18 DECEMBER 1998. - Ministerieel besluit tot wijziging bij het ministerieel besluit van 21 oktober 1998 houdende bijzondere maatregelen voor de identificatie en de registratie van bepaalde categorieën van honden

De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, De Minister van Landbouw en de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, Gelet op de wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren, laatst gewijzigd bij de wet van 4 mei 1995, inzonderheid het artikel 5 § 1;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 november 1994 betreffende de identificatie en de registratie van honden, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 augustus 1998, inzonderheid het artikel 2, § 4;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 februari 1997 houdende de erkenningsvoorwaarden voor hondenkwekerijen, kattenkwekerijen, dierenasielen, dierenpensions en handelszaken voor dieren, en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 19 augustus 1998;

Gelet op het ministerieel besluit van 5 februari 1998 betreffende de identificatie en de registratie van honden, gewijzigd bij het ministerieel besluit van 20 augustus 1998;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, gewijzigd bij de wetten van 9 augustus 1980, 16 juni 1989, 4 juli 1989 en 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid;

Overwegende dat de verplichte identificatie en registratie van honden op 1 september 1998 in werking is getreden;

Overwegende dat, van zodra het gecentraliseerd identificatie- en registratiesysteem voor honden beschikbaar is, dringend maatregelen moeten worden genomen om de eigenaars van bepaalde hondenrassen, die potentieel gevaarlijk kunnen zijn of tekenen van agressiviteit vertoond hebben, te responsabiliseren;

Overwegende dat de oorspronkelijke periode van twee maanden voor de identificatie, de registratie en de melding van voornoemde honden in de praktijk te kort blijkt, Besluit :

Artikel 1.In artikel 1, § 1, tweede alinea, van het ministerieel besluit van 21 oktober 1998 houdende bijzondere maatregelen voor de identificatie en de registratie van bepaalde categorieën van honden worden de woorden "1 januari 1999" vervangen door de woorden "1 maart 1999".

Art. 2.In artikel 2 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° In § 1 worden de woorden "vanaf het ogenblik dat hij geïdentificeerd en geregistreerd is" vervangen door de woorden "ten laatste wanneer hij 6 maand oud is".2° In § 2 worden de woorden "1 januari 1999" vervangen door de woorden "1 maart 1999".3° Een § 2bis wordt ingelast, luidend als volgt : "§ 2bis.De persoon die verantwoordelijk wordt van een hond ouder dan 6 maand en bedoeld in dit besluit, moet dit bij het gemeentebestuur van zijn woonplaats aangeven binnen de dertig dagen na de aanschaffing van de hond."

Art. 3.In artikel 3 van hetzelfde besluit waarvan de huidige tekst § 1 wordt, wordt een § 2 bijgevoegd luidend als volgt : « § 2. De bepalingen van dit besluit zijn niet van toepassing op honden die tijdelijk gehouden worden door verantwoordelijken van dierenasielen of dierenpensions die erkend zijn krachtens het koninklijk besluit van 17 februari 1997 houdende de erkenningsvoorwaarden voor hondenkwekerijen, kattenkwekerijen, dierenasielen, dierenpensions en handelszaken voor dieren, en de voorwaarden inzake de verhandeling van dieren. »

Art. 4.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 18 december 1998.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Binnenlandse Zaken, L. VAN DEN BOSSCHE De Minister van Landbouw en van de Kleine en Middelgrote Ondernemingen, K. PINXTEN