gepubliceerd op 26 maart 2009
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari 2007 en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het stelsel van solidariteitsprestaties voor de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is
1 MAART 2009. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari 2007 en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het stelsel van solidariteitsprestaties voor de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is (1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf;
Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari 2007 en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende het stelsel van solidariteitsprestaties voor de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is.
Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Nice, 1 maart 2009.
ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf Collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari 2007 en 8 november 2007 Stelsel van solidariteitsprestaties voor de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is (Overeenkomst geregistreerd op 22 januari 2008 onder het nummer 86420/CO/326) Toepassingsgebied
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft hetzelfde toepassingsgebied als deze van 8 februari en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005 betreffende de aanvullende pensioenen van de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is.
Begrippen en definities
Art. 2.Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt verstaan onder : "WAP" : de wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen en het belastingsstelsel van die pensioenen en van sommige aanvullende voordelen inzake sociale zekerheid (Belgisch Staatsblad van 15 mei 2003, erratum, Belgisch Staatsblad van 26 mei 2003); "Collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003" : de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 1 september 2004, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 20 oktober 2004, die de bezoldigings- en arbeidsvoorwaarden regelt die van toepassing zijn op gebaremiseerde werknemers uit de bedrijfstak gas en elektriciteit aangeworven vanaf 1 januari 2002; "De solidariteitstoezegging" : het sectoraal stelsel van solidariteitsprestaties ingevoerd door de inrichter van het sectoraal sociaal aanvullend pensioenstelsel ten gunste van de deelnemers of hun rechthebbenden; "Sectoraal sociaal aanvullend pensioenstelsel" : het geheel van het aanvullend pensioenstelsel en van de solidariteitstoezegging; "Het FBZ" : het fonds voor bestaanszekerheid met als naam het "Fonds voor bestaanszekerheid voor het gas- en elektriciteitsbedrijf", opgericht bij de collectieve arbeidsovereenkomst van 14 april 2005, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de oprichting van het "Fonds voor bestaanszekerheid voor het gas- en elektriciteitsbedrijf" en de vaststelling van de statuten, algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 15 juli 2005, bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad van 9 augustus 2005, aangesteld als inrichter van het sectoraal sociaal aanvullend pensioenstelsel voor gebaremiseerde werknemers van de bedrijfstak gas en elektriciteit met maatschappelijke zetel op het adres van FEBEG. Doel
Art. 3.Deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt gesloten in uitvoering van de bepalingen van artikel 10 van de "WAP" en heeft tot doel om voor de werknemers waarvan sprake in artikel 1 een solidariteitstoezegging in te voeren zoals voorzien in artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005 betreffende de aanvullende pensioenen van de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is.
Aanstelling van de rechtspersoon die belast is met de uitvoering van de solidariteitstoezegging
Art. 4.Het paritair comité stelt de rechtspersoon, belast met de uitvoering van de solidariteitstoezegging, aan.
Financiering
Art. 5.Zodra de rechtspersoon aangeduid is, storten de ondernemingen, waarvan sprake is in artikel 1 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005 betreffende de aanvullende pensioenen van de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is, storten een dotatie bestaande uit een nader te bepalen percentage van de patronale bijdragen.
Deze patronale bijdragen zijn deze gestort in het raam van de pensioentoezegging, aan de financiering van de solidariteitsprestaties gedefinieerd in artikel 9 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 februari en 8 november 2007, gesloten in het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf, betreffende de wijziging en coördinatie van de collectieve arbeidsovereenkomst van 30 juni 2005 betreffende de aanvullende pensioenen van de werknemers op wie de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 september 2003 betreffende de arbeids- en loonvoorwaarden van toepassing is, overeenkomstig de bepalingen van het solidariteitsreglement.
Beheer
Art. 6.De beheersregels inzake de uitvoering van de solidariteitstoezegging zijn in het solidariteitsreglement vastgelegd.
Dit wordt opgesteld bij de uitvoering van deze collectieve arbeidsovereenkomst door aanduiding van een rechtspersoon belast met de uitvoering van de solidariteit en dit ten laatste op 31 december 2008 rekening houdend met de bepalingen van het artikel 8.
Elk geschil met betrekking tot de toepassing of de interpretatie van de beheersregels wordt door de raad van bestuur van "het FBZ" behandeld.
Inwerkingtreding en duur
Art. 7.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang met ingang van 1 juli 2005 en wordt voor een onbepaalde duur gesloten.
Zij kan door elk van de partijen geheel of gedeeltelijk opgezegd worden mits een opzeggingstermijn van 6 maanden per aangetekende brief wordt betekend gericht aan de voorzitter van het Paritair Comité voor het gas- en elektriciteitsbedrijf.
De aangetekende brief bepaalt duidelijk de artikelen van de collectieve arbeidsovereenkomst waarop de opzegging betrekking heeft en de redenen hiervan.
De opzeggingstermijn vangt, op de eerste dag van de maand die volgt op de maand waarin de opzegging wordt betekend, aan.
Bijzondere bepaling
Art. 8.Indien het pensioenplan in de toekomst niet of niet langer als sociaal pensioenplan erkend wordt, worden de solidariteitsprestaties in het basisplan heropgenomen en blijven het voorwerp uitmaken van een becijferde evaluatie in het paritair comité.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 1 maart 2009.
De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET