gepubliceerd op 31 maart 2003
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 17 december 2002 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
26 MAART 2003. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 17 december 2002 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
De Vlaamse minister van Leefmilieu en Landbouw, Gelet op verordening (EG) nr. 2341/2002 van de Raad van 20 december 2002 tot vaststelling voor 2003, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden die in de wateren van de Gemeenschap en voor vaartuigen van de Gemeenschap, in andere wateren met vangstbeperkingen van toepassing zijn, en tot vaststelling van de bij de visserij in acht te nemen voorschriften, inzonderheid op bijlage XVII inzake visserij-inspanning en aanvullende voorwaarden op het gebied van controle, inspectie en toezicht in de context van het herstel van de kabeljauw- en heekbestanden;
Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, inzonderheid op artikel 6, § 1, V, vervangen bij de bijzondere wet van 13 juli 2001;
Gelet op de wet van 12 april 1957 waarbij de Koning wordt gemachtigd maatregelen voor te schrijven ter bescherming van de biologische hulpbronnen van de zee, gewijzigd bij de wetten van 23 februari 1971, 18 juli 1973, 22 april 1999 en 3 mei 1999;
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983, 29 december 1990 en 5 februari 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 juni 1994 tot het instellen van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 december 1994, 4 mei 1995, 4 augustus 1996, 2 december 1996, 13 september 1998, 3 februari 1999, 13 mei 1999, 20 december 1999 en 20 augustus 2000, inzonderheid op artikel 18;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 13 juli 2001 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering;
Gelet op het ministerieel besluit van 17 december 2002 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriele besluiten van 27 januari 2003 en 26 februari 2003;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat met het oog op het goede beheer van de scholbestanden in de i.c.e.s.-gebieden II, IV en VIId,e het noodzakelijk is maatregelen te nemen vanaf 1 april 2003 zoals aanpassing van de maximale vangsten per vaartdag;
Overwegende dat een betere spreiding van de aanvoer van tong in de Golf van Gascogne kan bewerkstelligd worden door het instellen van maximale vangsten per vaartuig vanaf 1 juni 2003;
Overwegende dat voor het jaar 2003 vangstbeperkingen moeten worden vastgesteld om de aanvoer te spreiden en dat het bijgevolg nodig is zonder uitstel behoudsmaatregelen te nemen om de door de EG toegestane vangsten niet te overschrijden;
Overwegende dat een betere spreiding van de aanvoer van kabeljauw en schelvis kan worden bewerkstelligd door het aanpassen van de maximale vangsten per vaartdag in bepaalde i.c.e.s.-gebieden, Besluit :
Artikel 1.In het artikel 5 van het ministerieel besluit van 17 december 2002 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, wordt het getal "2 500" vervangen door "3 000".
Art. 2.In het artikel 7 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 27 januari 2003 en 26 februari 2003, worden de getallen "12" en "24" vervangen door respectievelijk de getallen "10" en "20";
Art. 3.Het artikel 8 van hetzelfde besluit wordt vervangen door volgende bepalingen : «
Artikel 8.§ 1. De visserij in de i.c.e.s.-gebieden VIIIa,b is verboden van 1 januari 2003 tot en met 31 december 2003. § 2. In afwijking van de bepalingen van § 1 is het vanaf 1 juni 2003 enkel voor de vaartuigen, die op de lijst "Visvergunningen Golf van Gascogne 2003" voorkomen toegelaten in de i.c.e.s.-gebieden VIIIa,b te vissen.
Teneinde aan de lijst vermeld in vorig lid toegevoegd te kunnen worden, moeten de eigenaars van vissersvaartuigen vóór 8 mei 2003 bij aangetekend schrijven een aanvraag richten tot de Dienst Zeevisserij.
