Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 26 november 2015
gepubliceerd op 07 december 2015

Ministerieel besluit houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015 houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport

bron
vlaamse overheid
numac
2015036504
pub.
07/12/2015
prom.
26/11/2015
ELI
eli/besluit/2015/11/26/2015036504/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

VLAAMSE OVERHEID

Cultuur, Jeugd, Sport en Media


26 NOVEMBER 2015. - Ministerieel besluit houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/02/2015 pub. 26/03/2015 numac 2015035376 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 sluiten houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport


De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Gelet op het Antidopingdecreet van 25 mei 2012, artikel 9;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/02/2015 pub. 26/03/2015 numac 2015035376 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 sluiten houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport, artikel 7;

Gelet op het ministerieel besluit van 26 november 2014Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/11/2014 pub. 12/12/2014 numac 2014036902 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2012 houdende uitvoering van het decreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport sluiten houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2012 houdende uitvoering van het decreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid dat - rekening houdend met de aanpassing van de verboden lijst door het wereldantidopingagentschap (WADA) met ingang van 1 januari 2016 - de aanpassing van de verboden lijst van de Vlaamse Gemeenschap spoedeisend is in het kader van de internationale strijd tegen doping; dat, overeenkomstig artikel 7 van het voormelde besluit van de Vlaamse Regering, de Vlaamse minister de in de Vlaamse Gemeenschap van toepassing zijnde lijst minstens jaarlijks dient aan te passen aan de internationaal erkende lijst; dat het nodig is, in het kader van de internationale harmonisering, nagestreefd door de Vlaamse Regering in de strijd tegen doping, dat de lijst wordt aangepast rekening houdende met de lijst van het WADA, die wereldwijd van toepassing is met ingang van 1 januari 2016, dat de directeur-generaal van UNESCO op 22 september 2015 alle Staten die partij zijn bij het Internationaal verdrag van 19 oktober 2005 tegen doping in de sport in kennis heeft gesteld van de nieuwe verboden lijst 2015 door het WADA opgesteld en dat werd vastgesteld dat geen twee derde van de Staten bezwaar hebben aangetekend binnen de 45 dagen na die kennisgeving, dat het noodzakelijk is de betrokkenen tijdig op de hoogte te brengen van de verboden lijst;

Gelet op advies 58.524/3 van de Raad van State, gegeven op 25 november 2015, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 3°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :

Artikel 1.§ 1. Alle verboden stoffen moeten als "specifieke stoffen" worden aanzien behalve de stoffen vermeld in § 3, 1°, 2°, 4° d) en e), § 4, 1°, a en de verboden methoden vermeld in § 3, 6°.

De vanaf 1 januari 2016 toepasselijke verboden lijst, als vermeld in artikel 7 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 februari 2015Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 13/02/2015 pub. 26/03/2015 numac 2015035376 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 sluiten houdende uitvoering van het Antidopingdecreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport, is vervat in de volgende paragrafen.

