14 JULI 2005. - Ministerieel besluit houdende delegatie van handtekening aan de Voorzitter van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid

De Minister van Wetenschapsbeleid, Gelet op de wetten op de Rijkscomptabiliteit, gecoördineerd op 17 juli 1991;

Gelet op de wet van 22 juli 1993 houdende bepaalde maatregelen inzake ambtenarenzaken zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 2 oktober 1937 houdende statuut van het Rijkspersoneel, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 7 augustus 1939 betreffende de evaluatie en de loopbaan van het Rijkspersoneel, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het Koninklijk besluit van 21 april 1965 tot vaststelling van het statuut van het wetenschappelijke personeel der wetenschappelijke inrichtingen van de Staat, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit 24 januari 1969 betreffende de schadevergoeding ten gunste van personeelsleden van de overheidssector, voor arbeidsongevallen en voor ongevallen op de weg naar en van het werk, inzonderheid op artikel 9, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 30 april 1999 tot vaststelling van het statuut van het administratief en technisch personeel van de wetenschappelijke instellingen van de Staat;

Gelet op het koninklijk besluit nr. 46 van 10 juni 1982 betreffende de cumulaties van beroepsactiviteiten in sommige openbare diensten, inzonderheid artikel 3, § 2, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 17 juni 1992 houdende machtiging aan de Minister die de nationale wetenschappelijke en culturele instellingen onder zijn bevoegdheid heeft, inzonderheid op artikel 2, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 14 oktober 1996 betreffende het voorafgaand toezicht en de overdracht van bevoegdheid inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake toekenning voor openbare werken op federaal niveau, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 februari 2000 tot vaststelling van de organieke voorschriften voor het financieel en materieel beheer van de wetenschappelijke instellingen van de Staat die ressorteren onder de Minister tot wiens bevoegdheid het Wetenschapsbeleid behoort, als Staatsdiensten met afzonderlijk beheer, zoals tot op heden gewijzigd;

Gelet op het ministerieel besluit van 23 september 1999 houdende delegatie van handtekening aan de Secretaris-generaal van de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden, zoals tot op heden gewijzigd, Besluit : HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen

Artikel 1.Aan de Voorzitter van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid, hierna noemt de Voorzitter, wordt delegatie van handtekening verleend voor de handelingen vermeld in dit besluit.

Art. 2.Wanneer dit besluit het uitdrukkelijk voorziet, kan de Voorzitter ambtenaren en instellingshoofden aanduiden die belast worden met het ondertekenen, in zijn plaats, van de in artikel 1 genoemde handelingen.

Art. 3.In geval van verhindering of vooraf meegedeelde afwezigheid van de Voorzitter, worden de in artikel 1 van dit besluit voorziene machtigingen overdragen aan houder van een management- of staffunctie of een ambtenaar-niveau A, die, met voorafgaande instemming van de Minister van Wetenschapsbeleid door de Voorzitter wordt aangewezen.

Art. 4.De in de voorgaande artikelen aangewezen ambtenaren zullen tekenen : NAMENS DE MINISTER, De (titel of graad) (handtekening) (voornaam en naam) HOOFDSTUK II. - Delegaties betreffende personeelsaangelegenheden

Art. 5.De Voorzitter wordt aangewezen voor : 1. het vacant verklaren van de betrekkingen, met inbegrip van het definiëren van het gewenste profiel, in de niveaus B, C en D;2. a) het toelaten tot de stage, het benoemen, het bevorderen door de verhoging in graad en in weddenschaal, het ontslaan van de ambtenaren van de niveaus B, C en D en het machtigen van deze ambtenaren om hun rechten op het pensioen te doen gelden;b) het bevorderen door de verhoging in weddenschaal van de ambtenaren van niveau A;3. het afnemen van de eed van de ambtenaren met uitzondering van de houders van de managementfuncties en de staffuncties;4. het vaststellen van de wedde van de personeelsleden, met uitzondering van het bepalen en het wijzigen van de weddenschaal van elk contractueel personeelslid dat rechtstreeks aangeworven is door de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid;5. het verlenen van toestemming voor de uitoefening van een hoger ambt in een ambt van de klassen A1 en A2 of van de niveaus B, C en D;6. het vaststellen van het bedrag van de plaatsvervangings- of waarnemingstoelage van de ambtenaren belast met de uitoefening van hogere functies;7. het ondertekenen van de arbeidsovereenkomsten van het contractuele personeel, na akkoord van de Minister van Wetenschapsbeleid wat betreft de contractuelen, aangeworven voor bijkomende of specifieke opdrachten van niveau A van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid;8. het oordelen in laatste instantie of het ongeval waarvan een lid van het personeel van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid verklaart slachtoffer te zijn, al dan niet beschouwd moet worden als een arbeidsongeval of ongeval op de weg van of naar het werk;9. de toestemming geven voor opdrachten in verband met de zitting in organen van internationale en intergouvernementele organisaties.10. het toekennen van toelagen en vergoedingen aan de personeelsleden;11. het verlenen van de jaarlijkse toelating voor het gebruik van een eigen voertuig voor dienstredenen;12. het uitwerken van het onthaal- en vormingsprogramma van de personeelsleden;13. het aanduiden, inzake tuchtzaken, van de ambtenaar van niveau A om het betwiste voorstel te verdedigen voor de departementale of interdepartementale raad van beroep;14. het schorsen in het belang van de dienst van de ambtenaren van de niveaus A, B, C en D;15. het toestaan van cumulaties van beroepsactiviteiten aan de personeelsleden van de niveaus A, B, C en D;16. het voorstellen en vaststellen van het bedrag van de toe te kennen rente in geval van blijvende invaliditeit ten gevolge van een arbeidsongeval of een ongeval op de weg van en naar het werk;17. het vaststellen van de in de privé-sector en als zelfstandige verrichte diensten, die in aanmerking worden genomen voor het bepalen van de pecuniaire anciënniteit;18. het toekennen van de vergoeding voor het gebruik van een fiets op de weg naar het werk.

