Etaamb.openjustice.be
Ministerieel Besluit van 08 februari 2000
gepubliceerd op 29 februari 2000

Ministerieel besluit houdende oprichting en samenstelling van de basisoverlegcomités bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur

bron
ministerie van verkeer en infrastructuur
numac
2000014044
pub.
29/02/2000
prom.
08/02/2000
ELI
eli/besluit/2000/02/08/2000014044/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

8 FEBRUARI 2000. - Ministerieel besluit houdende oprichting en samenstelling van de basisoverlegcomités bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur (sector VI)


De Minister van Mobiliteit en Vervoer, Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, inzonderheid op de artikelen 10 en 11, gewijzigd bij de wet van 19 juli 1983 en 6 juli 1989;

Gelet op het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel, inzonderheid op de artikelen 34, 37, 38 en 41 tot 44;

Gelet op het met redenen omkleed advies van het hoog overlegcomité van sector VI « Verkeer en Infrastructuur », gegeven op 17 januari 2000, Besluit :

Artikel 1.Bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur worden 7 basisoverlegcomités opgericht, waarvan het gebied en de samenstelling van de afvaardiging van de overheid de volgende zijn : 1. Basisoverlegcomité van het Algemeen Secretariaat en de Algemene Diensten : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van de Algemene Diensten. De adviseur-generaal met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : a) het hoofd van het Algemeen secretariaat;b) het hoofd van de Interne auditcel c) het hoofd van de Juridische dienst;d) het hoofd van de dienst Personeel;e) het hoofd van de dienst Financiën;f) het hoofd van de dienst Informatica;g) het hoofd van de dienst Rampenschade;h) het hoofd van de dienst Logistiek, of hun plaatsvervanger.2. Basisoverlegcomité van het Bestuur van het Vervoer te Land : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van het Bestuur van het Vervoer te Land. De adviseur-generaal met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : a) het hoofd van de dienst Spoorvervoer;b) het hoofd van de dienst Wegvervoer;c) het hoofd van de dienst Binnenvaart;d) het hoofd van de dienst Tussenpersonen in het goederenvervoer;e) het hoofd van de dienst Mobiliteit, Coördinatie, Controle, of hun plaatsvervanger.3. Basisoverlegcomité van het Bestuur van de Luchtvaart : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van het Bestuur van de Luchtvaart. De adviseur-generaal met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : a) het hoofd van de dienst Luchtvervoer;b) het hoofd van de dienst Luchtverkeer;c) het hoofd van de dienst Luchtwaardigheid;d) het hoofd van de dienst Luchtvaartinspectie, of hun plaatsvervanger.4. Basisoverlegcomité van het Hoofdbestuur van het Bestuur van Maritieme Zaken en Scheepvaart : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van het Bestuur van Maritieme Zaken en Scheepvaart. De adviseur-generaal met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : a) het hoofd van de dienst Scheepvaartbeleid;b) het hoofd van de dienst Scheepvaartveiligheid;c) het hoofd van de dienst Scheepvaartcontrole, of hun plaatsvervanger.5. Basisoverlegcomité van de Buitendiensten van het Bestuur van Maritieme Zaken en Scheepvaart : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de adviseur-generaal van de dienst Scheepvaartcontrole. De ingenieur-directeur met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : de diensthoofden van rang 13 die hun standplaats hebben te Antwerpen of te Oostende, of hun plaatsvervanger. 6. Basisoverlegcomité van het Bestuur van Wegverkeer en Infrastructuur : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van het Bestuur van Wegverkeer en Infrastructuur. De adviseur-generaal met de grootste graadanciënniteit is plaatsvervangend voorzitter.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien volgende leden : a) het hoofd van de dienst Veiligheid;b) het hoofd van de dienst Verkeer;c) het hoofd van de dienst Werken met federale financiering;d) het hoofd van de dienst Kwaliteit van de bouw;e) het hoofd van de dienst Wegennormen en -toegankelijkheid, of hun plaatsvervanger.7. Basisoverlegcomité van de Afzonderlijke Personeelsformatie ex-RMT : Het basisoverlegcomité wordt voorgezeten door de directeur-generaal van de Afzonderlijke Personeelsformatie ex-RMT. De adviseur van de Permanente cel te Oostende is plaatsvervangend voorzitter en lid.

De afvaardiging van de overheid omvat bovendien maximaal zes personeelsleden van de afzonderlijke personeelsformatie.

Art. 2.Het ministerieel besluit van 28 januari 1993 houdende oprichting en samenstelling van de basisoverlegcomités bij het Ministerie van Verkeer en Infrastructuur (sector VI) wordt opgeheven.

Brussel, 8 februari 2000.

Mevr. I. DURANT

^