gepubliceerd op 30 juni 2023
Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het zoeken en benoemen van de leden en de voorzitter van de Kunstwerkcommissie
23 JUNI 2023. - Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het zoeken en benoemen van de leden en de voorzitter van de Kunstwerkcommissie
De Minister van Werk, De Minister van Zelfstandigen, De Minister van Sociale Zaken, Gelet op de
wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
16/12/2022
pub.
23/12/2022
numac
2022034818
bron
federaal agentschap voor nucleaire controle
Aanpassing van de bedragen van de heffingen vermeld in artikel 30bis/4 van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle - jaar 2023
type
wet
prom.
16/12/2022
pub.
22/12/2022
numac
2022043067
bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
Wet tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en tot invoering van een plafond op marktinkomsten van elektriciteitsproducenten
type
wet
prom.
16/12/2022
pub.
27/12/2022
numac
2022206777
bron
federale overheidsdienst sociale zekerheid
Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders
type
wet
prom.
16/12/2022
pub.
10/02/2023
numac
2023040548
bron
federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie
Wet tot wijziging van de wet van 19 maart 2014 houdende wettelijke definitie van de ambachtsman
sluiten tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers;
Gelet op het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers, artikel 2;
Gelet op advies nr. 73.397/1 van de Raad van State, gegeven op 28 april 2023, met toepassing van artikel 84, paragraaf 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de vrijstelling van impactanalyse op grond van artikel 8, paragraaf 2, 2°, van de wet van 15 december 2013Relevante gevonden documenten type wet prom. 15/12/2013 pub. 31/12/2013 numac 2013021138 bron federale overheidsdienst kanselarij van de eerste minister Wet houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging sluiten houdende diverse bepalingen inzake administratieve vereenvoudiging;
Overwegende dat de Kunstwerkcommissie bestaat uit kunstwerkdeskundigen voorgedragen door de federaties uit de professionele kunstensector, vertegenwoordigers van de federale administraties, vertegenwoordigers aangewezen door de vakverenigingen, vertegenwoordigers van de werkgevers- of zelfstandigenorganisaties en vertegenwoordigers van de Gemeenschappen;
Overwegende dat de modaliteiten voor het zoeken en benoemen van de effectieve en plaatsvervangende leden en van de voorzitter en diens plaatsvervanger moeten worden vastgesteld opdat de Commissie haar werkzaamheden kan aanvatten;
Overwegende dat de Commissie moet streven naar een evenwichtige samenstelling van de profielen, met name wat betreft deskundigheid, leeftijd, anciënniteit en geslacht, worden alle leden van de Commissie tegelijkertijd door de Koning benoemd, voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar. De procedure voor het zoeken en, in voorkomend geval, het benoemen van elke categorie van leden wordt hieronder beschreven. Zodra de leden zijn aangewezen, benoemt de Koning alle leden van de Commissie in één enkel benoemingsbesluit.
Besluiten : TITEL 1. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit dient te worden verstaan onder: 1° de wet: de wet van 16 december 2022Relevante gevonden documenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 23/12/2022 numac 2022034818 bron federaal agentschap voor nucleaire controle Aanpassing van de bedragen van de heffingen vermeld in artikel 30bis/4 van de wet van 15 april 1994 betreffende de bescherming van de bevolking en van het leefmilieu tegen de uit ioniserende stralingen voortspruitende gevaren en betreffende het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle - jaar 2023 type wet prom. 16/12/2022 pub. 22/12/2022 numac 2022043067 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 29 april 1999 betreffende de organisatie van de elektriciteitsmarkt en tot invoering van een plafond op marktinkomsten van elektriciteitsproducenten type wet prom. 16/12/2022 pub. 27/12/2022 numac 2022206777 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Wet tot verhoging van het RSZ-plafond in artikel 17quater van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders type wet prom. 16/12/2022 pub. 10/02/2023 numac 2023040548 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Wet tot wijziging van de wet van 19 maart 2014 houdende wettelijke definitie van de ambachtsman sluiten tot oprichting van de Kunstwerkcommissie en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers;2° het koninklijk besluit: het koninklijk besluit van 13 maart 2023Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 13/03/2023 pub. 24/03/2023 numac 2023200901 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Koninklijk besluit betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers sluiten betreffende de werking van de Kunstwerkcommissie, de criteria en de procedure voor de erkenning van de kunstenfederaties en tot verbetering van de sociale bescherming van kunstwerkers;3° de Commissie: de Kunstwerkcommissie bedoeld in artikel 3, § 1, van de wet;4° het secretariaat: het secretariaat van de Kunstwerkcommissie bedoeld in artikel 3, § 2, van de wet;5° federatie(s): kunstenfederatie(s) bedoeld in artikel 2, 3°, van de wet;6° deskundigen: kunstwerkdeskundigen bedoeld in artikel 3, § 1, 1°, van de wet;7° instellingen: de openbare instellingen van sociale zekerheid bedoeld in artikel 2, § 1, 2°, a), b) en c), van het koninklijk besluit, te weten de Rijksdienst voor sociale zekerheid, het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen en de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening;8° interprofessionele vakverenigingen: het Algemeen Christelijk Vakverbond van België (ACV), het Algemeen Belgisch Vakverbond (ABVV) en de Algemene Centrale der liberale vakbonden van België (ACLVB);9° NAR: de Nationale Arbeidsraad;10° paritaire comités: paritair comité voor de audiovisuele sector (PC 227), paritair comité voor het filmbedrijf (PC 303), paritair comité voor het vermakelijkheidsbedrijf (PC 304) en paritair comité voor de socio-culturele sector (PC 329);11° UNIZO: Unie van zelfstandige ondernemers;12° UCM: Union des classes moyennes. TITEL II. - Benoeming van de leden van de Kunstwerkcommissie HOOFDSTUK 1. - Benoeming van de kunstwerkdeskundigen bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 1°, van het koninklijk besluit
Art. 2.§ 1. De leden bedoeld in artikel 3, paragraaf 1, 1°, van de wet en artikel 2, paragraaf 1, 1°, van het koninklijk besluit worden benoemd op basis van voordrachten van de kunstenfederaties volgens de hierna beschreven procedure. § 2. Voor het eerst binnen vijftien dagen na de bekendmaking van het eerste ministerieel besluit tot erkenning van de kunstenfederaties en vervolgens om de vier jaar of te allen tijde naargelang de behoeften van de Commissie, om een vacante post in te vullen, of om in een behoefte aan deskundigheid op een domein of een professionele activiteit te voorzien, nodigt het secretariaat de erkende federaties per brief of mail uit om het binnen dertig dagen een lijst toe te sturen van vier personen, onder wie, voor zover mogelijk, twee mannen en twee vrouwen, die door hen worden voorgedragen als deskundigen op het domein van de kunsten. Naargelang de behoeften kunnen deze cijfers variëren in de oproep tot kandidatuurstelling.
De personen worden door de federaties ten persoonlijke titel als deskundigen voorgedragen op grond van hun kennis en deskundigheid inzake het artistieke, artistiek-technische of artistiek-ondersteunende karakter van activiteiten in één of meer domeinen van de kunsten zoals omschreven in artikel 7, paragraaf 3, van de wet.
Om ontvankelijk te zijn, moet elke voordracht volgende gegevens bevatten: 1) de volledige contactgegevens van de personen die als deskundigen zijn voorgedragen en de reden waarom deze personen door de federatie in die hoedanigheid worden voorgedragen;2) de vermelding van het geslacht, de leeftijd en de taalgroep waartoe zij behoren, alsmede een indicatie van diens kennis van de andere twee landstalen;3) een curriculum vitae waaruit hun deskundigheid blijkt op ten minste één van de artistieke domeinen en/of activiteiten bedoeld in paragraaf 2, tweede lid, met vermelding van hun anciënniteit, waaruit relevante ervaring en kennis van de professionele praktijk in de kunsten en de sociale bescherming van kunstwerkers blijkt;4) een brief van elke voorgedragen deskundige waarin kort wordt aangegeven waarom de persoon deel wil uitmaken van de Commissie;5) in voorkomend geval, het bewijs dat de voorgedragen deskundigen ervaring hebben met de bijzondere regels die van toepassing zijn op kunstwerkers en het kunstwerkattest overeenkomstig artikel 2, paragraaf 5, en artikel 42, van het koninklijk besluit;6) de instemming van elk van de kandidaten met het gebruik van hun persoonsgegevens. § 3. Na afloop van de termijn van dertig dagen waarbinnen de federaties hun voorgedragen deskundigen moeten doorgeven, onderzoekt het secretariaat binnen maximaal zestig dagen alle ontvangen voordrachten en analyseert het de kandidaturen. Na vergelijking van de kwalificaties en verdiensten en rekening houdend met een evenwichtige verdeling tussen de vertegenwoordigers van de verschillende domeinen van de kunsten en technische beroepen, met inbegrip van leeftijd, anciënniteit en geslacht, stelt het secretariaat een lijst op bestaande uit: - 18 Franstalige deskundigen, van wie er 9 als effectief lid en 9 als plaatsvervangend lid worden benoemd; - 18 Nederlandstalige deskundigen, van wie er 9 als effectief lid en 9 als plaatsvervangend lid worden benoemd.
