Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit
gepubliceerd op 07 januari 2025

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 november 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2024007894
pub.
07/01/2025
prom.
--
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

1 SEPTEMBER 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeids overeenkomst van 21 november 2023Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/11/2023 pub. 14/12/2023 numac 2023047470 bron federaal agentschap voor nucleaire controle Technisch Reglement tot wijziging van het technisch reglement van 19 februari 2020 houdende de minimumcriteria waaraan röntgentoestellen bestemd voor niet-therapeutische diergeneeskundige doeleinden dienen te voldoen sluiten, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid;

Op de voordracht van de Minister van Werk,

Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeids overeenkomst van 21 november 2023Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/11/2023 pub. 14/12/2023 numac 2023047470 bron federaal agentschap voor nucleaire controle Technisch Reglement tot wijziging van het technisch reglement van 19 februari 2020 houdende de minimumcriteria waaraan röntgentoestellen bestemd voor niet-therapeutische diergeneeskundige doeleinden dienen te voldoen sluiten, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 1 september 2024.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMARGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid Collectieve arbeids overeenkomst van 21 november 2023Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 21/11/2023 pub. 14/12/2023 numac 2023047470 bron federaal agentschap voor nucleaire controle Technisch Reglement tot wijziging van het technisch reglement van 19 februari 2020 houdende de minimumcriteria waaraan röntgentoestellen bestemd voor niet-therapeutische diergeneeskundige doeleinden dienen te voldoen sluiten Vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen (Overeenkomst geregistreerd op 14 december 2023 onder het nummer 184533/CO/116) Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en op de arbeiders (hierna "de werknemer(s)" genoemd) van de ondernemingen die gelegen zijn in de provincie West-Vlaanderen en ressorteren onder het Paritair Comité van de scheikundige nijverheid uit hoofde van hun bedrijvigheid inzake verwerking van kunststoffen.

Met "werknemers" wordt verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werknemers.

Omwille van de afwijkende geldigheidsduur van artikelen 5, 6, 8, § 1 en 21 wordt ook dit artikel voor onbepaalde duur afgesloten. Zij kunnen door elk der partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. De termijn van drie maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt toegezonden en dit ten vroegste vanaf 31 maart 2025. De poststempel geldt als bewijs.

Algemene bepaling

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst doet generlei afbreuk aan de algemene collectieve arbeidsovereenkomsten gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid.

Werkzekerheid

Art. 3.Tijdens de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst zullen de werkgevers alles in het werk stellen om ontslag wegens economische redenen te vermijden. Eventuele problemen in dit verband zullen vooreerst en in de mate van het mogelijke, worden opgevangen door het invoeren van een regeling van gedeeltelijke werkloosheid.

Ontslagen wegens economische redenen zijn pas mogelijk na het gebruik van een som van dagen gedeeltelijke werkloosheid naar rato van 15 dagen per werknemer in de getroffen afdeling van de betrokken onderneming binnen een periode van 2 kalenderjaren voorafgaand aan de ontslagen.

Indien deze voorwaarde niet vervuld is op het ogenblik van een ontslag wegens economische redenen, wordt, bij het ontslag een bijkomende vergoeding betaald gelijk aan 4 weken loon.

Alvorens tot ontslag wegens economische redenen over te gaan, zal de werkgever hierover met de vakbondsorganisaties overleg plegen.

Tewerkstelling

Art. 4.Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om contracten van bepaalde duur en werk aan derden te beperken daar waar mogelijk.

Stelsels van werkloosheid met bedrijfstoeslag

Art. 5.Er geldt vanaf 1 april 2023 tot en met 60 juni 2025 een recht op de stelsels van SWT lange loopbaan, zwaar beroep 35 en 33 jaar en medisch SWT indien de betrokken werknemer voldoet aan de geldende wettelijke bepalingen ter zake en bovendien een anciënniteit geniet als werknemer in de onderneming die minstens gelijk is aan de periode dat de werkgever de aanvullende vergoeding in het kader van het gevraagde stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag betaalt.

Van zodra wettelijk mogelijk worden de verschillende wettelijke stelsels van SWT alsook artikel 6 verlengd.

Art. 6.In overeenstemming met artikel 4bis, 4ter en 4quater van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 van de Nationale Arbeidsraad voorzien de werkgevers de doorbetaling van de aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag in geval van werkhervatting. De werknemers zullen hun (ex-)werkgevers ook verwittigen van het feit dat ze het werk hervat hebben.

Art. 7.Bij de overgang van 1/5de tijdskrediet of halftijds tijdskrediet naar een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag zal de aanvullende vergoeding in het kader van het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag ten laste van de werkgever berekend worden op basis van een voltijds loon.

