Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 30 juli 2008
gepubliceerd op 05 december 2008

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 januari 2008, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, betreffende de wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen"

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2008013136
pub.
05/12/2008
prom.
30/07/2008
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

30 JULI 2008. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 15 januari 2008, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, betreffende de wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen" (1)


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 7 januari 1958 betreffende de fondsen voor bestaanszekerheid, inzonderheid op artikel 2;

Gelet op de wet van 5 december 1968 betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 15 januari 2008, gesloten in het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, betreffende de wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen".

Art. 2.De Minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 30 juli 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en van Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET _______ Nota (1) Verwijzingen naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 7 januari 1958, Belgisch Staatsblad van 7 februari 1958. Wet van 5 december 1968, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969.

Bijlage Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd Collectieve arbeidsovereenkomst van 15 januari 2008 Wijziging van de statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen" (Overeenkomst geregistreerd op 11 februari 2008 onder het nummer 86830/CO/301.01)

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers die onder de bevoegdheid vallen van het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, en op de erkende havenarbeiders van het algemeen contingent en van het logistiek contingent en op de vaklui.

De statuten van het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen" worden op de hierna vermelde wijze gewijzigd.

Art. 2.Artikel 3, a) wordt als volgt gewijzigd : "a) Aan de havenarbeiders en de vaklui voordelen toe te kennen zoals hieronder bepaald : 1. Aan de havenarbeiders van het algemeen contingent, die ingedeeld zijn bij de beroepscategorieën, havenarbeider algemeen werk, dokautovoerder, dokautovoerder-kraanman, dekman, waker, kuiper, markeerder, minerai-man, of minerai-dekman en die behoren tot de rang A : alle voordelen voorzien bij artikel 4.2. Aan de havenarbeiders van het algemeen contingent die ingedeeld zijn bij de beroepscategorieën, havenarbeider algemeen werk, dokautovoerder, dokautovoerder-kraanman, dekman, waker, kuiper, markeerder, minerai-man of minerai-dekman en die behoren tot de rang B : alle voordelen voorzien bij artikel 4, uitgenomen de voordelen voorzien bij artikel 4, § 1 en 17.3. Aan de havenarbeiders van het algemeen contingent die ingedeeld zijn bij de beroepscategorieën walkraanman, foreman, ceelbaas, conterbaas, assistent-chef-markeerder, chef-markeerder, waker-controleur, dokautovoerder-kraanman/speciale tuigen, walkraanman/speciale tuigen of containerschadevaststeller en containermarkeerder vast dienstverband : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 6, 13, 14, 15, 16, 17 en 21.4. Aan de vaklui : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 13, 14 en 21.5. Aan de havenarbeiders van het logistiek contingent : de voordelen voorzien bij artikel 4, § 13, 14 en 21.6. De inrichting van het aanvullend sectoraal sociaal pensioenstelsel voor het Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen, waarbij de opdracht beperkt is tot : - de eventuele organisatie van de doorstroming van de noodzakelijke gegeven; - de eventuele organisatie van financiële doorstroming; - het toezicht op de algemene werking en op de resultaten van de pensioeninstelling; - het toezicht op het solidariteitsluik, beheerd door de pensioeninstelling; - het informeren van de aangeslotenen voor zover de pensioeninstelling dit niet doet; - de vaststelling van de modaliteiten en procedures die noodzakelijk zijn voor de uitvoering; - de eventuele uitvoering van andere wettelijke verplichtingen in het kader van de wetgeving over de aanvullende pensioenen."

Art. 3.Artikel 4, § 1, 2 wordt als volgt gewijzigd : "2. Toekenningsvoorwaarden - Minstens 18 maanden erkend zijn als havenarbeider; - Recht hebben op werkloosheidsvergoeding en in het bezit gesteld zijn van een controlestempel verleend door de Rijksdienst voor Arbeidsvoorziening op de aangeduide aanwervingszitting; - Niet in staking zijn, noch het voorwerp uitmaken van een lock-out".

Art. 4.Artikel 4, § 1, 3 wordt als volgt gewijzigd : "3. Bedrag : - tijdens de periode van 1 april 2007 tot en met 31 maart 2009 zal de bestaanszekerheidsvergoeding (werkloosheidsvergoeding en aanwezigheidsvergoeding samen) steeds 66 pct. van het vigerend basisloon bedragen; - indien de overheid maatregelen treft waardoor de hoofdvergoeding voor werkloosheid zou verminderen, zal het bedrag van de aanwezigheidsvergoeding die op dat ogenblik door het fonds wordt uitbetaald, onveranderd blijven tot en met 31 maart 2009."

