gepubliceerd op 14 september 2000
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, betreffende maatregelen met betrekking tot de werkgelegenheid en de loonkostontwikkeling 1997-1998
31 MEI 2000. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, betreffende maatregelen met betrekking tot de werkgelegenheid en de loonkostontwikkeling 1997-1998(1)
ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Partitair Comité voor de notarisbedienden;
Op de voordracht van Onze Minister van Werkgelegenheid, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 1998, gesloten in het Paritair Comité voor de notarisbedienden, betreffende maatregelen met betrekking tot de werkgelegenheid en de loonkostontwikkeling 1997-1998.
Art. 2.Onze Minister van Werkgelegenheid is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 31 mei 2000.
ALBERT Van Koningswege : De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Comité voor de notarisbedienden Collectieve arbeidsovereenkomst van 17 november 1998 Maatregelen met betrekking tot de werkgelegenheid en de loonkostontwikkeling 1997-1998 (Overeenkomst geregistreerd op 3 maart 1999 onder het nummer 50232/CO/216) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied
Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de bedienden die onder het Paritair Comité voor de notarisbedienden ressorteren.
Art. 3.Aangezien de maximale marge van 6,10 pct. van de loonkostenontwikkeling voor de jaren 1997 en 1998 niet werd bereikt is er een ruimte beschikbaar voor de toekenning van bijkomende voordelen, enerzijds ter compensatie voor die jaren en anderzijds voor de besteding van deze ruimte voor de toekomst.
Er wordt overeengekomen deze ruimte in te vullen volgens de modaliteiten hierna bepaald. HOOFDSTUK II. - Opvulling van de beschikbare ruimte voor de jaren 1997 en 1998
Art. 4.Bij de betaling van het loon van de maand november 1998 wordt door de werkgever een eenmalige premie van 15 000 F uitgekeerd aan de bedienden die hij op 30 november 1998 voltijds tewerkstelt en die een ononderbroken anciënniteit hebben als bediende in het notariaat van ten minste zes maanden.
Deze premie zal pro rata in drieëntwintigsten betaald worden in functie van de werkelijke gepresteerde maanden als bediende in het notariaat vanaf 1 januari 1997.
De bedienden die aan hogervermelde anciënniteit voldoen maar die in 1997 en 1998 niet ten minste éénmaal een vergoeding voor effectief geleverde prestaties hebben ontvangen hebben geen recht op deze premie.
In geval van een deeltijdse tewerkstelling wordt deze eenmalige premie proportioneel berekend in functie van de arbeidsduurregeling die van toepassing is op 30 november 1998. HOOFDSTUK III. - Bijsturing voor de toekomst
Art. 5.Met ingang van 1 december 1998 worden de barema's en de werkelijk uitbetaalde lonen verhoogd met 0,4 pct.
Art. 6.Vanaf 1 december 1998 wordt de werkgeversbijdrage voor de collectieve groepsverzekering voor buitenwettelijk pensioen verhoogd met 0,5 pct. van het jaarlijks brutoloon, met inbegrip van de dertiende maand en het enkelvoudig vakantiegeld.
Dit geldt zowel voor de werkgevers die aangesloten zijn bij de groepsverzekering afgesloten ingevolge de collectieve arbeidsovereenkomst van 11 mei 1987 als voor diegenen die een andere groepsverzekering voor buitenwettelijk pensioen hebben afgesloten.
Art. 7.De besteding en de verdere uitwerking van de in artikel 5 bepaalde verhoging en de nodige aanpassingen, evenals het toekennen van een eventueel gelijkaardig voordeel zoals voorzien in artikel 3 aan de gepensioneerden vanaf 1 januari 1997 zullen worden vastgelegd in een collectieve arbeidsovereenkomst af te sluiten binnen de zes weken dezer. HOOFDSTUK IV. - Inwerkingtreding
Art. 8.Deze collectieve arbeidsovereenkomst treedt in werking op 1 december 1998, met uitzondering van artikel 3, dat op de datum van de ondertekening van deze overeenkomst in werking treedt.
Zij is gesloten voor onbepaalde duur. Zij kan slechts opgezegd worden door elk van de ondertekenende partijen mits een opzeggingsperiode van zes maanden, door middel van een ter post aangetekende brief gericht aan de voorzitter van het paritair comité.
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 31 mei 2000.
De Minister van Werkgelegenheid, Mevr. L. ONKELINX