Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 19 maart 2008
gepubliceerd op 01 april 2008

Ministerieel besluit houdende de oprichting en de organisatie van de overlegorganen binnen de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken

bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
numac
2008000298
pub.
01/04/2008
prom.
19/03/2008
ELI
eli/besluit/2008/03/19/2008000298/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

19 MAART 2008. - Ministerieel besluit houdende de oprichting en de organisatie van de overlegorganen binnen de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken


De Minister van Binnenlandse Zaken, Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, laatst gewijzigd bij de wet van 5 juni 2004, inzonderheid op artikel 10, laatst gewijzigd bij de wet van 19 juli 1983 en op artikel 11, laatst gewijzigd bij de wet van 11 april 1999;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 9 maart 2006, inzonderheid op de artikelen 34, tweede lid, 42, § 1, tweede lid en 47, laatst gewijzigd bij het koninklijk besluit van 8 mei 2001;

Gelet op het ministerieel besluit van 5 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 240 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 200 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 210 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 220 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van de Basisoverlegcomités 210 tot 215 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (220) in het Centrum voor illegalen te Brugge van de Dienst Vreemdelingenzaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 oktober 1997;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (221) in het Centrum voor illegalen te Merksplas van de Dienst Vreemdelingenzaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 oktober 1997;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (222) voor het Transitcentrum 127 te Melsbroek van de Dienst Vreemdelingenzaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 oktober 1997;

Gelet op het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (223) voor het Transitcentrum 127bis te Steenokkerzeel van de Dienst Vreemdelingenzaken, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 27 oktober 1997;

Gelet op het ministerieel besluit van 17 november 1998 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (224) in het Centrum voor illegalen te Vottem van de Dienst Vreemdelingenzaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 11 januari 2005 tot oprichting van het basisoverlegcomité 225 bevoegd voor Bureau T van de Dienst Vreemdelingenzaken;

Gelet op het ministerieel besluit van 1 oktober 1987 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (300) voor de Raad van State, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 18 april 2006;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (201) voor de rijksambtenaren van het Provinciaal Gouvernement van Antwerpen, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 7 juli 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (202) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Henegouwen, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 7 mei 1997;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (203) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Luxemburg, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 april 1991;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (204) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Limburg, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 april 1991;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (205) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Namen, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 3 december 1996;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (206) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Brabant en van de diensten van de commissaris van de regering voor de hoofdstad van het Rijk, vice-gouverneur van de provincie Brabant, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 14 juni 1996;

Gelet op het ministerieel besluit van 14 juni 1996 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (206bis ) voor het federaal personeel van het Provinciaal Gouvernement van Vlaams-Brabant;

Gelet op het ministerieel besluit van 14 juni 1996 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (206ter ) voor het federaal personeel van het Provinciaal Gouvernement van Waals-Brabant;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (207) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Luik, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 15 juli 1998;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van een basisoverlegcomité (208) voor de rijksambtenaren van het Provinciaal Gouvernement van West-Vlaanderen, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 17 november 1998;

Gelet op het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het basisoverlegcomité (209) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Oost-Vlaanderen, laatst gewijzigd bij het ministerieel besluit van 29 april 1997;

Gelet op het gemotiveerd advies van het Hoog Overlegcomité van 30 januari 2008, Besluit : HOOFDSTUK I. - Overlegorganen voor de centrale diensten, de uitvoeringsdiensten waarvan de werkkring gans het land bestrijkt, de gewestelijke diensten van het Rijksregister, de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de identiteitskaarten, het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneurs en de Centrale Dienst voor Duitse vertaling van de FOD Binnenlandse Zaken

Artikel 1.In het gebied van het Hoog Overlegcomité dat overeenstemt met het Comité van Sector V, wordt een Tussenoverlegcomité 200 opgericht voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.

Het gebied van dit Comité omvat de overlegorganen voor de centrale diensten, de uitvoeringsdiensten waarvan de werkkring gans het land bestrijkt, de gewestelijke diensten van het Rijksregister, de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de identiteitskaarten, het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneurs en de Centrale dienst voor Duitse vertaling van de FOD Binnenlandse Zaken.

