gepubliceerd op 23 januari 2017
Ministerieel besluit houdende de uitbetalingsregels voor de vergoedingen voor de opkoop van groenestroomcertificaten door de elektriciteitsdistributienetbeheerders, vermeld in artikel 6.4.14/2 van het Energiebesluit van 19 november 2010
VLAAMSE OVERHEID
Leefmilieu, Natuur en Energie
30 NOVEMBER 2016. - Ministerieel besluit houdende de uitbetalingsregels voor de vergoedingen voor de opkoop van groenestroomcertificaten door de elektriciteitsdistributienetbeheerders, vermeld in artikel 6.4.14/2 van het Energiebesluit van 19 november 2010
DE VLAAMSE MINISTER VAN BEGROTING, FINANCIEN EN ENERGIE, Gelet op het Energie
decreet van 8 mei 2009Relevante gevonden documenten
type
decreet
prom.
08/05/2009
pub.
06/07/2009
numac
2009035588
bron
vlaamse overheid
Decreet tot wijziging van het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet
sluiten, artikel 7.5.1, artikel 8.4.1, 9°, artikel 8.7.1 en artikel 13.1.1;
Gelet op het Energiebesluit van 19 november 2010, artikel 6.4.14/2, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/10/2016 pub. 15/12/2016 numac 2016036612 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010 sluiten, en artikel 11.1.3, ingevoegd bij besluit van de Vlaamse Regering van 10 januari 2014Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 10/01/2014 pub. 14/02/2014 numac 2014201023 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010, wat betreft de banking van groenestroomcertificaten en warmtekrachtcertificaten door de netbeheerders type besluit van de vlaamse regering prom. 10/01/2014 pub. 18/02/2014 numac 2014035174 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van artikel 1, 3, 4, 5, 6, 8 en 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 2 december 2011 houdende de subsidiëring van sociale huisvestingsmaatschappijen voor uitgaven met betrekking tot rationeel energiegebruik en groene warmte sluiten en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 21 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/10/2016 pub. 15/12/2016 numac 2016036612 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010 sluiten;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 8 november 2013Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 08/11/2013 pub. 18/12/2013 numac 2013206869 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de algemene regels inzake subsidiëring sluiten betreffende de algemene regels inzake subsidiëring;
Gelet op het gunstig advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 29 november 2016;
Overwegende dat het besluit 2012/21/EU van de Europese Commissie van 20 december 2011 betreffende de toepassing van artikel 106, tweede lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie op staatssteun in de vorm van compensatie voor de openbare dienst, verleend aan bepaalde met het beheer van diensten van algemeen economisch belang belaste ondernemingen op de in de besluit vervatte vergoedingen van toepassing is;
Overwegende dat volgens artikel 6.4.14/1 van het Energiebesluit van 19 november 2010 het aantal van 1 januari 2014 tot 1 juli 2016 te banken groenestroomcertificaten was vastgesteld op 1,5 miljoen certificaten, Besluit :
Artikel 1.§ 1. De begunstigde elektriciteitsdistributienetbeheerder kan voor de jaarlijkse vergoeding, vermeld in artikel 6.4.14/2 van het Energiebesluit van 19 november 2010, slechts één jaarlijkse schuldvordering indienen bij het Vlaams Energieagentschap. § 2. De bepaling van paragraaf 1 is eveneens van toepassing als de jaarlijkse vergoeding gecumuleerd betrekking heeft op artikel 6.4.14/2, paragraaf 2, tweede en derde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010. § 3. Een elektriciteitsdistributienetbeheerder die reeds een vergoeding heeft ontvangen die geheel of deels betrekking heeft op artikel 6.4.14/2, § 2, tweede lid van het Energiebesluit van 19 november 2010, kan vervolgens geen enkele jaarlijkse schuldvordering meer indienen voor een vergoeding die geheel of deels betrekking heeft op artikel 6.4.14/2, § 2, derde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010. § 4. De respectievelijke jaarlijkse schuldvorderingen die betrekking hebben op de kalenderjaren 2016 tot en met 2026 zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, eerste lid van het Energiebesluit van 19 november 2010, moeten telkenmale ingediend zijn bij het Vlaams Energieagentschap ten laatste op: 1° 12 december 2016 aangaande het kalenderjaar 2016;2° 1 december van jaar N aangaande de kalenderjaren N = 2017 tot en met 2026.Een jaarlijkse schuldvordering ingediend na 14 november 2026 is onontvankelijk.
Art. 2.§ 1. Op elke jaarlijkse schuldvordering wordt duidelijk aangegeven dat die geldt voor de opkoopkosten voor groenestroomcertificaten die betrekking hebben op zonne-energie, en die conform artikel 7.1.6, § 1, van het Energie decreet van 8 mei 2009Relevante gevonden documenten type decreet prom. 08/05/2009 pub. 06/07/2009 numac 2009035588 bron vlaamse overheid Decreet tot wijziging van het decreet van 22 december 2006 houdende eisen en handhavingsmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat en tot wijziging van artikel 22 van het REG-decreet sluiten door een natuurlijke persoon die geen onderneming is in de zin van artikel 107, eerste lid, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie aan de elektriciteitsdistributienetbeheerder zijn overgedragen. § 2. Op elke jaarlijkse schuldvordering wordt duidelijk aangegeven welk deel van de aangevraagde vergoeding betrekking heeft op enerzijds artikel 6.4.14/2, § 2, tweede lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 en anderzijds welk deel van de aangevraagde vergoeding betrekking heeft op artikel 6.4.14/2, § 2, derde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010.
