FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

Directoraat-generaal Duurzame Mobiliteit en Spoorbeleid

30 JULI 2018. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 23 mei 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014397 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 04/11/2015 numac 2015014250 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden. - Duitse vertaling sluiten tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden en het koninklijk besluit van 9 juli 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/07/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014396 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel sluiten tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel

FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de Spoorcodex, artikel 68, § 2, tweede lid;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 mei 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014397 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 04/11/2015 numac 2015014250 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden. - Duitse vertaling sluiten tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden;

Gelet op het koninklijk besluit van 9 juli 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/07/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014396 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel sluiten tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel;

Gelet op de betrokkenheid van de Gewestregeringen;

Gelet op advies nr. 63.527/4 van de Raad van State, gegeven op 18 juni 2018, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Minister van Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het koninklijk besluit van 23 mei 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014397 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 04/11/2015 numac 2015014250 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden. - Duitse vertaling sluiten tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden

Artikel 1.Het opschrift van het koninklijk besluit van 23 mei 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014397 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden type koninklijk besluit prom. 23/05/2013 pub. 04/11/2015 numac 2015014250 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden. - Duitse vertaling sluiten tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden wordt vervangen als volgt: "Koninklijk besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden en op het veiligheidspersoneel dat handelingen uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of van een private spooraansluiting".

Art. 2.In de artikelen 1, tweede lid, 4, paragraaf 1, eerste lid, 5, tweede lid en 7, paragraaf 2, tweede lid, van hetzelfde besluit worden de woorden "de bijlage van dit besluit" telkens vervangen door de woorden "de bijlage 1 bij dit besluit".

Art. 3.In hetzelfde besluit, wordt een titel 1 ingevoegd, die de hoofdstukken 1 tot 6 bevat, met als opschrift: "Titel 1. - Vereisten van toepassing op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden".

Art. 4.Artikel 2 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: "Onder voorbehoud van titel 2, is dit besluit van toepassing op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden dat op de Belgische spoorweginfrastructuur mag rijden, ofwel uitsluitend binnen de door het plaatselijk protocol voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur bepaalde grenzen, ofwel uitsluitend overeenkomstig de veiligheidsprocedures die in de vergunning van de spoorweginfrastructuurbeheerder zijn beschreven.

Dit besluit is niet van toepassing op gereedschap.".

Art. 5.Artikel 3 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met de bepalingen onder 7°, 8° en 9°, luidende: "7° "Gereedschap": een voorwerp uitgerust met wielen en met werkorganen dat zich al of niet autonoom kan verplaatsen of positioneren op het spoor en niet bedoeld is om personeel of goederen te vervoeren op het spoor en dat tegelijk aan de volgende eisen voldoet: a) tarra < 5 ton;b) maximale verplaatsingssnelheid op het spoor technisch beperkt tot minder dan 5 km/h;c) geen mogelijkheid om naast de operator die het gereedschap bedient nog een persoon te vervoeren;d) niets slepen of duwen. Wordt ook beschouwd als gereedschap: toebehoren van een rollend materieel dat een attest van technische keuring van de spoorweginfrastructuurbeheerder heeft ontvangen; 8° "veiligheidspersoneel" : het personeel dat, al is het maar sporadisch, één of meerdere voor de veiligheid cruciale taken verricht; 9° "installatie" : een werkplaats of een onderhoudspost.".

Art. 6.In artikel 3, 5°, van hetzelfde besluit, worden de woorden "attest van voorafgaande technische keuring" telkens vervangen door de woorden "attest van technische keuring".

Art. 7.Het opschrift van hoofdstuk 4 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: "Technische keuring".

Art. 8.In artikel 4 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in de paragrafen 1, 2 en 3 worden de woorden "attest van voorafgaande technische keuring" telkens vervangen door de woorden "attest van technische keuring"; 2° paragraaf 1, tweede lid, wordt aangevuld met een zin, luidende: "Het attest van technische keuring mag gebruiksvoorwaarden en andere beperkingen bevatten."; 3° in paragraaf 4 worden de woorden " ministerieel besluit van 30 juli 2010Relevante gevonden documenten type ministerieel besluit prom. 30/07/2010 pub. 07/09/2010 numac 2010014184 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Ministerieel besluit tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel voor het gebruik van rijpaden sluiten tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel voor het gebruik van rijpaden" vervangen door de woorden "koninklijk besluit van 1 juli 2014 tot aanneming van de van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel voor het gebruik van rijpaden".

Art. 9.Het opschrift van hoofdstuk 6 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt: "Intrekking of wijziging van het attest van technische keuring".

