gepubliceerd op 30 december 2024
Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het statuut van de gezinshuisouders binnen multifunctionele centra
29 NOVEMBER 2024. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het statuut van de gezinshuisouders binnen multifunctionele centra (1)
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;
Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap;
Op de voordracht van de Minister van Werk,
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2024, gesloten in het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap, inzake het statuut van de gezinshuisouders binnen multifunctionele centra.
Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 29 november 2024.
FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap Collectieve arbeidsovereenkomst van 27 mei 2024 Statuut van de gezinshuisouders binnen multifunctionele centra (Overeenkomst geregistreerd op 2 september 2024 onder het nummer 189428/CO/319.01)
Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers en de werknemers die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap.
Onder "werkgevers" wordt voor toepassing van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst verstaan : die multifunctionele centra die een erkenning voor de organisatie van een gezinshuis hebben conform het besluit van de Vlaamse Regering van 26 februari 2016Relevante gevonden documenten type besluit van de vlaamse regering prom. 26/02/2016 pub. 12/04/2016 numac 2016035423 bron vlaamse overheid Besluit van de Vlaamse Regering houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap sluiten houdende erkenning en subsidiëring van multifunctionele centra voor minderjarige personen met een handicap.
Onder "werknemers" wordt voor toepassing van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst verstaan : de gezinshuisouders, zijnde werknemers die in voltijds dienstverband minderjarige personen met een handicap opvangen en begeleiden in het eigen gezin (hierna "werknemers-gezinshuisouders").
Art. 2.Tewerkstelling De werkgever en de werknemer-gezinshuisouder sluiten een voltijdse arbeidsovereenkomst af die kadert in de reglementering van huisarbeid.
De artikelen 119.1 tot en met 119.12 van de wet op de arbeidsovereenkomsten van 3 juli 1978 zijn van toepassing.
Elke werknemer-gezinshuisouder begeleidt en vangt, in samenspraak met de werkgever, minderjarige personen met een handicap op in het eigen gezin. Rekening houdend met de zorgzwaarte en de draagkracht van de gezinshuisouder en diens gezin zal het aantal en het profiel van de minderjarigen personen met een handicap in onderling overleg worden bepaald.
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever om voldoende werkinvulling te geven aan de werknemer-gezinshuisouder. Wanneer de arbeidsovereenkomst niet is geschorst en geen of minder minderjarigen personen met een handicap bij de werknemer-gezinshuisouder zijn toegewezen, blijft het loon verschuldigd.
De werkgever is eindverantwoordelijke voor het cliëntdossier.
Art. 3.Toepassing sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten Alle sectorale collectieve arbeidsovereenkomsten zijn van toepassing op de werkgevers en de werknemers-gezinshuisouders, met uitzondering van de volgende : Loonvoorwaarden : - collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 1990 (registratienummer 26821/CO/319), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2019 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 25 september 1990 betreffende de loonvoorwaarden in de gehandicaptenzorg en de bijzondere jeugdbijstand (registratienummer 158183/CO/319); - collectieve arbeidsovereenkomst van 4 december 1998 betreffende de berekeningsmodaliteiten van het gewaarborgd loon bij onregelmatige prestaties met variabel loon (registratienummer : 50219/CO/319.01); - collectieve arbeids overeenkomst van 22 januari 2007Relevante gevonden documenten type overeenkomst prom. 22/01/2007 pub. 07/02/2007 numac 2007022128 bron federale overheidsdienst sociale zekerheid Verordening tot wijziging van de verordening van 28 juli 2003 tot uitvoering van artikel 22, 11°, van de wet betreffende de verplichte verzekering voor geneeskundige verzorging en uitkeringen, gecoördineerd op 14 juli 1994 sluiten betreffende de loon- en arbeidsvoorwaarden in geval van slapende nachtdienst (registratienummer : 82036/CO/319.01).