Maatregelen inzake tijdskrediet, deeltijdse arbeid en vorming

Art. 8.Tijdskrediet § 1. In navolging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 juni 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende het tijdskrediet met motief (nr. 180875/CO/116), de collectieve arbeidsovereenkomst van 13 juni 2023 met betrekking tot het recht op uitkeringen bij landingsbaan, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid (nr. 180876/CO/116) en de collectieve arbeidsovereenkomst van 2 december 2021 betreffende landingsbanen zonder uitkering, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid (nr. 172396/CO/116) : - Worden, overeenkomstig artikel 4, § 4 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad tot invoering van een stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en landingsbanen, voor de werknemers die 5 jaar anciënniteit bereikt hebben in de onderneming en die voldoen aan alle voorwaarden van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, de opnamevormen voltijds tijdskrediet of halftijdse loopbaanvermindering uitgebreid tot : - 51 maanden voor de zorgmotieven (artikel 4, § 1, a° tot c° ); - 36 maanden voor het motief opleiding (artikel 4, § 2). - Wordt, overeenkomstig artikel 8, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, voor de werknemers die voldoen aan alle voorwaarden van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, in afwijking van artikel 8, § 1, de leeftijd op 50 jaar gebracht voor de werknemers die hun voltijdse betrekking verminderen ten belope van een dag of twee halve dagen per week en die voorafgaand aan deze vermindering een beroepsloopbaan van ten minste 28 jaar hebben doorlopen; - Wordt, in toepassing van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 170 van de Nationale Arbeidsraad de leeftijdsgrens voor wat de toegang tot het recht op uitkeringen betreft : - op 55 jaar gebracht voor de werknemers die in toepassing van artikel 8, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad hun arbeidsprestaties verminderen tot een halftijdse betrekking; - op 55 jaar gebracht voor de werknemers die in toepassing van artikel 8, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad hun arbeidsprestaties verminderen met een vijfde, en die : - ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, 2° en 3° van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 18/12/2001 numac 2001013224 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van hoofdstuk IV van de wet van 10 augustus 2001 betreffende verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 28/12/2001 numac 2001013152 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot vaststelling van de rustdagen als vermindering van de arbeidsduur, toegekend aan de werklieden tewerkgesteld door de werkgevers die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten, zoals gewijzigd door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december 2014; - ofwel, voldoen aan de voorwaarden zoals bepaald in artikel 6, § 5, 1° van het koninklijk besluit van 12 december 2001Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 18/12/2001 numac 2001013224 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van hoofdstuk IV van de wet van 10 augustus 2001 betreffende verzoening van werkgelegenheid en kwaliteit van het leven betreffende het stelsel van tijdskrediet, loopbaanvermindering en vermindering van de arbeidsprestaties tot een halftijdse betrekking type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 28/12/2001 numac 2001013152 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid en ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu Koninklijk besluit tot vaststelling van de rustdagen als vermindering van de arbeidsduur, toegekend aan de werklieden tewerkgesteld door de werkgevers die onder het Paritair Comité voor het bouwbedrijf ressorteren type koninklijk besluit prom. 12/12/2001 pub. 29/12/2001 numac 2001013274 bron ministerie van sociale zaken, volksgezondheid en leefmilieu en ministerie van tewerkstelling en arbeid Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 18 van de wetten betreffende de jaarlijkse vakantie van de werknemers sluiten, zoals gewijzigd door artikel 4 van het koninklijk besluit van 30 december 2014, indien de betrokken onderneming erkend is als onderneming in moeilijkheden of in herstructurering en naar aanleiding hiervan een collectieve arbeidsovereenkomst heeft afgesloten die uitdrukkelijk verwijst naar de collectieve arbeidsovereenkomst nr.170 van de Nationale Arbeidsraad.

Van zodra wettelijk mogelijk wordt dit verlengd. § 2. De werkgever beslist, na overleg met de ondernemingsraad of bij ontstentenis de syndicale afvaardiging, over de eventuele vervanging in functie van de werkorganisatie. De werkgever zal, in het geval hij beslist niet te vervangen, zijn beslissing motiveren ten overstaan van de ondernemingsraad of bij ontstentenis de syndicale afvaardiging.

Art. 9.Drempel tijdskrediet Voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt voor de berekening van de drempel, zoals bedoeld in artikel 16, § 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad, geen rekening gehouden met de werknemers van 51 jaar en ouder.