Art. 5.Artikel 4, § 2, 2, 4e paragraaf, laatste alinea wordt als volgt gewijzigd : "De in vorig lid bepaalde uitkeringsmodaliteit geldt voor iedere feestdag die binnen een periode valt van 30 kalenderdagen, te rekenen vanaf het begin van de arbeidsongeschiktheid ingevolge arbeidsongeval, ziekte of ongeval van gemeen recht."

Art. 6.Artikel 4, § 7 wordt als volgt gewijzigd : "§ 7. Vergoeding bij arbeidsongeschiktheid 1. Bijkomende vergoeding tijdens de eerste dertig kalenderdagen arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte of ongeval van gemeen recht. In geval van arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval van gemeen recht kent het fonds tijdens de eerste dertig kalenderdagen een bijkomende ziektevergoeding per werkdag in het vijfdagenweekstelsel toe. Deze vergoeding is het percentage van het feestdagloon van de beroepscategorie waartoe de arbeider behoort.

De bijkomende ziektevergoeding is gelijk aan 25,88 pct. van het feestdagloon begrensd tot de loongrens Z.I.V. en 85,88 pct. van het gedeelte van het feestdagloon dat de loongrens Z.I.V. overschrijdt.

Indien de eerste dag van de arbeidsongeschiktheid werd vergoed op basis van artikel 27 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten, is er voor die dag geen recht op de bijkomende ziektevergoeding.

Wanneer de arbeidsongeschiktheid minder dan acht kalenderdagen duurt, is er voor de eerste werkdag geen recht op de bijkomende ziektevergoeding, behalve voor de eerste periode van arbeidsongeschiktheid per kalenderjaar wanneer betrokkene meer dan acht dagen werkloos was tijdens een periode van éénentwintig kalenderdagen voor de aanvang van de arbeidsongeschiktheid.

Wanneer betrokkene minder dan negen dagen werkloos was tijdens een periode van éénentwintig kalenderdagen vóór de aanvang van deze eerste arbeidsongeschiktheid, heeft hij recht op het loon van de wettelijke feestdag.

Wanneer de arbeidsongeschiktheid meer dan zeven kalenderdagen duurt, is er voor de eerste werkdag enkel recht op de bijkomende ziektevergoeding wanner betrokkene meer dan acht dagen werkloos was tijdens een periode van éénentwintig kalenderdagen vóór de aanvang van de arbeidsongeschiktheid.

Wanneer de arbeidsongeschiktheid meer dan zeven kalenderdagen duurt en betrokkene minder dan negen dagen werkloos was tijdens een periode van éénentwintig kalenderdagen vóór de aanvang van de arbeidsongeschiktheid, wordt de bijkomende ziektevergoeding voor de eerste vijf te vergoeden werkdagen verhoogd met een bedrag gelijk aan 17,18 pct. van het feestdagloon van de beroepscategorie waartoe de arbeider behoort.

De bijkomende ziektevergoeding is slechts verschuldigd indien de arbeider sedert tenminste dertig kalenderdagen erkend is als havenarbeider.

Een arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval van gemeen recht, ontslaan binnen een termijn van minder dan veertien kalenderdagen na het einde van een vorige arbeidsongeschiktheid wegens ziekte of ongeval van gemeen recht, wordt aangezien als een voortzetting van de vorige, behoudens bewijs van het tegendeel. 1.bis. Bijkomende vergoeding vanaf de 31e kalenderdag arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte of ongeval van gemeen recht.

