Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 24 juli 2001
gepubliceerd op 04 september 2001

Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het indienen van een aanvraag tot machtiging voor de ingebruikneming van subsystemen van structurele aard die deel uitmaken van het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
2001014152
pub.
04/09/2001
prom.
24/07/2001
ELI
eli/besluit/2001/07/24/2001014152/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

24 JULI 2000. - Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het indienen van een aanvraag tot machtiging voor de ingebruikneming van subsystemen van structurele aard die deel uitmaken van het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem


De Minister van Mobiliteit en Vervoer Gelet op de wet van 18 februari 1969 betreffende de maatregelen ter uitvoering van de internationale vedragen en akten inzake vervoer over de weg, de spoorweg of de waterweg, inzonderheid op artikel 1, eerste lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 3 april 2000 betreffende de interoperabiliteit van het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem, inzonderheid op artikel 24;

Gelet op het advies van de Raad van State gegeven op 18 april 2001 : Besluit :

Artikel 1.De aanvraag tot machtiging voor de ingebruikneming van een subsysteem van structurele aard dat deel uitmaakt van het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem, wordt per aangetekende brief met ontvangstbewijs gestuurd naar het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, Bestuur van het Vervoer te Land, Dienst Spoorvervoer, Kantersteen 12, te 1000 Brussel.

Art. 2.De aanvraag tot machtiging voor de ingebruikneming gaat vergezeld van het technisch dossier bedoeld in artikel 23, § 3, van het bovengenoemde koninklijk besluit van 3 april 2000.

Art. 3.De aanvrager verstrekt op verzoek van het Bestuur van het Vervoer te Land van het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur, Dienst Spoorvervoer, alle inlichtingen die het mogelijk maken om te beoordelen of een subsysteem van structurele aard dat deel uitmaakt van het trans-Europees hogesnelheidsspoorwegsysteem in overeenstemming is met het bovengenoemde koninklijk besluit van 3 april 2000.

Art. 4.§ 1. De documenten en stukken overgezonden door de aanvrager in het kader van dit besluit dienen te bestaan uit één origineel en twee kopieën. § 2. Alle documenten en stukken die door de aanvrager in het kader van dit besluit in een buitenlandse taal worden overgezonden, met uitzondering van de zuiver technische specificaties, moeten worden vergezeld van een vertaling in één van de drie landstalen, die op kosten van de aanvrager door een beëdigd vertaler is gemaakt.

Brussel, 24 juli 2001.

I. DURANT

^