21 MEI 2007. - Ministerieel besluit betreffende de kosten voor de vervanging van beschadigde effecten aan toonder van de staatsschuld

De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, Gelet op de wet van 24 juli 1921 betreffende de ongewilde buitenbezitstelling van de titels aan toonder, laatst gewijzigd bij de wet van 22 maart 1995, inzonderheid op artikel 31;

Gelet op het Ministerieel besluit van 12 december 2002 betreffende de kosten voor de vervanging van beschadigde effecten aan toonder van de Staatsschuld;

Gelet op de integrale afschaffing van het Wetboek der Zegelrechten met ingang van 1 januari 2007 waardoor het gebruik van fiscale zegels verdwijnt;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën gegeven op 17 juli 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 20 juli 2006;

Gelet op het advies 42.803/2 van de Raad van State, gegeven op 7 mei 2007;

Besluit :

Artikel 1.De kosten voor de vervanging van beschadigde effecten aan toonder van de Staatsschuld bedragen : - 1,40 EUR per effect waarvan de nominale waarde minder dan 5 000 F (123,95 EUR) bedraagt; - 5,00 EUR per effect waarvan de nominale waarde gelijk is aan of hoger is dan 5 000 F (123,95 EUR).

Deze kosten worden door de aanbieder van het effect betaald in speciën of via overschrijving op de rekening van de buitengewone Rekenplichtige van de Dienst van de Staatsschuld van de Administratie van de Thesaurie van de Federale Overheidsdienst Financiën.

Art. 2.De buitengewone Rekenplichtige van de Dienst van de Staatsschuld dient de volgende voorschriften na te leven : 1° een bescheid houden waarop, volgens een ononderbroken nummering, de te vervangen effecten onderworpen aan de kosten vermeld in artikel 1 van dit besluit, worden vermeld van zodra zij betaald zijn door de aanbieder.De vermelding omvat, benevens het volgnummer, de omschrijving van het effect, de naam of benaming van de aanbieder en het bedrag van de verschuldigde kost, op elk te vervangen effect vermeld in het bescheid aangebracht en de verschuldigde kost in de zichtbare melding "kost van * EUR betaald op aangifte", 2° binnen de maand na het verstrijken van elk burgerlijk kwartaal op het zesde registratiekantoor van Brussel een in twee exemplaren opgestelde, gedateerde en met zijn geschriften gelijkvormig verklaarde aangifte indienen die laat kennen, voor het verlopen kwartaal, het aantal vervangen effecten onderworpen aan de kost vermeld in het eerste gedachtestreepje van artikel 1 van dit besluit en het aantal vervangen effecten onderworpen aan de kost vermeld in het tweede gedachtestreepje van artikel 1 van dit besluit evenals, het totaal bedrag der verschuldigde kosten.In dezelfde termijn wordt het totaal bedrag der verschuldigde kosten overgeschreven op de postchequerekening van het zesde registratiekantoor van Brussel. Een exemplaar van de aangifte, bekleed met een ontvangstmelding, wordt teruggegeven aan de Rekenplichtige van de Dienst van de Staatsschuld.

Art. 3.De aangiften kunnen in afwijking van het artikel 2 van dit besluit ingediend worden via een internetverbinding en volgens de procedure die wordt vastgelegd door de minister van Financiën of zijn afgevaardigde.

Art. 4.Indien er, na verificatie, vergissingen of verzuimen vastgesteld worden in de aangiften, wordt bij het bevoegde kantoor bedoeld in artikel 2 van dit besluit, een bijzondere aangifte ingediend binnen de dertig dagen volgend op de datum van verificatie, die de gevolgen van de verbetering van deze vergissingen of verzuimen laat kennen. De aanvullende kosten moeten binnen de vijf werkdagen na de indiening van de bijzondere aangifte betaald worden. Ingeval van overdreven betaling wordt het teveel betaalde aangerekend op het bedrag van de volgende storting, onder voorbehoud van het controlerecht van de administratie.

Art. 5.De bestanden en bescheiden die verband houden met de kost en de periodieke aangifte, moeten bewaard worden gedurende vijf jaar, te rekenen van de laatste inschrijving.

Art. 6.Het ministerieel besluit van 12 december 2002 betreffende de kosten voor de vervanging van beschadigde effecten aan toonder van de Staatsschuld wordt opgeheven.

Art. 7.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2007.

Brussel, 21 mei 2007.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Financiën, D. REYNDERS