gepubliceerd op 25 maart 2004
Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het indienen van de erkenningsaanvraag van de instanties belast met de beoordeling van de conformiteit of de geschiktheid voor het gebruik van interoperabele onderdelen of met het inleiden van de EG-keuringsprocedure van de subsystemen in het kader van de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem
12 FEBRUARI 2004. - Ministerieel besluit betreffende de modaliteiten voor het indienen van de erkenningsaanvraag van de instanties belast met de beoordeling van de conformiteit of de geschiktheid voor het gebruik van interoperabele onderdelen of met het inleiden van de EG-keuringsprocedure van de subsystemen in het kader van de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem
De Minister van Mobiliteit, Gelet op het koninklijk besluit van 15 mei 2003 betreffende de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op de hoogdringendheid gerechtvaardigd door : - de noodzaak om de aan de lid-Staten toegekende omzettingstermijn te eerbiedigen om op zijn minst de overschrijding ervan binnen de perken te houden, teneinde te vermijden dat de vertraging tot gevolg zou hebben dat de Europese Commissie een procedure tot ingebrekestelling tegen de Belgische Staat zou inzetten wegens niet omzetting van de richtlijn 2001/16/EG van het Europees Parlement en van de Raad betreffende de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem en dat de verantwoordelijkheid van de Staat niet in het geding zou komen voor het niet naleven van zijn verplichtingen; - de noodzaak om onmiddellijk over duidelijke uitvoeringsregels te beschikken betreffende de modaliteiten voor het indienen van de erkenningsaanvraag voor de instanties belast met de beoordeling van de conformiteit of de geschiktheid voor het gebruik van interoperabele onderdelen of met het inleiden van de EG-keuringsprocedure van de subsystemen in het kader van de interoperabiliteit van het conventionele trans-Europese spoorwegsysteem; - de noodzaak om onmiddellijk alle maatregelen te treffen die toelaten een hoge veiligheidsgraad voor het spoorverkeer te waarborgen;
Gelet op de wetten op de Raad van State gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen door de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd door de wet van 4 augustus 1996, Besluit :
Artikel 1.De erkenningsaanvraag wordt per aangetekende brief met ontvangstbewijs gestuurd naar de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, Directoraat-generaal Vervoer te Land, Directie Spoorvervoer, Kantersteen 12, te 1000 Brussel.
Art. 2.De aanvraag gaat vergezeld van de documenten en stukken die staven dat de instantie voldoet aan de bepalingen bedoeld in het artikel 28 en aan bijlage VII van het bovengenoemde koninklijk besluit van 15 mei 2003.
Art. 3.De aanvraag vermeldt voor welk(e) type(s) interoperabele onderdelen de erkenning tot het beoordelen van hun conformiteit of hun geschiktheid voor gebruik wordt gevraagd of voor welk(e) type(s) subsystemen om erkenning voor het uitvoeren van keuringsprocedures wordt verzocht.
Art. 4.De aanvrager verstrekt op verzoek van het Directoraat-generaal Vervoer te Land van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, Directie Spoorvervoer, alle inlichtingen die het mogelijk maken te beoordelen of hij aan de erkenningsvoorwaarden voldoet.
Art. 5.§ 1. De documenten en stukken overgezonden door de aanvrager in het kader van dit besluit dienen te bestaan uit één origineel en twee kopieën. § 2. Alle documenten en stukken die door de aanvrager in het kader van dit besluit in een buitenlandse taal worden overgezonden, met uitzondering van de zuiver technische specificaties, moeten worden vergezeld van een vertaling in één van de drie landstalen, die op kosten van de aanvrager door een beëdigd vertaler is gemaakt.
Brussel, 12 februari 2004.
B. ANCIAUX