8 DECEMBER 1999. - Ministerieel besluit tot bepaling van de afhankelijkheidscriteria voor personen die in bejaardendagcentra verblijven en van de nadere regels voor de vereffening van toelagen

De Minister van Sociale Aangelegenheden en Gezondheid, Gelet op het decreet II van 22 juli 1993 betreffende de overheveling van sommige bevoegdheden van de Franse Gemeenschap naar het Waalse Gewest en de Franse Gemeenschapscommissie;

Gelet op het decreet van 5 juni 1997 betreffende de rustoorden, de serviceflats en de dagcentra voor bejaarden en houdende oprichting van de "Conseil wallon du troisième âge" (Waalse Raad voor de Derde Leeftijd);

Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 3 december 1998 tot uitvoering van het decreet van 5 juni 1997 betreffende de rustoorden, de serviceflats en de dagcentra voor bejaarden en houdende oprichting van de "Conseil wallon du troisième âge", inzonderheid op de artikelen 33 en 34;

Gelet op het ministerieel besluit van 9 december 1998 tot toekenning van een toelage aan de dagonthaaldiensten voor bejaarden;

Gelet op het advies van de "Conseil wallon du troisième âge", gegeven op 18 november 1999;

Gelet op het advies van de Inspectie van Financiën, gegeven op 5 november 1999;

Gelet op de instemming van de Minister van Begroting, gegeven op 1 december 1999;

Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1, vervangen bij de wet van 4 juli 1989 en gewijzigd bij de wet van 4 augustus 1996;

Gelet op de dringende noodzakelijkheid, gemotiveerd door het feit dat het bij bovenvermeld besluit van 3 december 1998 ingevoerd subsidiestelsel zo spoedig mogelijk in werking moet treden zodat de dagcentra voor bejaarden er voordeel van kunnen trekken in 1999, Besluit :

Artikel 1.De afhankelijkheidscriteria bedoeld in artikel 33, tweede lid, van het besluit van de Waalse Regering van 3 december 1998 tot uitvoering van het decreet van 5 juni 1997 betreffende de rustoorden, de serviceflats en de dagcentra voor bejaarden en houdende oprichting van de "Conseil wallon du troisième âge", zijn criteria op grond waarvan de betrokken personen worden ingedeeld in één van de afhankelijkheidscategorieën O, A, B en C bedoeld in artikel 150 van het koninklijk besluit van 3 juli 1996 tot uitvoering van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994, zoals van toepassing op de dag van de ondertekening van dit besluit.

Art. 2.De aanvraag moet ingediend worden vóór 30 april van het jaar waarvoor de toelage wordt aangevraagd.

Art. 3.§ 1. De toelage wordt per kalenderjaar verleend. § 2. Vóór 30 juni wordt een voorschot betaald dat gelijk is aan 50 % van de voor het voorafgaande boekjaar verleende toelage.

Bij de eerste aanvraag wordt geen voorschot verleend. § 3. Het saldo wordt vereffend op grond van de eindrekening, die verricht wordt na ontvangst van de bewijsstukken bedoeld in artikel 34 van het besluit van de Waalse Regering waarvan sprake in artikel 1. De stukken moeten overgemaakt worden vóór 30 april van het jaar na dat waarvoor de toelage wordt verleend.

Art. 4.Voor de periode van 6 februari 1999 tot 31 december 1999 moet de toelageaanvraag vóór 30 april 2000 ingediend worden, samen met de bewijsstukken bedoeld in artikel 3, § 3.

Voor de dagcentra die een toelage hebben genoten overeenkomstig het ministerieel besluit van 9 december 1998 tot toekenning van een toelage aan de dagonthaaldiensten voor bejaarden, wordt het toelagebedrag bepaald op grond van het aantal dagen, gerekend vanaf het einde van de periode die onder de toepassing van het besluit van 9 december 1998 valt, en 31 december 1999.

Art. 5.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 6 februari 1999.

Namen, 8 december 1999.

Th. DETIENNE