Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 november 2008
gepubliceerd op 09 december 2008

Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs

bron
federale overheidsdienst mobiliteit en vervoer
numac
2008014322
pub.
09/12/2008
prom.
28/11/2008
ELI
eli/besluit/2008/11/28/2008014322/staatsblad
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
links
Raad van State (chrono)
Document Qrcode

28 NOVEMBER 2008. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg en het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs


ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 18 februari 1969 betreffende de maatregelen ter uitvoering van de internationale verdragen en akten inzake vervoer over zee, over de weg, de spoorweg of de waterweg, artikel 1, eerste lid gewijzigd bij de wet van 15 mei 2006;

Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer, gecoördineerd op 16 maart 1968, artikel 1, gewijzigd bij de wetten van 21 juni 1985, 20 juli 1991, 5 augustus 2003 en 20 juli 2005, artikel 21, gewijzigd bij de wetten van 9 juli 1976 en 18 juli 1990, artikel 23, gewijzigd bij de wetten van 9 juli 1976, 29 februari 1984, 18 juli 1990 en 7 februari 2003, artikel 26, gewijzigd bij de wet van 9 juli 1976 en artikel 27, vervangen bij de wet van 9 juli 1976 en gewijzigd bij de wet van 18 juli 1990;

Gelet op het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg;

Gelet op het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs;

Gelet op het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E;

Gelet op de betrokkenheid van de Gewestregeringen;

Gelet op het advies van de inspecteur van Financiën, gegeven op 11 september 2008;

Gelet op de akkoordbevinding van de Staatssecretaris voor Begroting, gegeven op 21 oktober 2008;

Gelet op het verzoek om spoedbehandeling, gemotiveerd door de omstandigheid : - dat een coherente toepassing van het globaal examensysteem voorzien door het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E dat de Richtlijn 2003/59/EG betreffende de vakbekwaamheid en de opleiding en de nascholing van bestuurders van bepaalde voor goederen - en personenvervoer over de weg bestemde voertuigen, naar Belgisch recht omzet, noodzaakt geldigheidsdata voor de theoretische en praktische examens te voorzien en dat het voor een correcte toepassing van het artikel 10 van voormeld besluit noodzakelijk is een begindatum te voorzien van geldigheid van het bewijs van vakbekwaamheid; - dat het voornoemend koninklijk besluit van 4 mei 2007, de afgifte van documenten voorziet voor bepaalde bestuurders, en dat de afgifte van deze documenten administratieve kosten teweegbrengt, en dat, bijgevolg, het noodzakelijk is retributies te voorzien en de betalingsmodaliteiten te bepalen; - dat een aanpassing van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, noodzakelijk is ten einde de Belgische reglementering in overeenstemming te brengen met de leeftijdsvoorwaarden voorzien in de voormelde richtlijn; - dat een aanpassing van een aantal bepalingen inzake opleiding voorzien door het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs, noodzakelijk is, teneinde deze met de bepalingen van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 te harmoniseren; - dat deze wijzigingen moeten worden uitgevaardigd om toe te laten dat het koninklijk besluit van 4 mei 2007 ten volle uitwerking kan hebben op 10 september 2008 zodat beantwoord kan worden aan de vereisten van de voormelde Europese richtlijn, op zijn minst wat de bestuurders van personenvervoer betreft; - dat het niet-respecteren van de datum van 10 september 2008 om de vakbekwaamheid te organiseren, mogelijks een veroordeling van de Belgische Staat door het Europese Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen en schadevergoedingsvorderingen vanwege de beroepsfederaties of privépersonen ten gevolge zal hebben;

Gelet op het advies nr 45.165/2/V van de Raad van State, gegeven op 15 september 2008 met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op de voordracht van de Eerste Minister en de Staatssecretaris voor Mobiliteit, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Artikel 29 van het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, wordt aangevuld met een lid, luidende: « Elk geslaagd deel van het theoretisch examen blijft geldig gedurende drie jaar. »

Art. 2.In artikel 35, van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) § 1 wordt aangevuld met een lid, luidende : « Elk geslaagd deel van het praktisch examen blijft geldig gedurende drie jaar.» b) § 5 wordt aangevuld met een lid, luidende : « De geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid, bedoeld in artikel 10 begint te lopen vanaf het moment van afgifte van het getuigschrift van basiskwalificatie.»

Art. 3.Artikel 36 van hetzelfde besluit wordt aangevuld met een lid, luidende : « Elk geslaagd deel van het theoretisch examen blijft geldig gedurende drie jaar. »

Art. 4.In artikel 42 van hetzelfde besluit worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° § 1 wordt aangevulde met een lid, luidende : « Elk geslaagd deel van het praktisch examen blijft geldig gedurende drie jaar.» 2° in § 5, wordt tussen het eerste en het tweede lid het als volgt luidende lid ingevoegd : « De geldigheidsduur van het bewijs van vakbekwaamheid, bedoeld in artikel 10 begint te lopen vanaf het moment van afgifte van het getuigschrift van basiskwalificatie.»

Art. 5.In hetzelfde besluit wordt een artikel 55/1 ingevoegd, luidende : « Art.55/1. § 1er. De afgifte van het certificaat bedoeld in artikel 8, §1, eerste lid, 3°, of van een duplicaat van dit certificaat geeft aanleiding tot de betaling van een retributie van 11 euro.

