gepubliceerd op 15 februari 2002
Ministerieel besluit betreffende de invoering van de euro in de regelgeving die de wedden, toelagen en vergoedingen toegekend aan de personeelsleden van de rijkswacht bepaalt
28 JANUARI 2002. - Ministerieel besluit betreffende de invoering van de euro in de regelgeving die de wedden, toelagen en vergoedingen toegekend aan de personeelsleden van de rijkswacht bepaalt
De Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Justitie, Gelet op de wet van 27 december 1973 betreffende het statuut van het personeel van het operationeel korps van de rijkswacht, gewijzigd bij de wetten van 8 juni 1978 en 9 december 1994, inzonderheid op artikel 1, § 1, eerste lid, gewijzigd bij de wet van 18 juli 1991;
Gelet op de wet van 19 december 1980 betreffende de geldelijke rechten van de militairen, inzonderheid op de artikelen 2, § 1 en 5;
Gelet op de wet van 7 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, inzonderheid op artikel 121;
Gelet op de verordeningen (EG) Nr 1103/97 van de Raad van 17 juni 1997 over enkele bepalingen betreffende de invoering van de euro en Nr 974/98 van de Raad van 3 mei 1998 over de invoering van de euro;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland, inzonderheid op artikel 5, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 mei 1965;
Gelet op het koninklijk besluit van 27 mei 1975 betreffende de tegemoetkoming van de Staat in sommige begrafeniskosten van militairen die in werkelijke dienst overleden zijn, inzonderheid op artikel 7;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 oktober 1975 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militair die in België verplicht wordt bepaalde werkelijke lasten te dragen, inzonderheid op artikel 27, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 augustus 1994;
Gelet op het koninklijk besluit van 1 maart 1977 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen en de met militairen gelijkgestelde personen die bij de Belgische strijdkrachten in de Bondsrepubliek Duitsland in dienst zijn of daarbij op dienstreis zijn, inzonderheid op artikel 17;
Gelet op het koninklijk besluit van 24 oktober 1983 betreffende de bezoldigingsregeling van de personeelsleden van de rijkswacht, inzonderheid op artikel 38, tweede lid;
Gelet op het ministerieel besluit van 3 februari 1975 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland, inzonderheid op artikel 1ter, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 1 februari 1980, artikel 12, § 2, gewijzigd bij de ministeriele besluiten van 1 februari 1980 en 21 december 1990, artikel 12bis, § 3, ingevoegd bij het ministerieel besluit van 14 april 1978 en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 21 december 1984, tabellen 1, 2 en 3, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 mei 1992, tabel 4. a., gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 maart 1983, tabel 4. b., gewijzigd bij het ministerieel besluit van 5 mei 1982, tabel 5. a., gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 maart 1983, tabellen 5. b., 5. c. en 5. d., en tabellen 6 en 7, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 maart 1991;
Gelet op het ministerieel besluit van 2 juli 1975 genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 mei 1975 betreffende de tegemoetkoming van de Staat in sommige begrafeniskosten van militairen die in werkelijke dienst zijn overleden, inzonderheid op de bijlage, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 16 mei 1989;
Gelet op het ministerieel besluit van 22 oktober 1975 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 21 oktober 1975 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militair die in België verplicht wordt bepaalde werkelijke lasten te dragen, inzonderheid op artikel 16, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 11 augustus 1994;
Gelet op het ministerieel besluit van 16 februari 1984 tot bepaling van het bedrag van het voorschot op de kledijvergoeding alsmede de wijze waarop dit wordt terugbetaald, inzonderheid op artikel 1, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 maart 1995;
Gelet op het ministerieel besluit van 24 september 1984 genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 1 maart 1977 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen en de met militairen gelijkgestelde personen die bij de Belgische strijdkrachten in de Bondsrepubliek Duitsland in dienst zijn of daarbij op dienstreis zijn, inzonderheid op de tabel 2;
Gelet op het gunstig advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 26 oktober 2000;
Gelet op de akkoordbevinding van 11 december 2000 van Onze Minister van Begroting;
Gelet op het protocol Nr 37 van 2 februari 2001 van het onderhandelingscomité voor de politiediensten;
Gelet op het gunstig advies van de Adviesraad van burgemeesters, gegeven op 28 mei 2001;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de wijzigingen die genoodzaakt worden door de invoering van de euro, in dit geval toegepast worden op teksten die, niettegenstaande de huidige politierhervorming, toepasbaar blijven op de actuele personeelsleden die hebben geopteerd voor het behoud van het statuut dat van kracht is vóór de datum van 31 maart 2001;
Dat een aanzienlijk gedeelte van die personeelsleden in plaats wordt gesteld op het niveau van de politiezones, wat tot gevolg heeft dat deze personen afhangen van een lokaal bestuur en niet meer van een centraal bestuur;
Dat, gelet op de complexiteit van de inplaatsstelling van de nieuwe politie, het belangrijk is dat al die besturen, die reeds zwaar belast worden door de kwestieuze hervorming, vóór 1 januari 2002 beschikken over goedgekeurde en eenvormige teksten, teneinde eenieder een identieke behandeling te garanderen, Besluiten :
Artikel 1.Dit besluit is van toepassing op de personeelsleden van de politiediensten bedoeld in artikel I.I.1, 2°, van het koninklijk besluit van 30 maart 2001 tot regeling van de rechtspositie van het personeel van de politiediensten, die tot 31 maart 2001 onder de toepassing vielen van de rechtspositieregeling van een personeelslid van het operationeel korps van de rijkswacht, hierna « het personeelslid van het operationeel korps van de rijkswacht » genoemd, in de mate dat de reglementaire bepalingen bedoeld in artikelen 2 tot 13 van toepassing blijven op deze personeelsleden of moeten toegepast worden op toestanden voorafgaand aan de datum waarop zij werden opgeheven of ophouden van toepassing te zijn.
