Etaamb.openjustice.be
Koninklijk Besluit van 28 april 2014
gepubliceerd op 22 augustus 2014

Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar

bron
federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg
numac
2014202682
pub.
22/08/2014
prom.
28/04/2014
staatsblad
https://www.ejustice.just.fgov.be/cgi/article_body(...)
Document Qrcode

28 APRIL 2014. - Koninklijk besluit waarbij algemeen verbindend wordt verklaard de collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar (1)


FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.

Gelet op de wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités, inzonderheid op artikel 28;

Gelet op het verzoek van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten;

Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij :

Artikel 1.Algemeen verbindend wordt verklaard de als bijlage overgenomen collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2013, gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten, betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar.

Art. 2.De minister bevoegd voor Werk is belast met de uitvoering van dit besluit.

Gegeven te Brussel, 28 april 2014.

FILIP Van Koningswege : De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK _______ Nota (1) Verwijzing naar het Belgisch Staatsblad : Wet van 5 december 1968Relevante gevonden documenten type wet prom. 05/12/1968 pub. 22/05/2009 numac 2009000346 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de collectieve arbeidsovereenkomsten en de paritaire comités. - Officieuze coördinatie in het Duits sluiten, Belgisch Staatsblad van 15 januari 1969. Bijlage Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten Collectieve arbeidsovereenkomst van 22 maart 2013 Brugpensioen vanaf 58 jaar (Overeenkomst geregistreerd op 22 april 2013 onder het nummer 114733/CO/142.04) HOOFDSTUK I. - Toepassingsgebied

Artikel 1.Deze collectieve arbeidsovereenkomst is van toepassing op de werkgevers, arbeiders en arbeidsters van de ondernemingen die ressorteren onder de bevoegdheid van het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.

Voor de toepassing van deze collectieve arbeidsovereenkomst wordt onder "arbeiders" verstaan : de mannelijke en vrouwelijke werklieden. HOOFDSTUK II. - Draagwijdte van de overeenkomst

Art. 2.Deze collectieve arbeidsovereenkomst regelt de aanvullende vergoeding ten gunste van sommige bejaarde werklieden indien zij worden ontslagen.

Art. 3.Overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact, wordt de minimumleeftijd om te kunnen genieten van deze regeling van aanvullende vergoeding vastgesteld voor de jaren 2012 tot 2013 op 58 jaar.

Art. 4.De regeling zoals bepaald in artikel 3 doet geen afbreuk aan bestaande sectorale regelingen, die het brugpensioen onder bepaalde voorwaarden mogelijk maken vanaf een lagere leeftijd. HOOFDSTUK III. - Rechthebbenden op de aanvullende vergoeding

Art. 5.De in artikel 2 bedoelde aanvullende vergoeding behelst het toekennen van gelijkaardige voordelen als voorzien door de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 gesloten in de Nationale Arbeidsraad op 19 december 1974, welke algemeen verbindend verklaard werd bij koninklijk besluit van 16 januari 1975 en laatst gewijzigd bij collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17tricies van 19 december 2006, aan alle arbeiders die worden afgedankt om elke andere dan een dringende reden en die gedurende de periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2013 recht verkrijgen op wettelijke werkloosheidsvergoeding en de laatste dag van de opzegtermijn de leeftijd hebben bereikt zoals aangeduid in artikel 3 hierboven.

Zonder afbreuk te doen aan de vereiste dat de minimumleeftijd waarvan sprake in artikel 3 moet bereikt zijn tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst, kan de eerste dag die recht geeft op wettelijke werkloosheidsvergoeding zich situeren na 31 december 2013 indien dit te wijten is aan de verlenging van de opzeggingstermijn ingevolge toepassing van de artikelen 38, § 2 en 38bis van de wet van 3 juli 1978Relevante gevonden documenten type wet prom. 03/07/1978 pub. 03/07/2008 numac 2008000527 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten type wet prom. 03/07/1978 pub. 12/03/2009 numac 2009000158 bron federale overheidsdienst binnenlandse zaken Wet betreffende de arbeidsovereenkomsten sluiten betreffende de arbeidsovereenkomsten. HOOFDSTUK IV. - Leeftijds- en anciënniteitsvoorwaarden (periode van 1 januari 2012 tot en met 31 december 2013)

Art. 6.§ 1. Alle arbeiders die door de werkgever worden ontslagen zonder dringende reden, hebben recht op brugpensioen en op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nummer 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, op voorwaarde dat zij : - op het moment van het beëindigen van hun arbeidscontract en tijdens de periode van 1 januari 2012 tot 31 december 2013, 58 jaar of ouder zijn en; - op het moment van het beëindigen van hun arbeidscontract een beroepsverleden als loontrekkende van 37 jaar in 2010-2011 en van 38 jaar in 2012 kunnen rechtvaardigen.

Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact. § 2. Alle arbeiders, die door de werkgever worden ontslagen zonder dringende reden, hebben recht op brugpensioen en op de aanvullende vergoeding, zoals voorzien in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17, gesloten op 19 december 1974 in de Nationale Arbeidsraad, op voorwaarde dat zij : - op het moment van het beëindigen van hun arbeidscontract en tijdens de periode van 1 januari 2012 tot 31 december 2013, 58 jaar of ouder zijn en; - op het moment van het beëindigen van hun arbeidscontract een beroepsverleden als loontrekkende van 33 jaar in 2010-2011 en van 35 jaar in 2012 kunnen rechtvaardigen.

Het beroepsverleden wordt bepaald overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 3 mei 2007Relevante gevonden documenten type koninklijk besluit prom. 03/05/2007 pub. 08/06/2007 numac 2007201609 bron federale overheidsdienst werkgelegenheid, arbeid en sociaal overleg Koninklijk besluit tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het generatiepact sluiten tot regeling van het conventioneel brugpensioen in het kader van het Generatiepact. § 3. Onder "moment van het beëindigen van het arbeidscontract" dient te worden verstaan : ofwel het moment waarop de arbeid(st)er zijn/haar arbeidsprestaties beëindigt na voltooiing van de opzeggingstermijn, ofwel, bij ontbreken van een opzeggingstermijn of wanneer de ter kennis gebracht opzeggingstermijn voortijdig beëindigd wordt, het moment waarop de arbeid(st)er de onderneming verlaat.

In afwijking van bovenvermelde paragraaf, kan de opzeggingstermijn of de periode die wordt gedekt door de opzeggingsvergoeding van de ontslagen arbeid(st)er een einde nemen buiten de geldigheidsduur van de collectieve arbeidsovereenkomst, voor zover de opzegging betekend of het contract verbroken werd tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst en voor zover de arbeid(st)er de op de paragrafen 1 en 2 voorziene leeftijd heeft bereikt tijdens de geldigheidsduur van deze collectieve arbeidsovereenkomst.

Art. 7.De leeftijd voorzien in artikel 3 van deze collectieve arbeidsovereenkomst moet bereikt zijn uiterlijk op het einde van het arbeidscontract. HOOFDSTUK V. - Betaling van de aanvullende vergoeding en van de hoofdelijke bijdrage

Art. 8.De werkgever neemt de betaling van de aanvullende vergoeding, alsmede het geheel van de hoofdelijke bijdragen met inbegrip van de bijzondere compenserende maandelijkse werkgeversbijdrage, zoals opgenomen in artikel 111 van de wet van 26 maart 1999Relevante gevonden documenten type wet prom. 26/03/1999 pub. 01/04/1999 numac 1999012205 bron ministerie van tewerkstelling en arbeid Wet betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen sluiten betreffende het Belgisch actieplan voor de werkgelegenheid 1998 en houdende diverse bepalingen, op zich.

Art. 9.Onder de voorwaarden bepaald in de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 17 en volgens de daarin bepaalde modaliteiten behouden de arbeiders die zijn ontslagen met het oog op brugpensioen in het kader van deze collectieve arbeidsovereenkomsten of in het kader van een op ondernemingsniveau gesloten collectieve arbeidsovereenkomst inzake brugpensioen het recht op de aanvullende vergoeding : - wanneer ze het werk hervatten als loontrekkende bij een andere werkgever dan de werkgever die hen heeft ontslagen en die niet behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen; - ingeval een zelfstandige activiteit in hoofdberoep wordt uitgeoefend op voorwaarde dat die activiteit niet wordt uitgeoefend voor rekening van de werkgever die hen heeft ontslagen of voor rekening van een werkgever die behoort tot dezelfde technische bedrijfseenheid als de werkgever die hen heeft ontslagen. HOOFDSTUK VI. - Geldigheid

Art. 10.Deze collectieve arbeidsovereenkomst vervangt de collectieve arbeidsovereenkomst betreffende het brugpensioen vanaf 58 jaar besluit op 13 december 2011 (registratienummer 108090), gesloten in het Paritair Subcomité voor de terugwinning van allerlei producten.

Art. 11.Deze collectieve arbeidsovereenkomst heeft uitwerking met ingang van 1 januari 2012 en treedt buiten werking op 31 december 2013.

Gezien om te worden gevoegd bij het koninklijk besluit van 28 april 2014.

De Minister van Werk, Mevr. M. DE CONINCK

^