5 JULI 2006. - Ministerieel besluit tot wijziging van het ministerieel besluit van 2 december 1982 houdende vaststelling van de programmatiecriteria voor rust- en verzorgingstehuizen en voor centra voor dagverzorging

De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van 27 juni 1978 tot wijziging van de wetgeving op de ziekenhuizen en betreffende sommige andere vormen van verzorging, inzonderheid op artikel 5, § 1, vervangen door het koninklijk besluit nr. 59 van 22 juli 1982 en gewijzigd bij de wet van 25 januari 1999;

Gelet op het ministerieel besluit van 2 december 1982 houdende vaststelling van de programmatiecriteria voor rust- en verzorgingstehuizen en voor centra voor dagverzorging, gewijzigd door de ministeriële besluiten van 12 oktober 1993, 4 februari 1998, 5 juli 1999, 12 juli 2001, 18 december 2001 en 2 juni 2003;

Gelet op het protocol nr. 3, van 13 juni 2005, gesloten tussen de federale regering en de overheden, bedoeld in de artikelen 128, 130, 135 en 138 van de Grondwet, over het te voeren ouderenzorgbeleid, in werking getreden op 1 oktober 2005;

Gelet op het advies van de Inspecteur van Financiën, gegeven op 2 maart 2006;

Gelet op de akkoordbevinding van de Minister van Begroting van 29 mei 2006;

Gelet op het advies nr. 39.658/3 van de Raad van State gegeven op 11 januari 2006 met toepassing van art. 84, § 1, eerste lid, 1°, van de gecoördineerde wetten op de Raad van State;

Besluit :

Artikel 1.Artikel 1 van het ministerieel besluit van 2 december 1982 houdende vaststelling van de programmatiecriteria voor rust- en verzorgingstehuizen en voor centra voor dagverzorging, vervangen bij het ministerieel besluit van 4 februari 1998 en gewijzigd bij de ministeriële besluiten van 18 december 2001 en 2 juni 2003, wordt vervangen als volgt: «

Art. 1.§ 1. Het aantal RVT-bedden mag op 30 september 2005 maximum 47.903 bedden voor het Rijk bedragen.

Met ingang van respectievelijk: - 1 oktober 2005; - 1 oktober 2006; mag het maximum aantal RVT-bedden voor het Rijk respectievelijk : - 49.818 bedden; - 52.126 bedden bedragen. § 2. In afwijking van het in de vorige paragraaf bepaalde maximum aantal RVT-bedden, mag, voor zover het maximum aantal RVT-bedden op 1 oktober 2006 (zijnde 52.126) niet wordt overschreden, het maximum aantal RVT-bedden respectievelijk bedragen: Met ingang van respectievelijk: - 1 oktober 2005; - 1 oktober 2006; - 50.297 bedden; - 53.181 bedden.

Art. 2.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 30 september 2005.

Brussel, 5 juli 2006.

R. DEMOTTE