Aan elk effectief lid is een plaatsvervangend lid verbonden dat, voor zover mogelijk, over een gelijkwaardige deskundigheid beschikt als het effectief lid dat bij afwezigheid of verhindering dient te worden vervangen.
Er wordt tevens een lijst van reservedeskundigen opgesteld met de namen van de Franstalige en Nederlandstalige personen die door de federaties als deskundigen worden voorgedragen en die aan de voorwaarden voor benoeming voldoen, maar niet konden worden benoemd wegens het evenwicht in de samenstelling van de Commissie. Het aantal deskundigen op deze lijst is niet beperkt.
Overeenkomstig artikel 2, paragraaf 3, eerste lid, van het koninklijk besluit, wordt de lijst bedoeld in artikel 2, paragraaf 3, eerste lid, overgemaakt aan de federaties voor advies. § 4. De geraadpleegde federaties beschikken over een termijn van vijftien dagen om hun advies per mail via federaties@minsoc.fed.be aan het secretariaat over te maken. Het advies van de federaties is van adviserende aard en heeft uitsluitend betrekking op de relevantie en het algemene evenwicht van de geselecteerde deskundigheid en profielen, zonder zich uit te spreken over de ene of de andere kandidatuur. § 5. De Franstalige en Nederlandstalige effectieve en plaatsvervangende leden worden tegelijkertijd door de Koning benoemd voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 3.§ 1. In geval van ontslag of overlijden van een effectief lid wordt het met onmiddellijke ingang vervangen door diens plaatsvervanger, die het mandaat van diens voorganger voltooit.
Tegelijkertijd voorziet de Koning in de vervanging van het plaatsvervangend lid, dat effectief lid is geworden, voor dezelfde periode, door gebruik te maken van de reservelijst bedoeld in artikel 2, paragraaf 3, derde lid. Het nieuwe plaatsvervangend lid heeft zoveel mogelijk hetzelfde profiel (leeftijd, geslacht, deskundigheid) en gelijkwaardige ervaring als het effectief lid dat bij afwezigheid of verhindering dient te worden vervangen.
Bij ontstentenis van een reservelijst doet het secretariaat een nieuwe oproep aan de federaties volgens de procedure van artikel 2. In afwijking van artikel 2, paragraaf 3, eerste lid, van het koninklijk besluit wordt in dergelijke gevallen geen nieuw advies ingewonnen.
De Koning benoemt het nieuwe effectief en plaatsvervangend lid voor het resterende mandaat van het ontslagnemende of overleden lid en diens oorspronkelijke plaatsvervanger. § 2. In geval van ontslag of overlijden van een plaatsvervangend lid benoemt de Koning uit de reservelijst bedoeld in artikel 2, paragraaf 3, derde lid, een vervanger die het lopende mandaat voltooit.
Het nieuwe plaatsvervangend lid heeft zoveel mogelijk hetzelfde profiel (leeftijd, geslacht, deskundigheid) en gelijkwaardige ervaring als het effectief lid dat bij afwezigheid of verhindering dient te worden vervangen.
Bij ontstentenis van een reservelijst doet het secretariaat een nieuwe oproep aan de federaties volgens de procedure van artikel 2. In afwijking van artikel 2, paragraaf 3, eerste lid, van het koninklijk besluit wordt in dergelijke gevallen geen nieuw advies ingewonnen.
