22 SEPTEMBER 2022. - Ministerieel besluit betreffende de organisatie van een proef om de erkende diamantdeskundigen te evalueren

De Minister van Economie, Gelet op de programmawet van 2 augustus 2002Relevante gevonden documenten type programmawet prom. 02/08/2002 pub. 29/08/2002 numac 2002003381 bron ministerie van financien Programmawet sluiten, artikel 169, § 2;

Gelet op het koninklijk besluit van 20 november 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/11/2019 pub. 13/12/2019 numac 2019015617 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie en federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit houdende maatregelen betreffende het toezicht op in de diamantsector sluiten houdende maatregelen betreffende het toezicht op de diamantsector, artikel 13, § 8, derde lid;

Gelet op de adviesaanvraag binnen dertig dagen, die op 29 juni 2022 bij de Raad van State is ingediend, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Overwegende dat het advies niet is meegedeeld binnen die termijn;

Gelet op artikel 84, § 4, tweede lid, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Gelet op het advies nr. 181-2022 van de Gegevensbeschermingsautoriteit dat werd gegeven op 9 september 2022;

Besluit :

Artikel 1.De evaluatieproef bedoeld in artikel 13, § 8, tweede lid, van het koninklijk besluit van 20 november 2019Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 20/11/2019 pub. 13/12/2019 numac 2019015617 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie en federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit houdende maatregelen betreffende het toezicht op in de diamantsector sluiten houdende maatregelen betreffende het toezicht op de diamantsector vindt plaats onder leiding van een examencommissie. Het secretariaat van de examencommissie wordt waargenomen door de Dienst van de FOD Economie.

Art. 2.De examencommissie is samengesteld uit: 1° een voorzitter, afgevaardigd door de Dienst van de FOD Economie;2° ten minste één effectief en één plaatsvervangend lid met technische kennis en/of vakkennis met betrekking tot diamant;3° één effectieve en één plaatsvervangende vertegenwoordiger van de Douane.

Art. 3.De evaluatieproef heeft als primaire objectieven: 1° het nagaan of de erkende deskundige nog steeds beschikt over de nodige technische kennis en vaardigheden eigen aan de functie;2° het nagaan of de erkende deskundige zich de toepasbare wetgeving en specifieke werkinstructies en procedures heeft eigen gemaakt en deze op een correcte wijze uitvoert;3° het toetsen van de beoordelingen van de erkende deskundige aan het statistische gemiddelde van de deskundigen-populatie en vaststellen van zijn statistische positie binnen deze populatie. De evaluatieproef heeft als secundaire objectieven: 1° de variatie binnen de erkende deskundigen-populatie terugdringen en streven naar de kleinst mogelijke variatie.Dit kan objectief worden gemeten aan de hand van de standaarddeviatie; 2° het kalibreren van de beoordeling van de erkende deskundige aan de markt en streven naar het samenvallen van het gemiddelde van de erkende deskundigen-populatie met het gemiddelde van de markt.

Art. 4.Het programma van de evaluatieproef wordt onderverdeeld in een theoretische proef, een praktische proef en een gesprek met de erkende deskundige.

De theoretische proef bestaat uit het schriftelijk oplossen van concrete probleemstellingen, onder meer via simulaties, waarbij alle aspecten van het beroep aan bod kunnen komen. Daarnaast wordt specifiek de kennis van de vigerende wetgeving met betrekking tot het toezicht in de diamantsector en de werkinstructies getoetst aan de hand van specifieke schriftelijke vragen.

Tijdens de praktische proef beoordelen alle erkende deskundigen een aantal speciaal uitgezochte loten. Het aantal wordt door de examencommissie in onderling overleg vastgelegd, en bedraagt minstens vijf en maximum tien loten. Eén lot, te bepalen door de examencommissie naar beschikbaarheid, moet door alle erkende deskundigen worden uitgesorteerd en gedetailleerd worden beschreven onder de vorm van een "rapport".

Het individuele gesprek met de erkende deskundigen vindt plaats wanneer alle resultaten van de proeven zijn gekend en verwerkt, ten vroegste in de week volgend op de theoretische en schriftelijke proef, tijdens de normale werkuren in functie van beschikbaarheid.

In het gesprek met de erkende deskundige gaat de examencommissie dieper in op de resultaten van de afgelegde theoretische en praktische proef en kadert deze in de statistische populatie. Er wordt belang gehecht aan efficiëntie en de coherentie in de uitvoering.

Art. 5.Op basis van alle onderdelen van de evaluatieproef werkt de examencommissie een evaluatieverslag uit per erkende deskundige met daarin aandacht voor de plaatsing van de erkende deskundige binnen de erkende deskundige-populatie, aanduiding van specifieke aandachtspunten en eventueel corrigerende maatregelen waaronder specifieke opleidingstrajecten.

Het evaluatieverslag wordt aan de erkende deskundige ter beschikking gesteld.

Art. 6.Alle gegevens die het secretariaat van de examencommissie verzamelt met betrekking tot de evaluatieproef worden vijf jaar bewaard.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 22 september 2022.

P.-Y. DERMAGNE