gepubliceerd op 30 januari 2004
Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor investeringen in het Vlaamse Gewest
18 NOVEMBER 2003. - Ministerieel besluit tot uitvoering van het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor investeringen in het Vlaamse Gewest
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid en E-government, Gelet op het decreet van 31 januari 2003 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid, inzonderheid op hoofdstuk I, II, XII tot en met XIV, XVI en XVII;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 juni 2003 tot bepaling van de bevoegdheden van de leden van de Vlaamse regering, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse regering van 29 augustus 2003 en 24 oktober 2003;
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor investeringen in het Vlaamse Gewest;
Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 17 november 2003;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat overeenkomstig de beslissing van 7 februari 2001 van de Europese Commissie met betrekking tot de steunmaatregelen aan middelgrote en grote ondernemingen in de regionale steungebieden (N 715/2000) er uiterlijk tot 31 december 2003 regionale steun op basis van de wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie aan deze ondernemingen verleend mag worden;
Overwegende dat overeenkomstig de beslissing van 20 juni 2001 van de Europese Commissie de horizontale bepalingen van de wet van 30 december 1970 betreffende de economische expansie uiterlijk op 31 december 2003 ingetrokken moeten worden (E1/2001);
Overwegende dat de huidige economische conjunctuur dringende maatregelen vereist om de economische expansie te bevorderen, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° decreet : het decreet van 31 januari 2003 betreffende het economisch ondersteuningsbeleid;2° besluit van de Vlaamse regering : het besluit van de Vlaamse regering van 10 oktober 2003 tot toekenning van steun aan kleine en middelgrote ondernemingen voor investeringen in het Vlaamse Gewest;3° administratie : de administratie Economie van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap;4° minister : de Vlaamse minister, bevoegd voor het economisch beleid;5° onderneming : de kleine of middelgrote onderneming, bedoeld in artikel 3, 1°, 2° en 3°, van het decreet en artikelen 2, 3 en 4 van het besluit van de Vlaamse regering;6° start van de investeringen : de datum van de eerste factuur, van de akte bij verwerving van een onroerend goed of van de leasingovereenkomst;7° beëindiging van de investeringen : de datum van de laatste factuur, van de akte bij verwerving van een onroerend goed of van de leasingovereenkomst;8° indieningsdatum van de subsidieaanvraag : de datum waarop de administratie de subsidieaanvraag ontvangt;9° website : de website van de Vlaamse Gemeenschap;10° oproep : de oproep tot indiening van de subsidieaanvraag. HOOFDSTUK II. - Oproep- en aanvraagprocedure
Art. 2.De subsidie wordt aan de onderneming toegekend volgens een wedstrijdformule met een oproepprocedure.
Art. 3.De oproep wordt beslist door de minister in een ministerieel besluit. Dit ministerieel besluit bevat minstens de volgende gegevens : 1° de periode waarbinnen de subsidieaanvraag ingediend moet worden;2° de criteria die voor de betreffende oproep van toepassing zijn;3° het gewicht dat aan elk van deze criteria wordt gegeven;4° de subsidie-enveloppe.
Art. 4.Elke oproep wordt bekendgemaakt via de website.
Art. 5.De subsidieaanvraag wordt door de onderneming ingediend via de website voor de start van de investeringen.
Art. 6.Er kan per oproep slechts één subsidieaanvraag per onderneming worden ingediend. HOOFDSTUK III. - Beslissingsprocedure
Art. 7.De administratie onderzoekt of de subsidieaanvraag voldoet aan de voorwaarden van het decreet, het besluit van de Vlaamse regering en dit besluit.
Art. 8.Als de subsidieaanvraag voldoet aan de voorwaarden, vermeld in artikel 7, wordt de onderneming hiervan via de website in kennis gesteld en wordt de onderneming verzocht om binnen vijftien kalenderdagen na ontvangst van deze inkennisstelling de verklaring op eer en de gevraagde papieren stavingsstukken op te sturen of in te dienen bij de administratie met bewijs van afgifte. De postdatum geldt als ontvangstdatum.
