele resultaten voor en de strategie voor de toekomst. Het doel van deze vergaderingen is de deelnemers te infomeren over de acties ter uitvoering van de milieuovereenkomst en ideeën uit te wisselen om de resultaten te verbeteren. § 3. Van elke vergadering wordt een verslag opgemaakt dat aan de aanwezige personen wordt overgemaakt.
Goedkeuring en advies
Art. 29.Tenzij er een andere termijn voorzien zou zijn, beschikt Leefmilieu Brussel over een termijn van 60 werkdagen te rekenen vanaf de dag van ontvangst van de aanvraag om de aan het Brussel Leefmilieu voorgelegde documenten al dan niet goed te keuren. Als er binnen deze periode geen beslissing wordt genomen, gelden de documenten als geweigerd.
Leefmilieu Brussel beschikt over een termijn van 45 dagen te rekenen vanaf de dag van ontvangst van de aanvraag om een gemotiveerd advies uit te brengen. Het beheersorganisme ziet erop toe dat dit advies in overweging genomen wordt. Als er binnen deze termijn geen advies is, wordt het geacht ongunstig te zijn.
Mocht zijn voorafgaand advies vereist zijn, bezorgt Leefmilieu Brussel een gemotiveerd advies dat de partijen bindt voor wat betreft de niet-naleving van de bepalingen van de milieuovereenkomst, de milieureglementering die van kracht is op het moment dat het advies vereist is, of andere specifieke bepalingen die in de huidige overeenkomst gepreciseerd worden.
Wanneer Leefmilieu Brussel om bijkomende informatie verzoekt via een aangetekende brief, wordt de termijn met maximaal een maand verlengd vanaf de ontvangst van alle gevraagde gegevens.
Rol van het Gewest
Art. 30.§ 1. Het Brussels Gewest neemt initiatieven ten overstaan van de andere gewestelijke autoriteiten, opdat in de drie Gewesten de toepasselijke reglementering inzake de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid voor batterijen en accu's geharmoniseerd zou worden, na overleg met de betrokken sectoren.
Het Brussels Gewest verbindt zich tot controle van de strikte toepassing van de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid door alle actoren en tot verbalisering of sanctionering van de overtredingen. Het Brussels Gewest verbindt zich tot het verrichten van de vereiste controle bij alle actoren, opdat ze daadwerkelijk hun uitgebreide producentenverantwoordelijkheid zouden opnemen.
Teneinde de uitvoering van deze overeenkomst mogelijk te maken en de initiatieven van de Organisaties of de beheersorganismen kracht bij te zetten, verbindt het Brussels Gewest zich ertoe om, in overleg met hen, hiertoe vereiste aanvullende reglementaire voorschriften aan te nemen. § 2. Onverminderd zijn wettelijke en reglementaire opdrachten, staat Leefmilieu Brussel in voor de opvolging van de huidige milieuovereenkomst. § 3. Het Brussels Gewest stelt een lijst met namen van bedrijven op, waarvan het individuele preventie- en beheersplan voor afgedankte batterijen en accu's werd goedgekeurd. Op hun gemotiveerd verzoek wordt deze lijst overgemaakt aan de beheersorganismen of de Organisaties.
Het Brussels Gewest evalueert elk verzoek tot bekendmaking in naleving van de eisen vastgelegd bij artikel 11, § 2 tot 5, van de ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tot milieu-informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. HOOFDSTUK 9. - Slotbepalingen Geschillencommissie
Art. 31.§ 1. Bij een geschil tussen de Organisaties en het Brussels Gewest over de uitvoering van de milieuovereenkomst zal er een geschillencommissie worden samengesteld. Deze commissie wordt op verzoek samengesteld in functie van de aard van het geschil en bestaat altijd uit twee vertegenwoordigers van het Brussels Gewest en twee vertegenwoordigers van de Organisaties. De voorzitter wordt in consensus aangeduid door de 4 vertegenwoordigers. § 2. De beslissingen worden bij consensus genomen. Indien er over een geschil geen oplossing wordt gevonden, zal er een verslag worden overgemaakt aan Minister bevoegd voor het Leefmilieu.
Duur en einde van de overeenkomst
Art. 32.§ 1. De milieuovereenkomst wordt gesloten voor een initiële duur van 5 jaar en treedt in werking op de tiende dag na de publicatie ervan in het Belgisch Staatsblad, overeenkomstig de ordonnantie van 29 april 2004 betreffende de milieuovereenkomsten. § 2. Op het einde van de overeenkomst evalueren de producenten de uitvoering van de verplichtingen van de huidige overeenkomst over haar hele duur. De conclusies van deze evaluatie worden gepresenteerd aan Brussel Leefmilieu. § 3. De overeenkomst wordt automatisch verlengd tot aan de inwerkingtreding van een nieuwe milieuovereenkomst voor een termijn van maximum twee jaar. § 4. In afwijking van paragraaf 3, kan een partij ten laatste 5 maanden voor de afloop van de initiële periode haar wil meedelen om de milieuovereenkomst niet te verlengen. § 5. Gedurende deze verlengingsperiode worden alle wijzigingen die er aan het reglementaire kader aangebracht werden sinds het sluiten van onderhavige overeenkomst geacht nodig te zijn omwille van het algemeen belang en van rechtswege van toepassing te zijn op de partijen. § 6. De evaluatie die bij paragraaf 2 beoogd wordt, herneemt de indeling van het jaarverslag en analyseert voor elk punt de resultaten die bereikt werden gedurende de 5 jaren van de milieuovereenkomst.
