MINISTERIE VAN BINNENLANDSE ZAKEN

9 NOVEMBER 2000. - Omzendbrief Wedde van burgemeesters en schepenen

Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, Mevrouw, Mijnheer de Schepen, De wet van 4 mei 1999 tot verbetering van de bezoldigingsregeling en van het sociaal statuut van de lokale verkozenen (1) heeft artikel 19, § 1 van de nieuwe gemeentewet gewijzigd.

De wedden van de burgemeesters en de schepenen worden thans in de wet zelf vastgelegd.

Het vroegere artikel 19, § 1 van de nieuwe gemeentewet (2) gaf de Koning de bevoegdheid de wedden van de burgemeester en de schepenen vast te stellen.

De Koning had hieraan uitvoering gegeven in het koninklijk besluit van 2 september 1976 tot vaststelling van de wedden van de burgemeesters en de schepenen, meer bepaald in de artikelen 1 tot 3.

Gelet op het nieuwe artikel 19, § 1, N.G.W. moeten de artikelen 1 en 3 van het voormelde koninklijk besluit als impliciet opgeheven beschouwd worden.

Artikel 2 was reeds opgeheven door het koninklijk besluit van 27 december 1990 tot wijziging van het koninklijk besluit van 2 september 1976 tot vaststelling van de wedden van de burgemeesters en de schepenen (3).

De verhogingen die door artikel 3 van het voormelde koninklijk besluit worden toegekend aan de burgemeesters en schepenen van kanton-, arrondissements- en provinciehoofdplaatsen, of van een gemeente die behoort tot een agglomeratie, zijn dus eveneens impliciet opgeheven.

Dit geldt evenwel niet voor het volledige koninklijk besluit van 2 september 1976 : 1. Artikel 19, § 1, zesde lid N.G.W. luidt als volgt (4) : « De Koning bepaalt de wijze van betaling van die wedden. » De Koning heeft hieraan uitvoering gegeven in artikel 6 van het bovenvermelde koninklijk besluit van 2 september 1976. 2. Artikel 19, § 2 N.G.W. luidt als volgt : « § 2. In voorkomend geval stelt de Koning aanvullende regels tot vrijwaring van de verkregen rechten van de burgemeesters en de schepenen die hun ambt uiterlijk op 1 juni 1976 uitoefenen. » De Koning heeft hieraan uitvoering gegeven in hoofdstuk II van het voormelde koninklijk besluit van 2 september 1976.

De bepalingen van de artikelen 4, 5 en 6 van het voormelde koninklijk besluit van 2 september 1976 blijven dus van toepassing.

Brussel, 9 november 2000.

De Minister, A. Duquesne. _______ Nota (1) Belgisch Staatsblad 28 juli 1999. (2) Artikel 19 N.G.W. stemt overeen met het destijdse artikel 103 van de gemeentewet. (3) Belgisch Staatsblad 2 februari 1991. (4) Het huidige zesde lid is het vroegere derde lid van artikel 19, § 1, N.G.W.