Art. 10.In artikel 6 van hetzelfde besluit, worden de woorden "attest van voorafgaande technische keuring" telkens vervangen door de woorden "attest van technische keuring".

Art. 11.In hetzelfde besluit wordt vóór hoofdstuk 7, een titel 2 ingevoegd, met als opschrift: "Titel 2. Vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel dat handelingen uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of van een private spooraansluiting".

Art. 12.In titel 2, ingevoegd bij artikel 11, wordt een hoofdstuk 1 ingevoegd, dat de artikelen 6/1 en 6/2 bevat, luidende: "Hoofdstuk 1. Toepassingsgebied

Art. 6/1.Deze titel is van toepassing op het veiligheidspersoneel van de spoorwegondernemingen en hun hulpondernemingen, dat handelingen uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of van een private spooraansluiting in het kader van rangeerbewegingen en uitsluitend binnen de grenzen die voorgeschreven zijn door het locaal protocol voor het gebruik van de spoorweginfrastructuur ondertekend tussen de infrastructuurbeheerder en de spoorwegonderneming.

Als een spoorwegonderneming of zijn hulponderneming handelingen van besturing uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of van een private spooraansluiting en geen beroep doet op personeel dat de veiligheidsfunctie "treinbestuurder" heeft, dan doet zij beroep op het personeel bedoeld in deze titel.

Art. 6/2.De medische en psychologische vereisten waaraan het veiligheidspersoneel dat handelingen uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of van een private spooraansluiting voldoet, zijn opgenomen in de bijlage 2.".

Art. 13.In titel 2, ingevoegd bij artikel 11, wordt een hoofdstuk 2 ingevoegd, dat het artikel 6/3 bevat, luidende : "Hoofdstuk 2. Algemene vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel dat handelingen uitvoert met betrekking tot de bediening van een installatie of een private spooraansluiting

Art. 6/3.De volgende bepalingen van het koninklijk besluit van 9 juli 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/07/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014396 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel sluiten tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel zijn van toepassing op de veiligheidsfuncties bedoeld in dit hoofdstuk: 1° de vereisten van toepassing op het gehele veiligheidspersoneel;2° de algemene vereisten die van toepassing zijn op het personeel van de IG; 3° de specifieke vereisten die van toepassing zijn op andere veiligheidsfuncties en 4° de regels met betrekking tot de preventieve schorsing van veiligheidsfuncties.".

Art. 14.In titel 2, ingevoegd bij artikel 11, wordt een hoofdstuk 3 ingevoegd, dat het artikel 6/4 bevat, luidende : "Hoofdstuk 3. Vereisten van toepassing op de veiligheidsfunctie "bediende belast met handelingen met betrekking tot de bediening van private spooraansluitingen