In dit besluit wordt verstaan onder : 1° exogeen : verwijst naar een stof die normalerwijze niet door het lichaam wordt geproduceerd op een natuurlijke manier;2° endogeen : verwijst naar een stof die normalerwijze op een natuurlijke manier door het lichaam wordt geproduceerd. § 2. Niet-goedgekeurde stoffen Elke farmacologische stof, die niet bedoeld wordt in één van de volgende delen van dit besluit en waarvoor geen goedkeuring voor humaan therapeutisch gebruik door enige bevoegde overheidsinstantie is verleend (bijvoorbeeld geneesmiddelen in preklinische of klinische onderzoeksfase of waarvan de onderzoeksfase is stopgezet, designerdrugs, stoffen enkel goedgekeurd voor diergeneeskundig gebruik), is ten allen tijde verboden. § 3. De volgende stoffen en methoden zijn verboden op elk ogenblik (binnen en buiten wedstrijdverband) : 1° anabole androgene steroïden (AAS) : a) exogene anabole androgene steroïden (AAS), met inbegrip van : 1) 1-androsteendiol (5alpha-androst-1-een-3ß,17ß-diol);2) 1-androsteendion (5alpha-androst-1-een-3,17-dion);3) bolandiol (estr-4-een-3ß,17ß-diol);4) bolasteron;5) boldenon;6) boldion (androsta-1,4-dieen-3,17-dion);7) calusteron;8) clostebol;9) danazol ([1,2]oxazolo[4',5' :2,3]pregna-4-en-20-yn-17alpha-ol);10) dehydrochloormethyltestosteron (4-chloor-17ß-hydroxy-17alpha-methylandrosta-1,4-dieen-3-on);11) desoxymethyltestosteron (17alpha-methyl-5alpha-androst-2-en-17ß-ol);12) drostanolon;13) ethylestrenol (19-norpregna-4-en-17alpha-ol);14) fluoxymesteron;15) formebolon;16) furazabol (17alpha-methyl[1,2,5]oxadiazolo[3',4':2,3]-5alpha-androstaan-17ß-ol);17) gestrinon;18) 4-hydroxytestosteron (4,17ß-dihydroxyandrost-4-en-3-on);19) mestanolon;20) mesterolon;21) metandiënon (17ß-hydroxy-17alpha-methylandrosta-1,4-dieen-3-on);22) metenolon;23) methandriol;24) methasteron (17ß-hydroxy-2alpha,17alpha-dimethyl-5alpha-androstaan-3-on);25) methyldiënolon (17ß-hydroxy-17alpha-methylestra-4,9-dieen-3-on);26) methyl-1-testosteron (17ß-hydroxy-17alpha-methyl-5alpha-androst-1-en-3-on);27) methylnortestosteron (17ß-hydroxy-17alpha-methylestr-4-en-3-on);28) methyltestosteron;29) metribolon (methyltriënolon, 17ß-hydroxy-17alpha-methylestra-4,9,11-trieen-3-on);30) miboleron;31) nandrolon;32) 19-norandrosteendion (estr-4-een-3,17-dion);33) norboleton;34) norclostebol;35) norethandrolon;36) oxabolon;37) oxandrolon;38) oxymesteron;39) oxymetholon;40) prostanozol (17ß-[(tetrahydropyran-2-yl)oxy]-1'H-pyrazolo[3,4:2,3]-5alpha-androstaan);41) quinbolon;42) stanozolol;43) stenbolon;44) 1-testosteron (17ß-hydroxy-5alpha-androst-1-en-3-on);45) tetrahydrogestrinon (17-hydroxy-18a-homo-19-nor-17alpha-pregna-4,9,11-trieen-3-on);46) trenbolon (17ß-hydroxyestr-4,9,11-trieen-3-on);47) andere stoffen met een vergelijkbare scheikundige structuur of een vergelijkbare biologische werking;b) endogene AAS wanneer exogeen toegediend : 1) androsteendiol (androst-5-een-3ß,17ß-diol);2) androsteendion (androst-4-een-3,17-dion);3) dihydrotestosteron (17ß-hydroxy-5alpha-androstaan-3-on);4) prasteron (dehydro-epiandrosteron, DHEA, 3ß-hydroxyandrost-5-en-17-on);5) testosteron; en hun metabolieten en isomeren, met inbegrip van maar niet beperkt tot : 6) 5alpha-androstaan-3alpha,17alpha-diol;7) 5alpha-androstaan-3alpha,17ß-diol;8) 5alpha-androstaan-3ß,17alpha-diol;9) 5alpha-androstaan-3ß,17ß-diol;10) 5ß-androstaan-3alpha,17ß-diol;11) androst-4-een-3alpha,17alpha-diol;12) androst-4-een-3alpha,17ß-diol;13) androst-4-een-3ß,17alpha-diol;14) androst-5-een-3alpha,17alpha-diol;15) androst-5-een-3alpha,17ß-diol;16) androst-5-een-3ß,17alpha-diol;17) 4-androsteendiol (androst-4-een-3ß,17ß-diol);18) 5-androsteendion (androst-5-een-3,17-dion);19) androsteron;20) 3ß-hydroxy-5alpha-androstaan-17-on;21) epi-dihydrotestosteron;22) epitestosteron;23) etiocholanolon;24) 7alpha-hydroxy-DHEA;25) 7ß-hydroxy-DHEA;26) 7-keto-DHEA;27) 19-norandrosteron;28) 19-noretiocholanolon.c) andere anabole middelen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) clenbuterol;2) selectieve androgene receptormodulatoren (SARM's, bv.andarine en ostarine); 3) tibolon;4) zeranol;5) zilpaterol.2° peptidehormonen, groeifactoren, aanverwante stoffen en mimetica : de volgende stoffen en andere stoffen met een vergelijkbare scheikundige structuur of een vergelijkbare biologische werking : a) Erytropoëtine-receptoragonisten : 1) erytropoësestimulerende agentia (ESA's) met daarbij bv. darbepoëtine (dEPO), erytropoëtines (EPO), EPO-Fc, EPO-mimetische peptides (EMP), bv. CNTO 530 en peginesatide en methoxy polyethyleen glycol-epoëtine beta (CERA); 2) Non-erytropoëtische EPO-receptoragonisten, bv.ARA-290, asialo EPO en gecarbamyleerd EPO; b) hypoxie-induceerbare factor (HIF) stabilisatoren, bv.kobalt en FG-4592; en HIF-activatoren, bv. argon, xenon; c) choriongonadotrofine (CG) en luteïniserend hormoon (LH) en hun releasing factors, bv.busereline, gonadoreline en leuproreline, enkel bij mannelijke sporters; d) corticotrofines en hun releasing factors, bv.corticoreline; e) groeihormoon (GH) en zijn releasing factors met inbegrip van groeihormoon releasing hormoon (GHRH) en zijn analogen, bv.CJC-1295, sermoreline en tesamoreline; groeihormoon secretagogen (GHS), bv. ghreline en ghrelinemimetica, bv. anamoreline en ipamoreline; en GH-releasing peptides (GHRP's), bv. alexamoreline, GHRP-6, hexareline en pralmoreline (GHRP-2);

