gepubliceerd op 13 januari 2001
Ministerieel besluit betreffende het overdragen van bevoegdheid van de Minister van Binnenlandse Zaken aan bepaalde overheden van de federale politie inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake het doen van diverse uitgaven
9 JANUARI 2001. - Ministerieel besluit betreffende het overdragen van bevoegdheid van de Minister van Binnenlandse Zaken aan bepaalde overheden van de federale politie inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake het doen van diverse uitgaven
De Minister van Binnenlandse Zaken, Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, inzonderheid op artikel 6;
Gelet op de wetten op de rijkscomptabiliteit, gecoördineerd bij het koninklijk besluit van 17 juli 1991, inzonderheid op de artikelen 28 en 71;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 oktober 1996 betreffende het voorafgaand toezicht en de overdracht van bevoegdheid inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake de toekenning van concessies voor openbare werken op federaal niveau, inzonderheid op de artikelen 6 tot en met 10;
Gelet op het advies van de inspecteur van financiën, gegeven op 19 december 2000;
Gelet op het eensluidend advies van de Minister van Justitie, gegeven op 8 januari 2001, Besluit : HOOFDSTUK I. - Definities
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° de minister : de minister van Binnenlandse Zaken;2° de wet : de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten;3° het koninklijk besluit : het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken;4° gecentraliseerd ordonnateur : een door de minister gemachtigd titularis van een ambt bij een in overheidsopdrachten gespecialiseerde dienst die instaat voor de gunning ten voordele van de federale politie en, op vraag, van de lokale politie;5° gedecentraliseerd ordonnateur : een door de minister gemachtigd titularis van een ambt bij de federale politie die opdrachten gunt voor zijn eigen dienst;6° diverse uitgave : uitgave die geen betrekking heeft op overheidsopdrachten en die evenmin voortvloeit uit de uitvoering van wets- of reglementsbepalingen;7° verbruiksprogramma : detail van de administratieve begroting van de federale politie en de geïntegreerde werking, opgesplitst naar de wijze van het verbruik van de kredieten;8° aanvraag tot voorafgaand akkoord : document waarop de gemachtigde ordonnateur het voorwerp van de opdracht, de keuze van gunningswijze en de budgettaire aanrekening acteert na in de wettelijk voorziene gevallen het voorafgaand advies ingewonnen te hebben van de autoriteiten belast met de administratieve en begrotingscontrole alsook het voorafgaand akkoord van de Ministerraad verkregen te hebben en na het voorafgaand akkoord verkregen te hebben van de minister in de bij dit ministerieel besluit bepaalde gevallen. HOOFDSTUK II. - Overdracht van bevoegdheid inzake overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten Afdeling 1. - Bepalingen toepasselijk op alle opdrachten
Art. 2.Overdracht van bevoegdheid wordt verleend aan de ordonnateurs, titularissen van de ambten, aangewezen in de bij dit besluit gevoegde tabellen en dit binnen de perken van de bedragen vermeld in de kolommen van de tabellen 1 en 2.
De bevoegdheden van de directeurs-generaal in de tabel 1 worden voor de uitgaven op de begroting van 2001 evenwel beperkt tot 200.000,- Bef.
De commissaris-generaal en de directeurs-generaal mogen de bevoegdheid van gedecentraliseerd ordonnateur, toegekend aan de directies die hen hiërarchisch ondergeschikt zijn, beperken.
Art. 3.Onverminderd het voorafgaand advies van de inspectie van financiën en het voorafgaand toezicht van de Ministerraad en voor zover het voorwerp van de opdracht opgenomen is in het door de minister vooraf goedgekeurde verbruiksprogramma of bij ontstentenis van het verbruiksprogramma door goedkeuring over het voorwerp van de opdracht zelf, omvat de overdracht van bevoegdheid : 1° het voorbereiden van de opdracht binnen de perken van de bedragen van tabel 1 : a) het kiezen van de gunningswijze van de opdracht;b) het goedkeuren van de bestekken of van de als zodanig geldende bescheiden;c) het inzetten van de procedure;d) het aanwijzen van de dienst belast met de evaluatie en van de dienst of van de leidende ambtenaar belast met de leiding van en het toezicht op de uitvoering van de opdrachten. De voorafgaande goedkeuring van het voorwerp van de opdracht door de minister is niet vereist wanneer de uitgave de bedragen bepaald in artikel 120 van het koninklijk besluit niet overschrijdt.
