6 MAART 1998. Ministerieel besluit tot bepaling van de samenstelling en de werking van de Commissie van Advies voor Plantenbereidingen

De Minister van Volksgezondheid en Pensioenen, Gelet op de wet van 24 januari 1977 betreffende de bescherming van de gezondheid van de verbruikers op het stuk van de voedingsmiddelen en andere producten, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 20 juli 1990 ter bevordering van de evenwichtige aanwezigheid van mannen en vrouwen in organen met adviserende bevoegdheid;

Gelet op het koninklijk besluit van 29 augustus 1997 betreffende de fabricage van en de handel in voedingsmiddelen die uit planten of uit plantenbereidingen samengesteld zijn of deze bevatten, inzonderheid op artikel 4, § 4, 2de lid;

Overwegende dat het niet mogelijk was een gelijk aantal mannen en vrouwen voor te dragen, Besluit :

Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt onder Commissie verstaan : de Commissie van Advies voor Plantenbereidingen, bedoeld in artikel 4, § 4, 2e lid van het koninklijk besluit van 29 augustus 1997 betreffende de fabricage van en de handel in voedingsmiddelen die uit planten of uit plantenbereidingen samengesteld zijn of deze bevatten.

Art. 2.De Commissie is als volgt samengesteld : § 1. De leden : 1° als afgevaardigden van de bij het onderzoek van planten betrokken instanties : - de heer P.Andrianne; - de heer L. Angenot; - de heer L. Delmulle; - de heer K. Demeyer; - de heer B. Desrumaux; - de heer J. Rammeloo; - de heer G. Van Snick; - de heer A. Vlietinck; 2° als afgevaardigden van de bij de fabricage en de handel van planten betrokken instanties, telkens een vertegenwoordiger van : - de Algemene pharmaceutische bond (APB); - FEDERA; - de Federatie van de handel en nijverheid in natuur-, reform- en dieetwaren in België (NAREDI); - Oriental plant promotion association (OPPAS); 3° een ambtenaar van de Algemene Eetwareninspectie en een ambtenaar van de Algemene Farmaceutische Inspectie, aangeduid door hun directie. § 2. De experten.

Zij worden door de Voorzitter uitgenodigd voor de bespreking van een welbepaald onderwerp waaromtrent zij bijzonder onderlegd zijn, desgevallend op voorstel van een lid. § 3. De Voorzitter en de Ondervoorzitter van de Commissie worden aangesteld onder en door de leden van de Commissie overeenkomstig het huishoudelijk reglement, bedoeld in artikel 5. § 4. Het secretariaat van de Commissie wordt waargenomen door een ambtenaar van de Algemene Eetwareninspectie.

Art. 3.De leden van de Commissie, de experten en de ambtenaren van het secretariaat zijn verplicht het ambtsgeheim te bewaren inzake alle inlichtingen waarvan zij bij de uitoefening van hun mandaat kennis gekregen hebben, behalve afwijking toegestaan door de Voorzitter en in de notulen opgenomen.

Art. 4.De Commissie heeft onder meer als opdracht adviezen te geven, die moeten toelaten tot : 1° het vaststellen van maximale gehalten aan actieve stoffen en merkers in de met (*) aangeduide planten van lijst 3 van de bijlage van het voornoemde koninklijk besluit van 29 augustus 1997;2° het eventueel verbieden van mengsels van bepaalde planten of plantenbereidingen;3° het eventueel voorbehouden van de handel in bepaalde planten en plantenbereidingen, al dan niet onder voorgedoseerde vorm, aan vereisten inzake het bezit van een bepaald diploma of getuigschrift;4° het wijzigen van de lijsten in bijlage van het voornoemde koninklijk besluit van 29 augustus 1997;5° het toepassen van het voornoemde koninklijk besluit van 29 augustus 1997.

Art. 5.De Commissie stelt een huishoudelijk reglement op.

Art. 6.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.

Brussel, 6 maart 1998.

M. COLLA