Art. 6/4.De bijzondere kennis voor het uitvoeren van de veiligheidsfunctie "bediende belast met handelingen met betrekking tot de bediening van private spooraansluitingen", zijn voornamelijk de volgende: a. in staat zijn de regels van de kunst toe te passen, met name: 1° de kenmerken van de spoorvoertuigen en hun lading herkennen en meedelen: a) de conventionele tekens en opschriften op de voertuigen interpreteren;b) de beschadigingsetiketten interpreteren;c) de etiketten inzake breekbare goederen interpreteren;d) gevaarsetiketten kunnen lezen en de betekenis ervan begrijpen;2° de aanwezigheid van gevaarlijke goederen vaststellen, in voorkomend geval, de aanbevelingen van de gevarenkaart toepassen en het codeboek van de gevaarlijke goederen gebruiken;3° tijdens de aanwezigheid op de spoorweginfrastructuur in de eigen veiligheid, en indien men een ploeg leidt, in de veiligheid van het personeel onder zijn bevoegdheid voorzien;4° kennen en toepassen van de noodzakelijke controles alvorens het bevel tot rangering te geven;5° de regels inzake het remmen en het immobiliseren van voertuigen en konvooien toepassen : a) een afzonderingskraan en een spuiklep herkennen en bedienen; b) de betekenis van de technische merktekens (rem, lading, enz.) begrijpen en de maatregelen nemen die erop van toepassing zijn; c) de remproeven uitvoeren op een stel in rangering;d) de voertuigen in een stel rangschikken;e) een handrem lokaliseren, controleren en bedienen;f) de verschillende types en reeksen van stopblokken onderscheiden, controleren en gebruiken;g) tijdelijke en aanvullende immobilisaties van voertuigen en stellen uitvoeren, het vereiste aantal handremmen en/of stopblokken bepalen;h) een immobilisatie ongedaan maken;i) correct reageren bij ontsnapping van voertuigen;6° samenstellen en ontbinden van spoorkonvooien: a) de voertuigen koppelen en ontkoppelen;b) de lengte van een stel bepalen;c) bevelen van het verplaatsen en het stoppen van de voertuigen en de stellen;d) herkennen van de verschillende beelden van een vast stopsein;e) herkennen van verschillende seinborden;f) herkennen van optische en akoestische handseinen;g) bevelen aan de bestuurder doorgeven : mondeling, met akoestische seinen, met gebaren, door het bedienen van de remkoppeling;h) het rijden op zicht naleven;i) een ter plaatse te bedienen wissel in de gewenste stand plaatsen; j) een reisweg controleren (wissels, kruisingen, enz.); k) rollend materieel kunnen koppelen en ontkoppelen (mechanische, elektrische en pneumatische koppelingen);l) nagaan of de rangeerbeweging rekening houdend met het materieel en de coördinatie tussen de deelnemers, kan worden aangevat;m) de te bedienen installaties en de uit te voeren handelingen kennen;n) de te berijden reiswegen in alle veiligheid kunnen aanleggen en deze reiswegen controleren;o) de bediening kennen en de plaatselijke procedures met betrekking tot de spoortoestellen en de seinposten waarvan de bediening door hem verzekerd wordt of aan laatstgenoemde is toevertrouwd, conform de bepalingen vermeld in de plaatselijke protocollen, kunnen toepassen.b. in staat zijn de bediening van het rollend materieel in het kader van rangeerbewegingen, namelijk: 1° in staat zijn om alleen en in alle veiligheid de trein te besturen met inachtneming van de seininrichting en de reglementering die hem werd meegedeeld;2° de voorgeschreven controles en proeven uitvoeren om zich ervan te vergewissen dat het voertuig in staat is om zijn dienst te waarborgen;3° de uitwendige schouwing van het krachtvoertuig uitvoeren;4° de werking van de remmen van het krachtvoertuig controleren vóór het in beweging brengen van de trein;5° aanwijzingen van niet-conformiteit identificeren, ze onderscheiden en erop reageren volgens hun respectief belang, waarbij in alle gevallen voorrang wordt gegeven aan de veiligheid van het spoorverkeer, van personen en goederen;6° de nodige contacten opnemen met andere personen om de onregelmatigheden te melden en eventueel de nodige hulp te vragen, met gebruik van de verschillende beschikbare communicatiemiddelen;7° de trein in alle veiligheid immobiliseren en op een zijspoor plaatsen; 8° de van kracht zijnde communicatieprocedures naleven.".

Art. 15.In titel 2, ingevoegd bij artikel 11, wordt een hoofdstuk 4 ingevoegd, dat het artikel 6/5 bevat, luidende : "Hoofdstuk 4. Vereisten van toepassing op de veiligheidsfunctie "bediende belast met handelingen met betrekking tot de bediening van een installatie

Art. 6/5.De bijzondere kennis voor het uitvoeren van de veiligheidsfunctie "bediende belast met de bediening van installaties", zijn voornamelijk de volgende: a. in staat zijn de regels van de kunst toe te passen, met name : 1° tijdens de aanwezigheid op de spoorweginfrastructuur in de eigen veiligheid, en indien men een ploeg leidt, in de veiligheid van het personeel onder zijn bevoegdheid voorzien;2° kennen en toepassen van de noodzakelijke controles alvorens het bevel tot rangering te geven;3° een handrem lokaliseren, controleren en bedienen;4° de verschillende types en reeksen van stopblokken onderscheiden, controleren en gebruiken;5° tijdelijke en aanvullende immobilisaties van voertuigen en stellen uitvoeren, het vereiste aantal handremmen en/of stopblokken bepalen;6° een immobilisatie ongedaan maken;7° correct reageren bij ontsnapping van voertuigen;8° de voertuigen koppelen en ontkoppelen;9° bevelen van het verplaatsen en het stoppen van de voertuigen;10° herkennen van de verschillende beelden van een vast stopsein;11° herkennen van verschillende seinborden;12° herkennen van optische en akoestische handseinen;13° bevelen aan de treinbestuurder doorgeven : mondeling, met akoestische seinen, met gebaren, door het bedienen van de remkoppeling;14° het rijden op zicht naleven;15° een ter plaatse te bedienen wissel in de gewenste stand plaatsen; 16° een reisweg controleren (wissels, kruisingen, enz.); 17° rollend materieel kunnen koppelen en ontkoppelen (mechanische, elektrische en pneumatische koppelingen);18° nagaan of de rangeerbeweging rekening houdend met het materieel en de coördinatie tussen de deelnemers, kan worden aangevat;19° de te bedienen installaties en de uit te voeren handelingen kennen;20° de te berijden reiswegen in alle veiligheid kunnen opstellen en deze reiswegen controleren;21° de bediening kennen en de plaatselijke procedures met betrekking tot de spoortoestellen en de seinposten waarvan de bediening door de hem verzekerd wordt of aan laatstgenoemde is toevertrouwd, conform de bepalingen vermeld in de plaatselijke protocollen, kunnen toepassen.b. in staat zijn om de bediening van een tractiemotor te verzekeren, in het kader van rangeerbewegingen, namelijk : 1° in staat zijn om alleen en in alle veiligheid de trein te besturen met inachtneming van de seininrichting en de reglementering die hem werd meegedeeld;2° de voorgeschreven controles en proeven uitvoeren om zich ervan te vergewissen dat het voertuig in staat is om zijn dienst te waarborgen;3° de uitwendige schouwing van het krachtvoertuig uitvoeren;4° de werking van de remmen van het krachtvoertuig controleren vóór het in beweging brengen;5° aanwijzingen van niet-conformiteit identificeren, ze onderscheiden en erop reageren volgens hun respectief belang, waarbij in alle gevallen voorrang wordt gegeven aan de veiligheid van het spoorverkeer, van personen en goederen;6° de nodige contacten opnemen met andere personen om de onregelmatigheden te melden en eventueel de nodige hulp te vragen, met gebruik van de verschillende beschikbare communicatiemiddelen;7° de trein in alle veiligheid immobiliseren en op een zijspoor plaatsen; 8° de eventuele van kracht zijnde communicatieprocedures naleven.".