Voor de overheidsopdrachten waarvan de geschatte bedragen de in tabel 1, regel 1.a. weergegeven drempels overschrijden, moet een aanvraag tot voorafgaand akkoord aan de minister gericht worden. De directeur van de aankoopdienst heeft een onbeperkte overdracht voor het overblijvende; 2° de selectie van de kandidaten voor een opdracht binnen de perken van de bedragen van tabel 1;3° het al dan niet gunnen van de opdracht met inbegrip van het ondertekenen van de bestelbrief of het contract binnen de perken van de bedragen van tabel 1.Voor de overheidsopdrachten waarvoor de minister ordonnateur is, mag de directeur van de aankoopdienst de deelname van een inschrijver opschorten tot de definitieve beslissing van de minister indien blijkt dat de inschrijving niet conform is op administratief vlak of niet beantwoordt aan de essentiële bestekbepalingen en/of zijn bijlagen; 4° het uitvoeren van de door de ordonnateur zelf gegunde opdracht : a) het wijzigen van de opdracht via bijakte, zonder dat het voorwerp van de opdracht wordt veranderd, zo nodig mits een rechtvaardige compensatie en voor zover het bedrag van de bijakte niet hoger is dan dit van de bevoegdheidsoverdracht tot de onderhandelings-procedure zonder bekendmaking.Zijn er verschillende bijakten, dan geldt deze bevoegdheid slechts voor zover de som van de bedragen van de verschillende bijakten niet hoger is dan die van zijn bevoegdheidsoverdracht tot onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking; b) het aangaan van dadingen;c) het treffen van de beslissingen inzake de toepassing van de maatregelen van ambtswege;d) het aanvaarden mits minderwaarde van de partijen die niet overeenstemmen met hetgeen contractueel bedongen werd;e) het treffen van een beslissing inzake een teruggave of weigering van teruggave van boeten wegens laattijdige uitvoering. De directeur van de aankoopdienst van de federale politie staat in voor de uitvoering van de door de minister gegunde opdrachten met uitzondering van : a) de bijakten met een financiële weerslag boven het bedrag bepaald in artikel 120 van het koninklijk besluit of de bijakten die betrekking hebben op bepalingen die determinerend waren bij de gunning;b) de maatregelen van ambtswege;c) de dadingen, het aanvaarden mits minderwaarde en de kwijtschelding of weigering van teruggave van boeten boven de in tabel 2 vermelde drempels.
Art. 4.Voor de opdrachten waarvan het bedrag 200.000 BEF overtreft, is, behoudens de in het tweede lid vermelde afwijkingen, het voorafgaand advies vereist van de commissaris-generaal of van de door hem hiertoe aangewezen controleautoriteit inzake de wettelijkheid en de regelmatigheid van de uitgave.
Het voorafgaand advies is niet vereist voor de uitgaven gedaan door de verbindingsofficier in het buitenland en voor de uitgaven gedaan door het hoofd van een dienst met opdracht belast in het buitenland ter uitvoering van artikel 8.
Het komt de commissaris-generaal toe een voldoende controle te organiseren inzake de uitoefening van de overdracht voor de overheidsopdrachten waarvan het bedrag 200.000 BEF niet overtreft.
Art. 5.Voor het bepalen van de delegatie dient het bedrag van de overheidsopdrachten te worden geraamd volgens de regels vastgesteld door de artikelen 2, 28 of 54 van het koninklijk besluit.
