Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 22 juni 2010
gepubliceerd op 30 juni 2010

Ministerieel besluit tot vaststelling, voor het boekjaar 2010, van het bedrag van het inschrijvingsrecht als bedoeld in artikel 8, eerste lid, 10°, van de wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumenten

bron
federale overheidsdienst financien
numac
2010003395
pub.
30/06/2010
prom.
22/06/2010
ELI
eli/besluit/2010/06/22/2010003395/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

22 JUNI 2010. - Ministerieel besluit tot vaststelling, voor het boekjaar 2010, van het bedrag van het inschrijvingsrecht als bedoeld in artikel 8, eerste lid, 10°, van de wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumenten


De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumenten, artikel 8, eerste lid, 10°;

Gelet op het koninklijk besluit van 22 mei 2005 betreffende de dekking van de werkingskosten van de CBFA ter uitvoering van artikel 56 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten en ter uitvoering van diverse wettelijke bepalingen betreffende opdrachten van de CBFA, artikel 10bis, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 20 december 2006, en de artikelen 22 en 23, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 20 december 2006 en bij het koninklijk besluit van 23 mei 2007;

Overwegende dat, om in het register van de tussenpersonen in bank- en beleggingsdiensten als bedoeld in artikel 5, § 1, van voornoemde wet van 22 maart 2006 te worden ingeschreven en om die inschrijving te behouden, elke tussenpersoon in bank- en beleggingsdiensten, conform artikel 8, eerste lid, 10°, van die wet van 22 maart 2006, een jaarlijks inschrijvingsrecht moet betalen;

Overwegende dat, krachtens diezelfde bepaling, de Minister die bevoegd is voor Financiën, het bedrag van dat inschrijvingsrecht bepaalt volgens de door de Koning te bepalen criteria;

Overwegende dat de Koning die criteria heeft bepaald in artikel 10bis van het koninklijk besluit van 22 mei 2005 betreffende de dekking van de werkingskosten van de CBFA ter uitvoering van artikel 56 van de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten en ter uitvoering van diverse wettelijke bepalingen betreffende opdrachten van de CBFA;

Overwegende dat artikel 10bis van voornoemd koninklijk besluit van 22 mei 2005 bovendien voorziet in de toepassing van regels voor de jaarlijkse aanpassing van die bijdragen in functie van de evolutie van bepaalde parameters die nauwkeurig worden omschreven in artikel 1, § 1, tweede en derde lid, van dat koninklijk besluit van 22 mei 2005;

Overwegende dat dit besluit uitsluitend tot doel heeft de aldus door de Koning bepaalde criteria toe te passen en het bedrag van het door de tussenpersonen in bank- en beleggingsdiensten verschuldigde inschrijvingsrecht te bepalen voor het boekjaar 2010, door over te gaan tot de jaarlijkse aanpassing van dat inschrijvingsrecht conform de door de Koning ter zake vastgestelde regels;

Op voorstel van de Commissie voor het Bank-, Financie- en Assurantiewezen, Besluit :

Artikel 1.Onverminderd de artikelen 22 en 23 van het koninklijk besluit van 22 mei 2005 betreffende de dekking van de werkingskosten van de CBFA, wordt het bedrag van het inschrijvingsrecht dat verschuldigd is krachtens artikel 8, eerste lid, 10°, van de wet van 22 maart 2006 betreffende de bemiddeling in bank- en beleggingsdiensten en de distributie van financiële instrumenten, als volgt vastgesteld voor het boekjaar 2010 : - basisbedrag : 184,50 euro; - bijkomend bedrag : 27,68 euro.

Art. 2.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 22 juni 2010.

D. REYNDERS

^