Art. 16.In hetzelfde besluit wordt een titel 3 ingevoegd, dat de artikelen 7, 8 en 9 bevat, met als opschrift: "Titel 3. Overgangs- en slotbepalingen".

Art. 17.In hetzelfde besluit worden de woorden "hoofdstuk 7 - Overgangsbepalingen" en "hoofdstuk 8 - Slotbepalingen" opgeheven.

Art. 18.In de bijlage bij hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° het opschrift van de bijlage wordt vervangen als volgt : "Bijlage 1.De van toepassing zijnde vereisten op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden"; 2° in de bepalingen onder 1, 1.1, 1.2, 1.3, 1.4.a tot en met 1.4.e, 1.5, 1.7, en 1.8, worden de woorden "attest van voorafgaande technische keuring" telkens vervangen door de woorden "attest van technische keuring"; 3° in de bepaling onder 1.3, in het vierde lid, worden de woorden "door een technisch document" vervangen door de woorden « door een document dat zowel technische als operationele oplossingen voorstelt »; 4° de bepaling onder 1.3, vierde lid, van de Nederlandse versie, wordt de zin "De IB bepaalt de bijkomende maatregelen van toepassing op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden, verwijzend naar artikel 3, 3°, punt a), ii) et iii) in het kader van plaatselijk protocol voor het gebruik van de infrastructuur." opgeheven; 5° in de bepaling onder 1.3 van de Nederlandse versie wordt een nieuw vijfde lid ingevoegd, luidende: "De IB bepaalt de bijkomende maatregelen van toepassing op het rollend materieel zonder het gebruik van rijpaden, bedoeld in artikel 3, 3°, punt a), ii) en iii) in het kader van zijn plaatselijk protocol voor het gebruik van de infrastructuur."; 6° toevoegsel 2 wordt vervangen door de bijlage 1 bij dit besluit;7° toevoegsel 3 wordt vervangen door de bijlage 2 bij dit besluit.

Art. 19.In hetzelfde besluit wordt een bijlage 2 ingevoegd die als bijlage 3 is gevoegd bij dit besluit. HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het koninklijk besluit van 9 juli 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/07/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014396 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel sluiten tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel

Art. 20.In het koninklijk besluit van 9 juli 2013Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 09/07/2013 pub. 22/10/2013 numac 2013014396 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel sluiten tot vaststelling van de vereisten van toepassing op het veiligheidspersoneel, worden de volgende wijzigingen aangebracht: 1° in artikel 8 worden de bepalingen onder 13° en 14° opgeheven; 2° in de bijlage 3 worden de bepalingen onder 2.11 en 2.12 opgeheven. HOOFDSTUK 3. - Uitvoeringsbepaling

Art. 21.De minister bevoegd voor spoorwegvervoer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te l'Ile d'Yeu, 30 juli 2018.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Mobiliteit, Fr. BELLOT

Voor de raadpleging van de tabel, zie beeld