Volgende bijzonderheden dienen in acht te worden genomen : 1° in geval van aanvullende werken, leveringen of diensten te gunnen bij onderhandelingsprocedure in de voorwaarden van artikel 17, § 2, 2°, a en 3°, b, van de wet, wordt ook het bedrag van de hoofdopdracht in aanmerking genomen;2° voor de ruilovereenkomsten geldt voor het bepalen van de delegaties in alle stadia het dubbel van de geschatte ruilwaarde;3° voor de bijakte, de dading, het aanvaarden van minderwaarde en de kwijtschelding of de weigering van teruggave van boeten wegens laattijdige uitvoering, is het in rekening te brengen bedrag het effectieve bedrag van de bijakte, de dading, de minderwaarde of de boete. Afdeling 2. - Bepalingen toepasselijk op sommige opdrachten
Onderafdeling 1. - Ruilovereenkomsten
Art. 6.De directeur van de aankoopdienst van de federale politie heeft de bevoegdheid om ruilovereenkomsten voor te bereiden, te gunnen en uit te voeren, mits naleving van de begrotingswet, van de wetgeving op de overheidsopdrachten en volgens de voorschriften omschreven in afdeling 1.
Onderafdeling 2. - Bijzondere procedures
Art. 7.Voor het gunnen van opdrachten van werken, leveringen en diensten door of voor andere publiekrechtelijke personen, kan die samenwerking alleen geschieden via de directeur van de aankoopdienst van de federale politie.
Art. 8.In uiterst dringende omstandigheden, in omstandigheden die niet de mogelijkheid bieden een overheid aangewezen in tabel 1 te laten optreden en indien het personeel met opdracht is in het buitenland, heeft de overheid die de dienst beveelt overdracht van bevoegdheid om opdrachten te gunnen die noodzakelijk zijn om : - mensenlevens te beschermen; - te voorzien in de medische verzorging, het vervoer of de repatriëring van het personeel onder zijn bevel; - de gebruiksveiligheid van het materieel en de goede uitvoering van de opdracht te verzekeren. HOOFDSTUK III. - Overdracht van bevoegdheid inzake het doen van diverse uitgaven
Art. 9.Onverminderd het voorafgaand advies van de inspectie van financiën en het voorafgaand toezicht van de Ministerraad wordt voor de diverse uitgaven, ingeschreven in het jaarlijkse verbruiksprogramma goedgekeurd door de minister, overdracht van bevoegdheid verleend aan de ordonnateurs, titularissen van de ambten, aangewezen in de bij dit besluit gevoegde tabellen, voor het juridisch vastleggen binnen de perken van de bedragen van tabel 3.
Art. 10.Voor de diverse uitgaven wordt de opdracht tot betaling gegeven door de overheden aangewezen in de bij dit besluit gevoegde tabel 3 en binnen de perken van de hierin bepaalde bedragen.
Art. 11.Het komt de commissaris-generaal toe de te volgen procedure te bepalen en een voldoende controle te organiseren betreffende de uitoefening van de overdracht van bevoegdheid inzake diverse uitgaven.
Art. 12.Voor het bepalen van de delegatie van artikel 9 dient het bedrag van de diverse uitgaven van bepaalde duur geraamd te worden op grond van het totaalbedrag voor de gehele looptijd.
Voor de diverse uitgaven van onbepaalde duur wordt de delegatie bepaald op grond van het maandelijkse bedrag vermenigvuldigd met achtenveertig. HOOFDSTUK IV. - Bijzondere bepalingen
Art. 13.De in dit ministerieel besluit en haar bijlagen vermelde bedragen worden exclusief de belasting over de toegevoegde waarde opgegeven.
Art. 14.Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2001, en dit voor zover voor elk van de vermelde directies of diensten de verantwoordelijke autoriteit in plaats is gesteld, of de overnemende directie of dienst opgericht is. In toepassing van artikel 253, eerste lid, van de wet van 07 december 1998 tot organisatie van een geïntegreerde politiedienst, gestructureerd op twee niveaus, blijft tot zolang het ministerieel besluit van 16 maart 1998 betreffende het overdragen van bevoegdheid van de minister van Binnenlandse Zaken aan bepaalde rijkswachtoverheden inzake de gunning en de uitvoering van overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en inzake diverse uitgaven, van toepassing.