Art. 10.Landingsbaan § 1. Vanaf 1 januari 2024 wordt door de werkgever, ingeval de arbeider zijn arbeidsprestaties vermindert of heeft verminderd tot een halftijdse betrekking vanaf de leeftijd van 55 jaar in het kader van een landingsbaan als bepaald door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 103 van de Nationale Arbeidsraad een brutobestaanszekerheidsvergoeding boven op de onderbrekingsuitkering toegekend van 120 EUR bruto per maand tot aan de pensioengerechtigde leeftijd. § 2. Vanaf 1 januari 2024, ontvangt de arbeider die een 1/5de landingsbaan geniet met RVA-uitkeringen een maandelijkse aanvullende vergoeding van 40 EUR bruto ten laste van de werkgever, tot aan de pensioengerechtigde leeftijd, indien de werknemer aan volgende voorwaarden voldoet : - de leeftijd van 60 jaar hebben bereikt; - minstens 5 jaar anciënniteit in de onderneming hebben.

Art. 11.Deeltijdse arbeid Voor de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt het recht op halftijdse arbeid met verhoudingsgewijs behoud van inkomen toegekend naar rato van maximum 3 pct. van het werknemersbestand. De uitoefening van dit recht mag de organisatie van het werk niet verstoren.

Art. 12.Vorming Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om het opleidingsplan (indien van toepassing) en de opleidingen inhoudelijk te bespreken op de ondernemingsraad, of bij ontbreken hiervan, met de syndicale delegatie.

De door de werkgever opgelegde vormingen zijn arbeidstijd.

Er wordt zowel voor de interne als voor de externe beroepsopleiding gestreefd naar een spreiding van de vormingsinspanningen over de verschillende beroepscategorieën, met een bijzondere aandacht voor de kort geschoolden. Jaarlijks wordt voorzien in een evaluatie en bespreking van het programma in de ondernemingsraad of bij ontstentenis met de syndicale afvaardiging, waarbij tevens de spreiding van de vormings-inspanningen over de verschillende beroepscategorieën gerapporteerd zal worden.

Uitzendarbeid

Art. 13.Uitzendarbeid § 1. Onverminderd de wettelijke bepalingen en de bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 108 van de Nationale Arbeidsraad ter zake, wordt de ondernemingsraad of, bij ontstentenis, de syndicale afvaardiging maandelijks ingelicht over de tewerkstelling van uitzendkrachten, beoogd door hoofdstuk II van de wet van 24 juli 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 24/07/1987 pub. 13/02/2007 numac 2007000038 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers. - Duitse vertaling sluiten betreffende de tijdelijke arbeid, de uitzendarbeid en het ter beschikking stellen van werknemers ten behoeve van gebruikers, welke in hoofdzaak handarbeid verrichten.

De te verstrekken informatie betreft volgende punten : - het aantal uitzendkrachten per afdeling; - de reden van tewerkstelling; - de opdeling van het aantal uitzendkrachten in de onderneming volgens ononderbroken tewerkstellings-duur in de onderneming volgens het volgende schema : minder dan drie maanden, tussen drie en zes maanden, tussen zes en twaalf maanden, tussen twaalf en achttien maanden, en vanaf achttien maanden en meer. § 2. Ingeval een uitzendkracht wordt aangeworven met een arbeidsovereenkomst bij dezelfde gebruiker, vanaf dan werkgever genoemd, wordt de anciënniteit opgebouwd als uitzendkracht bij die gebruiker overgenomen volgens volgende modaliteiten : - per 20 dagen effectieve prestaties wordt 1 maand anciënniteit toegekend bij de betrokken werkgever.

De volgens bovenstaande modaliteiten als uitzendkracht opgebouwde en overgenomen anciënniteit bij dezelfde gebruiker, vanaf dan werkgever genoemd, geldt voor alle voordelen bij de werkgever, uitgezonderd voor wat betreft de toekenning van de aanvullende werkloosheidsuitkering waarvoor wordt verwezen naar de bepalingen van artikel 25, § 2, b) van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst en voor wat betreft de toekenning van de eindejaarspremie, als bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 2023 betreffende de eindejaarspremie, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. Voor de toekenning van de eindejaarspremie wordt de opgebouwde anciënniteit als uitzendkracht bij aanwerving niet overgenomen. § 3. Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om het gebruik van dagcontracten in het kader van uitzendarbeid zoveel als mogelijk te beperken.

Modaliteiten van arbeidsduurverkorting, anciënniteitsverlof, leeftijdsverlof, 1/10de ouderschapsverlof

Art. 14.Modaliteiten van arbeidsduurverkorting Onverminderd artikel 6, § 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst tot vaststelling van de modaliteiten in verband met arbeidsduurverkorting gesloten op 7 november 2001 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, wordt een maximum van 20 dagen gedeeltelijke werkloosheid per kalenderjaar gelijkgesteld met werkelijke prestaties.

