gepubliceerd op 16 mei 2019
Ministerieel besluit houdende de nadere regels over de diverse hoedanigheden van het rechtgevende kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslagen, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen
VLAAMSE OVERHEID
Welzijn, Volksgezondheid en Gezin
13 MAART 2019. - Ministerieel besluit houdende de nadere regels over de diverse hoedanigheden van het rechtgevende kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslagen, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen
DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN, Gelet op de bijzondere
wet van 8 augustus 1980Relevante gevonden documenten
type
wet
prom.
08/08/1980
pub.
11/12/2007
numac
2007000980
bron
federale overheidsdienst binnenlandse zaken
Bijzondere wet tot hervorming der instellingen. - Officieuze coördinatie in het Duits
sluiten tot hervorming der instellingen, artikel 20, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993;
Gelet op het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid, artikel 8, § 1, eerste lid, 1°, en vierde lid, § 2, tweede lid, en § 3, tweede lid;
Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 18/12/2018 numac 2018014824 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de diverse hoedanigheden van het rechtgevend kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslagen, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen sluiten tot vaststelling van de diverse hoedanigheden van het rechtgevend kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslagen, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen, artikel 2, vierde lid, artikel 20, § 1, derde lid, en § 4, derde lid, artikel 26, § 1, derde lid,, en § 4, derde lid, artikel 35, § 1, derde lid en § 3, derde lid, en artikel 49;
Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 14 december 2018;
Gelet op advies 65.267/1 van de Raad van State, gegeven op 25 februari 2019, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, Besluit :
Artikel 1.In dit besluit wordt verstaan onder: 1° agentschap: het agentschap, vermeld in artikel 3, § 1, 4°, van het decreet van 27 april 2018Relevante gevonden documenten type decreet prom. 27/04/2018 pub. 31/07/2018 numac 2018040369 bron vlaamse overheid Decreet tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid sluiten tot regeling van de toelagen in het kader van het gezinsbeleid;2° besluit van 5 oktober 2018: het besluit van de Vlaamse Regering van 5 oktober 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 05/10/2018 pub. 18/12/2018 numac 2018014824 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de diverse hoedanigheden van het rechtgevend kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslagen, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen sluiten tot vaststelling van de diverse hoedanigheden van het rechtgevend kind en betreffende de vrijstellingen van de toekenningsvoorwaarden voor de gezinsbijslag, de startbedragen geboorte en adoptie en de universele participatietoeslagen.
Art. 2.In uitvoering van artikel 2, vierde lid, van het besluit van 5 oktober 2018 wordt het kind in de volgende situaties geacht te voldoen aan de voorwaarde van toegelaten of gemachtigd verblijf: 1° het kind dat het slachtoffer is van mensenhandel- of smokkel, geattesteerd door een door de federale overheid erkend centrum dat gespecialiseerd is in het onthaal van slachtoffers van mensenhandel of op het grondgebied verblijvend door middel van een attest van immatriculatie;2° een niet-begeleide minderjarige die op het grondgebied verblijft door middel van een attest van immatriculatie;3° voor het kind dat niet toegelaten of gemachtigd is in België te verblijven of er zich te vestigen, waarvan één van de ouders Belg is of toegelaten of gemachtigd is in België te verblijven of er zich te vestigen. EU-onderdanen en de onderdanen van Noorwegen, IJsland, Liechtenstein en Zwitserland die toegelaten of gemachtigd zijn in België te verblijven of er zich te vestigen, worden beschouwd dat te zijn vanaf de dag van de aanvraag tot inschrijving of de verklaring van inschrijving.
Art. 3.Het onderzoek, vermeld in artikel 20, § 1, tweede lid, artikel 20, § 4, tweede lid, artikel 26, § 1, tweede lid, artikel 26, § 4, tweede lid, artikel 35, § 1, tweede lid, en artikel 35, § 3, tweede lid, van het besluit van 5 oktober 2018, wordt uitgevoerd door de evaluerende arts van Kind en Gezin, vermeld in artikel 1, 3°, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2018Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 07/12/2018 pub. 21/12/2018 numac 2018015480 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag sluiten betreffende de nadere regels voor het verkrijgen van een zorgtoeslag.
Art. 4.De algemene vrijstelling, vermeld in artikel 49 van het besluit van 5 oktober 2018, is van toepassing op elk beroepsactief personeelslid van een openbare overheid in België.
Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2019.
Brussel, 13 maart 2019.
De Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin, J. VANDEURZEN