Daarenboven de volgende groeifactoren : f) fibroblastgroeifactoren (FGF's);g) hepatocytgroeifactor (HGF);h) insulineachtige groeifactor-1 (IGF-1) en zijn analogen;i) mechanogroeifactoren (MGF's);j) plaatjes afgeleide groeifactor (PDGF);k) vasculair-endotheliale groeifactor (VEGF) alsook eender welke groeifactor die een invloed heeft op de eiwitsynthese of eiwitafbraak in de spier, pees of het ligament, de vascularisatie, het energiegebruik, de regeneratiecapaciteit of het veranderen van vezeltype.3° bèta 2-agonisten : Alle bèta 2-agonisten, met inbegrip van alle optische isomeren (bijvoorbeeld d- en l-) waar relevant, zijn verboden, behalve salbutamol via inhalatie (maximaal 1600 microgram over 24 uur), formoterol via inhalatie (maximale toegediende dosis van 54 microgram over 24 uur) en salmeterol via inhalatie in overeenstemming met het door de producent voorgeschreven therapeutisch regime. De aanwezigheid van meer dan 1000 ng/ml salbutamol of van meer dan 40 ng/ml formoterol in de urine wordt vermoed geen bedoeld therapeutisch gebruik te zijn van de stof en zal als een afwijkend analyseresultaat worden beschouwd, tenzij de sporter aan de hand van een gecontroleerde farmacokinetische studie kan bewijzen dat het abnormale resultaat het gevolg is van het gebruik van een therapeutische dosis via inhalatie tot een maximum als hierboven aangegeven. 4° hormonale en metabole modulatoren : a) aromatase-inhibitoren, met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) aminoglutethimide;2) anastrozol;3) androsta-1,4,6-trieen-3,17-dion (androstatrieendion);4) 4-androsteen-3,6,17 trion (6-oxo);5) exemestaan;6) formestaan;7) letrozol;8) testolacton;b) selectieve oestrogeenreceptormodulatoren (SERM's), met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) raloxifen;2) tamoxifen;3) toremifen;c) andere anti-oestrogene stoffen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) clomifeen;2) cyclofenil;3) fulvestrant;d) agentia die een of meer myostatinefuncties veranderen, met inbegrip van, maar niet beperkt tot myostatine-inhibitoren;e) metabole modulatoren : 1) activatoren van het AMP-geactiveerde proteine kinase (AMPK), bv. AICAR en peroxisoomproliferatorgeactiveerde receptor {delta} (PPAR{delta}) agonisten, bv. GW 1516; 2) insulines en insuline-mimetica;3) meldonium 4) trimetazidine.5° diuretica en maskerende middelen : De volgende diuretica en maskerende middelen en andere stoffen met een vergelijkbare scheikundige structuur of vergelijkbare biologische werking, met inbegrip van, maar niet beperkt tot : 1) desmopressine;2) probenecid;3) middelen die het plasmavolume vergroten (bijvoorbeeld glycerol, intraveneuze toediening van albumine, dextraan, hydroxy-ethylzetmeel en mannitol);4) acetazolamide;5) amiloride;6) bumetanide;7) canrenon;8) chloortalidon;9) etacrynezuur;10) furosemide;11) indapamide;12) metolazon;13) spironolacton;14) thiaziden (bijvoorbeeld bendroflumethiazide, chloorthiazide en hydrochloorthiazide);15) triamtereen;16) vaptanen (bijvoorbeeld tolvaptan) behalve drospirenon, pamabrom en oftalmologisch gebruik van carbo-anhydrase inhibitoren (bijvoorbeeld dorzolamide en brinzolamide) welke niet verboden zijn. Lokale toediening van felypressine bij tandanesthesie is toegelaten.