Art. 3.§ 1. De in aanmerking komende kosten per individuele elektriciteitsdistributienetbeheerder Kdnb worden als volgt vastgesteld:
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Met hierin: - Adnb = het aantal in de boekhouding van de elektriciteitsdistributienetbeheerder verwerkte certificaten met boekhoudkundige waarde Wdnb vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, tweede lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 waarvoor jaarlijkse schuldvorderingen werden ingediend voor het betrokken kalenderjaar vermeld in artikel 1, paragraaf 4 en die werden ingediend bij de VREG zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, vijfde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010. - Bdnb = het aantal in de boekhouding van de elektriciteitsdistributienetbeheerder verwerkte certificaten vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, derde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 waarvoor jaarlijkse schuldvorderingen werden ingediend voor het betrokken kalenderjaar vermeld in artikel 1, paragraaf 4 en die werden ingediend bij de VREG zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, vijfde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 en die eerder door de elektriciteitsdistributienetbeheerder waren gebankt conform artikel 6.4.14/1, § 1, 1° van het Energiebesluit van 19 november 2010 en niet verkocht zijn. - Wdnb = bij indiening ervan bij de VREG zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, vijfde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010, de boekhoudkundige waarde van het groenestroomcertificaat in portefeuille vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, tweede lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 en met een maximale waarde van 93 euro per groenestroomcertificaat. - ?(AdnbxWdnb) = de som over alle boekhoudkundige waarden Wdnb van groenestroomcertificaten in portefeuille vooraleer die werden ingediend bij de VREG zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, tweede lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 en die vervolgens zijn ingediend bij de VREG zoals vermeld in artikel 6.4.14/2, § 2, vijfde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010 en waarvoor jaarlijkse schuldvorderingen werden ingediend voor het betrokken kalenderjaar vermeld in artikel 1, paragraaf 4. § 2. In afwijking van paragraaf 1 en op grond van artikel 6.4.14/2, § 2, vierde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010, kan Kdnb nooit meer bedragen dan 15 miljoen euro voor het betrokken kalenderjaar, vermeld in artikel 1, paragraaf 4.
In afwijking van het eerste lid wordt voor het kalenderjaar 2016 voor elke elektriciteitsdistributienetbeheerder het bedrag van 15 miljoen euro verminderd met het bedrag dat die elektriciteitsdistributienetbeheerder gedurende dat kalenderjaar ontvangen heeft op grond van artikel 6.4.14/2, § 2 van het Energiebesluit van 19 november 2010, in de lezing voorafgaand aan de inwerkingtreding van artikel 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 21 oktober 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 21/10/2016 pub. 15/12/2016 numac 2016036612 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende wijziging van het Energiebesluit van 19 november 2010 sluiten.
Art. 4.§ 1. De uit te betalen jaarlijkse vergoeding per individuele elektriciteitsdistributienetbeheerder Mdnb wordt als volgt vastgesteld:
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Met hierin: - Kdnb zoals bepaald in artikel 3. - ?Kdnb = de som over alle in aanmerking komende kosten Kdnb van alle elektriciteitsdistributienetbeheerders die jaarlijkse schuldvorderingen hebben ingediend voor het betrokken kalenderjaar vermeld in artikel 1, paragraaf 4. - M = het maximale bedrag van de totale vergoeding voor alle elektriciteitsdistributienetbeheerders samen, dat jaarlijks door de minister is vastgelegd volgens artikel 6.4.14/2, § 2, vierde lid van het Energiebesluit van 19 november 2010. § 2. In afwijking van paragraaf 1 kan de uit te betalen jaarlijkse vergoeding per individuele elektriciteitsdistributienetbeheerder Mdnb niet hoger liggen dan de in aanmerking komende kosten per individuele elektriciteitsdistributienetbeheerder Kdnb.
Art. 5.§ 1. Aan elke jaarlijkse schuldvordering worden bewijsstukken toegevoegd over de herkomst en de technologie, evenals een bewijs van indiening bij de VREG en ook een bewijsstuk van de boekhoudkundige waarde van de in artikel 2 vermelde groenestroomcertificaten direct voorafgaand aan indiening bij de VREG. § 2. Er moeten geen andere verantwoordingen of bewijsstukken worden ingediend bij de jaarlijkse schuldvordering. § 3. Er dienen evenwel bewijsstukken ter beschikking te worden gehouden in de zin dat de onder artikel 3 opgegeven aantallen en boekwaarden van groenestroomcertificaten zich moeten weerspiegelen in de boekhouding van de elektriciteitsdistributienetbeheerder. § 4. De relevante stukken moeten aan het Vlaams Energieagentschap worden bezorgd indien hier wordt om gevraagd.
Art. 6.Het Vlaams Energieagentschap kan nadere regels vastleggen voor de te volgen uitbetalingsprocedures.
Art. 7.Dit besluit treedt in werking op de datum van de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Brussel, 30 november 2016.
De Vlaamse minister van Begroting, Financiën en Energie, B. TOMMELEIN