Art. 2.De Voorzitter van het Directiecomité is de voorzitter van het Tussenoverlegcomité 200.

Hij duidt, in voorkomend geval, de Directeur van de Stafdienst P & O als plaatsvervanger aan.

Art. 3.. De voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan.

Art. 4.In het gebied van Tussenoverlegcomité 200 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken worden de hierna vermelde basisoverlegcomités opgericht : a) het basisoverlegcomité (201) bevoegd voor de Stafdiensten, de Coördinatie- en Ondersteuningsdiensten, de centrale diensten van de Civiele Veiligheid, de centrale diensten van de Dienst Vreemdelingenzaken, de Raad voor Vreemdelingenbetwistingen, het Commissariaat-generaal voor de Vluchtelingen en de Staatlozen, de Regularisatiecommissie, de Algemene Directie voor Veiligheids- en Preventiebeleid, het Crisiscentrum, de Algemene Directie van de Instellingen en de Bevolking, de uitvoeringsdiensten waarvan de werkkring gans het land bestrijkt, de gewestelijke diensten van het Rijksregister en de Staatsdienst met afzonderlijk beheer belast met het beheer van de identiteitskaarten;b) het basisoverlegcomité (202) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Antwerpen;c) het basisoverlegcomité (203) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Henegouwen;d) het basisoverlegcomité (204) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Luxemburg;e) het basisoverlegcomité (205) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Limburg;f) het basisoverlegcomité (206) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Namen;g) het basisoverlegcomité (207) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur en de vice-gouverneur van het administratieve arrondissement Brussel-Hoofdstad;h) het basisoverlegcomité (208) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur en de adjunct-gouverneur van de provincie Vlaams-Brabant;i) het basisoverlegcomité (209) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Waals-Brabant;j) het basisoverlegcomité (210) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Luik;k) het basisoverlegcomité (211) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de adjunct-arrondissementscommissaris van Eupen, Malmedy, Sankt Vith en de Centrale Dienst voor Duitse Vertalingen;l) het basisoverlegcomité (212) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie West-Vlaanderen;m) het basisoverlegcomité (213) bevoegd voor het personeel dat vanuit de FOD Binnenlandse Zaken wordt ter beschikking gesteld van de diensten van de gouverneur van de provincie Oost-Vlaanderen.

Art. 5.De Directeur van de Stafdienst P & O is de voorzitter van het Basisoverlegcomité 201.

Elk van de overige in artikel 4 genoemde basisoverlegcomités (202-213) wordt voorgezeten door de gouverneur van de respectievelijke provincies, met uitzondering van het basisoverlegcomité 211 dat wordt voorgezeten door de adjunct-arrondissementscommissaris van Eupen, Malmedy, Sankt Vith en de Centrale Dienst voor Duitse Vertalingen.

De voorzitter duidt, in voorkomend geval, een plaatsvervanger aan.

Art. 6.De voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan. HOOFDSTUK II. - Overlegorganen voor de gewestelijke diensten van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken

Art. 7.In het gebied van het Hoog Overlegcomité dat overeenstemt met het Comité van Sector V, wordt een Tussenoverlegcomité 220 opgericht voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.

Het gebied van dit Comité omvat de overlegorganen voor de gewestelijke diensten van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid van de FOD Binnenlandse Zaken.

Art. 8.De Directeur-generaal van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid is de voorzitter van het Tussenoverlegcomité 220.

Hij duidt, in voorkomend geval, een plaatsvervanger aan.

Art. 9.De Voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan.

Art. 10.In het gebied van Tussenoverlegcomité 220 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken worden de hierna vermelde basisoverlegcomités opgericht: a) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Brasschaat (221);b) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Crisnée (222);c) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Ghlin (223);d) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Liedekerke (224);e) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Neufchâteau (225);f) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Jabbeke (226);g) het basisoverlegcomité bevoegd voor de Operationele Eenheid van de Civiele Veiligheid te Gembloux (227);h) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Antwerpen (228);i) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Henegouwen (229);j) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Luxemburg (230);k) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Limburg (231);l) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Namen (232);m) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie administratief arrondissement Brussel Hoofdstad (233);n) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Vlaams-Brabant (234);o) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Waals-Brabant (235);p) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Luik (236);q) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie West-Vlaanderen (237);r) het basisoverlegcomité bevoegd voor de personeelsleden van de FOD Binnenlandse Zaken van het neutrale Centrum voor Informatie en Communicatie Oost-Vlaanderen (238).