Het gebruik binnen of buiten wedstrijdverband, voor zoverre toepasselijk, van enige hoeveelheid van een stof waarvoor een drempelwaarde geldt (dit zijn formoterol, salbutamol, cathine, efedrine, methylefedrine en pseudoefedrine) in combinatie met een diureticum of een ander maskerend middel, vereist een toestemming wegens therapeutische noodzaak voor die stof naast de toestemming wegens therapeutische noodzaak voor het diureticum of ander maskerend middel. 6° de volgende methoden : a) manipulatie van bloed en bloedcomponenten : 1) het toedienen of herinbrengen in het circulatoir systeem van eender welke hoeveelheid autoloog, allogeen (homoloog) of heteroloog bloed, of rodebloedcelproducten van welke oorsprong ook;2) kunstmatige verhoging van de opname, het transport of de afgifte van zuurstof, met inbegrip van, maar niet beperkt tot perfluorchemicaliën, efaproxiral (RSR13) en gemodificeerde hemoglobineproducten, bijvoorbeeld bloedvervangers, gebaseerd op hemoglobine, hemoglobineproducten in microcapsules en met uitsluiting van zuurstoftoediening;3) eender welke vorm van intravasculaire manipulatie van bloed of bloedcomponenten door middel van fysische of chemische middelen.b) chemische en fysieke manipulatie : 1) fraude of poging tot fraude om de validiteit en integriteit te beïnvloeden van de monsters die afgenomen worden tijdens een dopingcontrole.Hierbij zijn inbegrepen, maar niet beperkt tot : het verwisselen van de urine of het knoeien met de urine (bijvoorbeeld proteasen); 2) intraveneuze infusen of injecties van meer dan 50 ml in een tijdsbestek van 6 uur zijn verboden tenzij de intraveneuze infusen of injecties op een legitieme wijze toegediend werden tijdens een ziekenhuisopname, heelkundige ingrepen of klinische onderzoeken;c) genetische doping : Het volgende met het potentieel de sportprestatie te verbeteren : 1) de transfer van polymeren van nucleïnezuren of nucleïnezuuranalogen;2) het gebruik van normale of genetisch gemodificeerde cellen; § 4. De volgende stoffen en methoden zijn verboden binnen wedstrijdverband : 1° alle stimulantia, met inbegrip van, indien van toepassing, alle optische isomeren (bijvoorbeeld d- en l-), behalve imidazolderivaten voor topisch of oftalmologisch gebruik en de stimulantia die zijn opgenomen in het monitoringprogramma 2016 en die worden vermeld in het derde lid. Stimulantia zijn : a) niet-specifieke stimulantia : 1) adrafinil;2) amfepramon;3) amfetamine;4) amfetaminil;5) amifenazol;6) benfluorex;7) benzylpiperazine;8) bromantan;9) clobenzorex;10) cocaïne;11) cropropamide;12) crotetamide;13) fencamine;14) fendimetrazine;15) fenetylline;16) fenfluramine;17) fenproporex;18) fentermine;19) fonturacetam [4-fenylpiracetam (carfedon)];20) furfenorex;21) mefenorex;22) mefentermine;23) mesocarb;24) metamfetamine (d-);25) p-methylamfetamine;26) modafinil;27) norfenfluramine;28) prenylamine;29) prolintaan. Een stimulans dat niet expliciet in deze lijst voorkomt, is een specifieke stof. b) specifieke stimulantia (met inbegrip van, maar niet beperkt tot) : 30) benzfetamine;31) cathine, de concentratie in de urine mag niet hoger zijn dan 5 microgram per milliliter;32) cathinone en zijn analogen, bijvoorbeeld mephedron, metedron, alpha-pyrrolidinovalerophenon;33) dimethylamfetamine;34) efedrine, de concentratie in de urine mag niet hoger zijn dan 10 microgram per milliliter;35) epinefrine (adrenaline);36) etamivan;37) etilamfetamine;38) etilefrine;39) famprofazon;40) fenbutrazaat;41) fencamfamine;42) fenpromethamine;43) heptaminol;44) hydroxyamfetamine (parahydroxyamfetamine);45) isomethepteen;46) levmetamfetamine;47) meclofenoxaat;48) methyleendioxymetamfetamine;49) methylefedrine, de concentratie in de urine mag niet hoger zijn dan 10 microgram per milliliter;50) methylhexanamine (dimethylpentylamine);51) methylfenidaat;52) nikethamide;53) norfenefrine;54) octopamine;55) oxilofrine (methylsynefrine);56) pemoline;57) pentetrazol;58) phenethylamine en zijn afgeleiden;59) phenmetrazine;60) propylhexedrine;61) pseudoefedrine, de concentratie in de urine mag niet hoger zijn dan 150 microgram per milliliter;62) selegiline;63) sibutramine;64) strychnine;65) tenamfetamine (methyleendioxyamfetamine);66) tuaminoheptaan;67) andere stoffen met een vergelijkbare scheikundige structuur of een vergelijkbaar biologisch effect. Behalve 1) clonidine;2) imidazolderivaten voor topisch of oftalmologisch gebruik. Stoffen die zijn opgenomen in het WADA-monitoringprogramma 2016 (bupropion, cafeïne, nicotine, fenylefrine, fenylpropanolamine, pipradrol en synefrine) worden niet als verboden stoffen beschouwd.

