gepubliceerd op 31 juli 2001
Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
26 JULI 2001. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee
De Minister toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken, belast met Landbouw, Gelet op de wet van 12 april 1957 waarbij de Koning wordt gemachtigd maatregelen voor te schrijven ter bescherming van de biologische hulpbronnen van de zee, gewijzigd bij de wetten van 23 februari 1971, 18 juli 1973, 22 april 1999 en 3 mei 1999;
Gelet op de wet van 28 maart 1975 betreffende de handel in landbouw-, tuinbouw- en zeevisserijproducten, gewijzigd bij de wetten van 11 april 1983, 29 december 1990 en 5 februari 1999;
Gelet op het koninklijk besluit van 21 juni 1994 tot het instellen van een visvergunning en houdende tijdelijke maatregelen voor de uitvoering van de communautaire regeling voor de instandhouding en het beheer van de visbestanden, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 15 december 1994, 4 mei 1995, 4 augustus 1996, 2 december 1996, 13 september 1998, 3 februari 1999, 13 mei 1999, 20 december 1999 en 20 augustus 2000, inzonderheid artikel 18;
Gelet op het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 maart 2001, 28 maart 2001, 25 april 2001, 15 mei 2001, 31 mei 2001 en 29 juni 2001;
Gelet op de wetten van de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973; inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat voor het jaar 2001 vangstbeperkingen moeten vastgesteld worden teneinde de aanvoer te spreiden, is het bijgevolg nodig zonder verwijl behoudsmaatregelen te treffen teneinde de door de EG toegestane vangsten niet te overschrijden;
Overwegende dat een betere spreiding van de aanvoer van tong, schol en kabeljauw kan bewerkstelligd worden door het instellen van maximale vangsten per vaartdag in bepaalde i.c.e.s.-gebieden, Besluit :
Artikel 1.In het artikel 8 van het ministerieel besluit van 21 december 2000 houdende tijdelijke aanvullende maatregelen tot het behoud van de visbestanden in zee, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 15 mei 2001 en 31 mei 2001 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 3 wordt aangevuld met het volgend lid : « Vanaf 16 juli 2001 tot en met 10 augustus 2001 is het verboden dat in de i.c.e.s.-gebieden VIIIa, b de tongvangsten van een vissersvaartuig, vermeld op de lijst in § 2 een hoeveelheid overschrijdt, die gelijk is aan 7 kg vermenigvuldigd met het motorvermogen van het vissersvaartuig uitgedrukt in kW, situatie 1 mei 2001. »;2° in § 4 worden de woorden « in § 3 » vervangen door de woorden « in § 3 lid 3 ».
Art. 2.In het artikel 10 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 maart 2001, 28 maart 2001 en 25 april 2001 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 5 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het in het i.c.e.s.-gebied VIIa gedurende de periode vanaf 1 augustus 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 350 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIa. »; 2° § 6 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking van vorig lid is het in het i.c.e.s.-gebied VIIa gedurende de periode vanaf 1 augustus 2001 tot en met 31 december 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 700 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die visreis in het gebied VIIa. »
Art. 3.In het artikel 11 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 28 maart 2001 en 25 april 2001, worden volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 3 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met vorig lid is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-Estuarium) gedurende de periode van 20 augustus 2001 tot en met 30 september 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 700 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »; 2° § 4 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met vorig lid is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-Estuarium) gedurende de periode van 20 augustus 2001 tot en met 30 september 2001 verboden dat de totale scholvangst per zeereis, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 1 400 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens die zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »
Art. 4.In het artikel 15 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 28 maart 2001 en 25 april 2001 worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met vorig lid is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-Estuarium) gedurende de periode van 20 augustus 2001 tot en met 30 september 2001 verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder en dat volgens de « Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 600 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »; 2° § 2 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met vorig lid is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-Estuarium) gedurende de periode van 20 augustus 2001 tot en met 30 september 2001 verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW en dat volgens de « officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 1 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »; 3° § 3 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met vorig lid is het in de i.c.e.s.-gebieden II, IV (Noordzee en Schelde-Estuarium) gedurende de periode van 20 augustus 2001 tot en met 30 september 2001 verboden dat de totale kabeljauwvangst per zeereis gerealiseerd door een vissersvaartuig dat volgens de « Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » niet is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 1 200 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in de betreffende i.c.e.s.-gebieden. »; 4° § 4 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met lid 1 is het gedurende de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 december 2001 verboden, dat de kabeljauwvangst per zeereis in het i.c.e.s.-gebied VIIa, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van 221 kW of minder en dat volgens de « Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 50 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in het betreffende i.c.e.s.-gebied VIIa. »; 5° § 5 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met lid 1 is het gedurende de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 december 2001 verboden, dat de kabeljauwvangst per zeereis in het i.c.e.s.-gebied VIIa, gerealiseerd door een vissersvaartuig met een motorvermogen van meer dan 221 kW en dat volgens de « Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 100 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in het betreffende i.c.e.s.-gebied VIIa. »; 6° § 6 wordt aangevuld met het volgend lid : « In afwijking met lid 1 is het gedurende de periode van 1 augustus 2001 tot en met 31 december 2001 verboden, dat de kabeljauwvangst per zeereis in het i.c.e.s.-gebied VIIa, gerealiseerd door een vissersvaartuig dat volgens de « Officiële lijst der Belgische vissersvaartuigen 2001 » niet is uitgerust met de boomkor, een hoeveelheid overschrijdt die gelijk is aan 100 kg vermenigvuldigd met het aantal vaartdagen gerealiseerd tijdens de zeereis in het betreffende i.c.e.s.-gebied VIIa. »
Art. 5.In het artikel 16 lid 5 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 25 april 2001, 31 mei 2001 en 29 juni 2001, wordt het getal « 40 » vervangen door het getal « 80 ».
Art. 6.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2001, met uitzondering van artikel 1 dat uitwerking heeft met ingang van 16 juli 2001.
Brussel, 26 juli 2001.
Mevr. A.-M. NEYTS-UYTTEBROECK