Arbeidsduur : - koninklijk besluit van 9 november 1979 betreffende de zondagsrust en de arbeidsduur van sommige werklieden en bedienden van de inrichtingen die ressorteren onder het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen; - collectieve arbeidsovereenkomst van 23 maart 1978 over de arbeidsduur en -spreiding (registratienummer : 5695/CO/319); - collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 1998 betreffende de veralgemening van de sectorale arbeidsduur tot 38 uur per week (registratienummer : 49108/CO/319.01); - collectieve arbeidsovereenkomst van 1 juli 1998 houdende de telling van nachtdienst, slapende nachtdienst en vakantieverblijven (registratienummer : 49116/CO/319.01); - koninklijk besluit van 7 januari 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 07/01/2007 pub. 10/01/2007 numac 2007003001 bron federale overheidsdienst financien Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 89 van de programmawet van 27 december 2006 type koninklijk besluit prom. 07/01/2007 pub. 11/01/2007 numac 2007014008 bron federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer Koninklijk besluit betreffende de retro-reflecterende veiligheidsvest type koninklijk besluit prom. 07/01/2007 pub. 25/01/2007 numac 2006201097 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit waarbij voor de jaren 2005 en 2006 bepaalde categorieën van werkgevers vrijgesteld worden van de bijzondere werkgeversbijdrage ter financiering van het stelsel van de tijdelijke werkloosheid en de anciënniteitstoeslag voor oudere werklozen ingesteld bij het koninklijk besluit van 27 november 1996. type koninklijk besluit prom. 07/01/2007 pub. 23/01/2007 numac 2007011011 bron federale overheidsdienst economie, k.m.o., middenstand en energie Koninklijk besluit houdende ontslag en benoeming van een lid van het Nationaal Sociaal-Economisch Comité voor de Distributie sluiten betreffende de arbeidsduur van de werknemers in de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap (PSC 319.01); - koninklijk besluit van 18 februari 2024Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 18/02/2024 pub. 29/02/2024 numac 2024200330 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit betreffende de arbeidsduur van de werknemers tewerkgesteld in de inrichtingen en diensten die ressorteren onder het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van de Vlaamse Gemeenschap (1) sluiten betreffende de arbeidsduur van de werknemers tewerkgesteld in de inrichtingen en diensten die ressorteren onder Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen van de Vlaamse Gemeenschap (PSC 319.01); - collectieve arbeidsovereenkomst van 16 april 2024 met betrekking tot de arbeidsorganisatie en de stabiliteit van uurroosters (187703/CO/319.01).
Art. 4.Arbeidsduur De werknemer-gezinshuisouder bepaalt, buiten in het geval van opname van verlof, andere schorsingen van de arbeidsovereenkomst of verplichte contactmomenten met de werkgever, volledig autonoom diens tijdsbesteding.
Art. 5.Loon § 1. Het loon van de werknemer-gezinshuisouder is 120 pct. van het barema B1C voor begeleidend personeel klasse 1, zoals opgenomen in de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende de loonvoorwaarden in de gehandicaptenzorg en de bijzondere jeugdbijstand, gesloten op 1 maart 1994 in het Paritair Comité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen (registratienummer 35658/CO/319), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 28 januari 2015 betreffende de actualisering van de loonvoorwaarden (registratienummer 126221/CO/319) gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 17 december 2019 betreffende de loonvoorwaarden (registratienummer 161274/CO/319), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2021 betreffende de loonvoorwaarden in uitvoering van het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord (VIA 6) (registratienummer 165345/CO/319) en gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 21 maart 2022 tot wijziging van de collectieve arbeidsovereenkomst van 8 juni 2021 betreffende de loonvoorwaarden in uitvoering van het zesde Vlaams Intersectoraal Akkoord (VIA 6) (registratienummer 173813/CO/319), gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 1 december 2022 betreffende de loonvoorwaarden in uitvoering van het zesde Vlaams intersectoraal akkoord (VIA 6) (registratienummer 177864/CO/319). § 2. Artikel 6, § 1 en § 2 van de hierboven vermelde collectieve arbeidsovereenkomst is niet van toepassing op de werknemer-gezinshuisouder.
Art. 6.Onkostenvergoeding Voor de kosten die verbonden zijn aan het verblijf en de zorg voor de toevertrouwde minderjarige personen met een handicap, wordt maandelijks door de werkgever een onkostenvergoeding betaald aan de werknemer-gezinshuisouder. Het bedrag van deze onkostenvergoeding is conform de bedragen bepaald in artikel 42/1 van het besluit van de Vlaamse Regering van 5 april 2019 betreffende de erkenningsvoorwaarden en de subsidienormen voor voorzieningen in de jeugdhulp.