Art. 15.Anciënniteitsverlof § 1. Als voorafname op een eventueel toekomstige arbeidsduurverkorting onder welke vorm ook, worden een aantal anciënniteitsdagen vanaf 1 januari 2024 als volgt toegekend : - een eerste anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 5 jaar anciënniteit in de onderneming; - een tweede anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 10 jaar anciënniteit in de onderneming; - een derde anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 15 jaar anciënniteit in de onderneming; - een vierde anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 21 jaar anciënniteit in de onderneming; - een vijfde anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 27 jaar anciënniteit in de onderneming; - een zesde anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 33 jaar anciënniteit in de onderneming; - een zevende anciënniteitsdag wordt toegekend vanaf 39 jaar anciënniteit in de onderneming, of een totaal van maximum 7 anciënniteitsdagen per kalenderjaar. § 2. Vanaf 1 januari 2020 behouden de werknemers die overstappen naar een vorm van landingsbaan, tijds-krediet of thematisch verlof het aantal anciënniteitsverlofdagen zoals zij die hebben opgebouwd in hun vorige arbeidsregime.

De verdere opbouw van de anciënniteitsdagen gebeurt op basis van het arbeidsregime voor de overstap naar landingsbaan, tijdskrediet of thematisch verlof.

Onderhavige § 2 doet geen afbreuk aan gelijkwaardige of gunstigere regelingen die in de ondernemingen bestaan.

Art. 16.Leeftijdsverlof Vanaf 1 januari 2020 wordt er één leeftijdsdag ingevoerd vanaf 59 jaar voor werknemers die voltijdse werken. Deeltijdse werknemers hebben recht op deze dag naar verhouding tot hun arbeidsprestaties.

Dit artikel doet geen afbreuk aan, of is geen belemmering voor gunstiger regelingen op bedrijfsvlak.

Art. 17.1/10de ouderschapsverlof Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om de opnamemogelijkheden van het 1/10de ouderschapsverlof te bespreken op ondernemingsvlak.

Koopkracht

Art. 18.Lonen § 1. De minimumuurlonen uitgedrukt in het 40-urenstelsel, bedragen op 1 februari 2023 (spilindexcijfer : 124,63, basis 2013 = 100) - Afwerking en verpakking : 16,1210 EUR/bruto per uur - Productie : a) bij aanwerving : 17,0590 EUR/bruto per uur;b) na drie maanden (= referentieloon) : 17,6015 EUR/bruto per uur;c) gespecialiseerden : 17,9550 EUR/bruto per uur; - Ploegbazen : 18,3915 EUR/bruto per uur. § 2. Deze bedragen van de minimumuurlonen worden gekoppeld aan de evolutie van het indexcijfer der consumptieprijzen, overeenkomstig de collectieve arbeidsovereenkomst van 12 februari 2014, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, betreffende de koppeling der lonen aan het indexcijfer der consumptieprijzen.

Art. 19.Eenmalige koopkrachtpremie Een koopkrachtpremie onder de vorm van consumptiecheques wordt toegekend.

Deze eenmalige koopkracht premie zal uitgereikt worden uiterlijk in de loop van december 2023. Koop-krachtpremies die reeds expliciet toegekend werden in 2023 mogen worden aangerekend (enkel het eventuele saldo bijpassen).

De toekenning is beperkt tot de ondernemingen die hoge of uitzonderlijk hoge winst hebben gerealiseerd.

Bedrijven die hoge winst hebben gerealiseerd zijn de bedrijven waar de code 9901 gedeeld door het balanstotaal (= ROA) minstens gelijk is aan het dubbele van het gemiddelde van de ROA van de laatste 6 jaar van de onderneming. Zij kennen een koopkrachtpremie toe van 500 EUR, volgens onderstaande modaliteiten.

Bedrijven die daarentegen uitzonderlijk hoge winst hebben gerealiseerd zijn bedrijven waar het resultaat van de som van de codes 9901 + 630 + 631/4 + 635/8 van de jaarrekening van het boekjaar 2022 positief is.

Zij kennen een koopkrachtpremie toe van 749 EUR, volgens onderstaande modaliteiten.

Beide bedragen zijn niet cumulatief.

Voor de ondernemingen waar het boekjaar niet gelijkloopt met het kalenderjaar 2022, is het de jaarrekening die afsluit in het kalenderjaar 2022.

Ondernemingen die tijdens de periode 1 januari 2023 tot en met 31 oktober 2023 het statuut hebben of hebben gehad van "onderneming in moeilijkheden" volgens de definitie in het kader van stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag of van "een onderneming in wet continuïteit ondernemingen", worden uitgesloten uit het toepassingsgebied en moeten geen koopkrachtpremie toekennen.

Deze definities van winst hebben geen enkele precedentswaarde en kennen enkel in deze specifieke situatie toepassing.

