gepubliceerd op 25 november 2016
Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 15, § 2 van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen
27 OKTOBER 2016. - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 15, § 2 van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen
FILIP, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet.
Gelet op de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen, meer bepaald artikel 15, § 2 zoals gewijzigd bij de wet van 27 juni 2016;
Gelet op het advies van de bij de Regie der Gebouwen geaccrediteerde Inspectie van Financiën, gegeven op 9 juni 2016;
Gelet op het akkoord van de Minister van Begroting, gegeven op 3 augustus 2016;
Gelet op het advies 60.092/3 van de Raad van State, gegeven op 10 oktober 2016, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;
Gelet op de noodzaak om de voorwaarden en modaliteiten vast te leggen voor de controlemaatregelen rond vastgoedverrichtingen;
Op de voordracht van de Minister tot wiens bevoegdheden de Regie der Gebouwen behoort en op het advies van Onze in Raad vergaderde Ministers;
Hebben Wij besloten en besluiten Wij :
Artikel 1.Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : 1° De Inspectie van Financiën: de bij de Regie der Gebouwen geaccrediteerde Inspectie van Financiën;2° De Minister: de minister die bevoegd is voor de Regie der Gebouwen;3° Vastgoedverrichtingen: de vastgoedverrichtingen zoals bedoeld in artikel 15, § 1, tweede lid van de wet van 1 april 1971 houdende oprichting van een Regie der Gebouwen;4° De lijst: de lijst van jaarlijkse vastgoed-verrichtingen die de Regie der Gebouwen voorziet.5° Het proces voor vastgoedverrichtingen: alle stappen die tot een vastgoedverrichting leiden, met name de voorbereiding van het verkoop-dossier, de waardebepaling van het goed en van de verrichting, de publiciteit, de communicatie met geïnteresseerden, de bezoeken, de selectie van geïnteresseerden, het ondertekenen van het compromis en van de authentieke akte om de vastgoedverrichting te sluiten, de betaling van de prijs of de canon en ten slotte het afsluiten van het dossier.
Art. 2.§ 1 De lijst voor het komende jaar wordt jaarlijks vóór eind mei ter goedkeuring voorgelegd aan de Inspectie van Financiën. § 2 De Inspectie van Financiën en de minister kunnen een tweede raming vragen aan de Regie der Gebouwen of aan het Federaal aankoopcomité.
Art. 3.§ 1 Voor elke verkoop wordt er aan de Inspectie van Financiën meegedeeld waarom er geen bestemming meer kan worden gevonden en wat de waarde van de verrichting is. § 2 De verkoopprijs van elk goed is gelijk aan ten minste 90 % van het goedgekeurde bedrag uit de lijst zoals bedoeld in artikel 2.
Wanneer er bij een verkoop een tweede raming is gebeurd, dan is de prijs gelijk aan 90 % van het gemiddelde bedrag over de twee ramingen. § 3 Wanneer de drempel uit de voorgaande paragraaf niet wordt bereikt op het moment van de selectie van de geïnteresseerde in het verkoopproces, dan wordt het dossier opnieuw ter goedkeuring voorgelegd aan de Inspectie van Financiën.
De Inspectie van Financiën kan dan voorstellen om door te gaan met de verkoop tegen de prijs die de geïnteresseerde voorstelt of ze kan voorstellen om opnieuw te beginnen, eventueel met een lagere prijs.
Art. 4.Een vastgoedverrichting mag niet worden uitgevoerd zolang de lijst niet is goedgekeurd overeenkomstig artikel 2.
Art. 5.Alvorens een vastgoedverrichting kan worden afgerond, moet er een rapport worden opgemaakt met alle informatie over de verschillende stappen die in het dossier werden doorlopen. Dat rapport wordt voorgelegd aan de Inspectie van Financiën, die daaraan alle opmerkingen kan toevoegen die ze nodig acht.
Art. 6.De Regie der Gebouwen mag aanpassingen aan de lijst voorstellen en legt deze ter goedkeuring voor aan de Inspectie van Financiën.
Art. 7.Elk kwartaal wordt er een overzicht met daarin de voortgang van elke verrichting ter informatie aan de Inspectie van Financiën en aan de Minister bezorgd.
Art. 8.Dit besluit treedt in werking de dag waarop het in het Belgisch Staatsblad wordt bekendgemaakt.
Art. 9.De minister bevoegd voor de Regie der Gebouwen is belast met de uitvoering van dit besluit.
Gegeven te Brussel, 27 oktober 2016.
FILIP Van Koningswege : De Vice-eersteminister en Minister van Veiligheid en Binnenlandse Zaken, belast met de Regie der Gebouwen, Jan JAMBON