Lokale toediening (bijvoorbeeld nasaal, oftalmologisch) van epinefrine (adrenaline) of toediening van adrenaline in combinatie met lokale anesthetica, is toegelaten. 2° narcotica : a) buprenorfine;b) dextromoramide;c) diamorfine (heroïne);d) fentanyl en zijn derivaten;e) hydromorfon;f) methadon;g) morfine;h) oxycodon;i) oxymorfon;j) pentazocine;k) pethidine;3° cannabinoïden : natuurlijke (bijvoorbeeld cannabis, hasjiesj, marihuana) of synthetische delta 9-tetrahydrocannabinol (THC) en cannabimimetica (bijvoorbeeld "Spice", JWH-018, JWH-073, HU-210);4° glucocorticoïden : Alle glucocorticoïden zijn verboden als ze via orale, intraveneuze, intramusculaire of rectale weg worden toegediend. § 5. De volgende stoffen zijn verboden bij bepaalde sporten : 1° alcohol. Alcohol (ethanol) is alleen binnen wedstrijdverband verboden in de onderstaande sporten. De opsporing zal worden verricht door ademanalyse en/of bloedcontrole. De geldende grenswaarde (bloedwaarden) voor een dopingovertreding is 0,10 g/l. a) autosport (FIA);b) boogschieten (WA);c) powerboatracen (UIM);d) vliegsport (FAI);2° bètablokkers, alleen verboden binnen wedstrijdverband, behalve als het anders vermeld wordt : a) autosport (FIA);b) biljarten (alle disciplines) (WCBS);c) boogschieten (WA), ook verboden buiten wedstrijdverband;d) darts (WDF);e) golf (IGF);f) skiën of snowboarden (FIS) voor het schansspringen, het skiën vrije stijl of halfpipe skiën en het halfpipe of big air snowboarden;g) schieten (ISSF, IPC), ook verboden buiten wedstrijdverband;h) onderwatersport (CMAS) in constant gewicht apneu met of zonder vinnen, dynamische apneu met of zonder vinnen, vrije immersie apneu, "Jump Blue" apneu, speervissen, statische apneu, target schieten en variabel gewicht apneu. Bètablokkers omvatten, maar zijn niet beperkt tot : 1) acebutolol;2) alprenolol;3) atenolol;4) betaxolol;5) bisoprolol;6) bunolol;7) carteolol;8) carvedilol;9) celiprolol;10) esmolol;11) labetalol;12) levobunolol;13) metipranolol;14) metoprolol;15) nadolol;16) oxprenolol;17) pindolol;18) propranolol;19) sotalol;20) timolol.

Art. 2.Het ministerieel besluit van 26 november 2014Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 26/11/2014 pub. 12/12/2014 numac 2014036902 bron vlaamse overheid Ministerieel besluit houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2012 houdende uitvoering van het decreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport sluiten houdende vaststelling van de verboden lijst, vermeld in artikel 9 van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 oktober 2012 houdende uitvoering van het decreet van 25 mei 2012 betreffende de preventie en bestrijding van doping in de sport wordt opgeheven.

Art. 3.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2016.

Brussel, 26 november 2015.

De Vlaamse minister van Werk, Economie, Innovatie en Sport, Ph. MUYTERS

^