Deze dient als basis voor het opstellen van een nieuw preventie- en beheersplan.
Verbreking
Art. 33.De partijen kunnen deze overeenkomst op elk moment opzeggen, mits de inachtneming van een opzeggingstermijn van zes maanden. Op straffe van nietigheid dient de kennisgeving van opzeg ofwel bij ter post aangetekende brief, ofwel bij deurwaardersexploot te gebeuren. De opzeggingstermijn begint te lopen vanaf de eerste dag die volgt op de kennisgeving.
Wijzigingen en aanhangsels
Art. 34.§ . De bepalingen van de huidige milieuovereenkomst worden aangepast aan elke eventuele wijziging van de Europese regelgeving of aan elke andere verplichting die voortvloeit uit het internationale recht. § 2. Tijdens de looptijd van de overeenkomst kunnen de partijen aan deze overeenkomst wijzigingen en/of toevoegingen aanbrengen, in overeenstemming met de procedure voorzien bij het decreet van 27 mei 2004 betreffende Boek I van het Milieuwetboek.
Alle toevoegingen en wijzigingen aan deze overeenkomst zijn slechts geldig, indien ze het voorwerp uitmaken van een schriftelijk akkoord ondertekend door alle partijen, dat uitdrukkelijk verwijst naar deze overeenkomst.
Arbitrageprocedure en bevoegdheid
Art. 35.In geval van een geschil tussen de partijen met betrekking tot het ontstaan, de interpretatie en de uitvoering van deze overeenkomst, kunnen de partijen ervoor opteren om geschillen te beslechten volgens de wetgeving op de arbitrage. Indien er geen consensus is om in arbitrage te gaan, wordt het geschil voorgelegd aan de Rechtbank van Eerste Aanleg van het gerechtelijke arrondissement Brussel. Wanneer de partijen voor arbitrage opteren, wordt het geschil definitief beslecht volgens het arbitragereglement van CEPINA of elk gelijkwaardig organisme, door arbiters die conform het reglement zijn benoemd. Het scheidsgerecht zal uit drie arbiters bestaan. De zetel van de procedure is Brussel.
In afwijking van het eerste lid van deze paragraaf is de arbitrageprocedure niet van toepassing op de geschillen met betrekking tot facturen. In dat geval komen de partijen overeen dat zij het recht hebben iedere rechtsvordering die zij nuttig zouden achten, in te leiden voor de bevoegde rechtbanken van het gerechtelijke arrondissement Brussel.
Strafbeding
Art. 36.Als het Gewest een overtreding van bovenstaande bepalingen vaststelt, wordt het beheersorgaan daarvan bij aangetekend schrijven in kennis gesteld. Het beheersorgaan maakt dan binnen twee maanden na de kennisgeving van de vastgestelde overtreding een bijsturingsplan over aan Leefmilieu Brussel.
Als Leefmilieu Brussel het plan verwerpt, deelt het zijn standpunt mee in een aangetekend schrijven waarin het de redenen van de weigering opgeeft. Het beheersorgaan moet dan binnen een maand een bijgestuurd plan indienen waarbij rekening wordt gehouden met de opmerkingen van Leefmilieu Brussel, op straffe van een financiële sanctie van EUR 15.000 onverminderd het recht voor het Gewest om gebruik te maken van de in de vigerende wetgeving voorziene rechtsmiddelen en -handelingen.
Tegen de beslissing van Leefmilieu Brussel kan beroep ingesteld worden bij de Minister. De Minister beslist over een dergelijk beroep binnen een termijn van veertig dagen.
Slotbepalingen
Art. 37.De overeenkomst wordt gesloten te Brussel op 13 maart 2019 en ondertekend door de vertegenwoordigers van alle partijen, waarbij elke partij erkent een exemplaar van de overeenkomst te hebben ontvangen.
Voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest : De Minister-president van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, R. VERVOORT De Minister van Leefmilieu, Energie en Waterbeleid van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering, C. FREMAULT Voor de Organisaties : De VZW FEE, De Voorzitter, A. DEWULF W. WILLEMS De VZW Traxio, De Voorzitter, D. PERWEZ De VZW BEBAT, De Voorzitter, Y. VAN DOOREN P. COONEN De VZW FEBIAC, De Voorzitter, P. DEHENNIN