Art. 11.§ 1. Elk van de in artikel 10 genoemde basisoverlegcomités wordt voorgezeten door de Directeur-generaal van de Algemene Directie van de Civiele Veiligheid.

Hij duidt, in voorkomend geval, een personeelslid van de FOD Binnenlandse Zaken als plaatsvervanger aan. § 2. Bij de opstart van het Agentschap voor de oproepen tot de hulpdiensten zullen de onder artikel 10, h) tot r) genoemde basisoverlegcomités (228-238) worden voorgezeten door de leidinggevende ambtenaar van het Agentschap voor de oproepen tot de hulpdiensten.

Hij duidt, in voorkomend geval, een personeelslid van het Agentschap voor de oproepen tot de hulpdiensten als plaatsvervanger aan.

Art. 12.De Voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan. HOOFDSTUK III. - Overlegorganen voor de gesloten centra en Bureau T van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken van de FOD Binnenlandse Zaken

Art. 13.In het gebied van het Hoog Overlegcomité dat overeenstemt met het Comité van Sector V, wordt een Tussenoverlegcomité 240 opgericht voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken.

Het gebied van dit Comité omvat de overlegorganen voor de gesloten centra en Bureau T van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken van de FOD Binnenlandse Zaken.

Art. 14.De Directeur-generaal van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken is de voorzitter van het Tussenoverlegcomité 240.

Hij duidt, in voorkomend geval, een plaatsvervanger aan.

Art. 15.De Voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan.

Art. 16.In het gebied van Tussenoverlegcomité 240 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken worden de hierna vermelde basisoverlegcomités opgericht: a) het basisoverlegcomité (241) bevoegd voor het Centrum voor Illegalen te Brugge;b) het basisoverlegcomité (242) bevoegd voor het Centrum voor Illegalen te Merksplas;c) het basisoverlegcomité (243) bevoegd voor het Transitcentrum 127 en het INAD-Centrum te Melsbroek;d) het basisoverlegcomité (244) bevoegd voor het Repatriëringscentrum 127bis te Steenokkerzeel;e) het basisoverlegcomité (245) bevoegd voor het Centrum voor Illegalen te Vottem;f) het basisoverlegcomité (246) bevoegd voor het Bureau T van de Dienst Vreemdelingenzaken.

Art. 17.Elk van de in artikel 16 genoemde basisoverlegcomités wordt voorgezeten door de Directeur-generaal van de Algemene Directie van de Dienst Vreemdelingenzaken.

Hij duidt, in voorkomend geval, een plaatsvervanger aan.

Art. 18.De Voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan. HOOFDSTUK IV. - Overlegorgaan voor het administratief personeel van de Raad van State

Art. 19.In het gebied van het Hoog Overlegcomité dat overeenstemt met het Comité van Sector V, wordt een Basisoverlegcomité 300 opgericht, bevoegd voor het administratief personeel van de Raad van State.

Art. 20.De Eerste Voorzitter van de Raad van State is de voorzitter van het Basisoverlegcomité 300.

Hij duidt, in voorkomend geval, een plaatsvervanger aan.