Art. 2.In de bepalingen van het ministerieel besluit van 3 februari 1975 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 15 januari 1962 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen die dienstreizen volbrengen in het buitenland, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 3.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, worden in artikel 1ter, § 1, van hetzelfde besluit gewijzigd bij het ministerieel besluit van 1 februari 1980, de woorden « Belgische frank » vervangen door « euro ».
Art. 4.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, worden de tabellen 1, 2 en 3 in bijlage bij hetzelfde besluit en gewijzigd door het ministerieel besluit van 26 mei 1992, vervangen door de tabellen 1, 2 en 3 in bijlage A bij dit besluit.
Art. 5.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, wordt de tabel 4. a. in bijlage bij hetzelfde besluit en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 maart 1983, vervangen door de tabel 4. a. in bijlage A bij dit besluit.
Art. 6.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, wordt de tabel 4. b. in bijlage bij hetzelfde besluit en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 5 mei 1982, vervangen door de tabel 4. b. in bijlage A bij dit besluit.
Art. 7.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, wordt de tabel 5. a. in bijlage bij hetzelfde besluit en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 maart 1983, vervangen door de tabel 5. a. in bijlage A bij dit besluit.
Art. 8.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, worden de tabellen 5. b., 5. c. en 5. d., in bijlage bij hetzelfde besluit, vervangen door de tabellen 5. b., 5. c. en 5. d., in bijlage A bij dit besluit.
Art. 9.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, worden de tabellen 6 en 7, in bijlage bij hetzelfde besluit en gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 maart 1991, vervangen door de tabellen 6 en 7 in bijlage A bij dit besluit.
Art. 10.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, wordt de bijlage bij het ministerieel besluit van 2 juli 1975 genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 27 mei 1975 betreffende de tegemoetkoming van de Staat in sommige begrafeniskosten van militairen, die in werkelijke dienst zijn overleden, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 16 mei 1989, vervangen door de bijlage B bij dit besluit.
Art. 11.In de bepalingen van het ministerieel besluit van 22 oktober 1975 genomen ter uitvoering van het koninklijk besluit van 21 oktober 1975 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militair die in België verplicht wordt bepaalde werkelijke lasten te dragen, worden de in frank uitgedrukte bedragen die in de tweede kolom van de volgende tabel worden vermeld, vervangen door de in euro uitgedrukte bedragen van de derde kolom van dezelfde tabel.
Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld
Art. 12.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, worden in artikel 1 van het ministerieel besluit van 16 februari 1984 tot bepaling van het bedrag van het voorschot op de kledijvergoeding alsmede de wijze waarop dit wordt terugbetaald, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 maart 1995, de woorden « 14 058 BEF » en « 24 604 BEF » respectievelijk vervangen door de woorden « 348,49 EUR » en « 609,92 EUR ».
Art. 13.Voor de personeelsleden van het operationeel korps van de rijkswacht, wordt de tabel 2 in bijlage bij het ministerieel besluit van 24 september 1984 genomen in uitvoering van het koninklijk besluit van 1 maart 1977 tot vaststelling van het vergoedingsstelsel toepasselijk op de militairen en de met militairen gelijkgestelde personen die bij de Belgische strijdkrachten in de Bondsrepubliek Duitsland in dienst zijn of daarbij op dienstreis zijn, vervangen door de tabel in bijlage C bij dit besluit.
Art. 14.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2002.
Brussel, 28 januari 2002.
De Minister van Begroting, J. VANDE LANOTTE De Minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE De Minister van Justitie, M. VERWILGHEN
Bijlagen Voor de raadpleging van de bijlagen, zie beeld
begin
Publicatie : 2002-02-15 Numac : 2001001271