Etaamb.openjustice.be
Omzendbrief van 04 juni 2004
gepubliceerd op 18 juni 2004

Ministeriële omzendbrief GPI 39 betreffende de steun in personeelsleden van de federale politie naar een korps van de lokale politie. - Principes en facturatie

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2004000337
pub.
18/06/2004
prom.
04/06/2004
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN


4 JUNI 2004. - Ministeriële omzendbrief GPI 39 betreffende de steun in personeelsleden van de federale politie naar een korps van de lokale politie. - Principes en facturatie


Aan de Dames en Heren Provinciegouverneurs, Aan Mevrouw de Gouverneur van het administratief arrondissement Brussel-Hoofdstad, Aan de Dames en Heren Voorzitters van de politiecolleges, Aan de Dames en Heren Burgemeesters, Ter informatie : Aan de Dames en Heren Arrondissementscommissarissen, Aan de Dames en Heren Korpschefs van de lokale politie, Aan de Heer Commissaris-generaal van de federale politie, Aan de Heer Voorzitter van de Vaste Commissie van de lokale politie, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, Mevrouw, Mijnheer de Voorzitter van het Politiecollege, Mevrouw, Mijnheer de Burgemeester, 1. INLEIDING 1.1. Wettelijke bepalingen De tijdelijke inplaatsstelling van personeelsleden binnen de geïntegreerde politie wordt geregeld bij de artikelen VI.II.72 tot 76 van het KB van 30-03-2001, betreffende de rechtspositie van het personeel van de politiediensten (RPPol). Ingevolge deze bepalingen beslist de Minister van Binnenlandse Zaken over een detachering (of een terbeschikkingstelling) van personeelsleden van de federale politie naar een korps van de lokale politie en bepaalt de modaliteiten ervan. 1.2. Waarom detacheren? Aangezien de rekruteringen voor het operationeel kader van de politie lang vooraf gepland worden en de afname van de afgestudeerde aspiranten door middel van de mobiliteit niet steeds eenzelfde ritme volgt als de rekrutering, worden de aspiranten (overeenkomstig de bepalingen van de artikelen V.II.3 en VI.II.1.e.v. RPPol) bij het beëindigen van hun opleiding in de algemene reserve van de federale politie opgenomen. Eén van de grote troeven van de geïntegreerde politie is dat ze van daaruit gemakkelijk kunnen worden gedetacheerd naar deficitaire zones of diensten, in afwachting van hun aanwijzing bij mobiliteit naar een ambt binnen de federale of lokale politie.

Aldus kunnen tekorten in de korpsen en diensten soepel en snel tijdelijk worden ingevuld.

Tenzij uitzonderlijk anders zou worden beslist, zullen vanuit de federale politie enkel leden van de steundienst DAR worden gedetacheerd naar korpsen van lokale politie.

Deze omzendbrief strekt er toe nadere toelichtingen te geven m.b.t. de basisprincipes alsook de facturatie van detacheringen (of terbeschikkingstellingen) van personeelsleden van het operationeel kader van de federale politie. 2. PRINCIPES Bij mijn beslissing om al dan niet detacheringen vanuit de federale politie toe te staan, zal rekening worden gehouden met de aan de federale politie toegekende personeelskredieten in die zin dat er naar zal worden gestreefd minstens de afgestudeerde aspiranten, waarvan de bezoldiging niet door deze kredieten werd voorzien, tegen betaling naar de zones af te delen. Voor het toekennen van dergelijke detacheringen maak ik een onderscheid tussen prioritaire detacheringen en niet-prioritaire detacheringen. 2.1. Prioritaire detacheringen 2.1.1. Bij mijn beoordeling van de vragen tot het bekomen van prioritaire detacheringen zal worden onderzocht of aan de hierna vermelde criteria is voldaan: 2.1.1.1 Sterk deficitaire zone Vermits elke zone als deficitair kan worden beschouwd van zodra één personeelslid ontbreekt ten opzichte van het personeelskader, dient een norm te worden bepaald. Sterk deficitair is dan ook een zone waar minder personeel in het operationeel kader aanwezig is (aantal op de betalingslijsten van de zone vermelde personeelsleden) dan de Minimale Norm ( bepaald bij KB van 05-09-2001), verminderd met 5 %. 2.1.1.2 Mobiliteitsdeficit Indien bij een zone zonder overtallen (cfr. Mededeling BS 13-07-2002) globaal meer personeelsleden bij mobiliteit het korps verlaten dan er toekomen dan kan een detachering worden overwogen ten belope van dit verschil. Soms kan het nodig zijn de berekening te verfijnen naar een bepaalde graad ( bv inspecteur) toe. 2.1.2. Anderzijds moet er aan onderstaande voorwaarden worden voldaan. 2.1.2.1. Personeelsbehoeftenplan - kader De prioritaire detacheringen die worden gevraagd, moeten passen in een personeelsbehoeftenplan dat de invulling van het goedgekeurde kader plant.

Uit het aanvraagdossier moet blijken dat een achterstand op die geplande invulling van dit kader is opgelopen, zodat tijdelijk versterking nodig is om de vooropgestelde doelstellingen te verwezenlijken. 2.1.2.2. Inschrijving in de eerstvolgende mobiliteit Indien prioritaire detacheringen worden gevraagd, moeten in de lopende mobiliteitscycli of uiterlijk in de eerstvolgende mobiliteit minstens hetzelfde aantal betrekkingen via mobiliteit worden opengesteld in de betrokken graad of graden. 2.1.2.3. Verbintenis tot het dragen van de kosten De aanvragende politiezone moet er zich uitdrukkelijk toe verbinden de kosten te dragen overeenkomstig de bepalingen van deze omzendbrief. 2.1.3. Duur van de detacheringen - evaluatie.