Art. 9.De subsidieaanvraag is ontvankelijk als de verklaring op eer en de papieren stavingsstukken tijdig zijn ontvangen en als uit onderzoek van de stavingsstukken blijkt dat de subsidieaanvraag voldoet aan de voorwaarden van het decreet, het besluit van de Vlaamse regering en dit besluit.
Art. 10.De onderneming die een onontvankelijke subsidieaanvraag heeft ingediend, wordt hiervan in kennis gesteld met vermelding van de motivering en de beroepsmogelijkheden.
Art. 11.De ontvankelijke subsidieaanvraag wordt getoetst aan de criteria, vermeld in de oproep, met toepassing van de normalisatieprocedure en toekenning van een gewicht via een wegingscoëfficiënt, zoals bepaald in artikel 18 van het besluit van de Vlaamse regering.
Art. 12.§ 1. Aan elke oproep is een vooraf bepaalde subsidie-enveloppe verbonden. § 2. Die subsidie-enveloppe wordt verdeeld over de best gerangschikte subsidieaanvragen, in afnemende volgorde tot uitputting ervan. De betreffende ondernemingen zijn in dit geval gunstig gerangschikt. § 3. Als het saldo niet voldoende is om de volgende subsidieaanvraag of subsidieaanvragen volledig te subsidiëren wordt met dit saldo geen subsidie meer toegekend. De betreffende ondernemingen zijn in dit geval niet gunstig gerangschikt.
Art. 13.De rangschikking van alle subsidieaanvragen wordt vastgesteld door de minister in een ministerieel besluit. Dit ministerieel besluit wordt op de website gepubliceerd binnen vier maanden na de uiterste indieningsdatum van de subsidieaanvraag en bevat de lijst van de gerangschikte ondernemingen met de volgende gegevens per onderneming : 1° de naam;2° gunstig of niet gunstig gerangschikt;3° de exploitatiezetel of de exploitatiezetels waar de investeringen worden uitgevoerd;4° de behaalde plaats in de rangschikking;5° de behaalde totaalscore.
Art. 14.De beslissing tot toekenning van de subsidie wordt schriftelijk betekend aan de gunstig gerangschikte onderneming, met vermelding van de motivering, de uitbetalingsmodaliteiten, de na te leven voorwaarden en de beroepsmogelijkheden.
Art. 15.§ 1. De niet gunstig gerangschikte onderneming wordt hiervan schriftelijk in kennis gesteld. Deze inkennisstelling vermeldt de motivering en de beroepsmogelijkheden. § 2. De onderneming, vermeld in § 1, kan dezelfde subsidieaanvraag indienen bij de eerstvolgende oproep, mits ze de voorwaarden naleeft die in deze eerstvolgende oproep worden vermeld. Ze behoudt evenwel de indieningsdatum van haar subsidieaanvraag van de vorige oproep. HOOFDSTUK IV. - Uitbetaling, verjaring en terugvordering
Art. 16.§ 1. De subsidie wordt uitbetaald en teruggevorderd overeenkomstig artikelen 22, 23, 24 en 25 van het besluit van de Vlaamse regering. § 2. De uitbetaling wordt door de onderneming via de website aangevraagd. HOOFDSTUK V. - Beroep
Art. 17.Het willig en oneigenlijk en hiërarchisch beroep tegen een beslissing kan ingediend worden binnen een termijn van vijftien kalenderdagen na verzending van de beslissing. De postdatum geldt als ontvangstdatum van het beroep. HOOFDSTUK VI. - Inwerkingtreding
Art. 18.Dit besluit treedt in werking op de datum van de eerste oproep tot indiening van de subsidieaanvraag.
Brussel, 18 november 2003.
De Vlaamse minister van Economie, Buitenlands Beleid en E-government, P. CEYSENS