De Koning benoemt het nieuwe plaatsvervangend lid voor het resterende mandaat van het effectief lid aan wie het plaatsvervangend lid verbonden is. HOOFDSTUK 2. - Benoeming van de vertegenwoordigers van de instellingen bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2°, a), b) en c), van het koninklijk besluit
Art. 4.§ 1. De leden bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2° a), b), en c), van het koninklijk besluit worden rechtstreeks aangewezen door de instelling die zij vertegenwoordigen en waartoe zij behoren volgens de hierna omschreven procedure. § 2. Voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar of op elk ogenblik naargelang de behoeften van de Commissie of om een vacante post in te vullen, nodigt het secretariaat de administrateurs-generaal van de Rijksdienst voor sociale zekerheid, het Rijksinstituut voor de sociale verzekeringen der zelfstandigen en de Rijksdienst voor arbeidsvoorziening uit om het per brief of mail binnen dertig dagen voor elk van hen en voor elke taalrol het volgende mee te delen: - de identiteit van de persoon die de instelling heeft gekozen om haar te vertegenwoordigen als effectief lid van de Commissie, alsmede een indicatie van diens kennis van de andere twee landstalen; - de identiteit van een vaste plaatsvervanger die het effectief lid bij afwezigheid of verhindering dient te vervangen, alsmede een indicatie van diens kennis van de andere twee landstalen. § 3. De Koning benoemt de Franstalige en Nederlandstalige effectieve en plaatsvervangende vertegenwoordigers van de instellingen tegelijkertijd met de andere leden van de Commissie voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 5.In geval van ontslag of overlijden van een effectief of plaatsvervangend vertegenwoordiger van een instelling wijst de instelling waartoe betrokkene behoorde en die betrokkene diende te vertegenwoordigen uiterlijk binnen vijftien dagen na het ontslag of het overlijden een persoon aan om betrokkene te vervangen en diens mandaat te voltooien.
De Koning benoemt de door de instelling aangewezen persoon als effectief of plaatsvervangend lid, naargelang het geval, om het resterende mandaat van het ontslagnemend of overleden lid te voltooien. HOOFDSTUK 3. - Benoeming van de vertegenwoordigers van de interprofessionele vakverenigingen bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2°, d), van het koninklijk besluit en van de vertegenwoordigers van de werkgevers- en zelfstandigenorganisaties bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2°, e), van het koninklijk besluit Afdeling 1. - Benoeming van de vertegenwoordigers van de
interprofessionele vakverenigingen bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2°, d), van het koninklijk besluit
Art. 6.§ 1. De leden bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2° d), van het koninklijk besluit worden rechtstreeks aangewezen door de NAR volgens de hierna omschreven procedure. § 2. Voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar of te allen tijde naargelang de behoeften van de Commissie of om een vacante post in te vullen, nodigt het secretariaat de NAR per brief of mail uit het binnen dertig dagen, voor elk van de drie interprofessionele vakverenigingen en voor elke taalrol het volgende mee te delen: - de identiteit van de persoon die de desbetreffende vakvereniging dient te vertegenwoordigen als effectief lid van de Commissie, alsmede een indicatie van diens kennis van de andere twee landstalen; - de identiteit van een plaatsvervanger, voor elk effectief lid, die het effectief lid bij afwezigheid of verhindering dient te vervangen, alsmede een indicatie van diens kennis van de andere twee landstalen. § 3. De Koning benoemt de Franstalige en Nederlandstalige effectieve en plaatsvervangende leden tegelijkertijd met de andere leden van de Commissie voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 7.In geval van ontslag of overlijden van een effectief of plaatsvervangend vertegenwoordiger van een instelling wijst de instelling waartoe betrokkene behoorde en die betrokkene diende te vertegenwoordigen uiterlijk binnen vijftien dagen na het ontslag of overlijden een persoon aan om betrokkene te vervangen en diens mandaat te voltooien.
Indien de persoon die is aangewezen om het ontslagnemend of overleden effectief lid te vervangen diens plaatsvervanger is, wordt eveneens een nieuwe plaatsvervanger aangewezen voor dezelfde periode.