Bij de toekenning van deze koopkrachtpremie gelden de volgende betalingsmodaliteiten : - In dienst zijn op 1 januari 2023; - Pro rata de tewerkstellingsbreuk : - Pro rata effectieve tewerkstelling in de referteperiode die loopt van 1 januari 2023 tot en met 31 oktober 2023; - Pro rata effectieve prestaties in de voornoemde referteperiode en gelijkstellingen volgens de sectorale collectieve arbeidsovereenkomst eindejaarspremie, met minstens één dag effectieve prestatie tijdens de referteperiode.

Art. 20.Premies voor ploegwerk De premie voor ploegwerk (uitgedrukt in het 40-urenstelsel) bedraagt, voor de voor- en namiddagploeg 7,10 pct. en voor de nachtploeg 22,30 pct. van het referentieloon, zoals bepaald in artikel 18, § 1, tweede streepje, b) van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.

De berekening van de bedragen in euro gebeurt tot op de vijfde decimaal en vervalt alles wat na de vierde decimaal komt, zoals bepaald in artikel 3 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 2023 betreffende de minimumploegenpremies, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid.

De premies voor ploegwerk, uitgedrukt in het 40 urenstelsel, bedragen op 1 februari 2023 (spilindexcijfer : 124,63 basis 2013 = 100) : - Morgen- en namiddagploeg : 1,2497 EUR/bruto per uur; - Nachtploeg : 3,9251 EUR/bruto per uur.

Art. 21.Maaltijdcheques § 1. Er zullen maaltijdcheques toegekend worden aan de werknemers.

Onderhavig artikel regelt de voorwaarden en de modaliteiten van de toekenning van de maaltijdcheques. Zij is gesloten in het kader van artikel 19bis van het koninklijk besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de wet van 27 juni 1969 tot herziening van de besluitwet van 28 december 1944 betreffende de maatschappelijke zekerheid der arbeiders. § 2. Het aantal maaltijdcheques wordt bepaald volgens de "alternatieve telling" als bepaald in artikel 19bis, § 2, 2° van bovenvernoemd koninklijk besluit van 28 november 1969. Meer bepaald wordt het aantal maaltijdcheques bekomen door het aantal uren normale werkelijke arbeid, meerprestaties zonder inhaalrust, meerprestaties mits inhaalrust en andere meerprestaties mits inhaalrust die de betrokken werknemer tijdens het kwartaal gepresteerd heeft, te delen door het normale aantal dagelijkse uren in de onderneming en dit volgens de volgende breuk : Het aantal effectief gepresteerde uren tijdens trimester "X" Waarbij "X" gelijk is aan de gemiddelde arbeidsduur per dag op jaarbasis voor een voltijdse werknemer bij de betrokken werkgever.

Indien uit deze berekening een decimaal volgt, wordt dit afgerond naar de hogere eenheid.

Indien het op deze wijze bekomen aantal maaltijdcheques hoger is dan het maximaal aantal dagen dat in de loop van het kwartaal gepresteerd kan worden door een voltijds tewerkgestelde werknemer bij de betrokken werkgever, dan wordt het aantal herleid tot dit maximaal mogelijke aantal.

Het maximumaantal werkbare dagen van de voltijds tewerkgestelde werknemer in het kwartaal is gelijk aan alle dagen waarop een voltijdse werknemer in een 5-dagenstelsel in het kwartaal theoretisch zou kunnen werken (voor zover dit aldus wordt opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst of in het arbeidsreglement). Het gaat hierbij dus niet om een gemiddelde per kwartaal, maar om het maximumaantal dagen dat een voltijdse werknemer in het kwartaal theoretisch zou kunnen werken, zonder in conflict te komen met de wetgeving op de arbeidsduur.

Enkel indien de werkgever waarmee de werknemer verbonden is met een arbeidsovereenkomst niet voldoet aan de noodzakelijke voorwaarden gesteld in artikel 19bis, § 2, 2° van bovenvernoemd koninklijk besluit van 28 november 1969 voor de toepassing van de "alternatieve telling", is het aantal toegekende maaltijdcheques gelijk aan het aantal dagen gedurende welke de werknemer tijdens het trimester effectieve arbeidsprestaties heeft geleverd en dit onafhankelijk van de duur van zijn dagelijkse arbeidsprestatie. § 3. De maaltijdcheques worden elke maand, uiterlijk bij de loonafrekening van de voorgaande maand, in één keer gecrediteerd op de maaltijdchequerekening van de werknemer afhankelijk van het aantal voorzienbare dagen gedurende welke de werknemer arbeidsprestaties zal verrichten.