De retributie bedoeld in het eerste lid wordt betaald via overschrijving op een rekening van de Federale overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer, overeenkomstig de voorschriften van de Directeur-generaal van het Directoraat-generaal Mobiliteit en Verkeersveiligheid. § 2. De afgifte of de vervanging van een voorlopig rijbewijs vakbekwaamheid, bedoeld in artikel 14, geeft aanleiding tot de betaling van een retributie van 9 euro; de afgifte van een duplicaat van dit document geeft aanleiding tot de betaling van een retributie van 7,50 euro.

Deze retributies worden betaald aan de overheid bedoeld in artikel 16 overeenkomstig de modaliteiten bepaald door de Minister.

Aan de gemeenten wordt per afgeleverd document een som van 3,75 euro toegekend, overeenkomstig de door de Minister bepaalde modaliteiten.

Met het oog hierop deelt de burgemeester aan de Minister of zijn gemachtigde het aantal voorlopige rijbewijzen vakbekwaamheid en duplicaten van deze documenten mee, met vermelding van de nummers van voormelde documenten en voegt hij een overzicht toe van de documenten die onbruikbaar zijn geworden. § 3. De Minister kan de bedragen voorzien in § 1 en in § 2 aanpassen aan de schommelingen van de index van de consumptieprijzen. In dit geval vermenigvuldigt hij het bedrag met het indexcijfer van de voorbijgaande maand en deelt het produkt door het indexcijfer van de consumptieprijzen van de maand gedurende dewelke dit besluit in werking is getreden. In voorkomend geval verhoogt hij het resultaat met maximum 0,5 euro of verlaagt hij het met maximum 0,49 euro om een eenheid te bekomen. De aangepaste bedragen treden in werking de eerste dag van de tweede maand volgend op de maand gedurende dewelke ze in het Belgisch staatsblad werden gepubliceerd.

De retributies voorzien in §1 et in § 2 worden in geen geval terugbetaald. »

Art. 6.Artikel 57 van hetzelfde besluit wordt opgeheven.

Art. 7.In artikel 8.2 van het koninklijk besluit van 1 december 1975 houdende algemeen reglement op de politie van het wegverkeer en van het gebruik van de openbare weg, gewijzigd bij de koninklijke besluiten van 25 maart 1987, 18 september 1991, 23 maart 1998, 14 mei 2002, 10 juli 2006, 1 september 2006, 13 februari 2007 en 4 mei 2007, worden de volgende wijzigingen aangebracht : a) de bepaling onder 1°, b), wordt vervangen als volgt : « b) 18 jaar voor de bestuurders van voertuigen van de categorieën D en D+E voor het geregeld personenvervoer waarvan het traject ten hoogste 50 kilometer bedraagt en voor de bestuurders van voertuigen van de subcategorieën D1 en D1+E, indien zij houder en drager zijn van een bewijs van vakbekwaamheid D, bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E;»; b) de bepaling onder 1°, c), wordt aangevuld met de volgende zin : « en voor de houders van een voorlopig rijbewijs vakbekwaamheid geldig voor de categorie D of D+E of de subcategorie D1 of D1+E, bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E »;c) de bepaling onder 2°, b), wordt vervangen als volgt : « b) 18 jaar voor de bestuurders van voertuigen van de categorieën C en C+E, houders en dragers van een bewijs van vakbekwaamheid C bedoeld in het koninklijk besluit van 4 mei 2007 betreffende het rijbewijs, de vakbekwaamheid en de nascholing van bestuurders van voertuigen van de categorieën C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1, D1+E, alsook voor de bestuurders die zich onderwerpen aan de scholing en zich aanbieden voor het praktisch examen met het oog op het behalen van een rijbewijs geldig voor de categorieën C of C+E overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs of die houder zijn van een voorlopig rijbewijs vakbekwaamheid geldig voor de categorie C of C+E, bedoeld in voormeld koninklijk besluit van 4 mei 2007;».

Art. 8.In het koninklijk besluit van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs worden de volgende wijzigingen aangebracht : 1° artikel 5, § 1, eerste lid, 3°, ingevoegd bij het koninklijk besluit van 4 juli 2007 wordt opgeheven;2° in artikel 6, 1°, gewijzigd bij het koninklijk besluit van 10 juli 2006, wordt de bepaling onder h), vervangen als volgt : « h) moet de leeftijd bereikt hebben van 16 jaar voor de categorie A3 en van 18 jaar voor de categorieën A, B+E, C, C+E, D, D+E en de subcategorieën C1, C1+E, D1 en D1+E;».

Art. 9.Dit besluit heeft uitwerking met ingang van 10 september 2008, met uitzondering van artikel 5 dat in werking treedt de dag waarop dit besluit in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt en op artikel 7, c) dat in werking treedt op 10 september 2009.

Art. 10.De minister bevoegd voor het Wegverkeer is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Châteauneuf-de-Grasse, 28 november 2008.

ALBERT Van Koningswege : De Eerste Minister, Y. LETERME De Staatssecretaris voor Mobiliteit, E. SCHOUPPE

^