De Koning benoemt de door de instelling aangewezen persoon of personen als effectief en/of in voorkomend geval plaatsvervangend lid voor het resterende mandaat van het ontslagnemend of overleden lid dat wordt vervangen. Afdeling 2. - Benoeming van de vertegenwoordigers van de werkgevers-
en zelfstandigenorganisaties zoals bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2°, e), van het koninklijk besluit
Art. 8.§ 1. De leden bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 2° e), van het koninklijk besluit worden aangewezen door de NAR na raadpleging van enerzijds de paritaire comités 227, 303, 304 en 329, en UNIZO (Unie van zelfstandige ondernemers) en UCM (Union des classes moyennes) anderzijds, volgens de hierna omschreven procedure. § 2. Voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar of te allen tijde naargelang de behoeften van de Commissie of om een vacante post in te vullen, nodigt het secretariaat de NAR uit het per brief of mail binnen dertig dagen en na raadpleging van de paritaire comités, UNIZO en UCM, voor elke taalrol een lijst mee te delen met: - de identiteit van drie personen die de werkgevers- en zelfstandigenorganisaties dienen te vertegenwoordigen als effectieve leden van de Commissie, alsmede een indicatie van hun passieve kennis van de andere twee landstalen; - de identiteit van een vaste plaatsvervanger, voor elk effectief lid, die het effectief lid bij afwezigheid of verhindering dient te vervangen, alsmede een indicatie van diens passieve kennis van de andere twee landstalen. § 3. De Koning benoemt drie effectieve leden en drie plaatsvervangende leden per taalrol tegelijkertijd met de andere leden van de Commissie voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 9.In geval van ontslag of overlijden van een effectief of plaatsvervangend lid als bedoeld in artikel 8, paragraaf 1, wijst de NAR uiterlijk binnen vijftien dagen na het ontslag of het overlijden en na raadpleging van de paritaire comités, UNIZO en UCM een persoon aan om betrokkene te vervangen en diens mandaat te voltooien.
Indien de persoon die wordt aangewezen ter vervanging van het ontslagnemend of overleden effectief lid diens plaatsvervanger is, wordt ook een nieuwe plaatsvervanger aangewezen voor dezelfde periode.
De Koning benoemt de door de NAR aangewezen persoon of personen als effectief en/of plaatsvervangend lid voor het resterende mandaat van het ontslagnemend of overleden lid wiens plaats wordt ingenomen. HOOFDSTUK 4. - Vertegenwoordigers van de Gemeenschappen bedoeld in artikel 2, paragraaf 1, 3°, van het koninklijk besluit
Art. 10.§ 1. Overeenkomstig artikel 2, paragraaf 1, 3°, van het koninklijk besluit hebben de Franse en de Vlaamse Gemeenschap de mogelijkheid een vertegenwoordiger aan te wijzen voor de taalrol die hen aanbelangt, en de Duitstalige Gemeenschap kan een vertegenwoordiger aanwijzen voor de Nederlandse taalrol volgens de hieronder omschreven procedure. § 2. Voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar nodigt het secretariaat de regering van elk van de drie taalgemeenschappen van België per brief of mail uit binnen dertig dagen en indien de Gemeenschap dat wenst, een vertegenwoordiger aan te wijzen om in de Commissie te zetelen binnen de afdeling van de taalrol die haar aanbelangt of, in voorkomend geval, binnen de afdeling van de Nederlandse taalrol voor wat de vertegenwoordiger van de Duitstalige Gemeenschap betreft.
Een Gemeenschap die niet binnen dertig dagen op de uitnodiging heeft gereageerd, wordt geacht geen vertegenwoordiger te willen aanwijzen. § 3. Elke Gemeenschap die ervoor kiest een vertegenwoordiger aan te wijzen, heeft eveneens de mogelijkheid een plaatsvervanger aan te wijzen die de effectieve vertegenwoordiger bij afwezigheid of verhindering dient te vervangen. § 4. Indien nodig benoemt de Koning de door elke Gemeenschap aangewezen vertegenwoordiger en in voorkomend geval de plaatsvervanger tegelijkertijd met de andere leden van de Commissie voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 11.In geval van ontslag of overlijden van de vertegenwoordiger van een Gemeenschap of van diens plaatsvervanger, wijst de Gemeenschap waartoe hij of zij behoorde en die hij of zij behoorde te vertegenwoordigen, uiterlijk vijftien dagen na het ontslag of overlijden een persoon aan om betrokkene te vervangen en diens mandaat te voltooien.