Het aantal maaltijdcheques wordt geregulariseerd, uiterlijk bij de loonafrekening van de laatste maand van het kwartaal waarop de maaltijdcheques betrekking hebben, zodat het aantal werkelijk toegekende maaltijdcheques in overeenstemming gebracht wordt met het aantal maaltijdcheques dat toegekend moet worden in toepassing van § 2 van onderhavig artikel. § 4. De maaltijdcheques worden op naam van de werknemer afgeleverd.

Deze voorwaarde wordt geacht te zijn vervuld als de toekenning ervan en de daarop betrekking hebbende gegevens voorkomen op de individuele rekening van de werknemer, overeenkomstig de reglementering betreffende het bijhouden van de sociale documenten. § 5. De elektronische maaltijdcheque heeft een geldigheidsduur van twaalf maanden, te rekenen vanaf het ogenblik dat de maaltijdcheque op de maaltijdchequerekening wordt geplaatst. § 6. De werkgeversbijdrage in het totaalbedrag van de maaltijdcheque wordt vanaf 1 januari 2024 met 0,50 EUR feitelijk geïndexeerd tot 3,41 EUR. De tussenkomst van de werknemer in de maaltijdcheque bedraagt 1,09 EUR en zal in mindering gebracht worden van zijn nettoloon.

Bijgevolg is de provinciale nominale waarde van de maaltijdcheque gelijk aan 4,50 EUR. Indien de maximale waarde van de maaltijdcheque wordt overschreden is er geen doorwerking of omzetting naar brutoloon. § 7. In afwijking van § 6 van onderhavig artikel wordt, voor de werknemers die tewerkgesteld zijn in weekend- en overbruggingsploegen met een arbeidsprestatie van 12 uren per dag, afgesloten overeenkomstig de bepalingen opgenomen in de wet van 17 maart 1987Relevante gevonden documenten type wet prom. 17/03/1987 pub. 18/03/2010 numac 2010000131 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen en de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 42 van de Nationale Arbeidsraad betreffende de invoering van nieuwe arbeidsregelingen in de ondernemingen en die gelijkgesteld worden met voltijdse prestaties, een regeling getroffen waardoor zij per week een totaal bedrag aan werkgeversbijdragen in de maaltijdcheque ontvangen gelijk aan het totaal bedrag van de werkgeversbijdragen in de maaltijdcheque voor een normale voltijdse werknemer.

Voor deze werknemers die tewerkgesteld zijn bij een werkgever die voldoet aan de voorwaarden voor de toepassing van de alternatieve telling, als bepaald in § 2 van onderhavig artikel, wordt de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheque per dag bekomen door het totaal aan werkgeversbijdragen voor één week tewerkstelling in een normale voltijdse tewerkstelling, zijnde 17,05 EUR (= 3,41 EUR x 5 werkdagen), te delen door "Y" : 17,05 EUR/"Y" Waarbij "Y" gelijk is aan het quotiënt dat bekomen wordt door het aantal werkelijk gepresteerde uren arbeid in de weekend- en overbruggingsploegen door een werknemer per week te delen door het normaal aantal uren prestaties per dag voor een voltijdse werknemer bij de betrokken werkgever, zoals bepaald door het arbeids-reglement.

Voorbeeld - De werknemers werken in de weekendploeg in een week op zaterdag (12u) en zondag (12u) = 24u effectieve prestaties per week. - De voltijdse werknemers in het normaal arbeidsregime werken per week 40u en 8u per dag; waardoor ze op weekbasis in totaal : 5 x 3,41 EUR = 17,05 EUR aan werkgeversbijdragen in de maaltijdcheques ontvangen. - "Y" is in dit geval gelijk aan 3 namelijk het quotiënt ontstaan door 24 (=aantal uren werkelijke arbeid in weekend ploeg) te delen door 8 (aantal normaal te presteren uren voor een voltijdse werknemer) = 3. - De werkgeversbijdrage in een maaltijdcheque bedraagt in dit geval : 17,05 EUR : 3 = 5,68 EUR. Voor de werknemers die tewerkgesteld zijn bij een werkgever die niet voldoet aan de voorwaarden voor de toepassing van de alternatieve telling, als bepaald in bovenstaand § 2, wordt de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheque bekomen door het totaal aan werkgeversbijdragen voor één week tewerkstelling in een normale voltijdse tewerkstelling, zijnde 17,05 EUR (= 3,41 EUR x 5), te delen door "Z" : 14,55 EUR/"Z" Waarbij "Z" gelijk is aan het aantal dagen effectieve tewerkstelling per week in de weekend- en overbrug-gingsploegen.

In dit geval zal de werkgeversbijdrage voor een deeltijds effectief gepresteerde dag worden geprotariseerd.