Brussel,9 januari 2001.
A. DUQUESNE
Bijlagen Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld Bijlage IV bij ministerieel besluit van 9 januari 2001 Tabel 4 : Lijst van gedecentraliseerde ordonnateurs - De inspecteur-generaal; - De directeur van de directie van de geïntegreerde werking van de politie; - De directeur van de directie van de relaties met de lokale politie; - De directeur van de directie van de werking en van de coördinatie van de federale politie; - De directeur van de directie van het beleid inzake internationale politiesamenwerking; - De verbindingsofficieren in het buitenland; - Het hoofd van de cel public relations; - Het hoofd van het documentatiecentrum; - De directeur van de directie van het beleid, het beheer en de ontwikkeling van de algemene directie bestuurlijke politie; - De directeur van de directie van de operaties en de informatie inzake de bestuurlijke politie; - De directeur van de directie van de beveiligingsopdrachten en internationale opdrachten; - Het hoofd van de dienst belast met de bescherming van de Koninklijke Paleizen; - Het hoofd van de dienst belast met de opdrachten van politie en bescherming bij de SHAPE; - Het hoofd van de dienst belast met de politie der militairen; - De directeur van de directie politie van de verbindingswegen; - Het hoofd van de dienst belast met de politie van het wegverkeer; - Het hoofd van de dienst belast met de scheepvaartpolitie; - Het hoofd van de dienst belast met de luchtvaartpolitie; - Het hoofd van de dienst belast met de immigratie en grenscontroles; - Het hoofd van de dienst belast met de politie der spoorwegen; - De directeur van de directie van de Algemene Reserve; - De directeur van de directie van het beleid, het beheer en de ontwikkeling van de algemene directie gerechtelijke politie; - De directeur van de directie van de operaties en informatie inzake gerechtelijke politie; - De directeur van de directie van de strijd tegen de criminaliteit tegen de personen; - De directeur van de directie van de strijd tegen de criminaliteit tegen de goederen; - De directeur van de directie van de strijd tegen de economische en financiële criminaliteit; - De directeur van de directie van de strijd tegen de georganiseerde criminaliteit; - De directeur van de directie van de wetenschappelijke en technische politie; - De directeurs van de gerechtelijke diensten; - De directeur van de directie van het beleid, het beheer en de ontwikkeling van de algemene directie operationele ondersteuning; - De directeur van de directie van de nationale gegevensbank; - De directeur van de directie van de speciale eenheden; - De directeur van de directie operationele politiesamenwerking; - Het hoofd van de dienst belast met de luchtsteun; - Het hoofd van de dienst belast met de hondensteun; - De bestuurlijke directeurs-coordinatoren; - De directeur van de directie van het beleid, het beheer en de ontwikkeling van de algemene directie personeel; - De directeurs van de directie van de mobiliteit en het loopbaanbeheer; - De directeur van de directie van de opleiding; - De schooldirecteurs; - De directeur van de directie van de recrutering en van de selectie; - De directeur van de directie van de juridische dienst, het contentieux en de statuten; - De directeur van de directie van de interne relaties; - De directeur van de directie interne dienst voor preventie en bescherming op het werk; - Het hoofd van de medische dienst; - De directeur van de directie van het beleid, het beheer en de ontwikkeling van de algemene directie materiële middelen; - De directeur van de directie van de financiën; - De hoofden van een gedeconcentreerde logistieke steundienst; - Het hoofd van de de logistieke dienst; - De directeur van het administratief en technisch secretariaat bij het departement van Binnenlandse Zaken.
Gezien om te worden gevoegd bij het ministerieel besluit van december 2000.
De minister van Binnenlandse Zaken, A. DUQUESNE