De detacheringen worden in regel toegestaan voor een periode van 6 maanden.

In voorkomend geval hebben de detacheringen een uitdovend karakter, in functie van de resultaten van de mobiliteitscyclus.

De duur van de detacheringen en/of het om detacheringen met uitdovend karakter gaat, wordt in de detacheringsbeslissing vermeld.

Om de detachering een voldoende rendement te geven, kan een detacheringsduur van minimaal zes maanden worden gewaarborgd door zonodig een beroep te doen op het uitstel van aanwijzing ingevolge mobiliteitsselectie.

Dit zal systematisch het geval zijn voor de Brusselse zones waardoor het deficit van deze zones in belangrijke mate kan worden gecompenseerd. 2.2. Niet-prioritaire detacheringen Indien de middelen van de federale politie het na het invullen van de prioritaire detacheringen nog toelaten, kunnen ook « interimaire detacheringen » worden toegekend, (bv. een tijdelijke vervanging van zwangere personeelsleden, langdurige zieken, personeel in langdurige opleiding...) Indien dergelijke detachering wordt toegestaan, kan deze evenwel indien nodig op korte termijn ( opzeg 1 week ) worden onderbroken ten behoeve van prioritaire vragen of bij het wegvallen van de capaciteitsmarge bij de federale politie. 2.3. Orden van toekenning van prioritaire en niet-prioritiare detacheringen Om een prioritaire detachering of terbeschikkingstelling te bekomen, volstaat het dat één van de eerste 2 criteria (sterk deficitaire zone of mobiliteitsdeficit) is vervuld samen met de laatste 3 (achterstand in personeelsbehoeftenplan, inschrijven in mobiliteit, verbintenis tot het dragen van de kosten). Indien niet op alle vragen kan worden ingegaan, worden de eerste twee criteria in die volgorde toegepast.

Prioritaire detacheringen gaan steeds voor op niet-prioritaire. 3. BEVOEGDE OVERHEID Alle aanvragen tot detachering zullen aan de directeur-generaal personeel van de federale politie worden gericht.Indien aan de supra vermelde criteria en voorwaarden is voldaan, delegeer ik de directeur-generaal personeel de bevoegdheid om de detacheringen toe te staan. In de andere gevallen zal de directeur-generaal personeel mij het dossier voor beslissing voorleggen. 4. FACTURATIE 4.1. Criteria van dragen van de kosten van detachering.

De regel is dat het korps ten voordele van hetwelke de detacheringen gebeuren alle kosten daarvan draagt.

Soms gebeurt het dat een welbepaald personeelslid van een korps naar een ander korps wordt gedetacheerd omwille van specifieke omstandigheden of kwalificaties (bv.onderzoek Neufchâteau, specifieke talenkennis....). In dergelijk geval kan tussen federale en lokale politie een specifieke regeling worden getroffen : elkeen betaalt zijn eigen personeelslid, de meerkost wordt terugbetaald of elkeen factureert de kost van het afgestane personeelslid aan het andere korps. 4.2. Forfait Om de administratie zoveel mogelijk te vereenvoudigen, zal de facturatie aangaande het gedetacheerde personeel gebeuren op basis van een forfait, zoals toegelicht in de bijlage bij deze omzendbrief. 4.3. Uitrusting Het personeel dat gedetacheerd is, wordt uitgerust door de federale politie (basisuitrusting en functieuitrusting in de zin van GPI 12).

Enkel de regenmantel, de toortslamp en drager zullen geleverd worden door de lokale politie.

Blijven dus ten laste van de federale politie : - Politiegordel; - Matrak; - Matrakhouder; - Handboeien; - Dienstwapen; - Zwarte open pistooltas; - Zwarte laderhouder; - Interventiearmband. 4.4. Facturatieprocedure Elke maand stuurt de federale politie (directie van Financiën) een factuur naar de belanghebbende zones, betreffende het personeel dat gedurende de voorafgaande maand gedetacheerd was. Als de detachering geen volledige maand beslaat, zal een "dagelijkse" tarifering toegepast worden.

Deze omzendbrief vervangt de omzendbrief GPI39 van 15 mei 2003 en treedt in werking op 1 januari 2004. Een regularisatie van de voor de bekendmaking van deze omzendbrief van uitgevoerde detachering van officieren en hoofinspecteurs zal plaatsvinden.

Ik zou u dankbaar zijn indien u alle politiekorpsen die onder uw gezag staan op de hoogte brengt van het voorgaande.

Ik verzoek U, Mevrouw, Mijnheer de Gouverneur, te willen toezien op de naleving van deze omzendbrief en de datum waarop deze in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt, in het bestuurmemoriaal te vermelden.

De Minister, P. DEWAEL

Bijlage aan GPI 39 van 4 juni 2004 KOST VAN DE GEDETACHEERDEN 1. FORFAIT Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Gezien om te worden gevoegd bij de omzendbrief GPI 39 van 4 juni 2004 betreffende de steun in personeelsleden van de federale politie naar een korps van de lokale politie. - Principes en facturatie.

De Minister, P. DEWAEL

^