Voorbeeld - De werknemers werken in de weekendploeg in een week 2 dagen namelijk op zaterdag (12u) en zondag (12u). - De voltijdse werknemers in het normaal arbeidsregime werken effectief 5 dagen van maandag tot vrijdag; waardoor ze op weekbasis 3,41 EUR x 5 = 17,05 EUR werkgeversbijdrage ontvangen. - "Z" is in dit geval gelijk aan 2. - De werkgeversbijdrage in de maaltijdcheque per effectief volledig gepresteerde dag in de weekendploeg bedraagt in dit geval : 17,05 EUR : 2 = 8,525 EUR. § 8. De werknemer die geniet van de elektronische maaltijdcheque ontvangt een gratis drager (= kaart) waardoor hij zijn cheques zal kunnen gebruiken.

De werknemer verbindt zich ertoe de kaart in goede staat te bewaren tot zijn vervaldatum, ook al geniet hij op een bepaald moment niet meer van elektronische maaltijdcheques. Bij het beëindigen van de arbeidsovereenkomst, kan de drager worden hergebruikt voor de elektronische maaltijdcheques toegekend door een andere werkgever.

In geval van verlies van de drager, zal de werknemer de kost van de vervanging van de drager dragen, die gelijk zal zijn aan de nominale waarde van één maaltijdcheque. Behalve in geval van verzet vanwege de werknemer, zal deze kost afgehouden worden van de eerstvolgende nettoverloning die hem verschuldigd is.

Echter, in geval van diefstal van de drager en mits de werknemer hierover een proces verbaal van de politie kan voorleggen, zal de werkgever de kost van de vervanging van de drager dragen. § 9. Onderhavig artikel 21 doet geen afbreuk aan gelijkwaardige of gunstigere regelingen die betreffende de toekenning van maaltijdcheques in de ondernemingen bestaan.

Art. 22.Eindejaarspremie Voor het einde van elk kalenderjaar wordt pro rata temporis aan de rechthebbende werknemers een premie genaamd "eindejaarspremie" toegekend.

Het bedrag van de eindejaarspremie blijft behouden op 174 maal het basisuurloon van kracht tijdens de maand december van het betrokken jaar (in het stelsel 40u per week).

De toepassingsmodaliteiten, met uitzondering van hetgeen bepaald is in artikel 25, § 2, c) van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, zijn deze welke zijn vastgesteld bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 juni 2023 betreffende de eindejaarspremie, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, met dien verstande dat alle anciënniteitsdagen (zie artikel 15 supra) en het leeftijdsverlof (zie artikel 16 supra) ook worden gelijkgesteld.

Classificatie

Art. 23.De werkgevers zijn bereid om aan de werknemers die er om verzoeken, alsook aan de syndicale delegatie, informatie te verstrekken over de loonklasse.

Art. 24.Er wordt een werkgroep opgericht met betrekking tot de functieclassificatie van de arbeiders, met het oog op afronding tegen 31 maart 2025.

Bestaanszekerheid

Art. 25.Bestaanszekerheid in geval van gedeeltelijke werkloosheid § 1. In afwijking van artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de bestaanszekerheid gesloten op 29 juni 2023 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid wordt het bedrag van de aanvullende werkloosheidsuitkeringen in geval van gedeeltelijke werkloosheid van 12,00 EUR per dag verhoogd tot : - 14,00 EUR per effectieve dag gedeeltelijke werkloosheid vanaf 1 januari 2024; - 15,00 EUR per effectieve dag gedeeltelijke werkloosheid vanaf 1 juli 2024. § 2. Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt voorzien in volgende afwijkingen op de sectorale regeling met betrekking tot de aanvullende werkloosheidsuitkeringen bij gedeeltelijke werkloosheid : a) in afwijking van artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de bestaanszekerheid gesloten op 29 juni 2023 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid wordt de aanvullende werkloosheidsuitkering per dag gedeeltelijke werkloosheid, toegekend voor alle dagen gedeeltelijke werkloosheid tijdens de duur van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst.b) ingeval een uitzendkracht wordt aangeworven, en dit vanaf 1 januari 2014, met een arbeidsovereenkomst bij dezelfde gebruiker, vanaf dan werkgever genoemd wordt, voor de opbouw van de anciënniteit van 6 maanden als werknemer om recht te hebben op de aanvullende werkloosheidsuitkering zoals bepaald in artikel 2 van de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de bestaanszekerheid gesloten op 29 juni 2023 in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, de periode van tewerkstelling als uitzendkracht mee in aanmerking genomen.c) in afwijking van artikel 8 van de collectieve arbeidsovereenkomst van29 juni 2023 betreffende de eindejaarspremie, gesloten in het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid, worden alle dagen gedeeltelijke werkloosheid gelijkgesteld met werkelijke arbeid voor de opbouw van de eindejaarspremie. § 3. De toepassing van deze afwijkingen zal tegen het einde van de duurtijd van deze collectieve arbeidsovereenkomst geëvalueerd worden.