Ingeval het aantal ingeschreven vaartuigen te hoog is in relatie met het beschikbare tongquota zal via loting dit aantal worden beperkt. § 3. Vanaf 1 juni 2003 tot en met 15 juli 2003 is het verboden dat in de i.c.e.s.-gebieden VIIIa,b de tongvangst van een vissersvaartuig, vermeld op de lijst in § 2 een hoeveelheid overschrijdt, die gelijk is aan 15 kg vermenigvuldigd met het motorvermogen van het vissersvaartuig uitgedrukt in kW, situatie 1 mei 2003.
De onbenutte hoeveelheden op 15 juli 2003 komen voor herverdeling in aanmerking. § 4. In afwijking van artikel 6, § 2, worden de door een vissersvaartuig overschreden hoeveelheden tong zoals bedoeld in § 3 in tweevoud in mindering gebracht op de hoeveelheid tong die aan het vissersvaartuig wordt toegekend voor 2004. § 5. Ingeval het vissersvaartuig geen gebruik maakt van zijn toegekende tonghoeveelheid in het i.c.e.s.-gebied VIIIa,b overeenkomstig § 3, wordt de visvergunning van dit vaartuig voor een periode van 15 opeenvolgende dagen ingetrokken. De intrekking van de vergunning is bepaald in artikel 21, lid 2. »
Art. 4.In artikel 10 van hetzelfde besluit gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het gedurende de periode van 1 april 2003 tot en met 30 juni 2003 verboden dat de totale scholvangst in de i.c.e.s.-gebieden VIId,e per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 50 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. » 2° de § 2 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het gedurende de periode van 1 april 2003 tot en met 30 juni 2003 verboden dat de totale scholvangst in de i.c.e.s.-gebieden VIId,e per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 100 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »
Art. 5.In artikel 11 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° de § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het gedurende de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2003 verboden dat de totale scholvangst in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. » 2° de § 2 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het gedurende de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2003 verboden dat de totale scholvangst in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 800 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »
Art. 6.In artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van 27 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° in de § § 1, 2 en 3 worden de woorden "31 maart" vervangen door "15 april". 2° § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In de periode van 16 april 2003 tot en met 31 december 2003 is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder en dat volgens de "Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2003" is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. » 3° § 2 wordt aangevuld met het volgend lid : « In de periode van 16 april 2003 tot en met 31 december 2003 is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW en dat volgens de "Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2003" is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden, In afwijking van vorig lid wordt gedurende de periode 16 april 2003 tot en met 31 mei 2003 de hoeveelheid kabeljauw zoals bepaald in vorig lid verhoogd met een extra hoeveelheid gelijk aan 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen van die zeereis verwezenlijkt ten noorden van 56°00' noorderbreedte. » 4° § 3 wordt aangevuld met het volgend lid : « In de periode van 16 april 2003 tot en met 31 december 2003 is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig dat volgens de "Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2003" niet is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 600 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden, In afwijking met vorig lid wordt gedurende de periode 16 april 2003 tot en met 31 mei 2003 de hoeveelheid kabeljauw zoals bepaald in vorig lid verhoogd met een extra hoeveelheid gelijk aan 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen van die zeereis verwezenlijkt ten noorden van 56°00' noorderbreedte. »
Art. 7.In artikel 16 van hetzelfde besluit gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 januari 2003, worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het in de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2003 in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden, dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 250 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. » 2° § 2 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van lid 1 is het in de periode van 1 april 2003 tot en met 31 december 2003 in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) verboden, dat de totale schelvisvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 500 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »
Art. 8.In artikel 17 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 26 februari 2003, wordt na het lid 5 het volgende lid ingevoegd : « Onverminderd de bepalingen van vorige leden inzake de botvangstbeperkingen en in afwijking van vorig lid is het gedurende de periode van 1 april 2003 tot op het ogenblik dat het quotum voor 50 % is benut, verboden dat in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-estuarium) de totale vangsten van bot en schar per zeereis door een vissersvaartuig een hoeveelheid overschrijden die gelijk is aan 800 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »
Art. 9.Dit besluit treedt in werking op 1 april 2003 en treedt buiten werking op 31 december 2003, om 24 uur.
Brussel, 26 maart 2003.
V. DUA