Deze onkostenvergoeding wordt samen met het loon uitbetaald.
In dit kader is artikel 10 van de collectieve arbeidsovereenkomst van 29 mei 2009 gewijzigd door de collectieve arbeidsovereenkomst van 7 februari 2023 inzake het woon-werkverkeer en de financiële bijdrage van de werkgever in de vervoerskosten van de werknemer (registratienummer 95182/CO/319.01) niet van toepassing op de verplaatsingskosten die rechtstreeks samenhangen met de opvang van de desbetreffende minderjarigen personen met een handicap.
Verplaatsingskosten die rechtstreeks samenhangen met de opvang zijn bijvoorbeeld verplaatsingskosten voor een vrijetijdsactiviteit, deelname aan sportclub, hobby, school, enz. van de minderjarige persoon met een handicap maar ook kosten die te maken hebben met de professionele opvolging van het dossier zoals bijvoorbeeld casusoverleg.
Art. 7.Schorsing arbeidsovereenkomst De werknemer-gezinshuisouder heeft recht op wettelijke vakantie- en feestdagen, en kan de arbeidsovereenkomst schorsen op basis van de betreffende wettelijke en sectorale bepalingen.
De vrijstelling van arbeidsprestaties, zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst van 9 november 2001 (registratienummer 63360/CO/319), zal worden opgenomen in de vorm van volledig vrijgestelde dagen of halve dagen.
Voor al deze schorsingsdagen wordt door de werkgever voorzien in een terugvalmogelijkheid voor de minderjarige personen met een handicap die de werknemer-gezinshuisouder opvangt en begeleidt, al dan niet via structurele samenwerking met andere voorzieningen binnen het werkingsgebied aan wie een erkenning voor de typemodule verblijf in een gezinshuis werd verleend.
Art. 8.Opvolging en toezicht De werkgever biedt ondersteuning aan de werknemer-gezinshuisouder in de vorm van periodieke vormings- en intervisiemomenten, alsook door middel van periodieke opvolgingsgesprekken.
In geval van toezicht respecteert de werkgever steeds het recht op gezinsleven van de werknemer-gezinshuisouder en de andere leden van het gezin. De werkgever heeft slechts in de volgende gevallen toegang tot de relevante vertrekken in de gezinswoning : - Met voorafgaande toestemming van de werknemer-gezinshuisouder; - In het geval van ernstige noodzaak ter bescherming van de fysieke en psychische integriteit van de betrokkenen.
De inmenging van de werkgever in het privéleven van de werknemer-gezinshuisouder moet steeds in verhouding staan tot het beschermde belang van de minderjarige persoon met een handicap.
Art. 9.Welzijn en preventie De welzijnswet werknemers en de Codex welzijn zijn van toepassing met uitzondering van de basisvereisten inzake arbeidsplaats.
De werkgever voorziet voor elke werknemer-gezinshuisouder in een vertrouwenspersoon psychosociaal welzijn, waarbij de werknemer-gezinshuisouder melding kan maken van psychosociale problemen of zorgen binnen de gezinscontext. De inhoud van de gesprekken betreffende psychosociaal welzijn is vertrouwelijk en kan geen negatieve gevolgen teweegbrengen voor de tewerkstelling van de werknemer-gezinshuisouder.
Art. 10.Terugkeermogelijkheid Wanneer een werknemer van de organisatie er zelf voor heeft gekozen om gezinshuisouder te worden, maar die functie binnen de 3 jaar na inwerkingtreding van onderhavige collectieve arbeidsovereenkomst, niet langer wenst op te nemen, zal de werkgever de werknemer-gezinshuisouder opnieuw een gelijkwaardige functie aanbieden in de organisatie.
Art. 11.Duurtijd Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 juli 2024 en is gesloten voor onbepaalde tijd. Zij kan worden opgezegd door elk van de partijen, mits een opzeggingstermijn van zes maanden, gericht bij een ter post aangetekend schrijven aan de voorzitter van het Paritair Subcomité voor de opvoedings- en huisvestingsinrichtingen en -diensten van Vlaamse Gemeenschap (319.01).
Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 29 november 2024.
De Minister van Werk, P.-Y. DERMAGNE