Art. 26.Bestaanszekerheid in geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst door ziekte of arbeidsongeval In geval van schorsing van de arbeidsovereenkomst door ziekte of arbeidsongeval wordt een aanvullende vergoeding bestaanszekerheid, ten laste van de werkgever toegekend. Deze is vanaf 1 januari 2024 gelijk aan 70 pct. van de provinciale waarde van de werkgeversbijdrage in de maaltijdcheque.

Deze bestaanszekerheidsvergoeding is slechts verschuldigd na het einde van de ononderbroken periode van 30 dagen gewaarborgd loon en wordt toegekend voor een periode van maximum 6 maanden per kalenderjaar.

Voor de periode van 1 april 2023 tot en met 31 december 2023 bedraagt deze vergoeding 1,75 EUR per dag. Dit bedrag wordt vanaf 1 januari 2024 verhoogd naar 2,39 EUR per dag.

Voor deeltijdse werknemers gelden deze vergoedingen pro rata hun arbeidsregime.

Mobiliteit

Art. 27.Vervoer De bijdrage van de werkgevers in de vervoerskosten gedragen door de werknemers, ongeacht het gebruikte vervoersmiddel, wordt ongeacht de afstand van de verplaatsing toegekend.

De bijdrage blijft gekoppeld aan de prijs van de treinkaart van de NMBS en bedraagt vanaf 1 februari 2020 100 pct. van de prijs van de maandelijkse treinkaart en vanaf 1 februari 2022 zal de weekbasis als referentie gelden.

De bijdrage wordt aangepast op 1 februari van ieder jaar aan de nieuwe tarieven van de NMBS. Voor de bepaling van de bijdrage wordt een verplaatsing van minder dan 1 kilometer gelijkgesteld met een verplaatsing gelijk aan 1 kilometer.

Werkbaar werk

Art. 28.Werkbaar werk - Progressieve werkhervatting Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om progressieve werkhervatting te bespreken op ondernemingsvlak in de daartoe geëigende kanalen.

Thuiswerk Er wordt een werkgroep opgericht met betrekking tot thuiswerk, met het oog op afronding tegen 31 maart 2025.

Deconnectie Voor de ondernemingen die minstens 20 werknemers tewerkstellen wordt een suppletieve provinciale collectieve arbeidsovereenkomst deconnectie opgemaakt.

Art. 29.Flexibele thematische verloven Voor de duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst verbinden de werkgevers van de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen zich ertoe om de opnamemogelijkheden van flexibele thematische verloven te bespreken op ondernemingsvlak.

Sociale vrede

Art. 30.De sociale vrede wordt gewaarborgd voor de ganse duur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Geldigheidsduur

Art. 31.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 april 2023 en houdt op van kracht te zijn op 31 maart 2025, met uitzondering van artikelen 5, 6 en artikel 8, § 1, derde streepje (die aflopen op 30 juni 2025), en de artikelen 1 en 21.

De artikelen 1, 21 en 31 worden afgesloten voor onbepaalde duur. Deze kunnen door elk der partijen worden opgezegd mits een opzeggingstermijn van drie maanden betekend bij een ter post aangetekende brief, gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor de scheikundige nijverheid. De termijn van 3 maanden begint te lopen vanaf de datum waarop de aangetekende brief aan de voorzitter wordt toegezonden en ten vroegste vanaf 31 maart 2025. De poststempel geldt als bewijs.

Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 december 2021 betreffende de vaststelling van sommige arbeidsvoorwaarden voor de kunststofverwerkende nijverheid van de provincie West-Vlaanderen (registratienummer : 172488/CO/116).

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 september 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 01/09/2024 pub. 26/09/2024 numac 2024204194 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 6 december 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de stoffering en de houtbewerking, betreffende het stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag - zwaar beroep (1) type koninklijk besluit prom. 01/09/2024 pub. 25/09/2024 numac 2024203948 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 november 2023, gesloten in het Paritair Comité voor de bedienden uit de hardsteengroeven, tot invoering van een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag op de leeftijd van 58 jaar voor mindervalide werknemers of werknemers met ernstige lichamelijke problemen (1) type koninklijk besluit prom. 01/09/2024 pub. 18/09/2024 numac 2024203751 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de beslissing van het Paritair Comité voor de diamantnijverheid en -handel betreffende de vervanging van feestdagen in 2025 (1) sluiten.

De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE


^