De Koning benoemt de door de Gemeenschap aangewezen persoon als vertegenwoordiger of plaatsvervangend vertegenwoordiger voor het resterende mandaat van het ontslagnemend of overleden lid wiens plaats wordt ingenomen.
TITEL III. - Benoeming van de voorzit(s)ter van de Kunstwerkcommissie
Art. 12.§ 1. Overeenkomstig artikel 7 van het koninklijk besluit benoemt de Koning een voorzitter en een plaatsvervangend voorzitter. § 2. Voor het eerst in 2023 en vervolgens om de vier jaar of te allen tijde naargelang de behoeften van de Commissie of om in een vervanging te voorzien, wordt een openbare oproep tot kandidaatstelling gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
De openbare oproep tot kandidaatstelling vermeldt de volgende elementen: 1° het opschrift en het voorwerp van de oproep, 2° de voorwaarden voor de benoeming, 3° de duur van het mandaat, 4° het adres waarnaar de kandidatuur moet worden gestuurd, 5° de termijn waarbinnen de kandidatuur moet worden verzonden. § 3. De kandidaten hebben vanaf de bekendmaking van de oproep bedoeld in paragraaf 2, eerste lid, een maand de tijd om hun kandidatuur per aangetekende brief te versturen naar het in de oproep tot kandidaatstelling vermelde adres. In de oproep tot kandidaatstelling kan worden bepaald dat ook een elektronische kopie van de kandidatuur per mail moet worden verzonden. § 4. Het secretariaat bevestigt de ontvangst van de kandidatuur met in voorkomend geval vermelding van de ontbrekende stukken.
Het secretariaat verzendt deze ontvangstbevestiging per brief of mail binnen vijftien dagen na ontvangst van de kandidatuur. Ontbrekende stukken worden aan het dossier toegevoegd indien zij binnen vijftien dagen na de verzending van de ontvangstbevestiging van de aanvraag aan het secretariaat worden toegezonden. Enkel een volledig dossier is ontvankelijk. § 5. De Koning benoemt de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter tegelijkertijd met alle leden van de Commissie voor een hernieuwbaar mandaat van vier jaar.
Art. 13.Om ontvankelijk te zijn moet de kandidatuur de volgende gegevens en documenten bevatten: 1° de volledige contactgegevens van de kandidaat en diens mailadres;2° het bewijs dat de kandidaat master in de rechten is;3° het bewijs van actieve kennis van de Franse en de Nederlandse taal alsook, in voorkomend geval, van de actieve of passieve kennis van het Duits;4° een curriculum vitae;5° een motivatiebrief met uitleg waarom de kandidaat de Commissie wil voorzitten, of hij of zij een bepaalde affiniteit heeft met het domein van de kunsten, wat zijn of haar visie is op de rol van de voorzitter en hoe hij of zij voldoet aan de voor deze functie vereiste onafhankelijkheid;6° in voorkomend geval, het bewijs dat de kandidaat ervaring heeft met de specifieke regels die van toepassing zijn op de kunstwerkers en met het kunstwerkattest;7° de instemming van de kandidaat met het gebruik van diens persoonsgegevens.
Art. 14.§ 1. In geval van ontslag of overlijden van de voorzitter of van de plaatsvervangend voorzitter wordt een nieuwe openbare oproep tot kandidaatstelling bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad om in vervanging te voorzien overeenkomstig de procedure omschreven in artikel 12, paragrafen 2 en volgende. § 2. De Koning benoemt de voorzitter of in voorkomend geval de plaatsvervangend voorzitter die het mandaat voltooit van de ontslagnemend of overleden voorzitter of plaatsvervangend voorzitter wiens plaats wordt ingenomen.
Art. 15.Dit besluit heeft uitwerking de dag na de bekendmaking ervan in het Belgisch Staatsblad.
Brussel, 23 juni 2023.
De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE De Minister van Zelfstandigen, D. CLARINVAL De Minister van Sociale Zaken, F. VANDENBROUCKE