Art. 21.De Voorzitter duidt, per vergadering, de overheidsafvaardiging aan. HOOFDSTUK V. - Opheffingsbepalingen

Art. 22.Worden opgeheven: a) het ministerieel besluit van 5 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 240 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;b) het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 200 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;c) het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 210 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;d) het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van een Tussenoverlegcomité 220 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;e) het ministerieel besluit van 11 januari 2005 houdende oprichting van de Basisoverlegcomités 210 tot 215 voor de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken;f) het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (220) in het Centrum voor illegalen te Brugge van de Dienst Vreemdelingenzaken en het ministerieel besluit van 27 oktober 1997 dat dit ministerieel besluit wijzigt;g) het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (221) in het Centrum voor illegalen te Merksplas van de Dienst Vreemdelingenzaken en het ministerieel besluit van 27 oktober 1997 dat dit ministerieel besluit wijzigt;h) het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (222) voor het Transitcentrum 127 te Melsbroek van de Dienst Vreemdelingenzaken en het ministerieel besluit van 27 oktober 1997 dat dit ministerieel besluit wijzigt;i) het ministerieel besluit van 31 januari 1995 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (223) voor het Transitcentrum 127bis te Steenokkerzeel van de Dienst Vreemdelingenzaken en het ministerieel besluit van 27 oktober 1997 dat dit ministerieel besluit wijzigt;j) het ministerieel besluit van 17 november 1998 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (224) in het Centrum voor illegalen te Vottem van de Dienst Vreemdelingenzaken;k) het ministerieel besluit van 11 januari 2005 tot oprichting van het Basisoverlegcomité 225 bevoegd voor Bureau T van de Dienst Vreemdelingenzaken;l) het ministerieel besluit van 1 oktober 1987 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (300) voor de Raad van State en de ministeriële besluiten van 14 maart 1989, 9 mei 1994, 1 juli 1998, 13 september 1998, 13 september 2001, 7 oktober 2002, 18 juli 2005 en 18 april 2006 die dit ministerieel besluit wijzigen;m) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (201) voor de rijksambtenaren van het Provinciaal Gouvernement van Antwerpen en de ministeriële besluiten van 15 april 1991, 20 september 1993, 30 maart 1994 en 7 juli 1999 die dit ministerieel besluit wijzigen;n) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (202) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Henegouwen en de ministeriële besluiten van 15 april 1991 en van 7 mei 1997 die dit ministerieel besluit wijzigen;o) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (203) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Luxemburg en het ministerieel besluit van 15 april 1991 die dit ministerieel besluit wijzigt;p) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (204) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Limburg en het ministerieel besluit van 15 april 1991 die dit ministerieel besluit wijzigt;q) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (205) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Namen en de ministeriële besluiten van 15 april 1991 en 3 december 1996 die dit ministerieel besluit wijzigen;r) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (206) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Brabant en van de diensten van de commissaris van de regering voor de hoofdstad van het Rijk, vice-gouverneur van de provincie Brabant en de ministeriële besluiten van 15 april 1991 en van 14 juni 1996 die dit ministerieel besluit wijzigen;s) het ministerieel besluit van 14 juni 1996 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (206bis ) voor het federaal personeel van het Provinciaal Gouvernement van Vlaams-Brabant;t) het ministerieel besluit van 14 juni 1996 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (206ter ) voor het federaal personeel van het Provinciaal Gouvernement van Waals-Brabant;u) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (207) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Luik en de ministeriële besluiten van 15 april 1991, 17 augustus 1992 en van 15 juli 1998 die dit ministerieel besluit wijzigen;v) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van een Basisoverlegcomité (208) voor de rijksambtenaren van het Provinciaal Gouvernement van West-Vlaanderen en de ministeriële besluiten van 15 april 1991 en 17 november 1998 die dit ministerieel besluit wijzigen;w) het ministerieel besluit van 25 september 1987 houdende oprichting van het Basisoverlegcomité (209) voor het Rijkspersoneel van het Provinciaal Gouvernement van Oost-Vlaanderen en de ministeriële besluiten van 15 april 1991 en 29 april 1997 die dit ministerieel besluit wijzigen.

Art. 23.Alle voorheen onder de bevoegdheid van de Minister van Binnenlandse Zaken opgerichte Basisoverlegcomités en tussenoverlegcomités worden opgeheven, met uitzondering van het Basisoverlegcomité bevoegd voor het Federaal Agentschap voor Nucleaire Controle, opgericht door het ministerieel besluit van 13 juli 2007.

Art. 24.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 19 maart 2008.

De Minister van Binnenlandse Zaken, P. DEWAEL

^