Art. 6.De Voorzitter van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid kan een ambtenaar aanwijzen die belast wordt met het ondertekenen in zijn plaats, van de handelingen bedoeld in artikel 5 van dit besluit met uitzondering van de punten 1°, 2°, 3° 5°, 7°, 13°et 14°. HOOFDSTUK III. - Delegaties betreffende het financieel beheer en de Overheidsopdrachten

Art. 7.De Voorzitter wordt aangewezen voor : 1. het sluiten, vastleggen en goedkeuren, in de hoedanigheid van ordonnateur en ten belope van een bedrag dat niet hoger is dan 125.000 EUR (excl. BTW) per akte, van de contracten en de opdrachten ten laste van de kredieten van de organisatie-afdelingen 21, 60 en 61 van de begroting van de Programmatorische federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid, na akkoord van de Minister van Wetenschapsbeleid, wat betreft de volgende basisallocaties : 46.21.01.1221 46.60.11.1216 46.60.21.1218 46.60.22.1220 46.60.37.1212 2. de contracten, de aanhangsels, de bestelbrieven, de vastleggingsbulletins en de administratieve stukken die nodig zijn voor de uitvoering van de beslissingen van de Minister van Wetenschapsbeleid. Voor de basisallocatie 60.11.12.51 moeten de contracten en de vastleggingsbulletins ondertekend worden door de Minister van Wetenschapsbeleid; 3. het ter beschikking stellen van de dotaties aan de Staatsdiensten met afzonderlijk beheer waarvoor de Minister van Wetenschapsbeleid bevoegd is en die zijn opgenomen in de overeenstemmende basisallocaties van de organisatie-afdelingen 60 en 61 van de begroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid;4. het overmaken van de dotaties aan de Vlaamse en Franse Gemeenschap voor de financiering van het universitair onderwijs dat wordt verstrekt aan de buitenlandse studenten, die zijn opgenomen in organisatie-afdeling 61, programma 6 van de begroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid;5. het vastleggen en betalen van de toelagen van alle aard ingeschreven in de organisatie-afdelingen 60 en 61 van de begroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid en waarvan het bedrag en de berekeningswijze is vastgelegd bij wet, koninklijk besluit of ministerieel besluit;6. het ondertekenen van de ordonnanties van betalingen en van de ordonnanties van geldvoorschotten;7. het goedkeuren van de uitgaven en rekeningen van de buitengewoon rekenplichtige(n) van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid 8.het goedkeuren van de betalingsstaten betreffende de voor het vervoer van ambtenaren gebruikte reisorders en van de kostenstaten betreffende de zendingen.

Art. 8.De Voorzitter van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid kan een ambtenaar aanwijzen die belast wordt met het ondertekenen in zijn plaats, van het geheel of een gedeelte van de handelingen bedoeld in artikel 7. HOOFDSTUK IV. - Delegaties betreffende de Wetenschappelijke instellingen die ressorteren onder de Minister van Wetenschappelijk Onderzoek

Art. 9.Voor wat betreft het statutair personeel en het contractueel personeel ten laste van de organisatie-afdeling 60, programma 3 van de begroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid, wordt de Voorzitter aangewezen voor de handelingen bedoeld in artikel 5;

Art. 10.§ 1 - De Voorzitter van Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid kan een ambtenaar van de dienst aanwijzen die belast wordt met het ondertekenen in zijn plaats, van het geheel of een gedeelte van de handelingen bedoeld in artikel 9; § 2- In afwijking van artikelen 9 en 10, § 1, wordt elk instellingshoofd aangewezen voor het ondertekenen van de handelingen bedoeld in artikel 5, 3°, 11°, 12° en 18° voor het personeel dat in zijn instelling tewergesteld is; § 3 - In afwijking van artikelen 9 en 10, § 1 verleent elk instellingshoofd toelating voor binnen- en buitenlandse dienstreizen van het personeel dat in zijn instelling tewerkgesteld is; HOOFDSTUK V. - Andere delegaties

Art. 11.De Voorzitter wordt aangewezen voor : 1. het voor eensluidend verklaren van uittreksels of kopieën van besluiten, contracten of archiefstukken;2. het ondertekenen van het « goed voor drukken » aan het Belgisch Staatsblad voor de publicatie van besluiten en uittreksels van besluiten; 3. het verlenen van toestemming voor buitenlandse zendingen die geïmputeerd worden op de basisallocatie 60.23.12.02 van de begroting van de Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschaps beleid.

Art. 12.De Voorzitter van Programmatorische Federale Overheidsdienst Wetenschapsbeleid kan een ambtenaar aanwijzen die belast wordt met het ondertekenen in zijn plaats, van de handelingen bedoeld in artikel 11 van dit besluit. HOOFDSTUK VI. - Slotbepalingen

Art. 13.Het ministerieel besluit van 23 september 1999 houdende delegatie van handtekening aan Secretaris-generaal van de Federale diensten voor wetenschappelijke, technische en culturele aangelegenheden wordt opgeheven.

Art. 14.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 15 juli 2005.

Art. 15.Een kopie van dit besluit zal ter informatie aan het Rekenhof gestuurd worden.

Brussel, 14 juli 2005.

M. VERWILGHEN