Voor periodes van arbeidsongeschiktheid ingevolge ziekte of ongeval van gemeen recht die aanvangen vanaf 1 januari 2008 en voor zover recht op gewaarborgd loon bestaat, wordt een forfaitaire vergoeding van 27 EUR per werkdag toegekend vanaf de 31e kalenderdag arbeidsongeschiktheid gedurende een termijn van maximum 12 maanden te rekenen vanaf het begin van de arbeidsongeschiktheid. 2. Bijkomende vergoeding tijdens de eerste dertig kalenderdagen arbeidsongeschiktheid ingevolge arbeidsongeval of beroepsziekte. Het fonds wordt ten overstaan van belanghebbenden belast met het geheel van de verplichtingen betreffende het behoud van het normaal loon zoals zij voortvloeien uit de bepaling van artikel 54 van de wet van 3 juli 1978 betreffende de arbeidsovereenkomsten en uit de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 12bis van 26 februari 1979, gesloten in de Nationale Arbeidsraad, betreffende het toekennen van een gewaarborgd maandloon aan de arbeiders in geval van arbeidsongeschiktheid ingevolge arbeidsongeval of beroepsziekte en algemeen verbindend verklaard bij koninklijk besluit van 23 maart 1979, met dien verstande dat de toepasselijkheid van deze bepaling beoordeeld wordt niet in functie van de effectieve dienst van de belanghebbende bij één bepaalde werkgever, doch in functie van de inschrijving der betrokkenen in het havenbedrijf. De uitbetaling van de vergoedingen valt ten laste van het fonds en geschiedt door het fonds. 2bis. Bijkomende vergoeding vanaf de 31e kalenderdag arbeidsongeschiktheid ingevolge arbeidsongeval - de vergoeding wordt toegekend aan arbeiders die meer dan 30 kalenderdagen arbeidsongeschikt zijn; - het bedrag van de vergoeding is gelijk aan het brutodagshiftloon van de categorie waartoe de betrokken arbeiders behoort verminderd met het bedrag van de nettovergoeding uitgekeerd door de verzekeringsinstelling; - er is een begrenzing van het bedrag van de dagelijkse vergoeding; - per maand is het bedrag van de vergoeding beperkt tot het maximaal aantal werkdagen; - de vergoeding wordt maximaal 24 maanden toegekend."

Art. 7.De kosten verbonden aan het "derdebetalerssysteem" in het kader van de hospitalisatieverzekering vallen ten laste van het fonds en worden door dit laatste betaald.

Art. 8.Artikel 16 wort als volgt gewijzigd : "De verschuldigde bijdrage, vermeld in artikel 15, is voor de periode van 1 april 2007 tot en met 31 december 2007 voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 1 en 2, gelijk aan 14,42 pct. op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken.

Van 1 januari 2008 tot en met 31 maart 2009 wort de bijdrage, vermeld in artikel 15, als volgt vastgesteld : - 14,42 pct. op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken; - 0,80 pct. op alle andere lonen en vergoedingen onderhavig aan R.S.Z. en op het enkelvoudig vakantiegeld."

Art. 9.Artikel 16bis wordt als volgt gewijzigd : " De verschuldigde bijdrage, vermeld in artikel 15, is voor de periode van 1 april 2007 tot en met 31 december 2007 voor de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 3, 4 en 5 gelijk aan 2,80 pct. op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken.

Vanaf 1 januari 2008 tot en met 31 maart 2009 wordt de bijdrage, vermeld in artikel 15, als volgt vastgesteld : - 2,80 pct. op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken; - 0,80 pct. op alle andere lonen en vergoedingen onderhavig aan RSZ en op het enkelvoudig vakantiegeld."

Art. 10.Artikel 16ter wordt als volgt gewijzigd : "De werkgevers storten een tijdelijke saneringsbijdrage van 0,17 pct. tijdens de periode van 1 april 2007 tot en met 31 maart 2009 en berekend op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken van de arbeiders vermeld in artikel 3 a), 3 evenals van de havenarbeiders van het logistiek contingent, de magazijnarbeiders A, de vaklui die uit het algemeen contingent werden gerekruteerd, aan het "Compensatiefonds voor bestaanszekerheid - haven van Antwerpen"."

Art. 11.Artikel 16quater wordt als volgt gewijzigd : "De bijzondere bijdrage ten laste van de werkgevers, vermeld in artikel 3, c) bedraagt 0,10 pct. op het door de werkgevers aan CEPA CVBA opgegeven brutoloon voor gepresteerde taken van de arbeiders vermeld in artikel 3, a), 1, 2, 3, 4 en 5 voor de periode van 1 januari 2007 tot en met 31 december 2008. Het compensatiefonds voor bestaanszekerheid stelt de aldus ontvangen middelen ter beschikking van de VZW "Opleidingscentrum voor Havenarbeiders"."

Art. 12.Deze collectieve arbeidsovereenkomst gaat in op 1 januari 2007 en is gesloten voor onbepaalde duur tenzij anders is bepaald.

Elk van de contracterende partijen kan ze opzeggen mits een opzeggingstermijn van 3 maanden die bij een ter post aangetekende brief wordt betekend aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de haven van Antwerpen, "Nationaal Paritair Comité der haven van Antwerpen" genaamd, die uitwerking heeft de derde dag na datum van verzending.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 30 juli 2008.

De Vice-Eerste Minister en Minister van Werk en Gelijke Kansen, Mevr. J. MILQUET

^