gepubliceerd op 20 maart 2002
Ministerieel besluit betreffende het merken van minerale oliën voor fiscale doeleinden
14 MAART 2002. - Ministerieel besluit betreffende het merken van minerale oliën voor fiscale doeleinden
De Minister van Financiën, Gelet op de wet van 22 oktober 1997 betreffende de structuur en de accijnstarieven inzake minerale olie (1), gewijzigd bij de wet van 4 mei 1999 (2), inzonderheid op artikelen 18 en 19;
Gelet op het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie (3), gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 april 1995 (4), 12 september 1996 (5), 24 december 1996 (6), 2 september 1998 (7), 16 oktober 1998 (8), 12 maart 1999 (9) en 1 december 1999 (10), inzonderheid op de artikelen 20, 1° en 6°, 21, § 1, 22, § 2, 23, 24, § 1, 1°, en 30, § 1;
Gelet op de richtlijn 95/60/EG van de Raad van 27 november 1995 betreffende het merken van gasolie en kerosine voor fiscale doeleinden (11);
Gelet op de beschikking 2001/574/EG van de Commissie van 13 juli 2001 tot vaststelling van een gemeenschappelijke merkstof voor gasolie en kerosine voor fiscale doeleinden (12);
Gelet op het advies van de Douaneraad van de Belgisch-Luxemburgse Economische Unie;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende het feit dat de marktdeelnemers, omwille van logistieke redenen, zo spoedig mogelijk in kennis dienen te worden gesteld van de nieuwe regels betreffende het merken van minerale oliën, dat, in deze omstandigheden, dit besluit dus onverwijld moet worden getroffen, Besluit :
Artikel 1.§ 1. Artikel 20, 1°, van het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 april 1995, 12 september 1996, 24 december 1996, 2 september 1998, 16 oktober 1998, 12 maart 1999 en 1 december 1999 wordt vervangen als volgt : «
Art. 20.1°. Aan uit belastingentrepot uitgeslagen of ingevoerde kerosine en gasolie, gebruikt voor : - industriële en commerciële toepassingen; - verwarmingsdoeleinden; - de vrijstellingsbestemmingen bedoeld bij artikel 16 van de wet; - brandstof voor de vaart op niet-communautaire wateren, moet minimum 6 gram en maximum 9 gram merkstof "Solvent Yellow 124" zoals die is omschreven in de "Colour Index International", per 1 000 liter olie bij 15 °C en, wat gasolie betreft, een hoeveelheid rode kleurstof die voldoende moet zijn om aan de olie een goed merkbare en blijvende rode kleur te geven, worden toegevoegd.
Onder "Colour Index International", moet worden verstaan, de index gepubliceerd door de "Society of Dyers and Colourists" te Bradford -West Yorkshire in Groot-Brittannië. » § 2. In de artikelen 20, 6°, 21, §§ 1 en 2, 23 en 30 van hetzelfde besluit wordt het woord "furfurol" vervangen door de woorden "Solvent Yellow 124". § 3. In artikel 22, § 2, van hetzelfde besluit, wordt het woord "gefurfuroleerde" vervangen door het woord "gemerkte". § 4. Artikel 24, § 1, 1°, van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : « Art. 24, § 1, 1°. Aan uit belastingentrepot uitgeslagen of ingevoerde zware stookolie bestemd om gebruikt te worden in scheepsdieselmotoren, die een cetaanindex volgens de methode ASTM D 976 heeft van ten minste 35 en een viscositeit, uitgedrukt in 10-6 m2 s-1, bepaald volgens de methode ASTM D 445, van niet meer dan 14 bij 40 °C, dient minimum 6 gram en maximum 9 gram merkstof "Solvent Yellow 124" bedoeld in artikel 20, 1°, te worden gevoegd per 1 000 kilogram en, indien de olie een natuurlijke kleur vertoont van 5,0 of minder, bepaald volgens de methode ASTM D 1500, een voldoende hoeveelheid rode kleurstof om aan het product een goed merkbare en blijvende rode kleur te geven. »
Art. 2.Een artikel 20bis, luidend als volgt, wordt ingevoegd in het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 april 1995, 12 september 1996, 24 december 1996, 2 september 1998, 16 oktober 1998, 12 maart 1999 en 1 december 1999 : «
Art. 20bis.Tussen 1 april 2002 en 31 juli 2002, mag een combinatie van furfurol en van de merkstof "Solvent Yellow 124" zoals die is omschreven in de "Colour Index International", toegevoegd worden, in de verhouding van de volgende minimumhoeveelheid : Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Onder "Colour Index International" moet worden verstaan, de index gepubliceerd door de "Society of Dyers and Colourists" te Bradford-West Yorkshire in Groot-Brittannië. »
Art. 3.Een artikel 23bis, luidend als volgt, wordt ingevoegd in het ministerieel besluit van 28 december 1993 betreffende het accijnsstelsel van minerale olie, gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 5 april 1995, 12 september 1996, 24 december 1996, 2 september 1998, 16 oktober 1998, 12 maart 1999 en 1 december 1999 : «
Art. 23bis.Onverminderd de bepalingen van artikel 20, 1°, is het verboden kerosine of gasolie die sporen van furfurol bevat te gebruiken voor andere doeleinden dan : - industriële en commerciële toepassingen; - verwarming; - vrijstellingsbestemmingen bedoeld in artikel 16 van de wet; - brandstof voor de vaart op niet-communautaire wateren. »
Art. 4.Dit besluit treedt in werking op 1 augustus 2002 met uitzondering van artikel 2 dat in werking treedt op 1 april 2002.
Brussel, 14 maart 2002.
D. REYNDERS _______ Nota's (1) Belgisch Staatsblad van 20 november 1997;(2) Belgisch Staatsblad van 29 mei 1999;(3) Belgisch Staatsblad van 7 januari 1994;(4) Belgisch Staatsblad van 20 april 1995;(5) Belgisch Staatsblad van 20 september 1996;(6) Belgisch Staatsblad van 31 december 1996;(7) Belgisch Staatsblad van 11 en 22 september 1998;(8) Belgisch Staatsblad van 23 oktober 1998;(9) Belgisch Staatsblad van 23 maart 1999;(10) Belgisch Staatsblad van 14 december 1999;(11) Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 291 van 6 december 1995; (12) Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen L 203 van 28 juli 2001.